Telegraphische berichten,
Benoemingen en besluiten.
Onderwijs.
Kerknieuws.
Landbouw.
Het vee-vervoer naar Engeland-
rle van toelichting, dat dit slechts zeldzame ge
vallen z§n. Maar die gevallen zijn niet zoo zeld
zaam. Zelfs in Walcheren zijn er gemeenten waar
geen belastingen betaald worden. Van verplichte
schoolgeldheffing is het natuurlijk gevolg, dat in
onderscheidene gemeenten uitgaven, die niets met
het onderwijs te maken hebben, zelfs uitgaven
van luxe, zullen betaald worden door de ouders
wier kindereu schoolgaan.
De beraadslaging over art. 42 wordt alsnu ge
sloten en op voorstel van den voorzitter ^besloten
als conclusie aan te nemen„dat het departement
de bedoelde bepaling afkeurenswaard acht."
Thans was aan de orde de bespreking van art.
16 van het ontwerp, luidende:
„In elke gemeente wordt lager onderwijs gegeven
in een voor de bevolking en de behoefte voldoend
getal scholen, toegankelijk voor alle kinderen,
zonder onderscheid van godsdienstige gezindheid,
die den leeftijd van zes jaren hebben bereikt.
„Ter bevordering van de behoefte, in de vorige
zinsnede bedoeld, wordt onderzocht of en in hoe.
verre door anderen dan de gemeente voor voldoend
schoolonderwijs wordt gezorgd.
„Het onderwijs omvat, enz."
De heer mT. Gr. A. Fokker achtte discussie over
'dit artikel onnoodig, na het straks door den heer
Pieké aangetoonde dat het in strijd is met art.
194 der grondwet. De minister heeft in zijne zeer
spitsvondige redeneering omtrent dit artikel over
het hoofd gezien dat in de 3e alinea van art. 194 der
grondwet staat, dat „overal" in het rijk van over
heidswege voldoend openbaar lager onderwijs zal
gegeven worden. Aan dit voorschrift nu wordt
niet voldaan als er gemeenten in ons land zijn
die geen inrichting voor openbaar onderwijs heb
ben. Overal beteekent zonder onder
scheid, en daarmede is het denkbeeld van den
minister geheel in strijd.
De heer J. J. H. Doorenbos merkte op, dat in
de practijk nog al gezondigd wordt tegen het
voorschrift van art. 194 der grondwet. Er zijn
gemeenten, die tien a twaalf dorpen omvatten, doch
slechts een enkele openbare school bezitten. Zijns
inziens wil de minister nu door dit art. 16 van bet
wetsontwerp wettig maken wat nu nog onwettig
geschiedt. Toch is ook hij tegen dit artikel, om
dat het in strijd is met het meergenoemde artikel
der grondwet.
Op eene vraag van dr. F. P. J. Sibmacher Zijnen
omtrent de juiste beteekenis van bedoeld grond
wetsartikel, merkt de heer G. A. Fokker op, dat
het geval misschien denkbaar is dat in eene ge
meente alle ouders onderwijs in kerkelijke rich
ting verlangen. Zelfs in dat geval zou echter aan
het grondwettig voorschrift voldaan en van over
heidswege gelegenheid tot het ontvangen van het
openbaar onderwijs gegeven moeten worden, daar
immers ieder oogenblik inwoners van andere denk
wijze zich in de gemeente kunnen vestigen of de
denkwijze der aldaar gevestigde wijziging kan
ondergaan. In Friesland vindt men echter gemeenten
die 28 dorpen, gehuchten of buurten omvatten. Nu
zou het alleen de vraag kunnen zijn, of ieder van
die 28 dorpen eene openbare school zou behooren
te bezitten. Hieromtrent zal op bijzondere omstan
digheden moeten gelet worden.
De heer Pické wees in verband tot deze opmer
king er nog op, dat iedere gemeente ook verplicht
i3 eene begraafplaats te hebben, zelfs dan al
wordt er geen gebruik van gemaakt. Zoo zou het
ook met de openbare scholen moeten zijn.
Aisnu wordt bij acclamatie besloten om namens
het departement als gevoelen uit te spreken „dat
art. 16 alinea 2 van het ontwerp in strijd is met
art. 194 der grondwet."
De ongunstige weersgesteldheid was oorzaak dat
heden middag de voorgenomen parade van het
garnizoen en de inspectie der schutterij, ter eere
Ëoofdstuk XIII.
BIJ 't STÜKRELICHÏ.
„Hebt ge een oogenblikje voor mij, Frank?"
vroeg Edina.
„Vijftig oogenblikjes, als 't noodig is," was het
antwoord op den gewonen gullen toon; „kom
maar binnen."
De dag liep ten einde en Edina had nog geen
gelegenheid gevonden, om Frank alleen te spreken.
Het geheim, dat zij dien morgen onverwacht
had leèren kennen, vervulde hare geheele ziel. Er
kennis van te dragen en Frank daarvan onkundig
te laten, was haar onmogelijk. Vertellen moest
zij het hem, en wel hoe eer hoe beter. Na de
thee had hij met den dokter tot den donker zit
ten praten, en daarna moest hij nog een patient,
die met de koorts lag, in de Eenzame Rij gaan
bezoeken. Toen hij naar hoven ging om een
anderen jas aan te trekken, dacht Edina dat dit
nu eene geschikte gelegenheid zou zijn en was zij
hem gevolgd.
Wjj zagen hoe hij haar ontving. Vlug in al
zyue manieren had hij reeds zijn jas uitgetrokken
en den ouden van den knop genomen waaraan die
hing. Edina zette zieh nu bij de tafel neêr.
„Frank," begon zij op zachten toon, want het
hinderde haar inderdaad dat zij moest spreken,
„ik ben dezeu morgen even na achten toevallig
in de kerk geweest enheb u daar gezien."
„Werkelijk?" riep hij uit, en bleef met den
van den 60en jaardag van Z. M. den koning",
geen voortgang hebben gehad.
Overigens werd deze feestelijke gebeurtenis alhier
op de gewone wijze herdacht door het uitsteken
van vlaggen, bespeliug vau het carillon, een mili
tair assaut in de kazerne, onthaal van de ver
pleegden in de gestichten enz. Daar het weder
na den middag was opgeklaard werden voor het
gebouw van den commissaris des konings iu de
Abdij door het muziekkorps der schutterij eenige
muziekstukken uitgevoerd.
De leden der sociëteit van het kader schutterij
onder de zinspreuk „Door de wapens vrienden,"
die zich heden avond aan een gemeenschappelijk
souper vereenigen, hebben aan den vorstelijken
jubilaris het volgende telegram gezonden:
„Aan Z. M. den koning.
„De leden der sociëteit uit het kader der dd.
schutterij te Middelburg, onder de zinspreuk
„Door de wapens vrienden," hebben de eer uwe
majesteit hartelijk geluk te wenschen met hoogst-
deszelfs 60en jaardag.
„Namens het bestuur der sociëteit,
„(Get). J. H. van de Putte,
President."
In de Weser Zeitung leest men: Een tarief voor
extra-treinen voor het vervoer van steenkolen en
cokes uit het Westfaalsche steenkolengebied naar
de zeehaven Vlissingen, waarover reeds sedert
eenigen tijd onderhandelingen waren aangeknoopt,
is zoo even openbaar gemaakt.
Het nieuwe tarief onderscheidt zich vau de in
den laatsten tijd voor andere zeeplaatsen vastge
stelde tarieven daardoor, dat door dit tarief het
vervoer naar Vlissingen voor de drie in voornoemd
kolengebied loopende spoorwegen naar denzelfden
maatstaf geregeld is. In de betrokken streken
zal men dit voorrecht als een vooruitgang in het
tariefwezen begroeten, ofschoon het van den ande
ren kant jammer is, dat de spoorwegen de vracht
prijzen niet volgens het voorstel van het comité
voor den steenkolen-uitvoer 6J Mark per 10000
kilo lager hebben gesteld.
De kamer van koophandel te 's Gravenhage
heeft besloten burgemeester en wethouders dier
gemeente te adviseeren dat het haar wensehelijk
voorkomt dat het gemeentebestuur zijne instem
ming betuige met het adres, door den gemeenteraad
van Goes, aan den minister van biunenlandsche
zaken ingediend om op het overnemen door den
staat der spoorweglij nen RoosendaalBreda en
RoosendaalMoerdijk aan te dringen.
De Staats-courant van 18 en 19 dezer bevat het
koninklijk besluit vau den 14e>> dézer, waarbij ter
aanmoediging en belooning van langdurige ijverige
en trouwe diensten van mindere geëmploieerden,
werklieden en bedienden, werkzaam bij inrichtin
gen van 's rijks zee- en landmacht, onderschei-
dingsteekenen (bronzen, zilveren en gouden
medailles) ingesteld en gratificatiën geschonken
worden.
In de Staats-courant van 18 en 19 dezer komt
weder een nominatieve opgave voor van Europee-
sche militairen, overleden na evacuatie uit Atchin,
voor zoover daaromtrent tot 13 Januari jl. bij het
departement van oorlog in Nederlandsch-Indië be
richt was bekomen, te wetenA. van Hest, gebo
ren te UdenhoutJ. de Backer, geb. te Brussel
J. Hellings, geb. te Berchem, allen fuseliers; P.
van Leeuwen, geb. te Rotterdam, cavalerist; R.
Jansen, geboren te RenkumG. Schunrhof, geb.
te Weerselo, en P. J. Sommerain, geb. te Bastonge,
allen fuseliers.
In het bij de Staats-courant van 18 en 19 dezer
behoorende tweede bijvoegsel zijn opgenomen de
jas half aangetrokken staan. „Enhebt ge
ook nog iets anders gezien
„Ik geloof, Frank, dat ik alles gezien heb wat
er te zien was. Ik zag u met Margaret St. Clare
voor het altaar staan, terwijl mijnheer Bockup u
trouwde."
„Hoe is 't mogelijk!" riep hij met eene verba
zende kalmte en gelijkmoedigheid uit. „Eu stondt
ge niet verwonderd, Edina?"
„Verwonderd, en nog heel wat meer. Ik was
ontsteld en bedroefd."
„En wat bracht u zoo vroeg in de kerk, Edina
„Het toeval zou men kunnen zeggen, ofschoon
ge weet, dat ik tot de menschen behoor die aan
geen toeval gelooven. Ik zocht juffrouw Trim,
maar vond haar huis gesloten, zoodat ik dacht,
dat zij in do kerk aan 't schoonmaken was. O,
Frank, hoe hebt ge iets zoo verschrikkelijk
onvoorzichtigs kunnen doen?"
„Wel, dat weet ik zelf bijna niet, Edina. Ge
moet er mij maar niet te hard over vallen."
„Ik heb geen recht, om u hard te vallen," gaf
zij ten antwoord, „en dat zou ook geen nut meer
hebben, nu de daad verricht is. Evenwel moet
ik u zeggen, dat het een zeer verkeerde stap was,
een onbeschrijfelijk onvoorzichtige stap, en dat
moet gij zelf ook wel geweten hebben. Ik
zou het nooit van Margaret St. Clare hebben
gedacht."
Wordt vervolgd).
statuten van de Coöperatieve winkel vereeniging
„Kinderdijk" te Nieuw-Lekkerland, en van de
Coöperatieve vereeniging tot het verschaffen van
woningen voor ambtenaren en daaraan gelijk
staanden stand, te Haarlem.
Bij beschikking van den minister van binnen-
landsche zaken van 17 Februari zijn benoemd
tot leden van het uitvoerend eomitê, bedoeld sub
3 van het koninklijk besluit van 27 Januari jl.,
n° 11, behelzende de benoeming van de Nederlaudsche
hoofdcommissie voor de internationale tentoon
stelling te Parijs in 1878, Jac. P. R. Galesloot,
L. A. H. Hartogh, dr. W. J. A. Jonckbloet, Her
man F. C. ten Kate, L. C. van Kerkwijk, d'. L.
Mulder en P. Stortenbekertot secretaris der
hoofdcommissie het lidjl1. W. J. A. Jonckbloet
en tot penningmeester het lid dr. L. Mulder.
{Staats-courant.)
Gedeputeerde staten van Noord-Brabant heb
ben de besturen der waterschappen aangeschreven
om zorg te drageu dat op de meest zwakke en
meest bedreigde punten der dijken de noodige
materialen aanwezig zijn, om bij onverhoopt gevaar
ter voorkoming van doorbraken te kunnen dienen,
en verder alles voor te bereidenwat vereiseht
wordt om de dijkposten bij noodzakelijkheid
onverwijld te kunnen doen betrekken.
De stations langs de Maas van Cuyk tot Wou-
driehem zijn reeds door de ambtenaren van den
waterstaat betrokken. Het steeds hooger stijgende
water maakte het instellen der buitengewone rivier
correspondentie noodzakelijk.
De berichten omtrent den toestand der dijken
in Noord Brabant luiden overigens gunstig.
Z. M. heeft benoemd tot ridder 3e klasse van
den Gouden Leeuw van Nassau den luitenant ko
lonel C. H. F. Graaf Du Monceau, adjudant en
particulier secretaris des konings.
Benoemd tot ridders der orde van^den Neder-
landschen leeuw de heer J. G. Matthes, directeur
van het entrepot-dok te Amsterdam en mT, I. J.
Rahusen, secretaris der commissie voor de Rijn
vaart te Amsterdam.
Door den groothertog van Luxemburg zijn in de
orde van de Eikenkroon benoemd tot officieren:
de luitenant kolonel van den geneeskundigen dienst
R. van Raalten," de kapitein bij den staf C. L.
W. Moorrees, de ritmeester bij den staf der cava
lerie jonkheer L. J. H. Teding van Berkhout, de
eervol ontslagen kapitein der infanterie M. H.
Cuytenbronwer, de kapitein-luitenants ter zee
E.' L. baron van Heeckeren van Waliën en H. D.
Guijot, de luitenant ter zee le klasse G. Kruijs
en de officier van gezondheid bij de marine C. H.
Schröder;
tot ridders: de le luitenants der infaDterie J. J.
E. Franken en W. A. F. de Meester, de le luite
nant der mariniers C. J. Visser en de officier van
gezondheid bij dat korps A. Peters;
tot kommandeur J. J. de Watstein Pfister, lid
van de algemeene rekenkamer en
tot grootofficier mr. Dnllert, voorzitter van de
tweede kamer der staten-generaal.
Z. K. H. prins Alexander der Nederlanden is
benoemd tot geheraal-majoor bij den grooten staf
en tot schout bij nacht a la suite.
tweede kamer.
De overeenkomst betreffende de Pruisische
kanaalverbindingen is heden met 55 tegen 3 stem
men aangenomen. Na de bekrachtiging daarvan
zullen de noodige concessien voor de uitvoering
worden verleend.
De heer Fabius interpelleerde daarna de regee
ring betreffende Curasao. De minister van kolo
niën deelde mede dat vóór het ontslag van den
gouverneur Wagner aan de regeering bekend was,
dat de uitvoer van krijgsbenoodigdheden uit
Curasao werkelijk toegelaten werd, doch de gou
verneur was daartoe bevoegd krachtens do be-
staando bepalingen en dewijl niet juist gebleken
was uit de waarschuwing van den handelsagent te
Curasao, dat de wapenen niet bestemd waren voor
Haïti, werwaarts het vervoer plaats had.
De minister van buitenlandsche zaken verklaar
de dat de regeering van Venezuela welden invoer
belemmerd, doch geen nieuwe havens gesloten had.
De minister waarschuwde tegen overdreven pole
miek enz. ten gunste van Venezuela.
De heer Fabius drong sterk aan op het bepaald
verbieden van den invoer van oorlogsbehoeften
in Curasao, waardoor de uitvoer van zelf onmoge
lijk zou worden.
De volgende week worden de rechterlijke wet
ten aan de orde gesteld.
stoomwezen. Benoemd tot tijdelijk aspirant
ingenieur voor het stoomwezen, de opzichter le kl.
voor het stoomwezen H. W. E. Struve; tot op
zichter le kl. voor het stoomwezen, de opzichter
2e kl. J. G. de Vries Robbé, en tot opzichter
2' kl. voor het stoomwezen E. J. Smits, te Kra*
lingen.
rijks-gebouwen. Benoemd tot opzichter over de
rijks gebouwen onder beheer van het departement
van financiën: in de provinciën Zuid-Holland en
Zeeland, standplaats Rotterdam, W. C. van Goor,
thans opzichter over de gebouwen van het do
mein enz. aldaar; in de provinciën Noord-Holland
en Utrecht, standplaats Amsterdam, C. D. Wijn-
dels de Jongh, te Amsterdam.
staatscommissie*-. Benoemd tot leden der per
manente militaire spoorweg-commissiea P. C.
Beelenkamp, hoofdinspecteur der beweging bij de
Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappijb J.
Verloop Cz., ingenieur bij de Nederlandsche Rijn
spoorwegmaatschappij e J. W. H. Conrad, inge
nieur-werktuigkundige, chef van den loopenden
dienst bij de Nederlandsche centraalspoorweg-
maatschappij, en d m'. H. M. A. baron van der
Goes, chef van het mouvement bij de Maatschappij
tot exploitatie van staatsspoorwegen
Toen vóór een paar jaren door de Maatschappij
tot nut van 't algemeen bij hare afdeelingen werd
aangedrongen op het oprichten vau schoolspaar-
banken, om zóo reeds vroeg de kinderen aan spa
ren te gewennen, hebben slechts weinige departe
menten een poging aangewend om deze zaak tot
stand te brengen.
In de gemeente Abbekerk echter heeft men het
beproefd en is die poging met zulk een gunstigen
uitslag bekroond, dat aan het einde van het 2e
boekjaar van de 138 kinderen die de openbare
school bezochten 130 daaraan deelnamen. Gedu
rende die twee jaren was door hen ingelegd 900,
eene som, die voorzeker groot mag genoemd wor
den, als men bedenkt, hoe zij geheel uit spaarcon-
ten is bijeengebracht. NB. Ct.)
Aan den kerkeraad te Amsterdam is, blijkens
een bericht in den Standaard, door den predikant
van Ronkel een gemotiveerd voorstel ingediend,
om zoodanige door hem bepaald aangegeven
maatregelen te nemen, dat de sakrameuten niet
meer kunnen worden bediend door moderne pre
dikanten.
(Ingezonden.)
Is het voor Duitschland's veestapel te bejam
meren dat aldaar de veepest is uitgebroken, ook
voor de maatschappij „Zeeland" is zulks het geval.
De begonnen verzending van vee uit Duitsch-
land over Vlissingen naar Engeland is daardoor
tóch gestaakt. En dat die verzending van vee
aanzienlijk kon worden bewijst de omvang dien zij
in België heeft bereikt. Verre het grootste aantal
van het slachtvee, dat van België naar Engeland
gaat, komt uit Duitschland, een klein aantal,
meest schapen en varkens, wordt uit Nederland en
Frankrijk aangevoerd, en een onbeduidend klein
getal schapen en ossen uit België. Er werden
uitgevoerd iu de jaren:
rundvee schapen varkens totaal
1870. 201790 672839 97259 971888
1871. 247426 917077 85613 1250116
1872. 171996 810539 16058 998593
1873. 198968 849278 79923 1128169
1874. 193096 756924 115314 1065354
De overtocht van het vee geschiedt van nlt
Antwerpen en de transportkosten bedragen voor
een os 1 gulden, voor een schaap 65 cent, voor
een lam 60 cent en voor een varken 1 gulden 50
cent.
Het uit Duitschland komende sl acht vee schapen
en ossen wordt per spoortrein naar Nederland
en België gevoerd, en in Hamburg, Altona, Bremer
haven, Geestemunde, Harlingen, Helder, Rotterdam
Antwerpen en Ostende, ingescheept, doch het uit
West-Duitschland en Oostenrijk aangevoerde vee
wordt meest in de beide laatstgenoemde plaatsen
ingescheept en deels naar Londen, deels naar
andere groote steden van Engeland, Hull, Grimsby,
Goole, Leith, Newcastle enz. verzonden. De
grootste handelshuizen zijn aan dit vee-vervoer
verbonden. Het transport heeft plaats in opene
of gesloten veewagens, in welke 911 ossen en
50—60 schapenen in etage-waggons waarin
130—135 schapen vervoerd kunnen worden. Iu
Antwerpen aangekomen worden de waggons aan
het station Stuijvenberg ontladen, waarvoor 50
centimes per waggon moet worden betaald. Daarna
wordt het vee in de verschillende groote etablis
sementen gebracht en tot den dag der inscheping
aldaar verzorgd.
Gemiddeld bedragen de kosten van hot trans-
port door België, daaronder begrepen de verpleeg-
kosten voor êen dag, voor een Duitsch schaap 53
cent en voor een os f 1.18. Na eene korte rust
worden de zieke en verwonde dierenwelker
getal somtijds aanzienlijk is, afgezonderd. Gestorven
vee komt het meest voor tengevolge van verstik
king in de tfagons, vooral bij schapen, bij groote
hitte of wanneer eenige dieren zich nederleggen
en door de andere worden vertrapt.
Voor het inschepen wordt het vee ten opzichte
van den gezondheidstoestand onderzocht. Het
rundvee wordt stuk voor stuk door middel van
kranen, schapen en varkens op beweegbare brug
gen, aan boord gebracht. De overvaart vau Ant
werpen naar Londen duurt 18 tot 20, zelden 24
uren,