N°. 245.
119° Jaargang.
1876.
Maandag
16 October.
Dit blad verschijnt d a g e 1 ij k s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent,
Advertentiën 20 Cent per regel, n
Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffite C°. te Brussel en Parijs.
Middelburg, 14 October.
MIDDGLBURGSCHË COURANT.
Door burgemeester en wethouders van Middel
burg wordt het volgende bekend gemaakt
Inspectie en exercitie bij cl©
Brandweer.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
gelet op art. 20 der verordening op de brand
weer in deze gemeente, gewijzigd bij besluit van
den gemeenteraad van den llen November 1858.
maken bekend:
dat de inspectie en exercitie met een gedeelte der
brandspuiten, volgens voordracht van het bestuur
over de brandweer, zal plaats hebben Dinsdag den
24™ October a. en wel met de spuit E te 9 uren,
met spuit L te 10, met spuit S te 11 en met
spuit W te 1 uur.
Weshalve de bedienden, aan die spuiten geplaatst,
opgeroepen worden zich, teD voorschreven uren,
aan de onderscheidene brandspuithuisjes te bevin
den, zullende bij niet-verschijning tegen hen proces
verbaal worden opgemaakt tot toepassing der bij
de verordening vastgestelde straffen, bestaande in
eene geldboete van 3 tot f 25 en eene gevange
nisstraf van éen tot drie dagen, te zamen of
afzonderlijk.
Hiervan is afkondiging geschied waar het be
hoort, den 13en October 1876.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
(Get.) SCHORER.
De Secretaris,
(Get.) G. N. DE STOPPELAAR.
Schouwing der sehoorsteenen.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
maken bekend:
dat de schouwing der sehoorsteenen, voorge
schreven bij art. 97 der verordening van algemeene
plaatselijke politie, door het bestuur van de brand
weer zal gehouden worden Woensdag den len No
vember a. en volgende dagen.
En is hiervan afkondiging geschied waar het
behoort.
Middelburg, den l3en October 1876.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
(Get.) SCHORER.
De secretaris,
(Get.) G. N. DE STOPPELAAR.
Grenaeerite-lGela.stïïig'eii.
Suppletoir kohier n° 1 -voor de plaatselijke directe
belasting op de inkomsten oyer 1876.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
maken bekend
dat het suppletoir kohier n° 1 voor de plaatse
lijke directe belasting op de inkomstenover het
jaar 1876waarvan de heffing is goedgekeurd
bij koninklijke besluiten van den 23en December
1871n° 31 en van den 10en December 1875,
n° 28door den raad in zijne zitting van den
llcn October 1876 vastgesteldingevolge art. 265
der gemeentewetgedurende acht dagenaanvan
gende Zaterdag den 14en October a., voor een
ieder op de gemeente-secretarie ter lezing is neder-
gelegd.
Hiervan is afkondiging geschied waar het be
hoort.
Middelburg, den 13en October 1876.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
(Get.) SCHORER.
De Secretaris,
(Get.) G. N. DE STOPPELAAR.
Gemeente-belastingen.
Suppletoir kohier n° 1 voor (le plaatselijke directe
belasting op de bonden over 1876.
De Burgemeester en Wethouders van Middelburg,
maken bekend:
dat het suppletoir kohier n° 1 voor de plaatse
lijke belasting op de honden, over bet jaar 1876,
waarvan de heffing is goedgekeurd bij koninklijk
besluit van den 8en Maart 1873 n° 17, door den
raad in zijne zitting van den 11™ October 1876
vastgesteld, ingevolge art. 265 der gemeentewet
gedurende acht dagenaanvangende Zaterdag den
14en October a. voor een ieder op de gemeente
secretarie ter lezing is nedergelegd.
Hiervan is afkondiging geschied waar het be
hoort.
Middelburg, den 13™ October 1876.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
(Get.) SCHORER.
De secretaris,
(Get.) G. N. DE STOPPELAAR.
Het centraal bestuur van het Algemeen Neder-
landsch werkliedenverbond heeft in een klein ge
schrift, getiteld: „Ons wedervaren aan gene zijde
van den Moerdijk", de stukken bijeenverzameld,
welke vroeger in verschillende dagbladen opgeno
men zijn geweest betrekkelijk een bezoek, dat
door twee leden van het bestuur, de voorzitter
B. H. Heldt en de secretaris J. L. Schuurman, in
Juli jl. te Bergen op Zoom gebracht is om de
werklieden aldaar tot toetreding aan het Verbond
en tot oprichting eener eigen afdeeling daarvan
te bewegen.
Een overzicht dier reeds van elders bekende
stukken te leveren komt ons thans niet noodig
voor. Maar nu wij ze in hun geheel kunnen over
zien dringen enkele opmerkingen zich aan ons op,
die wij onzen lezers ter overweging willen geven.
Het Werkliedenverbond is eene wettig bestaande,
bij koninklijk besluit erkende vereenigingdie
tot nut en in bet welbegrepen belang der werk
lieden en daarmede der geheele maatschappij
werkzaam is. Aan hare statuten wijdden wij
in ons nommer van den 10™ Juli jl. een opstel.
Aan den goeden ordelijken geest, die in het alge
meen onder de Nederlandsche werklieden heerseht,
wordt bij voortduring hulde gebrachthet goede
dat door het verbond gesticht is, wordt erkend
en meer dan eens hebben onze werklieden op
groote vergaderingen getoond op ordelijke wijze,
bij monde van mannen uit hun eigen stand, die
door woord en pen zich behoorlijk gehoor weten
te verschaffen, hunne belangen te kunnen verde
digen. Wat moet dan ons oordeel zijn wanneer
zulk een verbond op de eene plaats door leugen
en laster verdacht gemaakt, op de andere door
angstige en willekeurige handelingen van gemeen
telijke overheden tegengewerkt wordt?
Met den leugen en den laster zullen wij ons niet
meer bezig houden dan volstrekt noodig is. Dat
het blad „de Tijd" te Bergen-op-Zoom een corres
pondent heeft gehad, die vertelde dat de twee leden
van het bestuur, na hunne pogingen daar te hebben
zien mislukken, blijkbaar met een zwaar
hoofd de stad verlaten hebben, terwijl de eeni-
gen die op hunne uitnoodiging tot het werklieden
verbond toetraden, lieden geweest zouden zijn die
te veel sterken drank gebruikten, dat vinden
wij geen zaak van bijzonder groot belang. Die*
correspondent is later gedwongen geweest zijn
leugens weer in te slikken. Dat de kapelaan Smit,
(zijn naam wordt genoemd onder de namen die de
heeren Heldt en Schuurman opgeven, met bereid
verklaring om hunne dwaling publiek te erkennen
indien blijken mocht dat hunne iuformatiën
onjuist geweest zijn) van den kansel het Werk
liedenverbond als zoo gevaarlijk en verachtelijk
mogelijk heeft voorgesteld, op eene wijze die
zelfs afkeuring vond bij de hoorders onder den
werkenden stand, dat heeft niets verwonderlijks,
wanneer wij ons herinneren dat het Werklieden
verbond zich in de eerste plaats ten doel stelt de
voorlichting en verheffing van den werkman, door
bevordering van het neutraal openbaar onderwijs.
De waarschuwing van den kapelaan geschiedde
dus slechts uit een juist besef van zijn eigen be
lang en dat zijner kerk. Dat „de Tijd" eindelijk
laügen tijd gedraald en gedraaid heeft alvorens te
erkennen dat haar correspondent gelogen en gelasterd
had, is te betreuren, maar helaas niet ongewoon.
Dat de patroons te Bergen-op-Zoom hun onder
geschikten van toetreding tot het verbond hebben
teruggehouden, door de bedreiging„Als je teekent,
mijn dienst uit," is een bedenkelijker teeken van
kortzichtigheid en willekeur. Gelooft men inderdaad
door dergelijke hulpmiddeltjes de beweging onder de
werklieden, die van over de grenzen zich bij ons
baan gebroken heeft en in onze groote steden aan
houdend in kracht en beteekenis toeneemt, te kun
nen bezweren? Ziet men niet in dat door deze
ijdele pogingen om de beweging te onderdrukken,
men ze slechts tot eene geweldige omwenteling dreigt
te maken dieeenmaal uitbarstendealles vernie
len zal wat bij geleidelijke hervorming behouden
had kunnen blijven Voelt men niet dat naarmate
de arbeider langer in het duister blijft rondtasten
en meer billijke grieven heeft, naarmate hij druk
kender zijne afhankelijkheid en onderworpenheid
aan het kapitaal voelt, hij gemakkelijker het oor
zal leenen aan verderfelijke inblazingen, en dat
het millioenental aanhangersdie de Internationale
gevonden heeft, vooral de vrucht geweest is van
het gebrek aan onderricht en ontwikkeling bij den
werkman?
Nog erger hebben het echter de gemeentebestu
ren van Maastricht en 's Hertogenbosch gemaakt.
Bij hen althans, die door het eigenbelang niet zoo
onmiddellijk gedreven werden als met patroons,
geestelijken en leugenachtige dagblad-correspon
denten het geval was, mocht men een beter inzicht
in de waarachtige belangen der maatschappij, meer
onpartijdigheid tegenover den naar verbetering
van zijn lot strevenden werkman veronderstellen.
Wat hebben zij echter gedaan Men zal zich
herinneren dat het Werkliedenverbond in de maand
Juni jl. eene oproeping tot alle Nederlandsche
werklieden gericht heeft om tot het Verbond toe
te treden en zich in plaatselijke verbonden en af-
deelingen te vereenigen. Die proclamatie is in
alle steden aangeplakt, behalve te Maastricht en
te s' Hertogenbosch, waar ze na aangeplakt te
zijn afgescheurd of waar de aanplakking verboden
werd. In de hoofdstad van Limburg verschool
het gemeentebestuur zich achter de onbevoegd
heid van den stads-aanplakker, die alleen gerech
tigd was officieele stukken aan te plakken. (Wij
zonden wel eens willen weten of men te Maastricht
dan ook geen aankondigingen van proeessiën, ver-
koopingen en kermisvertooningen aanplakt?) Te
's Hertogenbosch schreef de ioco-burgemeester ('t is
alsof daar altijd een plaatsvervanger de haete kas
tanjes uit het vuur moet haleu) eenvoudig „dat
de proclamatie bij het gemeentebestuur geen bijval
gevonden had en het daarom tot de verspreiding
niet wilde medewerken."
Welk een doorzicht! Welk een beleid! Hoe
lang zullen toch geschriften en papieren vervolgd
moeten worden, alvorens men begrijpen zal dat
er geen zekerder middel is om ze te doen lezen
dan ze het verleidelijke te geven van de verbodene
vrucht? Het Werkliedenverbond antwoordt dan
ook aan de heeren van 's Bosch en Maastricht
eenvoudig„Wij hebben andere middelen ter publi
ceering in ons bereik, waarvan wij nu gebruik
zullen maken; onze proclamatie zal en moet
doofde Noord-Brabanters en Limburgers gelezen
worden, al is 'took dat wij de werklieden huis
aan huis bezoeken om hen door woord en geschrift
op te wekken zich te vereenigen."
Wanneer wij aan den eenen kant dien flinken
moed, dat ruiterlijk voor den dag treden met mid
delen tot verbetering van eigen lot waarnemen,
en wij zien dan aan de andere zijde dat armzalig
kruipen en wroeten in 't duisterdat liegen en
lasterendat machteloos dreigendat donderen
van den preekstoeldat afscheuren van aanplak
biljetten, dan komt de vraag bij ons op of
misschien het Werklieden-verbond in zijne jong
ste proclamatie niet met recht gezegd zou hebben
„De toekomst behoort den werkman." Gelukkig
heeft de gebleken tegenwerking zich slechts tot
enkele gemeenten en tot een paar provinciën,
tot klein-Spanje zoo men wil, bepaald. Doch
men wete het welindien men het stoute woord
der proclamatie niet tot vervulling wil zien komen,
indien men wil dat de toekomst behooren zal niet
aan den werkman, maar aan ons allen, ieder
naar zijne rechten, dan is het dringend noodig
dat de grieven van den werkman ernstig onderzocht,
eerlijk erkend en zijne pogingen om langs wet
tigen weg tot lotsverbetering te geraken oprecht
ondersteund worden.
Heden morgen werden de werkzaamheden der
gisteren aangevangen zitting van den gemeente
raad van Vlissingen voortgezet.
Aan de orde was de behandeling der gemeente-
begrooting voor 1877, die in ontvang en uitgaaf
werd vastgesteld op f 162,490.
De hoofdelijke omslag, primitief uitgetrokken
op f 34,000, is vastgesteld op f 30,000, de belas
ting op de dranken op f 11,500 en die op het
gemaal op f 36,000.
De jaarwedden van 7 kommiezen der plaatse
lijke belastingen zijn voor ieder met f 25 verhoogd.
De jaarwedde van den inspecteur van politie
is van f 800 op f 900 gebracht.
Een verzoek van den heer A. Princeleeraar
in de wiskunde enz. aan de burgeravondschool,
om gelijkstelling zijner jaarwedde met die der
andere leeraren, inzonderheid met dien in het
rechtlijnig teekenen werd met 7 tegen 5 stemmen
afgewezenniettegenstaande de commissie van
toezicht op het middelbaar onderwijs had voorge
steld de jaarwedde met f 100 te verhoogen en
alzoo te brengen op 500.
Tot hulpleeraar in het handteekenen aan de
burger-avondschool is benoemd de hoer C. Y. Rie-
mens, op een jaarwedde van ƒ150.
Op verzoek van den heer A. Prince, leeraar in
de wiskunde, geschiedenis, aardrijkskunde en Ned.
taal, om hem een hulpleeraar in genoemde vakken
te verstrekken voor de leerlingen der eerste klasse,
is met 7 tegen 5 stemmen afwijzend beschikt.
In een volgend nommer geven wij het gewone
verslag.
Naar aanleiding der aanhouding van het stoom
schip City of Brussels te Vlissingen, wordt in
België de quaestie der vrijheid van de Schelde
weder ter sprake gebracht.
Het Antwerpsche blad l'Opinion zegt„Men
moet weten of Europa, dat voor de vrijstelling
der Schelde betaald heeft, aan Nederland vergun
nen zal zich gewapenderhand meester te maken
van schepen, welker reeders geldquaestiënmet
Nederlandsche onderdanen hebben. Deze zaak is
van gewicht, want de houding van Nederland is
eene bedreiging voor de haven van Antwerpen en
een inbreuk op het volkenrecht."
De Etoile Beige voegt er bij„de Schelde is vrij,
maar even als eene vesting: er staat een schild
wacht bij de poort."
Wij wisten nog niet dat eene regeering, die zorg
draagt dat op haar grondgebied recht geschiedt
in geldquaestiën, zich daardoor schuldig maakt
aan inbreuk op het volkenrecht. De gezagvoerder
van de „City of Brussels" scheen dat ook niet in
te zien, want als een man die thuis hoort in een
laud waar de wet boven alles gaat, gehoorzaamde
hij gewillig aan het wettig gezag en stelde hij den
borgtocht, die noodig was om de vergoeding der
schade te verzekeren, welke hij aan een ander
schip op Nederlandsch grondgebied berokkend
had. Daarna kon de „vrijheid der Schelde" weer
ongehinderd haar loop hebben en zette hij zijne
reis onmiddellijk voort.
Indien dit alles geen plaats mocht hebben, dan
zou men de gevolgtrekking van de Etoile kunnen
wijzigen en zeggen„Op Nederlandsch grondgebied
is aan ieder rechtszekerheid gewaarborgd maar op
éene voorwaardede rechtverkrachters moeten niet
uit België afkomstig of daarheen bestemd zijn."
Volgens de Standaard zal in de behoefte aan
een wachtschip te Vlissingen voorzien worden
door eene stoomkanonneerboot, van zwaar geschut
voorzien, welke op 's lands werf te Amsterdam
gereed gemaakt wordt.
Kerkwerve, 13 October. Heden werd aan het
gebouw voor het te stichten stoomgemaal van het
waterschap Schouwen een herinneringsteen gelegd.
Ter eere van deze plechtigheid had de aannemer
het terrein feestelijk versierd. De steenlegging
werd verricht door den voorzitter van het water
schapsbestuur, den heer mT. B. C. Cau, die daarbij
eene kernachtige toespraak hield, waarna ook de
bouwkundige van het waterschap, de heer P. La
brijn, een gepast woord sprak. De overige leden
van het dagelijksch bestuur, de hoofdingelanden en
vele belangstellenden waren tegenwoordig bij de
plechtigheid, die door fraai weder begunstigd werd
en in de beste orde afliep.
De Zierikzeesche courant schrijft naar aanleiding
van het eervol ontslag van jh'. W. van Citters
als burgemeester van Zierikzee het volgende
„Wij kunnen ons niet weerhouden van de be
tuiging dat we den heer van Citters een hooge
mate van achting toedragen. Wij houden ons
overtuigd dat hij als burgemeestergedurende
den korten tijd van zijn ambtsoefening alhier, zich
getrouw heeft betoond aan de verklaring door
hem bij zijne installatie gegeven dat hij een voor
stander zou zijn van de belangen der gemeente,
en inzonderheid van 't onderwijs. Verkeert de
gemeente tegenwoordig in weinig bloeienden toe
stand, met nog donkerder vooruitzichten wellicht,
wij twijfelen niet of burgemeester van Citters heeft
al gedaan wat hij vermocht; tot het onmoge
lijke is niemand gehouden, en het zijn de omstan
digheden en niet de mensehen waardoor het heden
niet kleurig en de toekomst niet helder is.
„Behoeven we hier bij te voegen dat het ver
trek van jhr. van Citters uit de gemeente een
groot verlies zal wezen voor de vele armen en
noodlijdenden, die do onbekrompen weldadigheid
der familie van Citters zoo ruimschoots onder
vonden hebben?
De Staats-conrant bevat weder eene opgave van
gewonde en gesneuvelde militairen in Atehin
waarop de volgende gesneuvelden voorkomen:
D. Journée, sergeant, J. Ramaekers, fuselier,