Thermometerstand. Koloniën, ïeiegrapiiisehe berichten. Provinciale staten van Zeeland. nissen uitgesproken: 1 wegens het niet bestendig zijn bij zijne paarden in staat om hen te besturen en te geleiden, veroordeeld tot eene geldboete van f 3 of 1 dag gevangenisstraf; 2 wegens dronken schap, ieder tot 1 boete of 1 dag gevangenis straf; 5 wegens het als bediende bij de inspectie en exercitie met de spuit zonder wettige redenen achterblijven, ieder 3 boete of 1 dag gevangenis straf; 1 wegens het werpen van water in eene binnenhaven f 3 boete of 1 dag gevangenisstraf; 2 wegens het vervoeren van beer tusschen zonsop- en ondergang, ieder f 3 boete of 1 dag gevange nisstraf. Omtrent den aanval door de Atchineezen op den post Lampagger gedaan, wordt thans aan de Javabode het volgendevan de vroegere berich ten afwijkende verhaal gedaan: „In den nacht van den 2™ op den 3en Mei is de post Lampagger overvallen. Het binnendringen van den vijand binnen de versterking vervulde de geheele bezetting met ontsteltenis. „De kommandant dier benting, kapitein Hoynek van Papendrechtdie de wacht had en zat te schrijvenwerd eensklaps overvallen en ver moord; de vijand liep naar de officierswoningen en trof al dadelijk doodelijk den 2™ luitenant van de Koemer, die uit -zijn kamer kwam om zich naar de plaats des onheils te begeven; de luite nant Scknelle, die door de achterdeur zijner wo ning zich naar de voor hem in geval van alarm bestemde plaats begaf, wist de manschappen te verzamelen, met behulp van dezen den vijand belangrijke verliezen toe te brengenhem terug te slaan en de benting voor ons te behouden. Dat de vijand met overhaasting is teruggetrok ken mag daaruit worden afgeleiddat hij zelfs geen tijd had om zijn 11 dooden die in de ben ting zijn achtergebleven, mede te nemen. „Personen die Lampagger kennenhebben al reeds lang hun verwondering te kennen gegeven, dat de vijand nog niet eerder tot een aanval besloten heeftdaar die benting van zeer lage wallen en palissaden voorzien was, en tegen een fermen vijandelijken overval geen weerstand bieden kon". Door den „Javabode" worden heftige klach ten aangeheven over den toestand van ons Indisch leger in het algemeen, zoowel als over de troepen welke naar Atchin gezonden worden en wier oefe ning veel te wenschen schijnt over te laten. De Indische regeering schijnt ernstig te den ken over de oprichting van een bataljon Indische vrijwilligers uit de afstammelingen van Europe anen. In het Maleische blad Slompret Malayoe worden klachten aangeheven over de rechtspraak der in- landsche of panghoeloe-radenen de wensch uit gesproken dat de Nederlandsche rechtsbegrippen bij die inlandsche rechterlijke lichamen meer ingaDg mogen vinden. Benoemd tot subsituut-officier van justitie bij de arrondissements rechtbank te Sneek m". O. F. Wiercx van Rhijn, griffier bij het kantongerecht te Kortgene. Heden morgen te 4 uren is het lijk van den 21 jarigen P. A. H. alhier, die sedert jl. Zaterdag vermist was, in het kanaal tegenover de Winter- straat gevonden en, nadat de heer Haringman als deskundige er bij geroepen was, naar het gasthuis vervoerd. Maandag avond 3 dezer omstreeks elf uren is er brand onstaan in de schuur van den land bouwer v. 0. onder Ellemeet. De schuur is geheel afgebrand. De oorzaak is onbekend. Bij gelegenheid der Doesborgsche kermis heeft op den eersteu dag een jongen, bij het grijpen naar een stuk koek van een blok, een deel van een der vingers van zijn rechterhand onder de bijl verloren. Te den Helder is een polderwerker overle den, die, vijf maanden geleden, in zijne woon plaats in Zeeland door zijn hondje gebeten was. Zijn dood is zonder twijfel door hondsdolheid veroorzaakt. Dezer dagen werd te Jaarsveld voor de eer ste maal gebruik gemaakt van eene grasmaai- machinewelke aan de verwachting zeer voldeed. In bijna 2 uren werd een hectare afgemaaid. Al de boterhandelaars te Meppel hebben aan de provinciale staten van Drenthe verzocht een verplichten ijk op de botervaten in te voeren, ter voorkoming van vervalsching der vaten wat het gewicht betreft. In de jongste vergadering van den Arnhem- sche gemeenteraad is vastgesteld een wijziging in de bestaande politie-verordening op de openbare straten, wegen, enz. binnen de gemeente Arnhem. Zoo wordt o. a. art. 10 in dien zin gewijzigd, dat hef verboden is vee te slachten of schoon te maken, sóo dat het kan gezien worden van de openbare straat. Binnen 6 maanden moeten de slachthuizen in verband daarmede zijn ingericht. Verder wordt art. 29 zoo aangevuld, dat het voortaan verboden zal zijn om op de openbare straten, wegen enz. vogels te dooden, te kwetsen of te vangen, vogelnesten te storen en blindgemaakte vogels ten verkoop aan te bieden. Men schrijft aan de Arnh. Ct. uit Kampen Het gaat hier weder zonderling toe in den laat- sten tijd; de lasteraars van „Nieuw-Abdera" heb ben vrij spel. Verbeeld udat men heeft aanbe steed het afbreken van een oude en het bouwen van een nieuwe brug; nu staat er in het bestek te lezen, dat de afbraak van de oude bf5g moet worden gebruikt voor den bouw van de nieuwe maar tevens dat de oude niet mag worden afge broken vóórdat de nieuwe voor het publiek is geopend. Men denkehoevele aannemers zich aan deze voorwaarden hebben gewaagd! Naar men verneemt zou de ballon van den luchtreiziger de Pauwdie onlangs bij 's Grave- sande naar zee scheen te drijven, nabij het ver ongelukte stoomschip Groningen op de Westplaat zijn nedergekomen. De heer de Pauw zal dus zijn eigendom hoewel beschadigdmisschien nog terug-bekomen. De tweede haringjager is te Maassluis met 220 ton haring aangekomen. Het paleis van justitie te Assen (het gebouw, waar het voormalig provinciaal gerechtshof in Drente was gevestigd en dat thans door de recht bank en later ook door het kantongerecht werd gebruikt)in het jaar 1840 gedeeltelijk op kosten van de provincie Drente gebouwd, zal waarschijn lijk tot een rechtsgeding aanleiding geven. Immers gedeputeerde staten zullen aan de provinciale staten voorstellen om door reehtsmiddeleu van den staat de gelden terug te vorderen welke de provincie Drente aan het gebouwheeft ten koste gelegd. De Duitsche kroonprins en zijn echtgenoote, graaf Von Seckendorf en verder gevolg arriveer den gisteren te 11.25 met de Rijnspoor te Am sterdam. Zij stapten af bij den consul L. Hoyack, bezichtigden de tentoonstelling in het Oudenman nenhuis het Trippenhuis, het schilderij enkabinet- Six en gebruikten een collation ten huize van den heer Hoyack. Te 5 uren verlieten de vorstelijke bezoekers de hoofdstad. Door de politie is proces-verbaal opgemaakt wegens overtreding van de wet op den kinder arbeid tegen den koopman J. S. uit Gorinchem. Deze bezocht verschillende gemeenten met een wagenwaarop linnen en katoenen stoffen gela den waren, en die voortgetrokken werd door drie kinderenrespectievelijk 68 en 9 jaren oud. Die kinderen ontvingen voor eiken dagdat zij in 's mans dienst warentot loon 10 cent en een boterham. Door den dijkstoel van het polderdistrict Kuilenburg zal den llen dezer het verhoogen en verzwaren van den Lekdijk te Kuilenburgvan het fort Everdingen tot aan den staatsspoorweg, worden aanbesteeddeze maatregel is genomen in het belang van de veiligheid van den dijk; de jongste watersnood heeft bewezen, dat aan zoo danige verbetering een dringende behoefte bestaat. Weldra zal in de nabijheid van Hoorn een aanvang worden gemaakt met het uitbakenen, opmeten en waterpassenenz. voor d6n aanleg van den spoorweg. De gemeenteraad van Roermond heeft een rapport behandeld over den toestand der gemeen telijke gasfabriekhoudende klachten over gebrek kige comptabiliteit en de nog gebrekkiger exploita tie die met een kolossaal gasverlies gepaard zou gaan. De positie van den directeur wordt hier door zeer onaangenaam; de behandeling van het rapport wordt Maandag voortgezet. De uitspraak in het proces tegen dr. Kenealy te Londen, die weigerde zijn kamers in den Temple te ontruimen, na uit de orde van advocaten te zijn verbannenis ten zijnen nadeele uitgevallen, zoodat hij aan den eisch zal moeten voldoen. Door de aanneming van een wetsvoorstel tot verhooging der inkomstenbelasting door de Saksi sche kamer zullen de lasten in de meeste steden met 40 percent worden verhoogd, en enkele zelfs met 70 percent. Het Belgische publiek toont een levendige belangstelling voor de tentoonstelling van voor werpen van gezondheidsleer en tot redding van in nood verkeerenden. De eerste oplaag Van den catalogus van 3000 exemplaren was binnen drie dagen uitverkocht, wat te opmerkelijker is omdat hij 2 franken kost. Er is nog eene inzen ding uit China gekomen, waaronder vooral de aan dacht trekt een ledepop in het costuum van een Chineesch pompier, een costuum dat misschien voor de gezondheid in China uitstekend is, maar waaraan men in ons klimaat moeilijk zou gewennen. 4 Juli 's av. 11 u. 63 gr. 5 's morg. 7 u. 61 gr. 's midd. 1 u. 72 gr, 's av. 6 u. 69 gr. Gisteren avond is, in tegenwoordigheid vaneen zeer talrijk publiek, de zomervergadering door den voorzitter jhr. m1". W. Six in naam des konings geopend. Zij werd door 39 leden bijgewoond. Afwezig waren de heeren Vis en Risseeuw. In de eerste plaats had het onderzoek plaats der geloofsbrieven van het nieuw gekozen lid in het hoofdkiesdistrict Hulstden heer L. J. M. van Waesberghe Janssens, welke in handen werden gesteld eener commissie, bestaande uit de heeren Cau, Hombach en Hennequin. Daar de commissie geen bedenking tegen de toelating van genoemden heer hadwerd daartoe zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming besloten. De toegelatene werd ter vergadering binnengeleidlegde in handen des voorzittersdie hem gelukwenschtede gevorderde eeden af, en nam zitting. Voorts werd voorlezing gedaan van het konink lijk besluit van den 9™ Mei jl. tot benoeming van jhr. mr. W. Six als commissaris des konings in Zeeland. Nadat deze mededeeling voor kennisgeving was aangenomen, hield de heer Six de volgende toe spraak „Mijne heeren „Het heeft dan den koning behaagd mij te be noemen tot zijn vertegenwoordiger in dit schoon en belangrijk gewest. „Ik ben mij de eer bewust, door die hooge onderscheiding aan mij ten deel gevallen. „Ik besef het gewicht der verantwoordelijkheid, door het vertrouwen van het geëerbiedigd hoofd van den staat en zijne raadslieden op mij gelegd. „Onder die indrukken, mijne heerenkan ik niet zonder schroom de eerste maal als uw voorzitter optreden. „Ik zie mij geroepen den man te vervangen, wiens verscheiden alom in Zeeland rechtmatige droefheid heeft verwekt. „Mr. Rudolph Willem graaf van Lijnden, wiens naam ik weet hetmijne heerendoor u met weemoedige herinnering wordt gehoord, heeft zes tien jaren geleefd voor de belangen, die gij aan deze plaats komt behartigen. Trouw dienaar des konings, voorbeeldig echtgenoot en vader, edelman in den waren zin van dat woord, wakker en ijve rig voorstander van al wat den bloei van Zeeland kon bevorderen, minzaam jegens allen en voor ieder toegankelijk die man is aan het vader land ontvallen. En wij eerbiedigen de Heilige hand die hem tot zich nam. „Door zijn vorst, door een diepbedroefde weduwe, door kinderen innig aan hun vader gehecht, door eene bevolkingdie hem hoog waardeerde, wordt van Lijnden ten diepste betreurd. „Hem op te volgen is mijne taak en daartoe, gelooft het mijne heeren, geeft zelfvertrouwen mij niet den moed. Ik verlaat mij op de Hoogere hulp, die mij tot hiertoe in staat stelde verschillende ambten te vervullen. Ik hoop op uwen bijstand, die ik mij thans veroorloof in te roepen. En ik mag rekenen op den steun der gedeputeerde sta ten, die mij op de meest voorkomende wp werd toegezegd, dien ik aanvankelijk in de ruimste mate mocht ondervinden. „Mijne heeren, het zal mijn pogen zijn, naar de krachten mij geschonken, het voorbeeld, door mijn onvergetelijken voorganger nagelaten, zooveel mogelijk te volgen. Ook ik zal trachten, onpar tijdig, het goede voor te staan, waar en bij wien ik het aantref. „Dit kan mij niet moeilijk vallen, want ik zal mij bewegen te midden van een werkzaam, tevre den en trouwhartig volk, dat zijn duurgekochten grond lief heeft en aan het huis van Oranje ten zeerste is verbonden. „En wanneer ik heden, in het openbaar, aan die bevolking opnieuw de verzekering geef van zijner majesteits toegenegenheiddan heb ik de eer mij te kwijten van de bijzondere opdracht des konings. „Met die verzekering, mijne heeren, besluit ik. Gewichtige onderwerpen wachten uwe beslissing. Den tijd, ter overweging daarvan noodig, mag ik u niet langer onthouden. „Vergunt mij alleen nog den wensch te uiten dat uwe beraadslagingen ook ditmaal gedijen in het voordeel der provincie, die u dierbaar is en die ook mij spoedig dierbaar worden zal." De heer Cau verzoekt en krijgt het woord en zegt: „Vertrouwend, mijnheer de voorz., dat de leden dezer vergadering met mij zullen instemmen, dat het door u gesprokene niet onbeantwoord mag blijven en dat zij het mij ten goede zullen houden nu ik daarvoor het woord heb gevraagd, zult u mij vergunnen een enkel woord tot u te spreken. „In de eerste plaats moet ik u dank zeggen voor de welwillende woorden ten aanzien van ons dier baar gewest in deze vergadering gesproken, die door haar zeker op hoogen prijs zijn gesteld. „Toen de treurmaar tot ons kwam, M. de Voorz. dat onze hooggeschatte commissaris des konings, graaf van Lijnden, op het onverwachtst uit het midden zijner werkzaamheden aan Zeeland en ons ontvallen was, kon het niet anders of bij iederen Zeeuw en niet het minst bij de leden dezer ver gadering, moest de vraag rijzen: wie zal dien waardigen man opvolgen? Met belangstelling werd door ieder onzer afgewacht aan wien door 's konings beschikking dat gewichtige staatsambt zou worden opgedragen. Toen uwe benoeming, mijnheer de voorzitter, bekend werd, waart gij zeker bij de meesten onzer geheel onbekenddoch toen wij vernamen welke gewichtige betrekking door u werd bekleed, toen wij kennis namen van de zóo vleiende woorden door den voorzitter van den gemeenteraad te 'sGravenhage tot u gespro ken Dij gelegenheid dat door u de gewichtige be trekking, in die gemeente bekleed, werd vaarwel gezegd, toen rees aanstonds bij ons het vertrou wen, dat wij in u een waardig opvolger van den waardigen man, dien wij verloren, mochten ver wachten, en nu wij zooeven uit uwen mond ver namen, hoezeer het uw wensch is en uw streven zal zijn, om in het belang van Zeeland werkzaam te wezen, aarzel ik dan ook niet u namens deze vergadering en de Zeeuwen een welkom toe te roepen. Doch bij het toeroepen van dat welkom, u heeft zelf daarop reeds gewezen, vervult ons tevens een weemoedig gevoel. „Met weemoed toch zien wij nu door u de plaats innemen, die gedurende meer dan 16 jaren door uwen hooggeschatten voorganger bezeten werd. Kwam de heer van Lijnden ruim 16 jaren geleden uit Gelderland, naar ik meen aan Zeeland geheel vreemd, tot ons over, hoe spoedig bleek ons reeds, dat hij zijn gewichtige taak ernstig opvatte, gelijk hij die onafgebroken met al zijne krachten tot zijn dood vervuld heeft. „Hij heeft zich vereenzelvigd met Zeeland's belang. Hij was een Zeeuw met de Zeeuwen geworden. Het moet u dan ook aangenaam getroffen hebben M. d. V.toen u bleek hoe onvermengd de bewij zen van achting, liefde en waardeering waren, die de Zeeuwen aan uwen hooggeschatten voorganger hebben geschonken. Maar ik schroom dan ook niet u de verzekering te geven, dat, zoodra het den Zeeuwen zal blijken, dat, zooals wij met grond van u mogen verwachtenhet uw lust en uw streven zal zijn, Zeeland's belangen te bevorderen, aan u diezelfde achtingdiezelfde liefde, die zelfde waardeeriDg niet zullen ontgaan. „Ik houd mij van de instemming der leden dezer vergadering verzekerd, M. de voorzitter, indien ik u toewensch, dat dit in ruime mate uw deel moge zijn." Nadat de vergadering bij acclamatie hare instem ming met het gesprokene had betuigd, bedankte de voorzitter den heer Cau voor de tot hem namens de vergadering gerichte welwillende woorden. Yan mevrouw de gravin van Lijnden is eene kennisgeving ingekomen van het overlijden van haren echtgenoot m'. R. W. graaf van Lijnden, welke met een brief van rouwbeklag zal beant woord worden. Daarna werden achtereenvolgens medegedeeld de verschillende ingekomen stukken, welke deels voor kennisgeving aangenomen of ter griffie neder- gelegd werden, en deels naar de afdeelingen ver zonden zijn. Aan den heer J. P. I. Buteux is op zijn verzoek met ingang van 7 dezer ontslag verleend als griffier der staten, en zulks op de meest eervolle wijze en onder dankbetuiging voor de vele en gewichtige diensten, door hem aan de provincie bewezen. Ter vervulling dier vacature zijn door gedepu teerde staten voorgedragenals le candidaat de heer mr. A. R. Arntzenius (met het lot tegen mr. A. J. van Deinse)als 2e candidaat mr. A. J. van Deinse en als 3e candidaat mr. E. Fokker. De benoeming zal nader aan de orde worden gesteld. De verkiezing van een lid van gedeputeerde staten in de plaats van den heer H. J. van Deinse die zijn ontslag als lid. der staten heeft genomen, en van een buitengewoon lid van gedeputeerde staten zal in de volgende openbare vergadering plaats hebben. Na de splitsing der vergadering in afdeelingen, werd de volgende bijeenkomst bepaald op a. Vrij dag, 's morgens te 10 uur. Onder de ingekomen stukken, die in de gisteren avond gehouden zitting der provinciale staten werden vermeld, behoorde ook de mededeeling van een brief van den minister van binnenland - sche zaken omtrent de herstelling van het kerk gebouw der hervormde gemeente te Brouwers haven. Dit stuk is nog niet in de zitting van gedeputeerde staten behandeld. De minister deelt daarin mededat tengevolge van bezuinigingen op de oorspronkelijke raming de kosten kunnen berekend worden op een totaal bedrag van/180.000. Deze som zou in tien jaarlijksche termijnen kun nen verwerkt worden elk van 8000; op die wijze zouden de uitgaven weinig drukkend zijn. De minister is bereid de restauratie te steunen, indien ook door de kerkelijke en de burgerlijke gemeente en door de provincie steun wordt ver leend en belangstelling getoond. Welke som in verband daarmede door de provincie bijgedragen zou worden, wenscht hij ten slotte geheel aan het oordeel der provinciale staten over te laten. Alleen wijst hij hierop, dat indien de provinciale bijdrage bijv. een over tien jaren te verdeelen som van 20,000 beliep, en de bijdragen van kerkelijke en burgerlijke gemeenten te zamen gelijke som ver tegenwoordigden, het rijk alsnog de helft van den last zou dragen. Gaarne echter wil hij het uit zicht op zulk een rijkssubsidie openen, in het vertrouwen dat ook de provincie, welke op het gebied van spoorwegen, onderwijs als anderszins zoo krachtig de medewerking van het rijk heeft ondervonden, ook thans zal willen helpen, nu het geldt de instandhouding en de redding van een monument, belangrijk niet alleen voor het algemeen, maar ook meer bijzonder voor de provincie Zeeland.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1876 | | pagina 2