N°. 175. 119e Jaargang. 1876. W oensdag 26 Juli. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiêni 20 Cent per regel. Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma -Havas, Laffite C°. te Brussel en Parijs. Middelburg, 25 Juli. ZFZETTIILILIE'rOXXr. I s o I a Bella. a De commissaris des konings in Zeeland bracht gisteren het vroeger aangekondigde bezoek aan de gemeente Goes. Een aantal vlaggen, van vele woningen uitgestoken, getuigden van de ingeno menheid der ingezetenen met dit bezoek. Na aan het station door burgemeester en wet houders met den gemeente-secretaris in een open rijtuig te zijn afgehaald, gaf de commissaris op het raadhuis audiëntie. Aan de leden van den ge meenteraad zeide de heer Six, naar de Goesche Cou rant meldt, dat het hem aangenaam was kennis met hen te maken, omdat Goes eene plaats is, waar veel wordt gedaan en waar ook veel in het belang van het onderwijs wordt verricht, getuige het onlangs genomen besluit tot het oprichten eener school voor middelbaar onderwijs voor meisjes. Hij drukte den wensch uit, dat ook de gemeente de lucratieve vruchten daarvan mocht plukken. De heer van Swinderen nam daarop het woord, en was de tolk zijner medeleden, toen hij den commissaris bedankte voor de eer, aan Goes be wezen, door reeds zoo spoedig deze gemeente te bezoeken. „Zeer terecht, zeide hij, was door den commissaris opgemerkt, dat Goes een kleine plaats is, waar veel wordt gedaan; de steun in al het pogen tot vooruitgangvan uwen voorganger ondervonden, moge ook ons verder niet ontbreken De commissaris antwoordde, dat ook hij zijne krachten zou wijden aan de belangen en den bloei der gemeente Goes. Aan de leden der rechtbank betuigde de com missaris zijn leedwezen, dat zijn bezoek juist op eau zittingsdag van dat college was gevallen, maar verzekerde dat hij 't des te meer op prijs stelde, dat de heeren hem de beleefdheid bewezen, hem hunne opwachting te maken. Hij uitte verder den wensch, dat Goes zijn rechtbank mocht behouden. Vervolgens kwamen nog ter audiëntie de leden van het kantongerecht, de kerkeraad der Her vormde en die der Roomsch katholieke gemeente, de leden der openbare gezondheids- en die der plaatselijke schoolcommissie. Verder maakten van deze audiëntie nog verschillende autoriteiten van Goes en omliggende gemeenten gebruik, o. a. de leden van het kantongerecht Heinkenszand, de burgemeesters van Hoedekenskerke en Kattendijke, de schoolopziener in het 4e district, de komman- dant en officieren der d. d. schutterij, alsmede de bewaarder der hypotheken en van het kadaster, Naar het Duitsch van Arthur Stahl. Vervolg.) Voorts werd er op den eersten jachtdag altijd in de groote zaal gedineerd, zcodat al de eikenhou ten meubelen duchtig geboend en gewreven moesten worden; er moesten vorken en messen met heften van hértshoorn bij de borden gelegd worden; en eindelijk moest de oude dienaar eene groene livrei in plaats van de gewone blauwe aantrekken. Aan al die bijzonderheden moest Johan denken, want de drost zou zeer boos zijn geweest als een van die oude gebruiken verzuimd ware, ja hij zou het zelfs met zijne zuster aan den stok heb ben gekregen, als deze vergeten had uit de dub bel geslotene kast het zilveren middelstuk, dat een jachttooneel voorstelde, benevens de bekers en andere tafelbenoodigheden, waarop herten, reeën en patrijzen afgebeeld waren, voor den dag te halen. Wat is er toch met het kind gaande? 'vroeg tante Ulrike zich dezen dag telkens weêr af, wan neer zij een oogenblikje hare gedachten kon ver zamelen. Candida moest heden lang te vergeefs wachten en de heer Saaijmans Vader, afgevaardigde ter tweede kamer. De audiëntie was te 12 uren af- geloopen. Vervolgens werden verschillende kerken, scholen en andere inrichtingen bezocht, waarbij de kerke lijke en burgerlijke autoriteiten overal den com missaris ontvingen en rondgeleidden. In de scholen werden hem door de kinderen eenige liederen en in de bijzondere school van den heer Poolmeijer werd hem psalm 1S1 vers 3 toegezongen, waar voor de heer Six zijn bijzonderen dank betuigde. In het gasthuis werden de teekeningen voor de voorgenomen verbouwing in oogensehouw genomen in de ambachtsschool stond juist het eerste groote stuk gereed, dat de leerlingen vervaardigd had den, namelijk eene kast voor de meisjesschool. De commissaris sprak den wensch uit dat dit proefstuk nog door vele anderen zou opgevolgd worden. Na een rijtoer in de omstreken der stad, werd den commissaris door burgemeester en wethouders een diner aangeboden, waarbij verschillende ge meente-autoriteiten mede genoodigd waren. Gedu rende het dessert deed de Harmonie zich op de markt hooren. Des avonds met den trein van 10.16 vertrok de heer Six vervolgens weder naar Middelburg. In de gisteren avond alhier gehouden vergade ring van de Middel burgsche afdeeling der Veree- niging tot bevordering van fabrieks- en hand- werksnijverheid in Nederlandwerd door den voorzitter den heer J. W. de Raad medegedeeld, dat zich geen personen hebben aangemeld die knechts langer dan 25 jaren in dienst hebben, zoodat geene voordracht ter verkrijging van ver- eerende getuigschriften heeft plaats gehad. Ook deelde de voorzitter mede, dat de reden waarom de algemeene vergadering der Vereeniging op 9 en 10 Augustus a. te Zwolle zal gehouden wordenniettegenstaande in de vorige algemeene vergadering Amsterdam als plaats van bijeen komst in 1876 was aangewezendeze is dat de te Amsterdam te houden tentoonstelling tot 1877 is uitgestelden het dus wensehelijker is om de algemeene vergadering gelijktijdig met die ten toonstelling te Amsterdam te houden. De voornaamste werkzaamheid bestond in de behandeling der punten van beschrijving voor de algemeene vergadering, waarvan sommige tot vrij langdurige gedachtenwisseling aanleiding gaven. Punt X, het eerste punt van behandeling, luidt aldus: „I. Is het mogelijk om aan de beweegbare spoorwegbruggen eene inrichting te verbinden, die onafhankelijk van het bedienend personeel het trein-personeel van den in aantocht zijnd en trein, zij werd inwendig onrustig, meer dan hare tante zelve, meer dan de keukenmeid, meer dan de oude Johan die aan de huisdeur stond. Zoo dik wijls zij uitkeek zag zij over de laan heen slechts het heuvelachtige land, den zoom der bosschen, de zilveren strepen van de bergmeren en geheel in de verte de geele zandzee der Senne, de West- phaalsche woestijn. De schaapherder trok met zijne kudde langzaam over den weg. „Johan, vraag den herder eens of zij nog niet in aantocht zijn," riep zij uit het open venster den bediende toe. Deze ging de boodschap doen en kwam weldra hoofdschuddend en met een ontsteld gelaat bij haar terug. Johan was geen sterke geest en raakte lichtelijk van zijn streek door iets ongewoons, iets wat niet elkeu dag gebeurde. Zijn verschrikt gezicht gaf haar echter deze maal reden tot groote ongerustheid. „De scheper zegt, freule, dat de verwonding niet gevaarlijk is; maar het helderroode bloed heeft hij zelf uit den arm zien springen, toen hij voorbijging." „Om Godswil! wie is er dan gewond, Johan?" riep zij uit, zijn zwak kennende om altijd met het einde der geschiedenis te beginnen en dat zoo verward mogelijk voor te dragen, als hij eenmaal zijn plechtig stilzwijgen verbrak. „Is het vader, die gekwetst is?" „Neen, de vreemde, die Italiaander, die al dagen lang in het gebergte rondzwalkt. Gisteren had zeker en tijdig op zoo duidelijke wijze .onderricht van het al of niet gesloten zijn der brugdat het door hen moet worden opgemerkt; of wel op andere wijze afdoende veiligheid aan personen en goederen bij het passeeren van be weegbare bruggen te verzekeren? „II. Wat kan door onze Vereeniging worden gedaan om de algemeene invoering van zoodanige afdoende veiligheidsmaatregelen bij het passeeren van de vele beweegbare bruggen in onze spoor wegen te bevorderen?" Op voorstel van een der leden is besloten den afgevaardigde op te dragen aan de algemeene vergadering voor te stellen om zich tot de regee ring te wenden met het verzoek om te dezer zake eene prijsvraag uit te schrijven. Ten aanzien van punt XII werd het preadvies van het bestuur aangenomendat het niet wen- schelijk is dat het bestaande gewone formaat van gebakken steenen van Waal, Rijn en Geldersehe IJsel wordt veranderd en daarvoor in de plaats komt het groote Pruisische formaat. In strijd met het preadvies van het bestuur werd bij meerderheid van stemmen het wenschelijke aangenomen dat van staatswege op meer doeltreffende wijze dan tot hiertoe geschiedt maatregelen worden genomen tot het tegengaan der vervalsching van levensmiddelen. (Punt XIII.) Punt XIXbehelzende het voorstel eener afdee ling: „dat de vergadering het hoofdbestuur mach tige om met den meesten nadruk bij de regeering en tweede kamer aan te dringen op herziening dei- wet op het lager onderwijs van 13 Augustus 1857 met behoud der beginselen in die wet neergelegd," werd meer breedvoerig besproken. Het bestuur preadviseerde om den afgevaardigde te doen voor stemmen. Nadat door enkele leden daartegen bezwaar was ingebracht, stelde een lid van het bestuur voor, om den afgevaardigde ten aanzien van dit punt vrij te laten in het uitbrengen zijner stem, welk voorstel echter verworpen werd. Ten slotte werd met 10 tegen 5 stemmen beslist dat de afgevaardigde op de algemeene vergadering tegen het voorstel moet stemmen. Evenzeer zal de afgevaardigde op voordracht van het bestuur, moeten stemmen tegen het voor stel (punt XX) om „eene geldelijke subsidie voor het door de Maatschappij van nijverheid op te richten museum te verleenen, onder voorwaarde, dat eenige der daarin aanwezige voorwerpen tijde lijk aan onze afdeelingen tot dat doel verstrekt zullen worden." Nog zal de afgevaardigde moeten stemmen tegen het voorstel van het hoofdbestuur (punt XXVII) dat er pogingen in het werk zullen worden ge steld tot het verkrijgen van eene wet betreffende den namaak van nijverheidsvoortbrengselen en hij voor den zwaren regen eene schuilplaats gezocht in de schepershut, en toen dacht de sche per al, dat zijn fijne schoenen en mooie kleeren weinig voor onze bosschen pasten." „Houd den scheper eens staande, Johan; ik zal het hem zelf gaan vragen", zei Candida. De bediende liep zoo snel als zijne deftigheid veroorloofde, maar nog eer hij bij den herder was zagen de beide dames uit het venster den jacht stoet aan het einde der laan verschijnende honden, de drijvers, de bedienden, en spoedig daarop de eerste jagers. Met ingehouden adem sloegen de beide vrouwen het naderende gezelschap gade. Voorop ging de drost, maar niet zooals anders met fikschen tred wanneer hij van de jacht terug keerde, want stap voof stap kwam hij met iemand aan, wiens arm hij voorzichtig ondersteunde. Die onbekende was een man in den vollen bloei der jeugd. 'tZij het zijn edel voorkomen was of het contrast van zijne elegante kleeding met het jagersgewaad van al die mannen, Candida moest onafgewend naar hem blijven staren. Zij zag zoo zelden vreemden en altijd slechts de bekende ge zichten van de oude vrienden haars vaders, zwaar gebouwde Westphaalsche gestalten. In hare ver beelding was het alsof zij voor de eerste maal een man zag. De drost zag naar de vensters op, als verwachtte hij dat iemand het gezelschap ontvangen zou. Can dida sprong altijd de trappen af en haar vader reeds in de laan tegemoet als hij met de oude heeren terug kwam; maar thans wist zij zelve niet welk eene zoogenaamde fabrieksmerken, op de navolgende grondslagen „I. Bij elk verschil, tusschen fabrikanten over namaak, zal door elke der partijen een gelijk getal scheidsrechters worden benoemd, die zich door gezamenlijke keuze eenige andere zullen toevoegen en dan als jury over de zaak uitspraak zullen doen. „II. Indien de jury beslistdat opzettelijke na maak is gepleegd, dan zal hij, die haar heeft gepleegd, eene schadevergoeding schuldig zijn aan zijne wederpartij, waarvan het bedrag door de jury zal worden vastgesteld en die langs den weg van het gewone burgerlijke recht zal kunnen worden ingevorderd." De reden van het tegen stemmen is, dat door aanneming van .het voorstel weder, eene soort van octrooien zou worden ingevoerd. Niettegenstaande het bij punt XXVIII bleek, dat vele leden volstrekt niet ingenomen zijn met coöperatieve vereenig ingen, werd toch overeenkom stig het preadvies van het bestuur besloten den afgevaardigde op te dragen te stemmen voor het voorstel van het hoofdbestuur„dat de algemeene vergadering nogmaals als haar gevoelen uitspreke, dat regeling van den toestand der coöperatieve vereenigingen geen uitstel meer gedoogt en in den meest eenvoudigen vorm behoort te geschieden." Nadat de bespreking der punten van beschrijving geëindigd was, had de benoeming plaats van een afgevaardigde voor de algemeene vergadering en twee plaatsvervangers. Daar niemand zich voor die betrekkingen had aangemeld, werden op voor dracht van het bestuur benoemd tot afgevaardigde de heer J. W. de Raad, en tot plaatsvervangers de heeren K. Baart en D. Jeras, die zich deze opdracht lieten welgevallen. Tot leden van het bestuur ter vervulling van twee vacatures, ontstaan door de aftreding van den heer B. A. Verheij en het bedanken van den heer F. Nagtglas, werden benoemd de heeren J. H. Snijders en J. J. van der Harst Az. Door het bestuur waren mede aanbevolen de heeren P. A. Verhuist en C. L. van Sorge. De heer van der Harst, ter vergadering tegenwoordig, ver klaarde zich bereid de benoeming aan te nemen, terwijl den heer Snijders van zijne benoeming zal worden kennis gegeven. Ten slotte herdacht de voorzitter met een har telijk woord het door de afdeeling geleden verlies in het overlijden van een verdienstelijk lid, den heer C. Krijger, in leven gemeente-bouwmeester alhier. Heden middag is de vischsloep „de Volharding", van de reederij van den heer J. J. P. Hector te schroomvalligheid het was die haar terughield. Zij bleef op het groote trappenportaal staan, waar de honden tegen haar opsprongen en haar met hunne onstuimige blijdschapsbetuigingen bijna omver wierpen. Spoedig volgden daarop de heeren. Haar vader zag haar met een blik aan, waarmede hij haar scheen te verzoeken den vreemden vriendelijk te be groeten. De wijze waarop zij het deed was eene mengeling van schuchterheid en voorkomendheid, eene vereeniging der manieren van het kind en de dame, die op den gekwetste eene onuitwischbaren indruk maakte. De woorden, die bij zulke gelegenheden gespro ken worden, hebben gewoonlijk minder beteekenis dan de gelaatsuitdrukkingen, de handelingen en de kleine onwillekeurige bewegingen. Candida strekte den arm uit, als om de hand van den ge kwetste te ondersteunen, onderwijl haar vader zijn weitasch afdeed. Er lag iets roerends in de wijze waarop zij bij elke handeling, ofschoon zij die met de natuurlijkste goedhartigheid en de welvoegelijkste manieren deed, haar vader vragend aanzag. De dames traden het groote salon in, waar de drost haar met den vreemdeling volgde, terwijl de overige heeren, om van de vermoeienissen der jacht wat uit te rusten, voorloopig naar de kamer van den heer des huizes of naar de aangrenzende rook- en biljartkamers gingen. Het viertal was nu alleen in het salon. De drost liet den vreemde zacht plaats nemen. Hij schoen uitgeput, zag er zeer bleek uit en nam al de vriend*

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1876 | | pagina 1