N». TL 120® Jaargang. 1877. Zaterdag 24 Maart. NATIONALE MILITIE. Dit blad verschijnt d a g e 1 ij k s niet uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke noimners zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiêni 20 Cent per regel. Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Hava»s, Laffitk G°. te Brussel en Parijs. BERICHT. Zij die zich voor 1 April 1877 op deze courant abonneeren, ontvangen de nog in dit kwartaal verschijnende nom- naers gratis. Eerste zitting van den militieraad. FETJIT iT iETOIST. TWEEDE DEEL. Middelburg, 23 Maart. MIDDELRURGSCHE COURANT. De burgemeester en wethouders van Middelburg, brengen ter kennis van de lotelingen dezer ge meente, behoorende tot de lichting van bet jaar 1877, die door den militieraad voor den dienst der militie zijn aangewezen of omtrent welke nog geene uitspraak is gedaan, dat die raad op Maandag 9 April 1877, des voormiddags ten 9i uur, in het gewoon lokaal in de Abdij eene tweede zitting zal houden, om uitspraak te doen omtrent alle in de eerste zitting niet afgedane zaken; alsmede omtrent hen, die als plaatsvervangers of nummer- verwisselaars verlangen op te treden, en dat, bijal dien nopens hunne redenen van vrijstelling nog geen uitspraak is gedaan of zij zich in den dienst der militie wenschen te doen vervangen, zij op gemelden tijd voor den militieraad moeten verschij nen, vergezeld van de personen, die als plaatsver vangers of nummer verwisselaars voor hen verlangen op te treden en voorzien van de navolgende stukken: 1° wat den plaatsvervanger betreft: a van een getuigschrift, dat hij is ingezeten, ongehuwd of kinderloos weduwnaar, niet beneden de 21 jaren ond, en dat hij een goed gedrag heeft geleid. (Dit getuigschrift wordt afgegeven door den burgemeester); b van het bewijs, dat hij zijne plichten ten aan zien van de militie heeft volbracht, of dat hij er geene te volbrengen had; c indien hij vroeger als militair of op 's lands vloot mocht hebben gediend, van een bewijs van ontslag en een getuigschrift van goed gedrag, afgegeven door den kommandant van het korps, •waarbij hij laatstelijk heeft gediend. (Dit getuig schrift kan bij dien kommandant worden aan gevraagd) d zoo hij minderjarig is, van een bewijs van de toestemming van zijn vader of voogd, om als plaatsvervanger op te treden; 2° wat den nummerverwisselaar betreft: a van een bewijs, afgegeven door den burge meester der gemeente, waar hij voor de militie is ingeschreven en onder anderen inhoudende, dat bij tot dusverre tot geen dienst bij de militie is verplicht geweest; b van de hierboven onder litt. c en i vermelde stukken c zoo hij voor de militie is ingeschreven binnen eene gemeente van een ander militie-district, dan waartoe de loteling behoort, wiens dienst hij ver langt waar te nemen, van een door den voorzitter van den militieraad van dat distriet afgegeven uittreksel nit het lotingsregister, waarop hij voor komt, bevattende de daarin ten zijnen aanzien vermelde opgaven. 62. Naar het Engélsch van mevrouw Henry Wood. Hoofdstuk III. EEN TIJGER. (Vervolg). William liet zijne hand op de hare rusten. Haar hoofd was een weinig van hem afgewend, hare wangen gloeiden, haar hart klopte. Er heerschte eene welsprekende stilte. Zij had haar hoed af genomen, die bij de banden aan haar arm hing, terwijl de zon een bijna gouden gloed op haar lichtbruin haar wierp. „Wilt ge mij 't genoegen niet doen, Alice, het te zingen. De vogeltjes tusschen de takken luis teren naar h en ik ook." En als buiten machte om zich tegen zijn wil te verzetten hief zij zonder aarzeling dadelijk aan en zong het lied geheel ten einde. Met uitzonde ring van de vogeltjes en van Stane was er nie mand om te luisteren, want bet was niet waar schijnlijk dat iemand zich in den omtrek van deze eenzame plek zou bevinden. Zij bezat eene lieve, Nadat de persoon, die als plaatsvervanger of uummerverwisselaar zal optreden, als zoodanig is toegelaten, zal door of vanwege ie» loteling, die zich doet vervangen, aan den militieraad moeten worden overgelegd een afschrift van de notarieele akte van overeenkomst over de vervanging in den dienst. Tot afgifte van de stukken, hierboven onder 1 a en d en 2 a bedoeld, zal op Woensdag den 4ea April e. k. des voormiddags van 10 tot 12 uur, in een der lokalen van het raadhuis zitting worden gehouden. Die als plaatsvervanger verlangt op te treden, zal alsdan vergezeld moeten zijn van twee bij den burgemeester bekende en ter goeder naam en faam staande meerderjarige ingezetenen, die de vereisckte verklaring omtrent het gedrag enz. van den plaats vervanger kunnen afleggen en onderteekenen. Hiervan is afkondiging geschied waar het behoort, heden den 23ett Maart 1877. De burgemeester en wethouders voornoemd, SCHOEEB. De secretaris, G. N. DE STOPPELAAR. Bij beschikking van den minister van financiën is bepaald dat het telegraafkantoor te Middel burg te beginnen met de volgende week, tot des avonds 10 uren geopend zal blijven. De gemeenteraad te Vlissingen zal a. Maandag des namiddags te 1 uureene openbare zitting houden ter behandeling der volgende zaken Herstemming rentestandaard leenbank; goedkeuring verordening hoofdelijke omslag; idem beschik king over den post vau onvoorziene uitgaven begrooting 1876procesverbaal van kasopneming jaarverslag burgeravondschooltabel van de leen bank; verzoek Swalp om afstand grond; idem Auer idemidem Husen om grond in huuraf- en overschrijvingen van eenige posten op de be grooting 1876voorstel om burgemeester en wet houders te machtigen tot uitbetaling van de pretentie van mr. van Hoek, te, Middelburg, wegens een rechtskundig adviesidem aan flayson wegens tegemoetkoming in het inladen van vuilnis om te beschikken over f 150 tot herstel van den bermweg tusschen het fort de Ruyter en de grens van O. en W .-Souburg; om een nieuw stel kadas trale kaarten te doen maken; regularisatie der ontvangsten wegens beer over 1876; adres om op het grondgebied uitbreiding te geven aan de politieverzoek om den muziektempel te plaatsen medcdeeling schoolwezen. *Bij beschikking van den minister van binnenl. zaken is goedgekeurd een speciaal tarief voor maar niet sterke stem en sprak elk woord ver staanbaar uit. Daar voor altijd zijde aan zijde te zitten zonder gestoord te worden, zou een Eden zijn geweest. Mijn valsche minnaar stal de roos En liet den doorn aan mij, waren de twee laatste regels en nauwelijks was de klank daarvan weggestorven of zij hoorden onverwachte voetstappen naderen en zagen eene vrouw aankomen die bij Alice welbekend was, zekere Sara Croftde huisvrouw van een man die hier op het landgoed werkte.' Zij woonden in een der ellendigste van de zoo gezegde varkens kotten, maar waren altijd beleefd en rustig. Wel legden zij eene zekere onafhankelijkheid aan den dag, maar zij stemden niet in met de halve rebellie der overigen. Haar voorkomen was in de hoogste mate armoedig. Zij droeg een blauw katoenen kleedje, dat, ofschoon zindelijkbijna geheel uit lappen bestondhaar oude doek viel bijna uit elkander en haar zwarte hoed bad zeer goed tot vogelverschrikker kunnen dieneD. Zij maakte eene neiging en wilde voorbijgaan, toen Alice vroeg hoe het met hare zieke kinderen ging. „Die zijn niets beter, juffer," gaf zij ten ant woord, terwijl zij voor de bank bleet staan. „De kleinste is nu ook ziek, evenals de twee jongens. Ik heb er heel wat meê uit te staan." „Waarom hebt ge er den dokter niet bij?" vroeg Alice. „Meer dan eene week geleden ben ik naar het armbestuur gegaan, om te zeggen dat mijne kin- het vervoer van groot en klein vee van Bommel, BoxtelDordrechtEindhovenGeldermalsen, 's Bosch, Langeweg, Maastricht, Roermond, Rot terdam, Tilburg, Utrecht en Venlo naar Vlissin gen (haven). De vrachtprijzen naar Rotterdam zijn eerst gel dig na opening der sectie MallegatRotterdam. Dit tarief treedt dadelijk in werking. - De zaak van het kanaal Neuzen -Gent slui mert wel, maar rust toch niet; doch het schijnt dat zij hare oplossing niet naderbij komt. Nauwe lijks had de minister van openbare werken in de Belgische tweede kamer dezer dagen verklaard dat „de onderhandelingen tusschen de beide regee ringen nog hangende waren en hij zijn best zou doen om zoo spoedig mogelijk de zaak tot een einde te brengen", of de heer Meeus, afgevaar digde voor Antwerpenstond op om te betoogen dat de belangen van Gent niet bevorderd mochten worden ten koste van Antwerpen, en dat de regeering dus iedere voorwaarde behoorde af te wijzen, die in het nadeel van Antwerpen kon strekken. Het vraagstuk blijft dus hetzelfde. De belangen van Gent te bevredigen te gelijk met die van Antwerpen, daarbij de Belgische schatkist niet te benadeelen en tevens met de Nederlandsehe regee ring tot overeenstemming te geraken, ziedaar het raadsel dat het kabinet-Malou op te lossen heeft. Behalve de reeds door ons gemelde wetsont werpen werd gisteren door de tweede kamer ook aangenomen het wetsontwerp tot verstrekking van rijkspaarden aan officieren, die tot het houden van dienstpaarden zijn verplicht. Naar aanleiding van .bedenkingen door den heer de Roo ingebracht, wérd liet wetsontwerp door den minister van oorlog in dien zin gewijzigd dat de gelegenheid om paar den te bekomen door het departement van oorlog- slechts geopend zal worden„voor zoover de dienst het toelaat". Met zekerheid wordt gemeld, dat de Belgische regeering het verbod van invoer der goederen uit Nederland, die in hooi of stroo zijn verpakt, geheel heeft opgeheven. Aan de hoogeschool te Leiden is bevorderd tot doctor in de rechten de heer J. P. Gau, van Zierikzee, met stellingen. Het dubbel verlies, door de tweede kamer te lijden, nu de heer G. de Vries Az. zijne vroe gere plaats als lid van den raad van state weder gaat innemen en de heer D. J. baron Mackay deren den dokter noodig hadden; maar gisteren is hij pas gekomen." „En wat ze! hjj?" „Ik zal u eens zeggen wat hij zei, juffer, als ge 't hooren wilt. Hij zet dat de dokters met al hunne drankjes niets konden uitrichten, zoolang de huizen zulke pestholen waren. Pestholen, dat was zijn eigen woord. Ik zou het vergeten heb ben, als de man, die bij Jetty woont, mij niet datzelfde woord nog pas een paar minuten geleden herhaald bad. Ik ging hem zooeven voorbijbij zat ginds ODder de benkenboomen." William en Alice herinnerden zich dadelijk den man, dien zij hadden zien zitten. „De man, die bij Jetty woont herhaalde Alice. „Wie is dat?" „Een vreemdeling, die zich hier ophoudt. Hij kwam op een morgen, eene week geleden, en nam Jetty's kamers, djè te huur stonden." „En wat komt hij hier doen?" „Ik denk, zijn neus in eens andermans zaken steken," antwoordde de vrouw. „Hij is altijd op de beenmen kan niet heel ver gaan, of men ontmoet hem. Verleden Zaterdag stapte hij bij ons binnen, zonder zelfs te kloppen, draait zich om en om, kijkt naar den rottigen vloer en de vochtige muren, en snuift den stank op die er altijd staat. Hij deed alsof hij het volste recht had. „Wie is uw landheer zegt hij, „en weet hij hoe deze spelonk er uitziet?" Ik vertelde hem tóen dat majoor Kaynor op den Arendshorst onze landheer was en het wel wist, maar niets voor van Ophemert ons land verlaat, is niet gering te schatten. Het Vaderland zegt omtrent laatstge noemden afgevaardigde het volgende „De heer Mackay zal zich metterwoon te Londen vestigen, en op dit oogenblik is misschien by het Engelsche lagerhuis reeds een naturalisatie-voordracht ten zijnen behoeve ingekomen. Door zeer velen in den lande zal ongetwijfeld dit bericht met verba zing worden ontvangenwel bracht de Tielsche afgevaardigde steeds een groot deel van het jaar in Engeland door, maar wij hadden niet gedacht, dat hij Nederland, waaraan hij met zoovele banden gehecht is, ooit zou verlaten om aan de overzijde van den Oceaan een tweede vaderland te zoeken. Vooral in het district Tiel zal die tijding algemeen als een treurmare worden opgenomenlaat ons hopen, dat het aan de kiezers van dat district moge gelukken een waardig plaatsvervanger te vinden." Volgens het Vaderland zijn de rechterlijke wetten in de eerste kamer door de meerderheid gunstig ontvangen. De minister van financiën heeft op een adres van het hoofdbestuur der Hollandsche maatschappij van Landbouw, aandringende op afschaffing, hetzij in eens, hetzij trapsgewijs, van de registratie rechten bij eigendomsoverdracht onder de levenden van onroerend goed en bij vestiging van hypotheek rechten, geantwoord: „dat met belangstelling is kennis genomea van den inhoud van het adres en de regeering ook bij de voorgenomen herziening der wetgeving op de registratie, zeer stellig, op de belangen van den landbouw en het grondcrediet zal lettendat echter daarbij niet verwacht kan worden eene geheele afschaffing van het recht van overdracht onder de levenden van onroerend goed, omdat dit recht ge middeld 6 a 7 millioen gulden 's jaars opbrengt, d. i. 2/3 der geheele belasting,en die opbreDgst niet kan worden gemist zonder voldoend equi valent, dat zeker hoogst bezwaarlijk te vinden zou zijn." Op uitnoodiging van den minister van binnen- landsche zaken heeft prof. Ad. Mayer, directeur van het proefstation, zich verleden Zondag naar Groningen begeven, ten einde daar de door het zeewater overstroomde landerijen in oogenschouw te nemen en na te gaan, welke onderzoekingen in het werk gesteld kunnen worden met het oog op de behandeling van die landerijen, om deze weder zoo spoedig mogelijk vruchtbaar te doen zijn. Burgemeester en wethouders van Groningen heb ben zich in dezen tot hulp en medewerking vol gaarne bereid verklaard. LbCt.) ons deed. Ik hoor, dat hij in andere woningen ook gegaan is." De toon, waarop de vrouw dit zeide, was beleefd, doch er kon geen twijfel bestaan dat zij bet aan Alice als dochter van den majoor Raynor zeide. „Toen ik hem nü voorbij ging vroeg hij of de zieke kinderen beter waren, juist zooals gij gedaan hebt, juffer. Ik moest hem antwoorden, dat zij integendeel erger waren. „En zij zullen erger blijven en nooit beter worden, evenmin als gij allen," zei hij, „zoolang gij in die pestholen blijft wonen." Alice hief het hoofd met minachting op, was zeer verontwaardigd over het ingewikkeld verwijt en verwaardigde de vrouw met geen woord verder, waarop deze weder eene vluchtige neiging maakte en haar weg vervolgde. „Wat zijn zij allen weêrbarstigriep Alice uit. „Als het gesprek nog een oogenblik geduurd had, zou die vrouw Croft brutaal geworden zijn." „Hunne woningen z ij n slecht," merkte Stane na eenige oogenblikken zwijgens aan. „Zou er niets aan te doen zijn om ze iets beter te maken „Dat is papa's zaak, niet de mijne," antwoordde Alice half spijtig. „En dat die vreemde man zich daar nu meê gaat bemoeienWat voert hij in zijn schild?" „Ik geloof niet, dat hij er eene eigenlijke be moeiing mede op het oog heeftmaar hij laat zijne oogen aan alle kanten rondgaan, om zijn tijd te pas- seeren, want mij dunkt dat hij hier, zoover yau zijne

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 1