n°. i oo;
120° Jaargang.
1877.
Zaterdag
28 April.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen,
Prijs per 3/m. franco f 3,50,
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar'a 5 Cent.
Advertentiëni 20 Gent per regel.
Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.s van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20,
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte."
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Lappite C°. te Brussel en Parijs.
Middelburg, 27 April.
FEUILLETON.
COURANT.
Jacht en Visscherlj.
Do burgemeester van Middelburg, gezien de
circulaire van den commissaris des konings in de
provincie Zeeland van den 27en April 1853 A n».
2861, 1 afd. B, (provinciaal blad n°. 61), ncodigt
de ingezetenen die zich voor het dienstjaar 1877/1878
van eene jacht- of vischakte wenschen te voorzien,
uit, om gedurende den loop der maand Mei a.
zich daartoe ter gemeente-secretarie aan te melden.
Middelburg, den 27en April 1877.
De burgemeester voornoemd,
SCHORER.
Heden namiddag heeft alhier de verkiezing plaats
gehad van een lid voor de kamer van koop
handel en fabrieken. Yan de 301 kiesgerech
tigden zijn er 65 opgekomen. Er zijn uitgebracht
op de heeren F. G. Sprenger 39, P. A. Verhulst
9, P. W. van de Kamer 7, J. J. van der Harst Az.,
en I. de Broekert ieder 2 stemmen, terwijl de
heeren A. L. Wijnne, G. Alberts Lz., M. H. Boas-
son, F. D. Sprenger, W. J. Sprenger en W. G.
Sprenger ieder 1 stem verwierven.
De heer F. G. Sprenger is alzoo gekozen ter
vervulling der vacature, ontstaan door het genomen
ontslag van jhr. W. R. Boddaert.
Tot lid van den gemeenteraad van Ooltgens-
plaat is gekozen de heer P. van Prooijen.
In eene algemeene vergadering der ingelanden
van de watering Cadzand, gisteren aldaar ge
houden, zijn gekozende heer A. Erasmus te
Cadzand als dijkraad hij het calamiteuse water
schap Tienhonderd en Zwarte, en als afgevaar
digden hij het waterschap der sluis aan de
Wielingen de heeren A. I. van Cruijuingen en
I. Leenhouts beide te Zuidzande.
In verhand met de opening van den spoorweg
Botterdam—Maliegat op den len Mei a. wordt
de dienst voor de zuiderlijnen in zooverre gewij
zigd, dat de thans bestaande treinen tot Rotterdam
doorgaan en van daar vertrekken; de dienst op
de lijn Dordrecht—Venlo blijft geheel onveranderd.
Voor de veiligheid van bet verkeer moet de
nieuwe sectie aanvankelijk met geringe snelheid
worden bereden en moeten alie treinen in de rich
ting naar Rotterdam te IJselmonde stoppen.
Aan het station Beurs te Rotterdam worden ook
kaarten afgegeven voor de richting naar het Zui-
88?
Is aar het Engelsch van mevrouw Henry Wood.
DERDE DEEL.
Hoofdstuk I.
lauwerhof.
(Vervolg).
Charles werd aan 't werk gezet door den heer
Stroud, die eenige malen bij hem kwam zien,
terwijl hij aan het kopieeren was. Hij schreef
langzaam, tengevolge van zijne ernstige begeerte
om het toch goed te doen, maar zijn schrift was
net en duidelijk.
„Binnen een paar dagen zal ik wel vlugger
schrijven, als ik er meer aan gewoon ben," zei
hij, opziende, met overtuiging in zijn gelaat en
zijn toon.
Juist stond de heer Preen hij hem. Hij zei
dat het schrift voldoende was en gaf den heer
Stroud last hem in dienst te nemen. Om te begin
nen zou het salaris vijftien shillings 's weeks zijn,
't geen binnen kort, zoodra het zeker was dat
hij voldeed, tot achttien shillings verhoogd zou
worden. Den volgenden morgen moest hij in
dienst treden.
den; in verbinding met den Hollandschen spoorweg
vooralsnog niet. Zij die uitstappen willen aan het
station Beurs, uit het zuiden komende, kunnen
dat doen; doch de bagage wordt alleen aan het
station Delftsche poort afgegeven.
Bestelgoed wordt aan het station-Beurs niet aan
genomen. In dat s'ation is een bus geplaatst in
het voorportaal, waarin schriftelijke aanvragen tot
het afdalen van vrachtgoederen kunnen bezorgd
worden. De bestaande handelsfactorij van den
staatsspoorweg, gevestigd in een af deeling van
het Yachtelubgebouw te Rotterdam, blijft bestaan.
Niettemin worden de goederenbureaux verplaatst
naar het station Delftschepoort.
In het bijvoegsel der Staats-courant van heden
zijn, als n° 6, opgenomen de statuten der „ITaag-
scho coöperatieve voorschotvereeniging" te s Gra-
venhagé.
Een onzer degelijkste taalgeleerden, dr. A. de
Jager, is gisteren op 71jarigen leeftijd te Rotter
dam overleden. Hij werd, uithoofde zijner groote
verdiensten jegens de Nederlandsche taal, door de
Leidsche academie tot doctor honoris causa benoemd.
De minister van justitie heeft bij circulaire de
ambtenaren van het openbaar ministerie bij de
rechtscolleges aangeschreven om zooveel mogelijk
te bevorderen 1® dat in alle strafzaken, die nog
door de te ontbinden rechtbanken en kantonge
rechten in openbare zitting zullen worden behandeld,
ook vóór 15 Mei uitspraak worde gedaan; 2° dat
zoo min mogelijk strafzaken bij de rechtbanken
en kantongerechten worden aangebracht, wanneer
niet tevens uitzicht bestaat dat daarin vóór Mei
a. uitspraak kan worden gedaan.
Aan het einde van het verslag eener vergadering
van kiezers en belanghebbenden, te Schiedam
bijeengeroepen door den heer Grashuis, om zijne
eigen candidatuur voor het lidmaatschap der tweede
kamer te bespreken, schrijft de verslaggever van
de Standaard het volgende:
„Vatten wij onzen indruk te zamen van decan-
didatuur-Grashuis in het kiesdistrict Delft, dan
meenen wij te mogen verklaren, dat deze heer,
ondanks zijn eoquetteeren met de conservatieve en
Roomsche partijen, slechts kans heeft op de stem
men van enkele „wilden."
„Voor de „liberalen" is hij niet liberaal genoeg,
voor de conservatieven niet conservatief, terwijl
hij door zijne, door niets gemotiveerde uittartende
houding tegenover de Standaard en de geheele
antirevolutionaire richting, wel geen enkele stem
„Waar woont gij?" vroeg de heer Preen kort af.
„Even voorbij Kensington."
„Zorg dat gij stipt op uw tijd zijt. Negen is het
uur voor de klerken, die het kopiewerk doen. Gij
moet op dat nur aan den lessenaar zitten en dus
hier zijn voordat de klok slaat."
In zijne opgetogenheid vond Charles dit eene
gemakkelijke voorwaarde. Klerk op een nota
riskantoor met vijftien of achttien shillings
's weeks! Had iemand hem een jaar geleden
voorspeld dat hij zulk eene vernederende betrek
king, zooals hij het toen zou beschouwd heb
benzou aannemen, zijn antwoord zou zijn
geweest, dat de wereld eerst het onderste boven
moest gaan; en nu ging hij met vluggen stap en
blijden geest naar huis, nauwelijks wetende of hij
waakte of droomde!
Op Lauwerhof was men boven de wolken. Vijf
tien shillings 's weeks, hij het schrale inkomen van
twintig, waarmeê men zich tot nogtoe had moeten
behelpen, scheen op dit oogenblik een schat.
Charles vormde op zijn terugweg allerlei plannen
van zuinigheidhij zou zeer voorzichtig met zijne
kleederen zijn, opdat zij niet kaal zouden worden
hij zou luchtig loopen, opdat zijne laarzen niet te
spoedig zouden verslijten; hij zou maar van huis
boterhammen met kaas meêuemen, dan behoefde
hij in do stad geen middagmaal te bekostigen.
Ja, al zulke besluiten zijn goed eu komen uit een
edel gemoed voort; maar de jongman die ze opvat,
en ër in zekere mate trotsch op is, denkt niet
aan de lange, uitputtende jaren gedurende welke
van ons zal bekomen, maar integendeel, bij even-
tueéle herstemming, de kans voor een volbloed en
eerlijk liberaal zeer aanmerkelijk verbetert."
Even als de garancine door de kunstmatige
alizarine langzamerhand op zijde gedrongen wordt,
zoo heeft ook de indigo te kampen met haar
namaakselde kunstmatige indigotine. Uit de
beraadslagingen op het Amsterdamsche tuinbouw-
congres blijkt echter dat de indigo tot dusverre
minder van haar mededingster te vreezen heeft
dan de meekrap.
De eerste gestelde vraag was deze
„Hoeverre zijn de onderzoekingen aangaande
de -kunstmatige indigotine gevorderd, en welke
bezwaren staan aan het verkrijgen of in het groot
voortbrengen van deze stof nog in den weg
Aan de daarover gehouden gedaehtenwisseling
namen o. a. deel de heeren dr. Jae. Cohen en
Carel Quien van Amsterdam, J. van Blarcum van
Java, en Otto von Eynern en Carl Rumpff van
Barmen, en kon de seetie als slotsom van een
zeer belangrijk debat, dat twee uren in beslag
nam, constateeren
„Dat niettegenstaande talrijke zeer ernstige en
ijverige proefnemingen en onderzoekingen, het tot
nu toe nog niet gelukt was, indigotine langs
kunstmatigen weg te vorkrijgen, en dat alles wat
onder dien naam tot dusver werd aangeboden,
geacht moet worden slechts surrogaten te zijn
die met indigo niets gemeen hebben".
De heer J. H. van Lennep, schrijft het vol
gende aan het Utr. Dagblad:
„Waar moeten de Nederlanders en afstammelin
gen van Nederlanders in Smyrna heen, wanneer
het daar tot een opstand tegen de Christenen
komt? De regeering heeft ter ongelegener ure de
„Prinses Marie" teruggeroepen en er ligt geen
Nederlandsch oorlogschip op de reede, of maar
eenigszins in de buurt! Moet hierin niet ten spoe
digste worden voorzien? Ik sidder als ik er aan
denk!
Door den heer Wintgens is, volgens het Haag-
sche Dagblad, bij het onderzoek van het kieswets-
ontwerp in de afdeelingen der tweede kamer in
zijn afdeeling een nota overgelegd, strekkende ten
betooge dat 's Gravenhage, nu zijn bevolkiag reeds
het cijfer van 104,000 inwoners heeft overschreden,
naar de grondwet en om verschillende andere
redenen, recht heeft om, door toevoeging van eenige
buiten-gemeenten, te worden gevormd tot een
kiesdistrict, dat drie leden naar de tweede kamer
der staten-generaal afvaardigt.
hij zich die ontberingen zal moeten getroosten,
en het is in zekere mate gelukkig dat hij het
niet doet.
Het was nog geen kwart voor negenen toen Char
les den volgenden morgen, verhit van den spoed
waarmee hij geioopen had, op het kantoor kwam.
Hij deed al wat hem opgedragen werd en hij deed
het nauwgezet. Zoo de heer Stroud hem niet
prees, maakte hij ook geen afkeurende aan
merkingen.
Toen hem te éen uur gezegd werd, dat hij kon
gaan eten, begaf hij zich naar een afgezonderd
hoekje in de omgeving van den Temple en at er
de boterhammen op, die hij van huis had mede
gebracht. Dit was lang afgeloopen vóór den tijd
waarop hij terug moest zijn, doch hij wilde niet
gaarne vroeg terugkomen, opdat niet de eene of
andere slimme klerk er uit zou opmerken, dat hij
in 't geheel niet gedineerd had. Op deze plek
was het echter niet uit te houden, want in de
hoeken en gaten dezer gebouwen tochtte het
vreesdij k. Hij keerde dus liever naar de openbare
straat terug, waar het althans levendig was, en
wandelde het strand op.
„Ik zal eens aan Peter Tanting mpn wedervaren
gaan vertellen en hem bedanken, want aan hom
ben ik het toch verschuldigd," dacht Charles, toen
hij 's avonds van het kantoor kwam. „Waar
woont hij ook 't Moet ergens in den omtrek van
Mecklenburgh Square zijn."
Hij zag in zijn zakboekje het adres na en bleef
daarvoor aan don hoek eener straat stilstaan.
De kolonel dr. van den Broek, chef der mili
taire studenten te Amsterdam, deelt aan het
Handelsblad mede, ter verbetering van andere
daaromtrent rondloopende onjuiste berichten, dat
sedert den 1™ October jl. het volgend aantal stu
denten de miiitaire inrichting van geneeskundig
onderwijs hebben verlaten, om de daarbij vermelde
redenen
„Afgekeurd voor den militairen dienst wegens
lichaamsgebreken5
„Verder ontslagen:
„Op eigen verzoek 3
„Wegens gebrek aan aanleg voor de studie
der natuurkundige wetenschappen. 2
„Wegens het niet op den bepaalden tijd
afgelegd hebben van hunne examens of daarin
niet te zijn geslaagd.16
„Wat verder de toekomst voor anderen brengen
zal, daarvan kan nog niets worden voorspeld."
De heer dr. A. E. van Roijen leeraar aan de
hoogere burgerschool te Haarlemdoet in de
Haarlemsche courant van heden eene mededeeling
over' door hem genomen proeven om het welrie
kend beginselvervat in de bloemen van Hyacin
then, in de parfumerie te gebruiken. Naar dat
opstel in zijn geheel verwijzende ontleenen wij
daaraan het volgende.
Na eene beschrijving der enfleurage-m&ttiote,
welke men in de groote fabrieken in Frankrijk
volgtdoch welke hij bij gebrek aan de noodige
toestellenniet kon bezigengaat de heer van
Roijen aldus voort
„Ik wikkelde de versche bloemenna ze met
olie te hebben bevochtigdin een eveneens met
olie gedrenkten doekbracht het geheel na vier
en twintig uren onder eene zachte drukking, ver
nieuwde de bloemen en overgoot die met dezelfde
olie en verkreegna dit eenige malen herhaald
te hebbeneene duidelijk naar hyacinthen rie
kende vloeistof.
„Ik correspondeerde toon over de zaak met den
heer Alphonse Pivervan de bekende firma L. T.
Piver te Parijs en Londen. De heer Piver schreef
mij „datzooals ik vermoed hadmen de hya
cinthen moest behandelen op hordendat men
dat hier ter plaatse (te Haarlem) beter kon doen
dan iu den vreemdedaar de versche bloemen
zooveel beter waren en meer gaven dan na ver
zending mogelijk zou zijn. Het aangename parfum
der hyaeinthen was in den handel zeer gezocht,
doch uit gebrek aan bloemen (hij toch verwerkte
slechts eenige weinige honderden kilogrammen)
bleef de prijs zeer hoog."
„De heer Piver verzekerde mij echter, dat hij,
kon men den prijs doen dalenhet gebruik er vaa
zou vervijfvoudigen.
Haastig kwam iemand dien hoek om en Charles
stond tegenover William Stane. Door de gas-
lantarens op straat en de gasvlammen in de win
kels was het hier zoo helder als de dag, zoodat
zij zich niet konden houden alsof zij elkander niet
zagen. De een maakte voor den andere eene
koele buiging en ieder ging zijns weegs.
„Ik zal in 't geheel geen notitie meer van hem
nemen, indien ik hem nogmaals mocht ontmoeten,"
zei Charles hij zich zeiven, en niet onmogelijk is
het, dat mijnheer Stane er eveneens over dacht.
„En nu naar Dougthy Street. Hoe zal ik dat
vinden
„Woont mijnheer Tanting hier?" vroeg hij aan
het dienstmeisje dat de deur open deed, toen hij
het adres gevonden had.
„Hij is daar," antwoordde zij, naar eene kamer
aan de linkerhand wijzende, en zonder verdere
complimenten heengaande, zoodat zij het aan hem
overliet zich zeiven aan te dienen.
Hij klopte dus "aan en opende de deur, toen
eene stem, welke hij voor dië van Peter hield,
„Binnen!" had geroepen.
Maar hij zag Peter niet. Daarentegen lag een
jongman op eene sopha bij het vuur uitgestrekt.
Charles begreep dadelijk dat het Fred zou zijn,
Poters broeder. Jongelieden nemen gewoonlijk
niet veel notitie van elkanders uitzicht, maar
Charles stond toch getroffen over het voorkomen
van dezen onbekende. Zijn blonde haren zaten
verward en zagen er bij den gloed van het vuur
als gouden draden uit, er was eene bijzondere