BUITENLAND.
0 n d e r w ij s.
De Engelsche Tijdschriften.
Kerknieuws,
Ddmfj
Thermometerstand.
Algemeen Overzicht.
blijk van Zr. Ms. goedkeuring en tevredenheid
wegens de redding der bemanning van het in nood
verkeerend schip Christinevan Oude Pekelaop
<9 November 1875 op 48° N. breedte en 6° 10' W.
lengte.
Herhaaldelijk hebben wij de aandacht gevestigd
op de ambulante polderschool aan de Noord
kust van Groningen. Dezer dagen werd in die
school een schoolfeest gevierd, dat een hoogst
aangenamen indruk heeft gemaakt; want bij die
gelegenheid bleek overtuigendhoe veel belang
de polderwerkers zeiven en de kinderen stellen in
het onderwijs, dat zij daar ontvangen en welke
goede vruchten dat onderwijs oplevert onder eene
bevolking, die anders geheel en al van onderwijs
verstoken pleegt te zijn. (N. R. Ct
De heer D. J. Belmer te Kampen, benoemd
tot leeraar in het teekenen aan de hoogere bur
gerschool te Middelburg, heeft voor die benoeming
bedankt.
Aan de hoogeschool te Groningen is met
goed gevolg het examen afgelegd als doctor in de
geneeskunde door mejuffrouw Jacobs.
Door den heer E. A. Romy, predikant bij de
N. H. gemeente te Zierikzee, is voor de toezeg
ging van het beroep naar Wezepe bedankt.
Beroepen bij de N. H. gemeente te Bath
en Rilland de heer J. van Belkun, candidaat bij
't prov. kerkbestuur van Zuid-Holland.
E"11 '3 'i»"
Naar wij vernemen is onze stadgenoot de jon"
geheer M. H. van 'tKruijs, sedert ruim 2 jaren
organist bij de Nederduitsche hervormde gemeente
te Ritthem, thans op löjarigen leeftijd, na verge
lijkend examen met een zestal sollicitanten, als
zoodanig benoemd bij die gemeente te Broek en
Waterland.
Deze benoeming strekt zoowel hem als zijn
vader den heer J. van 't Kruijsorganist der
Nieuwe kerk alhier, wiens leeriing hij is, tot eer.
Men deelt ons mede dat de weduwe W. J. Zwalp,
geboren Colijn, den 15en dezer den dag herdenkt,
waarop zij hare 50jarige praktijk als verloskundige
hier ter stede onafgebroken heeft uitgeoefend.
Men zendt aan het Handelsblad de volgende
mededeeling
„Onlangs werd in uw geachte courant melding
gemaakt van een nieuw uitgevonden muziekinstru
ment, dat evenals het métier Jacart van door
boorde cartons voorzienvariatiën op een oorspron
kelijk thema vanzelf kan voortbrengen.
„Het zij mij geoorloofd hier melding te maken
van een weinig bekend feit, dat mij echter niet
onbelangrijk voorkomt, aangezien het een Amster
dammer betreft.
„In 't begin dezer eeuw leefde alhier Diederich
Nikolaas Winkeleen zeer bekwaam en vinding
rijk mechanicus. In 1821 vervaardigde hij een
instrument, waaraan hij den naam gaf van Compo-
nium en dat door middel van een rol of wals,
evenals de draaiorgels, werkte.
„Bedoelde rol was echter verdeeld in een aantal
van elkander onafhankelijke schijven. Een thema
op eene bijzondere wijze er op genoteerd zijnde,
bracht de machine, na de eerste omwenteling van
de rol, door de schijven op verschillende manieren
te doen werken, zeer talrijke en verrassende en
te gelijk steeds regelmatige variatiën voort.
„Dit instrumentte Parijs door den uitvinder
tentoongesteld, wekte zeer de belangstelling op
van muzikanten en werktuigkundigen, en werd
door Biot en Catel op een zeer vereerende wijze
beoordeeld.
„Het publiek schonk er echter weinig aandacht
aan, en Winkel, in verlegenheid geraakt zijnde
door de vele kosten, aan de samenstelling van het
instrument verbonden, zag zijn Componium in
beslag genomen. Daar het echter geen kooper
vond, bleef het jaren lang in een gebouwtje nabij
de Barrière du Ttöne, zonder dat iemand er aan
dacht.
„De tijd, de roest en de vochtigheid oefenden
in ruime mate hunne verwoesting uit. Een lief
hebber kocht later het Componium voor een spot
prijs, maar het werd opnieuw na zijn dood
verwaarloosd en vergeten. De heer Cavaillé-Coll
heeft het thans aangekocht, en men kan de gegronde
verwachting koesteren, het onder zijne bekwame
leiding tot zijn oorspronkelijken toestand te zien
terugbrengen
„Het is ook niet zonder belang er bij te voegen,
dat do Amsterdammer Diederich Nikolaas Winkel
evenveel recht heeft op den titel van uitvinder
der Metronome als Maessel, onder wiens naam
laatstgenoemd werktuig wereldberoemd is ge
worden.
Door eenige bewoners van Helmond werd
Vrijdag, tijdens de afwezigheid van het geheele
gezinbrand ontdekt in de woning van een der
buren. De politie, terstond gewaarschuwd, drong
in het huis en zag nu, dat op het kantoor een
hoopje papier en turf met petroleum bevochtigd,
naar men zegt in brand stond. De brand was
gelukkig spoedig gebluscht. Het huis, waarin ook
vóór eenige weken een begin van brand ontstond
wordt thans bewaakt tot de man, die naar Keve
laar ter processie is, terug is gekeerd. Hij zal
zich bij de justitie te verantwoorden hebben.
De Floralia-tentoonstelling te Arnhem is door
den burgemeester aldaar geopend. De prijzen en
premiën werden uitgereikt door den heer Perk,
eere-voorzitter van de vereeniging te Amsterdam.
De tentoonstelling maakt een goeden indruk.
Ook Delft houdt een Floralia-tentoonstelling, die,
door den burgemeester geopend, met muziek opge
luisterd is en waarvoor door 224 inzenders 1000
potten gezonden zijn.
Jl. Zondag hielden de vermeende erven van
wijlen P. Teyler v. d. Hulst, die zich te Utrecht
bevinden, eene algemeene vergadering waarin de
heer Mosselmansadvocaat te 's Hage, o. a. als
spreker optrad. In vereenigiDg met elders gevestig
de belanghebbenden, kan men spoedig een krach
tig optreden bij de rechterlijke macht verwachten.
Met den 19ea dezer zullen verschillende
extra-treinen, die gedurende het bad-seizoen naai
de Belgische badplaatsen Ostende, Blankenberghe
enz. geloopen hebbenophouden te rijden.
Het grootste gepantserde oorlogschip der
Fransche zeemacht is onlangs te Lorient van sta
pel geloopen. Het heet le Redoutable, is voor
zien met werktuigen van 6000 paardekracht
waarmede het 14 mijl moet loopen. Het geheele
gewicht der pantserplatendie 0.35 en 0.24 meter
dik zijn, bedraagt 1,280,000 kilo. Het schip is
98 meter lang20 meter breedgewapend met 8
kanonnen van 0.27 en 4 van 0.14 meter. De
waterverplaatsing bedraagtals het schip geheel
beladen is, 8590 ton.
Aan het Fransche ministerie van financiën
waren vijf jaar geleden twee kisten gebracht, na
den brand van het oude ministerie. Zij waren in
een corridor gezet, waar zij in den weg stonden,
maar zij bleven staanwant het was niemands
werk vooi' de opening te zorgen. Een hoofdamb
tenaar stootte er zich echter eens aan en gelastte
de verwijdering. Toen keek men ook eens, wat
er in zat, waartoe, omdat er geen sleutels waren
te vinden, de kisten moesten opengestoken worden.
Men vondkostbaarheden, kleinodiën, geborduurde
kleedingstukken en ook een monstrans met dia
manten. De kisten hadden ook reeds jaren lang
aan het vroegere ministerie gestaan.
Bij de militaire mi3 met pauselijken zegen,
die generaal Ducrot voor zijn armeekorps georga
niseerd had, heeft de bisschop van Nevers een on
stuimige redevoering tegen de republiek gehou
den, waarin hij o. a. zeide: „Laat ons in de eerste
plaats den dapperen generaal danken, die, nadat
hij den buitenlandschen vijand bestreden had, niet
aarzelde tegen den binnenlandschen op te trekken.
Laat ze maar komen, die onbeschaafde hervor
mers; met schrik zullen zij zien, wat ons Frank
rijk nog is." En ten slotte riep de bisschop uit:
„Wanneer uwe zonen u over uwe militaire loop
baan ondervragen, dan kunt gij met edelen trots
zeggenden 3eD September waren wij op den
berg Beuvray en woonden de militaire mis bij
12 Sept. 's av. 11 u. 51 gr.
13 's morg. 7 u. 50 gr. 's midd. 1 u. 59. gr.
's midd. 6 u. 56 gr.
Een door den Russischeu consul te Belgrado ge
geven feest, ter viering van de 20jarige regeering
van keizer Alexander, heeft aan prins Milan een
gepaste gelegenheid gegeven, om eenige vleierijen
aan het adres van den czaar en de Rusische natie
te richten. Hij heeft den Russisehen alleenheer-
schev de beschermer en een groot vriend van Ser
vië genoemd en de verzekering gegeven, dat zijn
jonge zoon dezelfde gevoelens van vereering en
toewijding jegens den czaar en Rusland zullen
worden ingeprent, die hem bezielen. „Om der wille
van het smeer lekt de kat de kandeleer."
Intnsschen schijnt het wel eenigszins bevreemdend,
dat noch een van de Servische ministers, noch
een van de andere consuls op het feest is tegen
woordig geweest, doch waarschijnlijk is dit een
voorzichtigheidsmaatregel om geen aanstoot te ge
ven aan de andere mogendheden. De vriendschap
pelijke manifestatie van den prins draagt nu een
minder officieel karakter, dan wanneer zij als
't ware werd bezegeld door de tegenwoordigheid
van een of meer ministers. Alleen het stedelijk
bestuur van Belgrado is officieel opgetreden, door
eene delegatie tot den Russisehen consul te zen
den om hem te complimenteeren. Deze heeft met
eenige welwillende woorden daarop geantwoord.
De bevolking heeft op enthousiastische wijze hare
instemming met het feest aan den dag gelegd.
Gelijktijdig hebben de Turken met kracht de
operaties hervat, door een brug over de Morava
bij Trorjan op te slaan, waarmede zij echter niet
het gewenschte gevolg zouden hebben bereikt,
daar zij door de Serven zijn teruggedreven. Daar
echter de tot nogtoe ontvangen berichten alleen
uit Servische bron afkomstig zijn verdienen zij
geen onvoorwaardelijk vertrouwen. De strijd
werd echter met kracht voortgezet, en het doel
der beweging moet zijn om Alexinatz, dat wel is
ingesloten maar nog niet ingenomen zcoals
althans de Serven beweren, om te trekken, ten
einde het aan de andere zijde te kunnen aantasten.
Daar de hoofdmacht der Serven zich te Alexinatz
bevindt, gelooft men dat de Turken hun doel ge
makkelijk zullen kunnen bereiken, omdat zij slechts
met 6400 Serven onder Popovich te doen hebben.
Horvatovich en Tchernajeff hebben een groote
veldslag tegen de Turken geopend, waarvan het
resultaat nog niet bekend is.
Omtrent de vredesonderhandelingen wordt niets
naders medegedeeld en men kan het er wel voor
houden, dat nog geen verandering in den staat van
zaken is gekomen. De verklaringen van lord
Derby, omtrent het recht van de Bulgaren op ver
goeding en omtrent de politiek der Engelsche
regeering, hebben op de voornaamste Londensche
organen een gunstigen indruk gemaakt en zullen
waarschijnlijk strekken om de publieke opinie
voorloopig een weinig te kalmeeren. Dezelfde bla
den evenwel sporen de natie aan, dat zij zal voort
gaan de regeering in hare politiek ten aanzien
van de Oostersche quaestie te controleeren en van
haar te eischen, dat zij het verledene door een
krachtige houding in de toekomst zal uitwisschen.
Terwijl de vorsten van den eersten rang op het
gebied der hooge politiek zich bezig houden met
de oplossing der groote Europeesche quaesties, is
het een gelukkig en belangwekkend verschijnsel,
dat gekroonde hoofden die een minder invloedrijke
plaats in de rij der mogendheden innemen, zich
inmiddels bijzonder wijden aan de bevordering van
kennis en wetenschap, van fraaie kunsten of han
del en nijverheid. Op dat gebied neemt ook koning
Leopold II een eereplaats in. Gisteren werd op
zijn paleis te Brussel de door ons vermelde aard
rijkskundige conferentie geopend, die wordt bijge
woond door mannen wier naam een Europeeschen
klank heefl.
De koning heeft haar geopend met een rede,
waarin hij hen hartelijk dank zeide voor hunne
welwillendheid om de tot hen gerichte uitnoodi-
ging aan te nemen en hen welkom heette. Het
doel waartoe hij hen bij zich had uitgenoodigd, is
om te overwegen op welke wijze het best dat ge
deelte van den aardbol voor de beschaving kan
worden ontsloten, waarin zij nog niet is doorge
drongen, en de duisternis kan worden opgeheven,
waarin nog geheele volken verkeeren, in éen woord
hoe de banier der beschaving voor goed zou kun
nen worden geplant op den bodem van Centraal-
Afrika. België, als een in het centrum van Europa
gelegen neutrale staat, achtte hij het best geschikt
om het initiatief te nemen, en hoewel het volkomen
gelukkig en tevreden is, zou de koning het een
ware voldoening voor zijn land achten, indien
Brussel het hoofdkwartier kon worden van deze
beweging in het belang der beschaving, en om dat
doel te bereiken deed hij een beroep op aller raad
en voorlichting.
ii.
De geschiedenis der drie voornaamste Engelsche
reviewswaarvan wij eenige punten aanstipten,
zou weinig belangwekkends bezitten indien wij ze
niet vergezeld deden gaan van enkele opmerkingen,
tot kenschetsing van den geest en het karakter
welke, ook bij het bestaande groote verschil in
richting, bij alle voorzitten.
De naam review wordt door een groot aantal
week-, maand en kwartaalbladen gevoerd. Elke
reeks van daadzaken en verschijnselen op een
of ander gebied doet de behoefte ontstaan aan
een telkens wederkeerend overzicht, van eene meer
of minder uitvoerige beoordeeling of verklaring
vergezeld. Het werk van de schrijvers dier over
zichten is het, in het groot aantal verschijnselen
de algemeene richting, in de uiteenloopende wegen
den gemeenschappelijk afgelegden afstand aan te
wijzen. Het kortste tijdsbestek, waarin zulk een
overzicht eenig nut kan hebben, is eene week.
Daarom bestaan er dan ook wekelijksche, half-
maandelijksche, maandelijksche, driemaandelijksche
en ook jaarlijksche revieivs. De Saturday review
b. v. geeft een wekelijksch overzicht van al wat
er gebeurt, en brengt het alles in een beredeneerd
verband. De meeste maandschriften behandelen
den eenen of anderen tak van wetenschap of kunst,
zooals de reeds door ons genoemde Contemporary
reviewdie bijna uitsluitend over onderwerpen van
godgeleerden aard, tot de Engelsche kerk in be
trekking staande, handelt. Het meest kenmerkend
is de naam review echter geworden voor de drie-
maandelijksche tijdschriften van letterkundig-weten-
schappelijken aard. Yan dien aard heeft men er
een tien- of twaalftal, ongerekend die welke onder
allerlei titels, als Journal, Circular, Record, Guide,
MagazineRepository, den godsdienst, het zee- en
krijgswezen, de penningkunde, de jachtliefhebberij,
de microscopische onderzoekingen, of welk ander
vak men ook bedenken wil, tot onderwerp hebben.
Van het bedoelde tien- of twaalftal, hebben wij de
drie belangrijkste, de vrijzinnige Edinburgh, de
behoudende Quarterlij en de radicale Westminster-
review, reeds aan onze lezers voorgesteld,
Het spreekt van zelf dat eefie groote natie, welke
in alle werelddeelen bezittingen en handelsbelangen
heeft, in alle gebeurtenissen en veranderingen, die
op eenig deel van den aardbol plaats vinden, be
lang stelt; dat geen vraagstuk der staatkunde,
der wijsbegeerte, der geschiedenis, geen uitvinding
of richting op wetenscbappenlijk gebied, geen ver
schijnsel in de kunstwereld, in de landbouwweten
schap, in het krijgswezen, in de nijverheid enz.
haar onverschillig kan zijn. Dat alles vindt dan
ook in de reviews zijne plaats. In hetzelfde lijvige
deel van een dezer groote tijdschriften zal men
aantreffen de critiek eener nieuwe uitgave dea
bijbels naar een handschrift van het vaticaan, en
tevens een opstel over de gezondheid der nachtwakers
en straatvegersnaast Shakespeare of Milton zal
men eene verhandeling vinden over modellen van
weverij en naaimachines; op eene studie over Ho
merus volgt de theorie van den stereoskoopde
geschiedenis van de Sanskrietsche letterkunde is in
hetzelfde boekdeel behandeld met de hersenziekten
en de verstandskrenkingeneene reis per karavaan
door de woestijn van Sahara wordt afgewisseld
door het spoorwegvraagstuk in Engelandeen
geleerd onderzoek naar den oorsprong aller men-
schelijke beschaving is niet te verheven om in
gezelschap der bierbrouwerij en der tappers-quaestie
te verschijnen, en op eene uiteenzetting van de zede
lijke waarde van den Talmud zal misschien eene
verhandeling over het adresboek en de namen der
straten van Londen volgen.
Het eenige waar de schrijver in eene review
voor zorgen moet, is dat hij de onderwerpen, die
van weinig belang voor het land en voor den
tegenwoordigeD tijd schijnen, uit een zoodanig
oogpunt beschouwt en in een zoodanig licht weet
te stellen, dat ze voor de lezers belangrijk worden.
Bij voorkeur worden dan ook de strijdvragen van
het oogenblik behandeld. Een boek of een vlug
schrift, een adres, een brief van een parlementslid
aan zijne kiezers, een hoofdartikel of eene corres
pondentie in een dagblad, dat alles kan aanleiding
geven, niet zoozeer om het boek, het vlugschrift
enz. zelf te bespreken, maar veeleer het onderwerp,
dat daarin behandeld wordt. De reviewer (wij
bedoelen natuurlijk de meest bekwamen onder
hen) neemt als 't ware den titel van een boek tot
onderwerp, stelt zich op een hooger standpunt,
van waar hij een ruimer uitzicht heeft en houdt
dan, in den waren zin van het woord review,
eene beschouwing in voorwaartschen en rugwaart-
sehen zin over het begin en den loop der gebeur
tenissen en verschijnselen, schrijft de geschiedenis
van zijn onderwerp, doet oorzaken en gevolgen
in hun samenhang en hunne wisselwerking aan
het licht treden en tracht in verband daarmede
den waarschijnlijken afloop te voorspellen. Zoo
doet hij uitkomen of het boek, dat hij bespreekt,
een stap vóór- of achterwaarts is en welke gevol
gen het in de toekomst hebben kan.
Ziebier enkele voorbeelden dezer wijze van be
handeling. Uit de critiek van een boek over de
cud-Engelsche dichtkunst ontstaat eene verhan
deling over den aard en de onderwerpen der
dichtkunst in het algemeen en over het onder
scheid tusschen dichtkunst en proza. De aankon
diging eener nieuwe uitgaaf vau Dryden's werken
wordt in de hand des reviewers een onderzoek
der wetten, naar welke de dichtkunst tot hooger
luister of tot verval komt. Een overzicht der
voorstellingen in een der Londensche schouwbur
gen breidt zich uit tot eene geschiedenis van het
drama. Eene pas verschenen Geschiedenis van
Engeland geeft aanleiding tot eene geschiedenis
der Engelsche geschiedschrijving. Eene uitgave
der klassieken brengt het nut van de beoefening
der Grieksche en Latijnsche talen ter sprake. De
brieven van het oorlogstooneel in de Times gedu
rende den Oostenrijksch-Pruisischen oorlog in 1866
gaven, met nog andere geschriften van dien tijd,
een reviewer aanleiding om de krijgsgeschiedenis
van Pruisen, sedert den Grooten Keurvorst tot den
vrede van Nikolsburg te schilderen. Een boek
over de oorlogsmiddelen van onzen tijd leende de
stof tot een overzicht van de wapen-fabricatie ge
durende de laatste twee eeuwen en tot eene ver
gelijking der vuurwapenen onder koningin Elisabeth
met die onder koningin Victoria. Hetzelfde onder
werp leidde een ander tot eene vergelijkende studie
over de staande legers in verschillende landen van
Europa en Amerika, vergeleken met de Engelsche
krijgsmacht.
De beteekenis der revieivs ligt dus niet zoozeer
in de beoordeeling van nieuwe boeken, als in het
aanwijzen van nieuwe gezichtspunten, waardoor
zij de lezers tot verder voortgezette studiën in ver
schillende richting aansporen. Daarbij verstaan zij
de kunst het onderwerp door geestige scherts en
pittige oorspronkelijke behandeling aantrekkelijk
te maken. Kwinkslagen van allerlei aard, spreek
woorden die zich gemakkelijk in het geheugen
prenten, houden de aandacht der lezers levendig.
Niet ieder schrijver heeft er slag van om zijne
bijdragen in dit opzicht even aangenaam van vorm
te maken, doch de hoofdredacteur bezit het onbe
perkte recht om de opstellen die hij ontvangt,
zoodanig te wijzigen, op te sieren en om te Wer
ken dat ze in den smaak des publieks vallen.
Walter Scott noemde dit: ze smakelijker maken,
door er een handvol specerijen in te strooien.
Soms drijven ze dit recht wel eens al te ver. Zoo
verhaalt men dat lord Stanhope eens een opstel
Over de Fransche revolutie had geschreven, doch
dat Wilson Croker het door allerlei bijtende toespe
lingen van persoonlijken aard zoodanig „gepeperd
had, dat de lord weigerde het later als zijn werk
te erkennen. Vooral Jeffrey en Lockhart moeten
meesters geweest zijn in deze kunst van opsieren
en verbeteren. Door enkele trekken wisten zij