BUITENLAND.
Ingezonden Stukken.
Handelsberichten.
AdvertentiSn.
Zeetijdingen.
Verkoopingen en aanbestedingen,
Thermometerstand»
Provinciale staten van Zeeland,
Algemeen Overzicht,
aanbonsde. Veertig personen hebben bij deze ramp
min of meer zware kwetsuren bekomen.
Gisteren werd aan het gebouw van het geweste
lijk bestuur alhier aanbesteed
1° het maken van een gebouw tot woningen
voor den hulpsluismeester en voor drie sluiskneeli-
ten nabij de schutsluis te Veere; minste inschrij
ver de heeren P. J. van Puffelen en zoonte
Middelburg, veor 15250, en
2° het maken van een gebouw voor zoetwater
bereiding te Vlissingen; minste inschrijver de beer
G. Dekkerte Sliedrechtvoor 13795.
Gisteren is alhier te koop aangeboden
De hofstede „Rustenpolder" met 19 hectaren
6 aren 95 centiaren bouw- en weilandenstaande
en liggende in de gemeente Vrouwepolder. Ver
kocht voor 29500.
83 aren 71 centiaren bouwland en sprinklig
gende in de gemeente Serooskerke. Verkocht
voor 1300.
86 aren 96 centiaren bouwland en sprink aldaar.
Verkocht voor 1225.
1 hectare 19 aren 21 centiaren bouwland en
sprink aldaar. Verkocht voor 1623.
76 aren 93 centiaren bouwland en sprink aldaar.
Verkocht voor 1140.
1 hectare 73 aren 75 centiaren bouwlandbosch
en sprinkliggende in de gemeente Vrouwepol
der. Opgehouden op 2081.
1 hectare 87 aren 80 centiaren bouwland aldaar.
Opgehouden op ƒ1550.
1 hectare 98 aren 50 centiaren bouwland lig
gende in de gemeente Serooskerke. Verkocht
voor 2958.
49 aren 59 centiaren weiland en sprink aldaar,
Verkocht voor 1050.
4 hectaren 11 aren 40 eentiaren weilandlig
gende in de gemeente St. Laurens. Verkocht voor
5406.
4 hectaren 8 aren 10 centiaren weiland aldaar.
Verkocht voor 6825.
2 hectaren 1 are weiland aldaar. Verkocht
voor 3511.
2 hectaren 10 centiaren weiland aldaar. Ver
kocht voor 3525.
7 Juli 's av. 11 u. 68 gr.
8 's morg. 7 u. 65 gr. 's midd. 1 u. 73 gr.
's av. 6 u. 69 gr.
Zitting van heden 8 Juli.
Tegenwoordig de commissaris des konings, voor
zitter; 38, later 41 leden, waaronder de heer
Buteuxwaarnemend griffier.
Na de resumtie der notulen van het verhandelde
in de zitting van gisteren, werd voortgegaan met
de behandeling der voorstellen van gedeputeerde
staten.
De rekening en verantwoording van gedeputeerde
staten van de enkel provinciale en huishoudelijke
inkomsten en uitgaven van dit, gewest over het
dienstjaar 1874 wordt goedgekeurd in ontvang
op 411,378.53, in uitgaaf op 387,754.52$, voor-
deelig slot op 23,624.00$.
Evenzeer wordt onveranderd aangenomen de
begrooting der kosten van het provinciaal bestuur
van Zeeland voor zooveel het rijksbestuur is voor
den dienst van 1877, bedragende het totaal
ƒ69,515.
Vervolgens kwam in behandeling de begrooting
der enkel provinciale en huishoudelijke inkomsten
en uitgaven van de provincie voor den dienst
1877, in ontvang en uitgaat voorgedragen op
ƒ358,469.19.
Tengevolge van de vroeger genomen besluiten
werdm daarin een paar wijzigingen gebracht.
Het algemeen verslag der afdeelingen hieromtrent
heeft aan gedeputeerde staten aanleiding gegeven,
om nader te overwegen in hoever het wenschelijk
is verandering te brengen in de stoomvaart op de
Bóven-Schelde, waaromtrent zij in de najaars
zitting een voorstel zullen doen.
Op verzoek van den' heer Fransen van de Putte
zullen gedeputeerde staten ook hunne gedachten
laten gaan over het subsidiëeren van wagendiensten.
Naar aanleiding eener uitnoodiging van den heer
van Eek, is namens gedeputeerde staten medege
deeld, dat zij pogingen bij de regeering zullen
aanwenden tot verhooging der rijks-subsidie tot
tegemoetkoming in de kosten van verpleging van
krankzinnigen, en zij tevens in overweging zullen
nemen ook aan de staten een voorstel te doen
tot verhooging der provinciale subsidie, thans uit
getrokken op 2500.
Het artikel: bijdrage ad ƒ2000 ter bevorde
ring en aanmoediging van het schoolgaan en van
het meer getrouw schoolbezoek, gaf tct eene uit
voerige gedachtenwisseling aanleiding, doch werd
ten slotte met 32 tegen 9 stemmen aangenomen.
Het eindcijfer der begrooting bleef onveranderd,
terwijl het hoofdstuk voor onvoorziene uitgaven
is vastgesteld op ƒ19,472.29.
Voorts is met algemeene stemmen goedgekeurd
het voorstel van gedeputeerde staten, om aan den
koning machtiging te vragen tot de heffing van
30 opcenten op de hoofdsom der belasting op de
gebouwde en ongebouwde eigendommen over het
jaar 1877 en van 22 opcenten op do personeele
belasting dienst 1877/78 tot dekking der geraamde
uitgaven en behoeften van enkel provincialen en
huishoudelijken aard voor het dienstjaar 1877.
Ten slotte was aan de orde de benoeming van
een griffier der staten in de plaats van den heer
Buteux.
Zooals men weet bestond de voordracht uit de
heeren nu».A. E. Arntzeniusadjunct-commies
le klasse ter provinciale griffie van Zuid-Holland;
A. J. van Deinse, rechter-plaatsvervanger in en
procureur bij de arrondissements-rechtbank te
Middelburg; en E. Fokker, advocaat en secretaris
van de kamer van koophandel en fabrieken te
Middelburg.
(De heeren Hennequin en Fokker waren bij de
stemmingen afwezig.)
De uitslag der eerste stemming was dat werden
uitgebracht op de heeren Arntzenius 17, van
Deinse 15 en Fokker 6 stemmen, terwijl 1 biljet
van onwaarde was.
Niemand alzoo de volstrekte meerderheid ver
kregen hebbende werd tot een tweede vrije stem
ming overgegaanwaarbij de heer Arntzenius
23 stemmen bekwam de heer van Deinse 15 en
de heer Fokker 1 stem.
De heer mr. A. E, Arntzenius is alzoo gekozen.
Daar verder geene werkzaamheden meer te
verrichten waren, is de zomervergadering door
den voorzitter in naam des konings gesloten.
Het is vooralsnog niet mogelijk uit de telegram
men die uit het Oosten worden medegedeeld, iets
zekers omtrent den loop van den oorlog op te
makendaar beide partijenonder het merk „offi
cieel'', alles schijnen te telegrafeeren wat haar in
het hoofd komt. Voor een paar dagen meende
mtn zeker te weten dat de Serviërs onder Tscher-
najeff Saitschar genomen en iets verder over de
Turksche grenzen eenig voordeel op de Turken
behaald hadden. Zelfs waren de fondsen op die
berichten gedaalddaar in het oog der mannen
van de beurs iedere overwinning der Serviërs en
Montenegrijnen het uitzicht op een spoedig einde
van den oorlog verder verschuift. Maar gisteren
telegrafeerde men „officieel" uit Koustantinopel
„Het is onwaar dat Tschernajeff op Turksch grond
gebied is voorwaarts gerukt." En verder: „Sedert
Woensdag is geen enkel bericht van het oorlogs-
tooneel openbaar gemaakt."
Daar de telegrammen uit de hoofdstad van
Turkije, onder het oog der Europeesche diploma
tie ons een klein weinigje meer vertrouwen inboe
zemen dan die uit Belgrado en Cettinjezullen
wij 't er voorloopig maar voor houden dat op de
Turksche mededeeling ditmaal niet toepasselijk is
wat prins Bismarck van sommige diplomatiën eens
zeide„Ze liegen als de telegaaaf". Voor 't overige
meldt men ditmaal het volgende:
Uit Slavische bron: Bij Bielnia is een gevecht
geleverd, waarbij de Serviërs een kommandant en
een vaandel verloren hebben en de Turken het
slagveld behouden hebben.
Een „officieel" bericht uit Kanstantinopel voegt
daarbij dat de Serviërs 700 man aan gesneuvel
den verloren.
Uit Belgrado: Generaal Zach is Donderdag de
grenzen overgetrokken in de richting van Sievitza
en heelt eene ontmoeting met den vijand gehad,
die zich achter sterke verschansingen gelegerd
had. Beide legers hebben hunne position behou
den en een groot aantal gekwetsten bekomen. De
Serviërs hebben Sogara aan de Drina genomen;
zij zijn ook bij Re.chka de grens overgetrokken en
hebben na een gevechtdat zes uren duurde de
Turken verslagen, die in de richting van Novi-
bazar gevlucht zijn.
Uit Weenen seint men dat onder de katholieken
in Bosnië een zeer ongunstige geest heerscht
tegenover de Servische „broeders", die hen aan de
overheersching der Turken willen ontrukken. Zelfs
zouden zij Oostenrijk verzoeken hen tegen deze
bevrijders te beschermen.
Wat van al deze berichten waar iszullen de
schriftelijke verhalen der verslaggeverswelke de
verschillende groote bladen op het tooneel van
den oorlog gezonden hebbenons moeten leeren.
Voor het oogenblik luidt de meerderheid der tij
dingen schijnbaar nog eenigszins in het voordeel
der Serviërsdoch men moet niet uit het oog
verliezen dat bij het aanvangen van een oorlog
de aanvallende partij natuurlijk begint met voor
waarts te rukken en eenigegewoonlijk onbedui
dende, voordeelen te behalen. Later als het gros
der legers aan weerskanten op elkander stuit,
komen pas de eigenlijke moeilijkheden en de meer
beslissende slagen. Dat Turkije al zijne beschik
bare krachten inspant, blijkt uit het bericht dat
twee Egyptische regimenten te Alexandrië zijn
ingescheept en te Tunis een ander regiment ver
trokken is naar Koustantinopelalwaar zij ge
bruikt kunnen worden zoo niet om het strijdende
leger te versterken dan toch om de garnizoenen
aan te vullen.
De keizers van Duitschland en Oostenrijk zullen
den 19fn dezer elkander weder te Ischl ontmoeten,
met het doel om den innigen drie-keizersbond
die altijd versterking noodig schijnt te hebben
nog eens te bezegelen. Vóór die bijeenkomst zal
de Duitsche keizer den 10r" te Wurzburg prins
Bismarck sprekenwiens raadgevingen zeker niet
zonder invloed zijn op hetgeen te Ischl gesproken
zal worden.
Ook in de Fransche kamer van afgevaardigden
is de oorlog gisteren voortgezeteen oorlog min
der bloedigmaar niet veel minder heilloos dan
die, welke op de Turksche grenzen gevoerd wordt.
De verkiezing van den Bonapartist de Peyrusse
in het departement Gers werd door de kamer met
334 tegen 139 stemmen onwettig verklaard.
Daargelaten of de republikeinsche linkerzijde, in
het bewustzijn harer groote meerderheidniet
beter deed dit Vernietigen van verkiezingen ein
delijk eens te stakenis het duidelijk dat zij
daardoor de Bonapartisten tot nieuwe heftigheden
uitlokt.
Paul de Cassagnac bleef hierin dan ook niet
achterwege. Hij verweet de regeering dat zij
David, den tegen-candidaat van den heer de Pey
russe tot maire van Auch benoemd hadniette
genstaande hij bekend stond als een lid der inter
nationale. Zelfs ging hij bij zijn aanval op de
regeering zoo ver dat de legitimistenbij monde
van den heer Keilerhet noodig achtten er tegen
op te komen eD te verklaren dat zij met den heet-
hoofdigen Bouapartistischen duellist het volstrekt
niet eens waren.
De regeeriug bleef het antwoord niet schuldig
„Gij tracht u in te dringen, zeide de minister
de Marcère, tusschen den maarschalk-president
der republiek en ons, gij tracht hem uwe raad
gevingen te doen volgen in plaats der onze. Maar
gij bedriegt u. Gij zij t vijauden der republiek,
met welke de maarschalk zich vereenigd heeft;
twijfelt gij dan aan zijne eerlijkheid? Hij heeft
zelf de mannen gekozen welke hij waardig keurde
om hem te raden; hij is even goed in staat als
gij om over de waarde van zijne raadgevers te
oordeelen en het is niet zonder reden dat hij ons
zijn vertrouwen schenkt. Nooit zullen wij hem
in onoprechten zin raden en nooit zal het u ge
lukken den maarschalk van ons te scheiden."
De toejuichingen der vergadering volgden op
deze woorden die, behalve het vertrouwen dat zij
ademen, toch ook aanduiden dat de heer de Mar
cère het niet overbodig vond, de goede verstand
houding die tusschen den president en zijne
ministers bestaat, nog eens opzettelijk te verkon
digen. De positie van het ministerie schijnt
overigens versterkt te zullen worden door het
besluit van het linker-centrum om ten opzichte
der gemeentewet, meer in 't bezonder wat betreft
de quaestie van de benoeming der maires, het
ministerie zijn zin te geven en zich met het ont
werp der commissie te vereenigen.
Uit Engeland meldt men alleen dat de regeering,
blijkens haar antwoord op eene vraag van den
heer Wolff, zich niet in staat ziet om den slaven
handel in de havens der Koode zee te beletten,
al zijn dan ook de slavenmarkten op haar aan
dringen opgeheven. Zij zal echter opnieuw, ook
bij de Oostenrijksehe en andere stoombootmaat
schappijen, die er naar het schijnt geen bezwaar
in zien om zich met dien onmensckelijken handel
te verrijken, pogingen aanwenden om het doel
dat Engeland reeds sedert bijna eene eeuw
nastreeft, uitroeiing van allen menschenhan-
delook in de Roode zee te bereiken.
Mijnheer de redacteur!
In uwe courant van Dinsdag 4 Juli komt een
ingezonden stukje voor van een practisch land
bouwer, waarin een paar vragen gedaan worden,
die wel de moeite waard zijn om er eenige oogen-
blikken bij stil ie staan.
Voorzeker is er geen streek in Zeeland waar
de landbouwer zich meer houdt aan hetgeen vader
en grootvader gedaan hebben dan Walcheren,
en het zou dwaasheid zijn aan te nemendat de
landbouw reeds in dien' voorvaderlijken tijd zoo
ver gevorderd wasdat hij geen verbetering meer
behoefde. Indien zich hier dus eens een flink
theoretisch en praktisch ontwikkeld landbouwer
nederzettedie eenige nieuwigheden invoerde, dan
zou het mij onbegrijpelijk voorkomen als hij de
zaak moest opgevenomdat hij niet even zoo
landbouw dreef als zijne buren. Voor het tegen
woordige zullen de Walchersche landbouwers met
hunue vakgenooten in eene andere streek kunnen
concurreerenlater, houd ik er voor, zal hun
dit moeilijker vallenals zij zich zoo aan het oude
blijven vasthouden.
'Waarom kan hij nu met anderen concurreeren?
Ziehier wat ik daarover denk.
De hofsteden zijn voor het grootste gedeelte
klein van omvang daarom wordt er bijna tuin
bouw gedrevennaar onkruid tusschen de vruch
ten moet men zoeken.
Door deze versnippering van grondstukken kan
aan verscheidene nieuwe theorieën, niet gedacht
worden; hot draineeren bijv., dat dikwijls zeer
winstgevend is, blijft ongedaan. Voorts werken
vele landbouwers als arbeiders, wat bij grootere
boeren ondoenlijk is, willen zij zich geen belangrijke
schade berokkenen.
Ten derde is de levenswijze van een plattelands
bewoner van Walcheren zeer eenvoudig, zijn be
hoeften zijn gering, 's Winters zoekt hij dikwijls
met zijn geheele gezin witte boonen uit, zoodat
deze aan de markt voor meer geld verkocht wor
den dan andere. Hiermede wint hij dus nog altijd
wat boven dengene die dit nalaat, doch ik acht
het beterdat hij eens een flink landbouwwerk ter
hand neemtom alzoo zijn kennis te vermeer
deren.
Onbekend maakt onbemind, en zoo is het ook
met landbouw-lectuur. Onderwijs toch is de groote
spil, waarom alles draait, en daar een zoon van
een Walcherschen landbouwer reeds vroeg de han
den uit de mouwen moet, steken, is het zeer na
tuurlijk dat hij met eene kleine dosis geleerdheid
de wereld ingaat. De meeste vragen omtrent het
hoe en waarom van datgene v, t in den landbouw
gebeurtblijven voor hem onbeantwoord, daar
natuur en scheikunde hem onbekende grootheden
zijn.
En daarom zal de Walchersche landbouwer,
indien hij niet aan de hand der wetenschap leert
gaan, bij zijne naburen achteraan komen, daar de
toekomst meer zal vragen dan het heden.
K. v. d. II.
Van Vlissingen vertrokken, bestemd naar
Batavia, het driemastschip Susanna Johanna,
gezagv. v. d. Valk.
È®r||iKe» vffiia Edeeten.
Amsterdam, 7 Juli 8 Juli
Mederl. Cert. Werk. schuld. 2$ pet. 62 61$
Certific. dito dito3 74$ 741
dito dito dito4 97$ 97$
Aand. Handelmaatschappij5 101$
dito exploitat. Ned. Staatssp. 85$ 85$
Loten stad Rotterdam. 3 95$
dito dito Amsterdam.. 3 96 96
België. Cert. bij Rothschild. 2pet.
Fir&nkrljk. Inschrijvingen .3 64$ 64J
Inschrijvingen5
IS-uslasid. Oblig. 1798/1816. 5 99| 99$
Certific. Iuscr. 5e serie 5 75$
Obl.Hope&C°. 18556"serie. 5 86 84$
dito 1000 18645 94$ 94$
dito L. 100 1872. 5 88 88
dito L. 100 18735 88 88$
Loten 1864 5 333
Loten 1866 5 313
Obl. Hope C°. Leen. 1860. 4$ pet. 82 86$
Certific. dito4 74$ 74$
Inscr. Stieglitz 0.2e a 4 L. 4 74$
Obligatiën 1867694 75 75|
Certificaten6
Aand. Spoorw. Gr. Maatsch. 5 263$ 264
Oblig. dito4$ pet.
dito dito4
Aand. Kiew-Brest5
dito Baltisehe spoorweg 3 129$ 130
Oblig. spoorweg Poti-Tiflis 5 pet. 93$ 93$
dito dito Jelez-Griasi.5 228 227
dito dito Jelez Orel 5 pet. 92$ 92$
dito dito Charkow Azow .5 87$ 87J
Polen. Schatkistobligatiën .4 76
Aand. Warschau-Bromberg .4 57
dito dito Weenen 5 140 110
Oostenrijk Obligatie metal.
in zilver Januari/Juli 5 pet. 52 511
Obligatiën dito April/Oct. 5 51$ 51
dito in papier Mei/Nov.. 5 49^ 48$
dito dito Febr./Aug. 5 49
Aand. Nation, bank3 800$ 8004
Loten 18605 515 513
dito 1864121 120
Hongarije. Schatkistbiljett. 6 pet.
Oblig. Theies spoorweg5 60$ 63
Italië. Certific. Amsterdam. 5
Oblig. Z.-Ital. spoorweg. 3 98$ 98$
üpanje. Obligatiën Buitenl.. 3 pet. 1313^
Oblig. Binnenlandsche. 3 12$ 12$$
Portugal. Obligatiën 3 5l| 51$
Turkije. Inschr. Alg. schuld 5 10,^ 10^
Obligatiën 18696 28 27$
SSgypte. Obl. 18687 pet. 36 36
Obl. 1873 7 37$ 37$
JLinerika.Obl.Ver. Stat. 1904 5 102$ 102$
Obligatiën dito dito 1885 6 101$ 101$
Illin. Cert. Amsterdam. 85$ 85$
Oblig. Illinois Redemtion. .6
Oblig. Central Pacific 6 93$
Certific. Chic. N. W7 57$ 58
Oblig. Madison Ext7 85$ 85$
dito Winona-St. Peter 7 80$ 80$
dito N. W. Union7 80$ 80$
dito Union Pac. Hoofdl. .6 90
Obl.St.Paul&Pac.Spw.lesec. 7
dito dito dito 2esec. 7 30$ 31
Brazilië. Obl. 18634$ 84
Obl. 1865 5 90$
Pï'ijzcn van coupons.
Amsterdam 8 Juli, Metall. 18.75; dito
zilver 19.20Div. Eng. per f 11.90Eng.
Portugal per 12.Spaansche piasters
Aroerikaansche dollars (in goud) 2.44$.
Amsterdam 7 Juli. Metall. 19.20; dito
zilver 19.60; Div. Eng. per f 11.90; Eng-
R assen per 11.90; Eng. Portugal per ƒ12.—;
Frans, ƒ47.65; Belg. 47.65; Pruis, ƒ58.60;
Hamb. Russen 30$ Russen in Z. R. 30$Pool-
sohe per fl. Poolsche per Z. R. Spaau-
sche p'asters Spaansche binnenlandsche
Amerikaanschedollars /2.44$; papierƒ2.15.
Voorspoedig bevallen van een Meisje ADRIANA
OLRÉÉ, geliefde echtgenoote van
J. W. J. VAN VONDERS WESTËR-
Veere, BURGER, Oud-Verificateur.
8 Juli 1876.
Heden overleed, na langdurig lijden, in deii
ouderdom van 75 jaren, onze geliefde man en
vader WILLEM D'HONDT, Hoefsmid te Sasput.
Schoondijke, 7 Juli 1876.
ANTHONETTA RISSEEUW.
Wed. W. D'HONDT en kinderen.
Algemeene kennisgeving zoo aan familie als
vrienden en bekenden.
Voor de bewijzen van deelneming bij het over
lijden van onzen vader en behuwdvader ontvan
gen, betuigen wij onzen oprechten dank.
Vlissingen, 8 Juli 1876.
J. M. STERZENBACH.
C. STERZENBACH—Laktrok.
M. BL0NKER, gepensioneerd Rijks-Ontvanger
te Aardenburg, op 8fjarigen leeftijd, zijn 72jarig
jachtvermaak stakende, bedankt bij deze hartelijk
alle nog bestaande grondeigenaren en pachters,
voor de vriendschap hem bewezen, door het hem
verleenen van vergunning, om hunne landerijen te
mogen bejagen.
Aardenburg, Juli 1876.
De ondergeteekende verzoekt vriendelijk vóór
zijn vertrek uit deze stad, het aan hem verschul
digde zoo spoedig mogelijk te willen voldoen.
Middelburg, 8 Juli 1876.
J. N. HEERÖLDT.