No. 173.
119e Jaargang.
1876.
Maandag
24 Juli.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijko nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën20 Cent per regel.
Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laf
Bij deze courant behoort een bijvoegsel.
Middelburg, 22 Juli,
PEUILLETOM.
Isola Bel ia.
De schets van het Noordelijk gedeelte des Turk-
schen rijks in Europawelke onzen lezers hierbij,
ter orienteering in den chaos van weinig bekende
namendien wij genoodzaakt zijn dagelijks onder
hun oogen te brengen, aangeboden wordt, bevat
de in oorlog met hun suzerein verkeerende vazal
staten Servië en Montenegro, een deel van het
nagenoeg onafhankelijk vorstendom Eumenië
(Wallachije), dat tot dusverre de onzijdigheid be
waart, henevens de Turksche provinciën Bosnië,
waar het vuur van den opstand naarmate der
tegenwoordigheid van de Turksche troepen smeult
of weer opflikkert, Nisch en Widdin, in welke
het Zuidelijk en Oostelijk gedeelte van het oor
logsterrein gelegen is.
Servië, door de rivieren de Donau en de Save,
in het Noorden, van Oostenrijk gescheidenheeft
in het Noordoosten den Donau tot grensscheiding
tusschen Wallachije, en is overigens aan alle zijden
door de straks genoemde Turksche provinciën
omgeven. De Drina scheidt het land, in het Wes
ten, van Bosnië; de Timok maakt in het Oosten
de voortzetting der grensscheiding uit; de Zuide
lijke grens isbehalve door de Noordelijke tak
ken van het groote Balkan-gebergtenage
noeg ongedekt. Twee rivierenarmen van den
Donaudoorloopen het vorstendom van het Noor
den naar het Zuiden de eeiieue lïiorawasplitst
zich, niet ver van de Zuidelijke grens, in twee
takkende West-Morawa en de Oost-Morawa,
welke laatste tusschen Alexinaez en Nisch op
Turksch grondgebied doordringtterwijl de andere
rivier, de Ljig, meer Oostelijk gelegen en voorhij
Stablina in den Donau vallende, het Turksche
gebied onaangeroerd laat.
Servië teltnaar de laatste opgavenruim
1,338,000 inwoners, waaronder zich 4900Mahome-
danen, 3400 Boomsch-katholieken, 1560 Israëlieten
en eenige honderde protestanten bevinden. Alle
overige Serven zijn den Grieksch-katholieken
(Eussischen) godsdienst toegedaan. De hoofdstad
Belgradoaan de Noordelijke grens bij de samen
vloeiing van den Donau en de Save gelegen, be
vatte in 1872 26.674 inwoners. De staatsbegro
ting over 1873—74 beliep in ontvangsten en uit
gaven ongeveer 35 millioen piasters (een piaster
is nagenoeg tien cent waard)waaronder voorkwam
eene schatting aan Turkije van 1,176,255 piasters.
5.
Naar het Duitsch van Arthur Stahl.
(Vervolg.)
Dikwijls waren er aardkennersfabrikanten
mijnwerkers op het kasteel gekomen, allen om
onderzoek te doen naar de aanwezigheid van
ijzererts, van steenkolen, van aardolie; maar de
drost wilde dat alles onveranderd zou blijven op
zijn familiegoed, als iets dat vereenzelvigd was
met alles wat de herinnering aan het verledene hem
dierbaar maakte. Voor geen geld ter wereld zou
hij daarin eenige verandering gedoogd hebben.
In het oude heerenhuis bleef dan ook alles zooals
het altijd geweest was. In de met eikenhout be
schoten zaal, zag men de heitsgeweien, de wapens,
de reusachtige tafel, waarin reeds voor honderd
jaren de valkenier van den toenmaligen drost het
jaartal gesneden had. Op de bovenverdieping
zagen de stoelen en canapés met hunne stijve
rechte leuningen er uit alsof zij in eene eeuw niet,
van hunne plaats waren geweest; de kasten,
kroonlijsten en koffers maakten .den indruk alsof
zij door Cyclopen gesneden warenen als de drost
met zijn grauwen baard en zijne zuster, destifts-
fite C°. te Brussel en Parijs.
Op dat oogenblik bezat het vorstendom nog geen
staatsschulddoch de oorlog heeft het na dien
tijd behoorlijk daarvan voorzien. Het inkomen
van prins Milan IV, die in 1868 op 14 jarigen leeftijd
tot den troon geroepen werd, bedraagt 1,200,000
piasters.
Omtrent Montenegro, den bondgenoot van Servië,
is onze kennis vrij wat geringer. Dit bergachtige
land, Zuidwestelijk van Servië gelegen, is aan alle
zijden door Bosnië en de Herzegowina ingesloten,
behalve in het Westen, waar het door eene smalle
tot Oostenrijk behoorende strook lands van de
Adriatische zee geseheiden wordt. Die smalle strook
lands is juist een van de oudste grieven der Monte
negrijnen, die sedert jaren op het bezit van de eene
of andere Turksche zeehaven, Antivari, of het
in de nabijheid gelegene Spizza aandringen, waar
door hun verkeer met het buitenland onbelem
merd, maar tevens, wat de Porte zeer goed
inziet, hunne onafhankelijkheid nagenoeg onbe
perkt zou worden. Het vorstendom telt slechts
120,000 inwonershoeveel het aan Turkije opbrengt
vinden wij nergens vermeld, doch het zal, met
het oog op de armoede der bevolking, niet veel
wezen. Evenmin kennen wij het inkomen van
prins (hospodar) Nicolaas I, die 35 jaren oud is.
sedert 1860 den troon bekleedt en bij zijne vrouw,
eene dochter uit eene der voornaamste familiën
des lands, drie dochters en een vijfjarigen zoon heeft.
Het is hier de plaats om aan te teekenen dat
de veel besprokene haven van Kiek op onze kaart
zoowat in 's Blaue hinein, maar niet geheel juist
aangewezen is. Kiek ligt op Turksch grondge
bied op een punt waar dit, Noordwaarts van Eagusa,
even de Adriatische zee aanraakt, in het uiteinde
vnn -- »-
tot het grondgebied van Oostenrijk behoort. In
de haven van Kiek ontschepende, zouden dus de
Turksche troepen het grondgebied van Montene
gro zeer gemakkelijk van den Noordwestkant kun
nen naderen. Het is daarom dat Oostenrijk den
doortocht van troepen enz. in schepen door z ij n
zeeboezem verboden heeft.
Gaat men de gesteldheid van het oorlogsterrein
na, dan verduidelijkt zich, zonder dat zij daar
om nog verklaarbaar wordt, de splitsing der
Servische strijdmacht in verschillende legers, die
alle te gelijk aan 't vechten zijn. Aan alle zijden
door den vijand ingesloten, valt het den Serven ge
makkelijk hem aan te tastenmaar ook moet het hun
op die wijze moeilijk vallen op eenig punt eene ge
noegzame macht te vereenigen om ergens een
beslissendeu slag te slaan. Op de Westelijke grens,
aan de Drina, bewaren Alympies en Sali-Zeli-
Pacha tegenover elkander evenzeer het evenwicht
als aan den Timok, omstreeks Widdin, de overste
Leschamin tegenover Osman Pacha. Generaal
dame, tegenover elkander in de kolossale leuning
stoelen bij het vuur zaten, moest men erkennen
dat zij in hunne onbewegelijkheid volkomen bij de
omgeving pasteD.
De twee wolfshonden lagen als steenen beelden
rechts en links, en zelfs het eiken blok in den
reusachtigen schoorsteen brandde met zulk eene
stille, bijna onbewegelijke vlam, alsof het de kalmte
niet wilde verstoren. Ook de oude bediende was
als uit eikenhout gesneden. En toch was er in
dit schijnbaar zoo eentonige leven eene kleurige
herinnering: Italië, en in dit buis een wezen, dat
die herinnering tot werkelijkheid maakte, namelijk
de dochter van den drost van Heldesförde.
Wanneer dat jonge meisje de deur der sombere
zaal, waar het tweetal zat, open deed, was het
alsof er een zonnestraaltje met haar binnengleed.
Er kwam dadelijk beweging in de groep, doch
meer onwillekeurig dan bepaald uitgedrukt, want
niet alleen wendden de drost en zijne zuster het
hoofd om, maar ook de beide honden sloegen met
den staart tegen den grond, en zelfs het vuur
knetterde lustiger. Dit was echter wederkeerig.
Eer zij plaats nam stookte zij het vuur op, streelde
de wolfshonden op de ruige koppen, gaf tante een
kus en zette zich dan op een der armen van den
reuzen-leunstoel waarin de drost zaten als zij ge
komen was deed de oude bediende geregeld de
deur open, stak deftig het hoofd naar binnen en
vroeg of er ook iets van de orders der freule was.
Het meisje was blond als eene Duitsche, maar de
lange wimpers overschaduwden een paar donkere
Ischernajeff is na zijne aanvankelijk behaalde
voorueelen in de omstreken van Nisch weder op
Alexinaez teruggetrokken. In Bosnië en Bulgarije
houden de opstandelingen zich rustigdoch in den
strijd met Montenegro schijnen de Turken terrein
verloren te hebbendaar prins Nicolaasonder
hevige gevechten, tot Neveainjo en Mostaris door
gedrongen, welke laatste vesting door Moektar
Pacha verdedigd wordt. Ook de verbinding met
Kiek wasnog vóórdat deze haven door de
Oostenrijksche regeering gesloten was, den
Turken door de Montenegrijnen onmogelijk gemaakt.
Omtrent den vermoedelijken afloop van den krijg
laat zich, met eenige waarschijnlijkheid, nog niets
voorspellen. Kan aan den eenen kant niet ontkend
worden dat Turkije, zelfs ontzenuwd en bandeloos
gelijk het is, als georganiseerde mogendheid
eene verpletterende overmacht bezit tegenover zijne
Vazalstatenvan den anderen kant leert de onder
vinding dat bergbewoners, in hun eigen land
strijdende, zelfs voor een overmachtigen vijand
bijna onoverwinnelijk zijn.
Het gemis aan goede wegen en andere middelen
van gemeenschap aan weerszijden is eene omstan
digheid, die bij dezen krijg vooral niet uit het
oog verloren mag worden. In dit opzicht levert
onze kaart echter eene leerzame aanwijzing. Men
vindt op het geheele oorlogsterrein slechts éen
stukje spoorweg en dit is in handen der Turken.
Het loopt van Metrovitza, nabij Novibazar en de
Zuidelijke grens van Servië, in Zuidoostelijke richting
over Oeskoep naar Salonichi aan de Aegeïsche zee.
Langs dien 364 kilometers langen ijzeren weg kan
de Porte alle noodige versterkingen binnen korten
tijd naar het tooneel van den strijd joy§yjAriSV<SMi
van aI?$^2ScreiPvan gemeenschap zoo goed als
verstoken. Eaadpleegt men de Europeesehe spoor
weg-statistiek onder het hoofd „Servië", dan vindt
men aangeteekend„Men is voornemens eenige
lijnen aan te leggen." Met dat troostrijke voor
uitzicht zal prins Milan zijne troepen niet spoe
diger hebben waar hij ze noodig heeft!
In den Noordoostelijken hoek onzer kaart zien
wij nog een spoorweg, die Tsjernetz, op de Ser-
visch-Eussische grens, over Krajova met Bueharest,
de hoofdstad van Eumenië verbindt. Dit land, onder
de souvereiniteit van een vorst uit het krachtige
huis der Hohenzollern 's, met zijn spoorwegen-net
van ruim 1200 kilometers, zijn op Pruisische leest
geschoeid leger, zijne bevolking van ruim 4£ mil
lioen zielenschijnt de eenige degelijke kern,
rondom welke een zelfstandige staat in het Noor
den van Turkije zich misschien zou kunnen vormen
zonder dadelijk gevaar van door den Eussischen
reusof door de groot-Slavische sympathieën aan
gene zijde van den Donau dadelijk te worden
oogen van zulk een vuur, als de zon van Westpha-
len anders niet pleegt te kweeken, en ofschoon zij
nauwelijks den kinderleeftijd te boven was, nam
men een ernst en eene geestkracht bij haar waar,
die het begrijpelijk maakten, dat zij thans reeds
dit stille huis beheerschte. Dit was geen spel des
toevalsdeze oogen waren het erfdeel van hare
Italiaansche moeder, en al het ongewone en vreemde
was uit dezelfde bron herkomstig. Hare opvoeding
had medegewerkt om die trekken nog meer iD
't licht te doen treden, en zoo kwam het dat de
beide personen, wier afgod zij was, steeds dat vreemde
element in haar gewaar werden en een bang ver
moeden niet konden weren, dat zij eenmaal de
vleugelen uitslaan en hun ontvliegen zou.
De drost en zijne zuster hadden elkander bij hare
opvoeding wederkeerig ondersteund. Hij bezat eene
groote belezenheid en had haar de positieve en
elementaire kundigheden, die nu eenmaal onmis
baar zijn, meêgedeeld, misschien wel wat droog,
maar altijd grondig. Zij daarentegen had het wei
nige, wat zij wist, met warmen en poëtischen geest,
in het meisje overgeplant.
Heldesförde had de kleine Candida altijd in zijn
studeervertrek onderwezen, tusschen de stoffige
boeken zijner bibliotheek, regelmatig op de minuut
af, aan eene zekere groote tafel met een zekeren
inktkoker, waarop een bronzen Pegasus prijkte,
die er als een schaap uitzag, maar wiens vleugels
Candida zich altijd wenschte als het uur voor de
rekenles kwam.
Tante daarentegen ging met het kind gewoonlijk
opgeslokt. Tot dusverre houdt prins Karei, hetzij
vrijwillig of gedwongen zich onzijdig. Of, bij
den ouderlingen haat en het wantrouwen, welke
onder Serven, Montenegrijnen, Bosniërs en Eume-
niërs heerschendeze Hohenzollern geroepen zal
worden om, na den eenmaal te verwachten val
van het Turksche rijkde rol te vervullen die
zijn eigen groote bloedverwant, keizer Wilhelm,
in Duitscbland, en Victor Emmanuel in Italië ge
speeld hebben, ziedaar eene vraag, wier toestem
mende beantwoording misschien gewenscht, doch
zeker op dit oogenblik nog niet bevestigd kan
worden.
De commissaris des konings in Zeeland zal bij
zijn voorgenomen bezoek te Goes op aanstaanden
Maandag aan den trein door burgemeester en
wethouders worden afgehaald en naar het stad
huis geleid. Na bezichtiging van het archief der
gemeente wordt te 11 uren audiëntie verleend.
Daarna zullen burgemeester en wethouders den
commissaris begeleiden bij de bezichtiging van
het weeshuisde hervormde kerkwaar tevens
de brandweer zal worden geïnspecteerd, de Eoomsch
katholieke kerk, de school 1" klasse van den
heer Breetvelt, de Christelijk afgescheiden kerk,
de bijzondere school van den heer Poolmeijer, het
gasthuisde hoogere burgerschool en de ge
vangenis.
Des middags zal den heer Six namens de leden
van het dagelijksch bestuur, in de burgemeesterska
mer op het stadhuis een diner worden aangeboden,
waarbij tevens genoodigd zijn: de voorzitter van
de commissie van toezicht op de inrichtingen
pfffatseiijkè "schoolcommissiede voorzitter dei-
openbare gezondheidscommissie, de voorzitter van
de directie der brandweerde schoolopziener in
het vierde district, de majoor-kommandant der
dd. schutterijde secretaris en de plaatselijke
ontvanger.
Als leden van den gemeenteraad van St. Phi-
lipsland zijn herkozen de aftredende leden, de
heeren M. Mol en J. van Nieuwenhuizen.
De Staats-courant van heden bevat de wet van
den 28en Juni jl. tot verhooging der begrooting van
Nederlandsch-Indië voor het dienstjaar 1876 (hoofd
stuk I. Uitgaven in Nederland en hoofdstuk II.
Uitgaven in Nederlandsch-Indië).
Door het ministerie van binnenlandsche zaken
zijn aan de kamers van koophandel en fa
brieken te Amsterdam, Eotterdam, Dordrecht en
Middelburg ter kennisneming gezonden twee ver
in het bosch en het veld, en onderwees haar wel
wat onstelselmatig maar levendig, en knoopte haar
onderricht aan de aanschouwing vast.
De drost had zich naar Eome begeven toen zijn
vader nog leefde, en in dien tijd was zulk een reis
nog eene minder alledaagsche en meer bewonderde
onderneming dan tegenwoordig nu iedereen reist
en er zelfs over de Alpen spoorwegen loopen.
Eeizen voor uitspanning kende men toen weinig;
als iemand naar Italië ging, was het met artistieke
of kerkelijke oogmerken, en daarvoor doorstond hij
gewillig de ongemakkenaan den tocht verbonden.
De Westphalingers werden evenals de Zwitser-
sche gardes te Eome gaarne gezien. Men bouwde
op hunne eerlijkheid en trouw. Gelijk de Zwitsers
in den dienst der pauselijke eerewacht, kwamen de
Westphalingers, die meerendeels edellieden waren,
dikwijls tot hooge betrekkingen in den bijzonderen
dienst van den paus. De „cameriere secreti" of
geheime kamerheeren van den H. Vader waren
en zijn nog tegenwoordig bijna altijd Westphaal-
sche adellijken.
De jonge drost van Heldesförde had lang eene
dergelijke betrekking bekleed en was zelfs niet
vreemd aan het plan om voorgoed te Eome te
blijven, doch er gebeurden daar dingen die hem
niet behaagden. Er werden leerstukken ingevoerd,
waarmeê hij zich niet kon vereenigen; al wierd
daardoor zijn geloof aan de kerk niet geschokt,
verloor hij toch zijn vertrouwen op degenen die
voor ;t oogenblik aan 'troer zaten en de zaken
doordreven.