BUITENLAND.
Handelsberichten.
Verkoopingen en aanbestedingen.
Thermometerstand.
Staten-Generaal.
Algemeen Overzicht.
Graanmarkten enz.
118
100 100
Te Brussel heeft dezer dagen een zonder
linge weddenschap plaat3 gehad. Een bierbrouwers
jongen Henri Mesdom genaamdhad gewed dat
hij in twee uren de boulevards rondom de stad
zou omloopen terwijl hij met éen hand een ledige
ton zou voortrollen, die 235 liters kan bevatten.
De ton zou hem slechts tweemalen mogen ont
snappen. Hij heeft zijne weddenschap eervol ge
wonnen daar hij reeds in IJ uur zijne wandeling
had volbracht.
De nieuwe keizerlijke titel van koningin
Victoria, gelijk hij jl. Zaterdag met groote staat
sie te Delhi werd afgekondigd, zal in het Perzisch
(de hoftaal in Hindostan) Kaisar-i-Hind, in het
Hindoesch Hinda Kaisar luiden. De volledige
titel van de koningin zou dan zijn: Maharaja
Adhiraja Sri Bani, Victoria, Kaisar-i-Hind. Op
genoemden dag heeft lord Lytton, onderkoning van
Britsch-Indië, zijnen intocht te Delhi gehouden,
waarbij de grootste luister werd tentoongespreid.
Een ontzagwekkende militaire macht, een groot
aantal rijk getooide inlandsche vorsten en meer
dan duizend olifanten bevonden zich bij den op
tocht, die een afstand van 4 uren aflegde. De
troepen stonden over een lengte van negen kilo
meters geschaard.
Het proces tegen de drie Belgische bladen,
de communistische „Werker" de clericale „Bien
public" en „Patrie", welke de zestien meisjes uit
den arbeidenden stand, die in den historischen stoet
der Gentsche Pacificatie hebben medegewerkt,
belasterd hebben, is Dinsdag voor derechtbank
te Gent aangevangen. De heer Seresia, advocaat
te Gent, eischte voor zijne 16 clienten ieder eene
schadevergoeding van 200 franken en eerher
stelling door afkondiging van het vonnis in ieder
der aangeklaagde bladen en in nog twee andere
bladen ter keuze der eischeressen. Het openbaar
ministerie is den 8en Januari aan het woord. Namens
den „Werker" wordt de onbevoegdheid der Gentsche
rechtbank beweerd, daar dit blad te Antwerpen
uitkomt.
Op 23 dezer is te Zierikzee onder andere
vaste goederen in het openbaar verkocht een perceel
tuingrond bevattende 20 tuintjes, te zamen groot
1 hectare 32 a. en 60 c. a. gelegen in de ge
meente Dreischor voor den aanzienlijken prijs Van
f 1240 per 39 a. 24 c. a. zijnde ruim ƒ3000
per hectare.
27 Dec. 's av. 11 u. 46 gr.
28
's morg. 7 u. 47 gr. 's midd. 1 u. 50 gr.
's av. 6 u. 50 gr.
tweede kamer.
Lager onder-wijs.
Het wetsontwerp tot herziening der onderwijswet
van 13 Augustus 1857, bevat 84 artikelen, waarvan
de voornaamste, öf geheel óf gedeeltelijk afwijkende
van de bestaande, öf geheel nieuw, aldus luiden:
Art. I. Het lager onderwijs omvata het lezen;
het schrijven; c het rekenen; d de beginselen
der Nederlandsche taal; e die der aardrijkskunde;
f die der geschiedenis; g die der kennis van de
natuur; h het zingen; i de gymnastiek; k het
handteekenen; l de nuttige handwerken voor meisjes.
Art. 2. Lager onderwijs wordt gegeven in scho
len en in bijzondere woningen. Het eerste is
school, het laatste huisonderwijs. Onderwijs
aan kinderen van vier of meer gezinnen te zamen
en onderwijs in armeninrichtingen, gods-, gast
en werkhuizen, gestichten van weldadigheid en
andere instellingen van openbaar nut gegeven,
wordt als schoolonderwijs beschouwd.
In art. 3 is de facultatieve bepaling nopens het
subsidieeren van bijzondere scholen, vervangen door
het volgend verbód:
„Aan bijzondere scholen wordt van wege de
gemeente, de provincie of het rijk geen subsidie
verleend."
De artt. 4 en 5 bevatten bepalingen omtrent de
schoollocalen. Art. 5 bepaalt o. a.dat in hetzelfde
schoollocaal slechts aan zoovele kinderen gezamen
lijk onderwijs mag worden gegeven, dat voor ieder
kind minstens 70 dec. oppervlakte en 4 meter
ruimte aanwezig zij.
In art. 6 is het kweekelingstelsel behouden,
doch met die bepaling, dat kweekelingen, na een
tweede met ongunstig gevolg afgelegd examen,
niet meer als zoodanig werkzaam mogen blijven.
De artt.' 711 behelzen voorschriften omtrent
de bevoegdheid (en het verlies daarvan) tot het
geven van lager onderwijs.
Art. 12. in het algemeen sprekende van rijks-
kweek- en normaalscholen, geeft, aan de provincies,
gemeenten en bijzondere scholen de bevoegdheid
gelijke scholen op te richten en te onderhouden.
Art. 13 en 14 regelen het booger beroep der be
sluiten van ged. staten en de toepasselijkheid der
bepalingen omtrent de onderwijzers op de onder
wijzeressen.
In art. 15 is de niet-toepasselijkheid der wet
ook uitgestrekt: op de alleen voor het onderwijs
in een of meer der vakken, vermeld onder h, i, k
en l van art. 1, bestemde scholen; op de bewaar
scholen op de scholen voor doofstommen, blinden,
spraakgebrekkigen en idioten; op de scholen in
de gevangenissen.
Art. 16. In elke gemeente wordt lager onderwijs
gegeven in een voor de bevolking en de behoefte
voldoend getal scholen, toegankelijk voor alle kin
deren, zonder onderscheid van godsdienstige ge
zindheid, die den leeftijd van zes jaren hebben
bereikt. Ter beoordceling van de behoefte, in
de vorige zinsnede bedoeld wordt onderzocht, of
en in hoeverre door anderen dan de gemeente
voor voldoend schoolonderwijs wordt gezorgd.
Het onderwijs omvat de vakken, vermeld onder
a—g van art. 1daarbij kan worden gevoegd het
onderwijs in de vakken onder h—l van dat artikel
of in een of meer dier vakken. Aan de scholen
kan bovendien onderwijs worden gegeven in de
beginselen van eene vreemde levende taal, in de
beginselen der wiskunde en in de fraaie handwer
ken, zonder dat zij daardoor ophouden scholen van
lager onderwijs te zijn. Twee of meer naburige
gemeenten kunnen, met inachtneming van art. 121
der wet van den 29en Juni 1851 (Stbl. n° 85),
zich vereenigen tot het oprichten en instandhouden
van gemeenschappelijke scholen, of tot het vast
stellen eener regeling omtrent de toelating van
kinderen uit de eene gemeente, tot scholen van de
andere.
Art. 17. Het staat aan de gemeentebesturen
vrij, aan de scholen in het voorgaande artikel
vermeld, eene laagste of voorbereidingsklasse te
verbinden, waarin kinderen beneden zes jaren, by
voorkeur door vrouwelijk personeel tot het ont
vangen van lager onderwijs worden voorbereid.
Voor deze klasse wordt een afzonderlijk lokaal
bestemd. Aan den gemeenteraad wordt overgelaten
de regeling van al hetgeen tot deze klasse betrek
king heeft. De overige bepalingen dezer wet zijn
op haar niet toepasselijk.
Artt. 18 en 19 handelen over het getal scholen
en de vermindering of vereeniging van scholen.
Art. 20Het leerplan en de regeling der school
tijden en vacantiën worden door den gemeente
raad, in overleg met den districts-sehoolopziener
en den hoofdonderwijzer, voor iedere school vast
gesteld. De regeling der schooltijden wordt, de
leeraren der kerkgenootschappen, 'waartoe de school
gaande kinderen behooren, gehoord, zooveel mo
gelijk in verband gebracht met de uren op welke
die leeraren onderwijs in den godsdienst geven. De
besluiten, krachtens dit artikel genomen, worden
aan gedeputeerde staten medegedeeld en niet ten
uitvoer gelegd vóór dat gebleken is, dat daartegen
bij hen geene bedenking bestaat. Dit laatste wordt
geacht het geval te zijn indien binnen 14 dagen
na de ontvangst der besluiten door gedeputeerde
staten niet is beslist. Meent de raad aan de be
denkingen van gedeputeerde staten geen gevolg te
moeten geven, dan kan Onze beslissing worden
ingeroepen.
Art. 21. Aan het hoofd van elke school staat
een hoofdonderwijzer, die den leeftijd van 23 jaren
heeft bereikt. De hoofdonderwijzer wordt bijge
staan als volgt: voor 4180 leerlingen door 1 hulp
onderwijzer; 81120 2 hulponderwijzers; 121
160 2 hulponderwijzers en 1 kweekeling; 161
200 3 hulponderwijzers en 1 kweekeling; 201240
3 hulponderwijzers en 2 kweekelingen; 241280
3 hulponderwijzers en 3 kweekelingen; 281320
4 hulponderwijzers en 2 kweekelingen; 321360
4 hulponderwijzers en 3 kweekelingen; 361400
5 hulponderwijzers en 2 kweekelingen. Wanneer
het getal leerlingen op eene school 400 te boven
gaat, regelen gedeputeerde staten het vereischte
getal hulponderwijzers en kweekelingen. Zij kun
nen ook, op grond van te groote bevolking dei-
school, hare splitsing of de oprichting eener nieuwe
school bevelen. Bij de toepassing van dit artikel
wordt het middencijfer der, gedurende de laatste
vier kwartalen, bij elke school ingeschreven leer
lingen tot grondslag genomen. Het getal der kin
deren behoorende tot de klasse in art. 17 vermeld,
blijft, wat het 2" en 3e lid van dit artikel betreft,
buiten aanmerking.
Art. 22, In scholen voor meisjes alleen worden
bij voorkeur hoofd- en hulponderwijzeressen en
vrouwelijke kweekelingen aangesteld. In scholen
voor jongens en meisjes gezamenlijk kan die aan
stelling evenzeer plaats hebben.
De laatste al. van art. 23 regelende de jaarwed
den, luidt:
„Door ons worden, op voorstel van ged. staten,
voor iedere provincie of hare door ons aan te
wijzen onderdeelen, de sommen bepaald welke de
jaarwedden der hoofd- en hulponderwijzers en de
toelagen voor de kweekelingen minstens moeten
bedragen, met dien verstande, dat overal de jaar
wedde van den hoofdonderwijzer minstens 600,
die van den hulponderwijzer minstens ƒ400 en de
toelage voor een kweekeling minstens ƒ100 be
drage.
Art. 24 en 25 regelen de vereischten voor de
benoembaarheid en de wijze van benoeming, ontslag
en schorsing der hoofd- en hulponderwijzers.
Art. 26 (het bekende oud art. 23) luidt:
Het schoolonderwijs wordt, onder het aanleeren
van gepaste en nuttige kundigheden, dienstbaar
gemaakt aan de ontwikkeling van de verstande
lijke vermogens der kinderen en van hunne oplei
ding tot alle christelijke en maatschappelijke
deugden. De onderwijzer onthoudt zich van iets
te leerente doen of toe te latenwat
strijdig is met den eerbied, verschuldigd aan de
godsdienstige gezindheden. Het geven van onder
wijs in den godsdienst wordt overgelaten aan de
kerkgenootschappen. Hiervoor worden de school
lokalen, op daartoe bepaalde uren, ten behoeve dei-
leerlingen die er ter school gaan, beschikbaar
gesteld, wanneer de leeraren der kerkgenoot
schappen, tot welke de schoolgaande kinderen
behooren, dit verlangen. De beslissing over dit
gebruik der schoollokalen blijft echter aan den
gemeenteraad. Op zijn besluit zijn de twee laatste
zinsneden van art. 20 toepasselijk.
Art. 27. Indien op grond van het le en 2e lid
van het voorgaand art. bezwaar tegen het gebruik
van bepaald aangewezen schoolboeken bij burg. en
weth. zijn ingekomen, worden die bezwaren onder
worpen aan de beoordeeling der plaats, schoolcom
missie, die in overleg met den districts-sehoolop
ziener beslist, en van den inhoud harer uitspraak
mededeeling doet aan de belanghebbenden en den
hoofdonderwijzer. De onderwijzer die voortgaat
met het gebruiken van een afgekeurd schoolboek,
kan te dezer zake door den gemeenteraad op
voordracht van burg. en weth. worden ontslagen.
Art. 28 behelst het verbod nopens het bekleeden
van ambten en bedieningen, terwijl de artt. 2934
bepalingen bevatten nopens het pensioen waarop
recht bestaat na 65jarigen leeftijd, zonder dat de
4Ójarige diensttijd vereischt wordt.
Artt. 3539 bevatten nieuwe bepalingen nopens
de 'toelating enz. der kinderen op de scholen.
Artt. 40— 45 handelen over de kosten van het
onderwijs. Onder die kosten zijn ook begrepen
die voor de boekerij ten behoeve der leerlingen,
indien zij aan de school verbonden is.
Art. 42: Ter tegemoetkoming in dezé kosten
wordt eene bijdrage voor ieder schoolgaand kind
tot een naar' den toestand der gemeente billijk
bedrag geheven, In gemeenten, waar geen
opcenten op de grondbelasting en het personeel,
geen hoofdelijke omslag noch verbruiksbelastingen
worden geheven, kan de heffing van schoolgeld
worden nagelaten. Bedeelden en zij die, of
schoon niet bedeeld, naar het oordeel van burg.
en weth. onvermogend zijn schoolgeld te betalen,
worden niet aan de heffing onderworpen. Het
gemeentebestuur bevordert zooveel mogelijk het
schoolgaan van kinderen van bedeelden en onver-
mogendenzonder hen wanneer zij gelegenheid
hebben tot keuze tusschen openbare en bijzondere
scholen, in het doen dier keuzen te belemmeren.
Art. 45. Indien Wij na onderzoek door gede
puteerde staten en provinciale staten gehoord,
oordeelen dat eene gemeente of een harer afdee-
lingen, bedoeld bij art. 217 der wet van den 29
Juni 1851 (Stbl. n° 85), waar schoolgeld, tot een
naar harén toestand billijk bedrag wordt geheven,
door de uitgaven, hetzij gewone of ongewone, tot
eene behoorlijke inrichting van haar lager onderwijs
vereischt, te zwaar zou worden gedrukt, wordt
hetgeen ten laste der gemeente of der afdeeling
zal blijven door ons bepaald, en in het overige
door de provincie voor 1/3 en door het rijk voor
2/3 voorzien. De bestekken voor den bouw en
verbouw van scholen en onder wij zerswoningen,
waarvoor de hulp van de provincie en het rijk
wordt verlangd, worden aan de goedkeuring van
den minister van binnenlandsche zaken onder
worpen. Het is aan de provincie niet geoorloofd
de gemeente of een harer afdeelingen op andere
wijze in voormelde uitgaven te gemoet te komen.
Artt. 4649 behelzen bepalingen nopens het
bijzonder onderwijs. De voornaamste bepaling is
die van art. 49, nl. dat aan het hoofd van iedere
school een hoofdonderwijzer moet staan.
De artt. 50—57 regelen de examens en de artt.
5872 het toezicht op het onderwijs, waarbij o.
a. in art. 64 is bepaald, dat er meer dan éen in
specteur in elke provincie kan zijn. De inspecteurs
worden op lOjarigen ouderdom ontslagen.
Eindelijk zijn de overgangsbepalingen vervat in
de artt. 7384, voornamelijk ter aanduiding van
de termijnen, binnen welke aan de wet volledige
uitvoering moet zijn gegeven.
In een volgend nommer deelen wij een overzicht
mede van de Memorie van toelichting.
't Gaat met de berichten uit het Oosten als met
bet weer: iederen dag wat anders. Gisteren stond
de politieke barometer weder gunstiger dan eer
gisteren. Toen scheen de oorlog onvermij delg k;
thans bestaat er nog hoop op vrede. Over het
algemeen luiden de berichten van gisteren gerust
stellender meer conciliant. Een enkel bericht
slechts van de Bussische telegraafmaatschappij
verzekert, dat Midhat Pacha in tegenwoordigheid
van alle leden der conferentie zou hebben verklaard
dat de Porte vast is besloten om op geen enkel
punt toe te geven.
Daar echter die verklaring zou zijn afgelegd in
een officieuse bijeenkomst bij generaal Ignatieff,
en van geen andere zijde daarvan wordt melding
gemaakt, zou. men bijna onderstellendat zij alleen
door Bussische ooren is verstaan geworden en
daarom in ieder geval nadere bevestiging noodig
heeft om volkomen te worden geloofd. Alle andere
depêches spreken van meer of mindere bereidwil
ligheid tot toenadering en van vredelievendheid,
zoowel bg de leden der conferentie als by het
Turksche ministerie. Twee telegrammen uitKon-
stantinopel melden dat de Porte de voorstellen der
plenipotentiarissen van de mogendheden niet en
Moe zal verwerpenmaar slechts op sommige
punten eenige opmerkingen zal in het midden
brengen, en wel ten aanzien van de waarborgen
voor de naleving der hervormingen en de bezetting
van Bulgarije door een vreemde gendarmerie.
Van hunne zijde moeten de gevolmachtigden
bereid zijn over enkele détails in onderhandelingen
te treden teneinde een geheele breuk te voorko
men, hoewel de vastgestelde beginselen gehand
haafd moeten blijven. Lord Salisbury heeft dan
ook aan den sultan verklaard, dat de mogendhe
den het volkomen eens zijn om de aanneming
van hare voorstellen te eischen en dat de ambas
sadeurs terstond zullen vertrekken indien aan dat
verlangen niet mocht worden voldaan. Waarschijn
lijk heeft de Engelsche vertegenwoordiger toen
ook slechts het oog gehad op de hoofdbeginselen
der voorstellen, zonder dat daardoor alle onder
handelingen over détails zouden zijn uitgesloten.
Er wordt althans verzekerd dat de audiëntie een
gunstig resultaat heeft gehad en dat krachtige
pogingen worden aangewend om den vrede te
bewaren, daar de meeste diplomaten hopen, dat
een vredebreuk zal worden vermeden, terwijl van
de zyde der Porte zoowel de grootvizier Midhat
Pacha als de vertegenwoordiger op de conferentie
Safvet Pacha vóór het behoud van den vrede zijD.
Onder de bevolking zelve schijnt nog een
oorlogzuchtige geest te heerschen, zoodat zg zich
groote opofferingen getroost om een aanzienlijke
legermacht in het veld te brengen. Voor het ge
val de oorlog mocht uitbreken bestaat het voor
nemen 40 bataljons nationale garde van Konstan-
tinopel onder de wapenen te brengen, waarvan de
manschappen tot alle klassen en godsdiensten
behooren.
De opperbevelhebber der Servische troepen,
generaal Tchernajeff, is door een anderen Busaischen
generaal vervangen, nl. door generaal Nikitim,
zooals hij in het telegram wordt genoemd (waar-
schgnlgk Nikitine, tot nogtoe chef van den grooten
staf in de militaire divisie van de Wilna). De
nieuwe opperbevelhebber heeft bij gelegenheid
eener door hem gehouden revue over de troepen
aan het korps officieren medegedeeld, dat hg op
bevel van den keizer het bevel over het Servische
leger op zich heeft genomen. Hg verklaarde dat
in het vervolg alle vreemdelingen, die in Servië
dienst doen, zullen worden beschouwd als in
Bussischen dienst te zijn. De kommandanten vau
de verschillende korpsen hebben bevel ontvangen
zich terstond naar hunne bestemming te begeven,
terwijl de vrijwilligers onmiddellijk naar de Drina
moeten vertrekken. Men zou eer zeggen dat
Servië een onderhoorige staat van Busland dan
van Turkge was; de ware verhouding tusschen
beide eerstgenoemde mogendheden en de rol die
keizer Alexander ten aanzien van Servië speelt,
is en blijft vreemd en raadselachtig.
Zooals men zich zal herinneren heeft eenige
dagen geleden te Parijs eene conferentie van
Israëlieten plaats gehad in het belang van hunne
Turksche geloofsgenooten. De op die conferentie
vastgestelde memorie is door eene deputatie aan
geboden aan lord Derby, die beloofd heeft haar
te zullen opzenden naar de Engelsehe ambassade
te Konstantinopel.
Uit de Transvaalsche republiek zijn weder vrij
gunstige berichten ontvangen omtrent den gang
van zaken tegen de Kaffers, die belangrijke ver
liezen hebben geleden, terwgl een van hun hoofden
gevangen is genomen. De verkiezing van president
Burgers is nog niet verzekerd, daar van Engelsche
zgde sterk tegen hem wordt geïntrigeerd.
Vertrokken naar zee de schooner Anna Doro
thea, gezagv. Simmersin ballast bestemd naar
Schotland.
Heden namiddag te 3 uren passeerde ter
reede van Vlissingen de Engelsche stoomboot
Langshoor, gezagv. Bain, komende van Sulina,
laatst van Lissabon en bestemd naar Antwerpen.
Aan boord van dit vaartuig bevond zich de gan-
sche bemanning van het Duitsche stoomschip Maria
Lorenza, van Cardiff met steenkolen naar Port-Said
bestemd, hetwelk op de Portugeesche kust veron
gelukt is.
Middelburg, 28 December. Alleen uit Walche
ren was er een kleine aanvoer, waardoor in den
handel weinig is gedaan. Tweejarige Walchersche
tarwe werd onveranderd tot f 12 aangeboden.
Puike nieuwe dito ook voor verzending gevraagd
en ruim prijshoudend van 10.65 tot f 10.85 be
taald, mindere soort 10.25 a 10.50. Bogge
voor verbruik ƒ8.25. Wintergerst ƒ7. Zware Walcher
sche zomergerst 6.50 en de hardste Walchersche
witteboonen onveranderd a 16.50 gekocht. Puike
Walchersche bruine boonen prijshoudend 13.75
a 14 betaald. Dito paardenboonen f 8 en dito
groene kook-erwten eender in prijs a/II gekocht.
Winter koolzaad werd op f 15 gehouden.
gemiddelde marktprijzen.
Versche boter ƒ1.32 a ƒ1.40; eieren per 100
stuks 5.60.
B®rlizen van EOeoten.
Amsterdam, 27 Dec. 28 Dcc.
Icdcrl. Cert. Werk. schuld. 2fj
Certific. dito dito3
dito dito dito4
Aand. Handelmaatschappij 5
dito exploitat. Ned.Staatssp.
Loten stad Botterdam. 3
dito dito Amsterdam.. 3
België. Cert. bij Bothschild. 2j
Frankrijk. Inschrijvingen 3
Inschrijvingen
Rusland. Oblig. 1798/1816.
Certific. Inser. 5e serie
Obl. Hope C°. 1855 6» serie
dito 1000 1864.
dito L. 100 18725
dito L. 100 18735
Loten 1864....5
Loten 1866 5
Obl. Hope C°. Leen. 1860. 4!
Certific. dito4
Inscr. Stieglitz C\ 2e a 4 L. 4
pet. 62j!
75
98!
102£
98J
98
pet. 59
63
74J
99
102|
93!
99
98
59
5
5
5
5
5
95| 96!
Obligatiën 186769
Certificaten
Aand. Spoorw. Gr. Maatsch.
Oblig. dito
dito dito
Aand. Kiew-Brest
dito Baltische spoorweg
Oblig. spoorweg Poti-Tiflis
dito dito Jelez-Griasi.
dito dito Jelez Orel
dito dito Charkow Azow
Polen. Schatkistobligatiën
Aand. Warsehau-Bromberg
dito dito Weenen
Oostenrijk Obligatie metal,
in zilver Januari/Juli 5
Obligatiën dito April/Oct. 5
dito in papier Mei/Nov.. 5
dito dito Febr./Aug. 5
Aand. Nation, bank3
Loten 18605
dito 1864
6
5
5
3
3
3
3
5
6
7
7
80
89!
81*
81f
280
267
pet. 78J
701!
ff m
f 250
pet. 78£
f -
U9
pet. 88!
-
pet.
79|
72!
79!
89|
81
80!
277
266
79!
71A
251
78!
180
97
119
87!
79!
72J
55!
118
Hongarije. Schatkistbiljett.
Oblig. Tbeiss spoorweg.
Italië. Certific. Amsterdam.
Oblig. Z-Ital. spoorweg.
Spanje. Obligatiën Buitenl..
Oblig. Binnenlandsche.
Portugal. Obligatiën
Turkije. Inschr. Alg. schuld
Obligatiën 1869
Egypte. Obl. 1868.
Obl. 1873
Amerlka.Obl.Ver.Stat.1904
Obligatiën dito dito 1885 b
pet. 51* 51!
51! 51!
ff 47! -
46! 46!
779
- 523
122
pet.
pet.
66
100 100
pet. 13! 13!
11* Ui
53! 53!
8! 8!
27! 28
pet. 47
48| 48!
ff 102! -