Telegraphïsche berichten,
0 n d e r w ij s.
Kerknieuws.
Land bouw.
Marine en leger.
Uit den in dit nommer opgenomen brief van
onzen correspondent te Gent blijkt dat de kunst
matige „kiezersfabricatie", waarvan ook in ons
land in den laatsten tijd sporen zijn waargenomen,
aan den uitslag der jongste Belgische verkiezingen
niet vreemd is gebleven. Eene waarschuwing
voor onze wetgevende macht!
Men schrijft ons uit Groede:
Den 20en Juni 11. was het 80 jaar geleden, dat
de heer M. Mazure werd benoemd tot burgemeester
der gemeente Groede. Het feestelijk aanzien der
gemeente door de Nederlandsche vlag, die bijna
huis aan huis woei; de tallooze gelukwenschen
die hem werden aangeboden; de serenade, hem
gebracht door het te Groede bestaande muziekge
zelschap; de buitengewoon feestelijke stemming
der gemeentenaren, die zich tot zelfs laat in den
nacht openbaarde, dit alles gaf ondubbelzinnige
bewijzen van tevredenheid over de wijze, waarop
de plichten, aan zijne betrekking verbonden, ver
vuld. worden door den heer Mazure, voor wien
dan ook onder de Groedenaren geen andere
wensch is, dan dat hij nog een tal va,n jaren aan
het hoofd der gemeente moge staan.
Het gisteren op Dijkwel bij Bieselinge gehouden
vierde Zuider-zendingsfeest werd nog talrijker
dan het vorige bezocht. Met verschillende reis-
gelegenheden werden duizenden feestgangers aan
gebracht. De boomweide waarop het feest plaats
had was fraai en lommerrijk, wat bij de hooge
temperatuur een groot genot was en een gelukkige
tegenstelling opleverde met den zwaren door niets
beschutten zandweg, die van het wachthuis 39,
waar de treinen aankwamen, naar het terrein
voerde.
Het ligt niet in onze bedoeling ditmaal een
overzicht van de gehouden toespraken te geven.
Alleen vermelden wij dat de openingsrede, door
den heer N. H. de Graaf, predikant te Amsterdam,
gehoudenvelen heeft geboeid vooral door de
geestige wijze waarop de spreker de door hem
verkondigde waarheden verduidelijkte; de hoofd
strekking zijner rede was om het verkeerde te
doen uitkomen van de zucht, die bij zoovelen
aanwezig is, om den last, dien men zelf dragen
moet, op de schouders van anderen te leggen.
De heer jh'. J. L. de Jonge, lid der tweede
kamer voor het kiesdistrict Middelburg, sprak
over de christelijke Zondagscholen, haren oorsprong,
uitbreiding, grondslag, doel, werkzaamheid, vrucht
en toekomst.
De Goesche zangvereeniging voerde bij herha
ling eenige zangstukken uit op een daartoe be
stemd orchest, waarvan het jammer was dat de
houten kap zoo laag was aangebrachtomdat
daardoor veel van het geluid verloren ging.
De cantine met ververschingen, dit jaar ruimer
dan de vorige maal voorzien, maakte goede zaken
ten laatste kon zelfs niet meer aan sommiger
verlangen voldaan worden.
Het was velen, die daar wandelden of zich op
het gras hadden neergevleid, aan te zien dat zij
een genotvollen dag doorleefden te midden eener
heerlijke natuur, genotvol ook voor hen, die zich
niet of minder konden vereenigen met den geest
en de richting der gehouden redevoeringen.
Nadat de heer J. H. Donner, predikant te Lei
den, de slotrede had uitgesprokenkeerden de
laatste feestelingen per trein van 6 uren huis
waarts.
De orde is door niets gestoord en voor zoover
wij weten hebben de verschillende commissarissen
geen reden tot klachten.
Het Aardrijkskundig genootschap hield
Zaterdag 17 Juni eene algemeene vergadering te
's Gravenhage. Het bestuur deelde o. a. mede
„Maar dat gaat te ver, Smout!" zet ik. „Gij
hebt haar mijn gevoel niet met de juiste kleuren
afgeschilderd."
„Dat heb ik wèl gedaan!" verdedigde hij zich.
„Ik heb haar verklaard dat gij tot over de ooren
verliefd waart, dat gij ondergedompeld waart in
gevoel, dat ge u zat dood te kniezen, dat men u
zag wegslinken als sneeuw voor de zon. Maar
dit maakte haar aanhoudend wantrouwender en
onwilliger. Ten slotte werd ik boos. Stel u dat
eens voor, Baardman, dat ik om uwentwil, als een
offer onzer vriendschap, boos op mijne Louise
werdMet de waardigheid, die ons mannen eigen
is, en met den daarbij passenden zijdelingschen
blik zet ik: Geen vrouw, die zelve nog preten-
siën meent te kunnen maken, kan het aanzien of
verdragen, dat een man, die iets beteekent, eene
jongere schooner of beminnelijker vindt
„En wat antwoordde zij wel?" vroeg ik, maar
weêr plaats nemende.
„Zij schaterde het uit. Wij mannen, sprak zij,
zijn toch de gekste en ingebeeldste wezens op
aarde. Ik geloof, dat zij mij voor jaloersch hield.
Ik kruiste nu mijne armen op de borst en zag
haar met eene mijner doorborende blikken aan.
Maar wederom lachte zij, begon in de handen te
klappen en riep uit: „Othello! Othello! Hu, ik
word bang van den woedenden Moor!" En daarbij
wendde zij huichelachtig voor, dat zij verschrikt
was, voor zooveel het lachen het haar toeliet."
Hoe verontwaardigd ik ook over Smout was,
vermaakte mij toch zijne schildering van de wijze
dat besloten was deze vergadering te Middelburg
te houden, in geval eene geschikte gelegenheid
daartoe bestond. De voorzitter maakte van de
gelegenheid gebruik om zijn spijt te betuigen dat
van dit plan reeds dadelijk in de dagbladen werd
melding gemaakt, gelijk dikwijls ook met andere
zaken geschied was vóór dat zij voor mededeelipg
geschikt waren, o. a. met den naam der chef der
Djambi-expeditie. De voorzitter hoopte dat de
leden er toe zullen medewerken om die ontijdige
publiceering zooveel mogelijk tegen te gaan. De
vergadering kon te Middelburg niet gehouden
worden, omdat een der sprekers niet daarheen
kon gaan en het geschikte lokaal vermoedelijk
niet beschikbaar zou zijn. Bovendien wenschten
een aantal leden Maandag te 's Gravenhage de
feestviering bij te wonen ter gelegenheid van het
25jarig bestaan van het instituut voor Oost-Indi
sche land- en volkenkunde, daar te houden. De
belangrijke bijdrage uit Zeeland van het Zeeuwsch
genootschap en het toenemen van het getal leden
aldaar van 6 tot 27, geven, zeide de voorzitter
verder, Zeeland en Middelburg aanspraak op de
waardeering van deze Vereeniging.
Professor Schlegel hield vervolgens een voor
dracht over het karakter der Chineezen.
Na den heer Schlegel volgde de heer Hubrecht
met eene beschouwing over het kolenbed vin
Limburg.
Door prof. Yeth werden eenige beschouwingen
over Deli en de Deli-maatschappij op Sumatra
voorgedragen.
In plaats van de heeren Buyskes en Salverda,
werden tot leden van het bestuur gekozen de
heeren J. M. Obreen, chef van het kaart departe
ment aan het ministerie van marine en dr. M. P.
Lindo, inspecteur van het lager onderwijs in Zuid-
Holland.
Nog altijd gaat de regeering voort hare voor
waarden om als officier van gezondheid een
tijd lang bij de marine dienst te doenaantrek
kelijker te maken. Voor eene verbintenis van
vier jaren ontvingen de artsen tot dusverre eene
toelage van 6000doch men mocht niet
ouder wezen dan 30 jaren. Bij koninklijk besluit
van den 19en dezer is deze toelage onveranderd
gelaten, doch de leeftijd uitgestrekt tot 40 jaren.
Vrageindien iemanddie een wetenschappe-
lijken titel voert, zich b. v. op zijn 39e jaar komt
aanbieden omtegen hooge betalingeen tijd lang
werkzaam te zijn in eene betrekkingwelke hem
als wetenschappelijke loopbaan geen gunstige
vooruitzichten oplevert, ligt dan het vermoeden
niet zeer voor de hand dat óf aan de bekwaam
heden öf aan het gedrag van den sollicitant het
een of ander haperen moet
Niettemin doet de regeering de uiterste pogingen
om zulke personen als geneeskundigen voor 's rijks
zeemacht aan te werven
De Engelsche regeering heeft blijkens een in
het Nautical Magazine van Juni voorkomend be
richt de Engelsche visschers die op de Neder
landsche kusten varen gewaarschuwd dat zij bij
het plegen van mishandelingen tegenover Neder
landsche visschers zoowel door de rechterlijke
macht in Nederland als door die in Engeland
volgens de bestaande strafwetten vervolgd zullen
wordenterwijl de Britsche regeering bovendien
beloofd heeft de Nederlandsche autoriteiten in het
vervolgen en straffen der schuldigen zooveel moge
lijk te zullen bijstaan.
Het verslag van de Nederlandsch-Indische
Spoorwegmaatschappij toont een belangrijken
vooruitgang in het jaar 1875 zoodat aan de
aandeelhouders 4) pet. kan worden uitgekeerd,
„de rente waarop zij bij de deelneming gerekend
hebben." De geleidelijke stijging der saldo 's en
waarop hij zich gedragen had. Doch mijne erger
nis keerde snel en ten volle weêr. Ongeduldig
opstaande zei ik op ironischen toon:
„Ja, ja, men moet de dingen maar aan u over
laten. Gij weet toch alles op 't rechte einde aan
te pakken en overal den noodigen indruk te weeg
te brengen."
„O vleier!" zei hij met beminnelijke onnoozel-
heid. „Doch luister verder. Ik laat haar lachen
en ga met eene indrukwekkende houding, zwijgend,
streng, de kamer op en neêr. Gij weet hoe ik
dat doen kan. Eindelijk heeft zij genoeg gelachen
en vraagt plotseling: „En wat is het dan wel
voor een engelachtig wezen, waarop die vlinder
nu zegt, dat hij zoo smoorlijk verliefd is?" Ik
zeg niets, ik vertrek geen spier van mijn gelaat,
ik verwaardig haar met geen blik; ik reik haar
alleen het door u geschetste portret toe."
„En wat was haar oordeel daarover?" vroeg
ik in spanning, toen hij na deze woorden een
oogenblik ophield.
„Langen tijd sprak zij niets, maar toen zei zij
op haar eigenaardigen toon„Nu, smaak heeft hij,
dat moet ik zeggenIk geloof wel, dat ik dit
kopje onder de anderen zou herkennen."
„Wat riep ik verrast uit. „Besloot zij er
toch toe?"
„Wel zeker", bevestigde Smout nu, „al ware
het misschien ook maar uit nieuwsgierigheid om
het schepseltje te zien, dat ©p den vlinder want
daarvoor houdt zij u nu eenmaal zulk een
indruk had gemaakt".
de wijze waarop zij verkregen zijngeeft, volgens
de directiegegronde hoopdat men niet weder
beneden die rente zal behoeven te komen.
De regeering heeft zich bereid verklaardmet
de Maatschappij te onderhandelen over den aanleg
van nieuwe lijnen in Midden-Java; spoedig hoopt
de directie eene vergadering over deze zaak te
beleggen.
Vervoerd werden op de lijn SamarangVorsten
landen bijna 900,000 reizigers of 4400 per kilo
meter, zijnde 500 meer per kilometer dan in 1874.
Het goederenvervoer was 123,240 tonin 1874
was het vervoer 14,000 ton minder.
Op de lijn Batavia-Buitenzorg zijn vervoerd
614,100 reizigersweinig meer dan in 1874aan
koopmansgoederen 27,371 ton, of 5800 meer dan
in 1874.
Een onzer correspondenten deelde ons voor eeni -
ge dagen mede dat het gedeelte spoorweg Malle-
gat-Delftsche poort (Rotterdam) met den eerst-
volgenden winterdienst voor het publiek verkeer
zal worden opengesteld. De (oude) Rotterdamsche
courant veronderstelt dat hiermede misschien be
doeld zal zijn de winterdienst van het volgende
jaar. Iemand die dezer dagen Rotterdam bezocht,
verklaarde ons, met het oog op den tegenwoordigen
stand der werkzaamheden, de gereedheid daarvan
op den 15en October dezes jaars voor eene volsla
gen onmogelijkheid te houden. In het belang van
het verkeer, dat door de opening van dit gedeelte
spoorweg in zoo hooge mate gebaat zou worden,
blijft ons dus niets anders over dan te wenschen
dat onze correspondent in zijne optimistische ver
wachtingen niet teleurgesteld moge worden.
De onlangs aangekondigde buste van mf. G.
Groen van Prinsterer is bij den heer Willem
Vermeulen te Amsterdam verkrijgbaar gesteld. Van
de gunstige verwachtingen over dit stuk, indertijd
uitgesproken, behoeven we geen woord terug te
nemen. Integendeel, zelden zagen we in dit genre iets
zoo voortreffelijks en dat in alle opzichten zoo
gelukkig geslaagd mag heeten. De gelijkenis
wordt door bevoegde beoordeelaars als onberispelijk
geroemd; de buste geeft de ernstige en toch zoo
minzame, innemende gelaatstrekken van den heer
Groen volkomen zuiver terug. De technische uit
voering kunnen wij uitstekend en hoogst artistiek
noemenzij verraadt reeds bij den eersten aanblik
de meesterhand. Wij wenschen den heer Ver
meulen geluk met het welslagen van deze onder
neming, die ongetwijfeld grooten bijval zal vinden.
(Standaard).
Tot gedelegeerden van Nederland bij het in
1876 te Gent te houden landhuishoudkundig con
gres zijn benoemd A. G. V. Hombach te Hulst
en J. Otto Risseeuw, beide leden der provinciale
staten van Zeeland.
EERSTE KAMER.
De kamer heeft alle aan de orde gestelde wets
ontwerpen waaronder ook dat betreffende de
bevoegdheid tot de uitoefening der tandheelkunst,
aangenomen. Zaterdag zijn de ontwerpen tot ver
eenvoudiging van het cassatie-proces, tot intrekking
van het decreet betreffende de kerkfabrieken en
de definitieve oorlogsbegrooting voor 1876 aan de
orde.
TWEEDE KAMER.
Tegen morgen zijn alle aanhangige wetsont
werpen van ondergeschikten aard aan de orde
gesteld. Door de regeering zijn alle principieele
punten uit de aanvullingswet op de middelen
weggenomen.
Ik haalde ruimer adem en plaatste mij haastig
tegenover hemzonder het oog meer van zijn
gelaat af te wenden. Ik wilde er op lezen wat
hij nog meê te deelen had, doch was daartoe niet
in staat en hing dus vol nieuwsgierigheid aan
zijne lippen. Met pijnlijke wijdloopigheid zette
hij zijn verslag voort.
„Mijne vrouw", vervolgde hij met zijne hooge
stem „besloot tot de wandeling, of beter gezegd
tot het toertje, want zij nam eene vigilante en reed
naar het aangeduide huis in de Frederikstraat,
liet zich aandienen bij juffrouw Lutz, de direc
trice van het pensionaat, en werd dadelijk, toen
zij zich als mijne vrouw bekend maakte, met
voorkomendheid ontvangen. Men heeft toch ook
eenigen naam, men is in Berlijn niet onbekend,
niet waar
„Natuurlijk, natuurlijk!" zet ik. „Wie zouden
naam van Smout niet kennen? Maar verder."
„Mijne vrouw legde het slim aan; o, zij is zoo
slimging hij voort. „Zij gaf voor, dat zij een
nichtje had, wier opvoeding op eene goede school
geacheveerd moest worden. Zij had voor eenigen
tijd, toen de ólèves van juffrouw Lutz gingen
wandelen, daaronder zelfs een meisje gezien, dat
op dat nichtje geleek en dat zij dadelijk tot vrien
din voor deze gewenscht had, omdat zij zoo zedig
scheen en zoo voorts. Juffrouw Lutz liet zich
daarop eene nadere beschrijving geven en nam,
om allen twijfel op te heffen, mijn slim vrouwtje
naar de hoogste klasse mede, waar een blik vol
doende was om het bewuste meisje te herkennen.
De gemeenteraad van Biervliet heeft besloten
het traktement van den hoofdonderwijzer met f 200
te verhoogen en dus op f 1100 te brengen, ten
einde te voorkomen dat deze, zijnde de heer
A. den Bouwmeester, eene ontvangene benoe
ming naar elders zou aannemen.
Voor de toelating aan de hoogeschool te
Groningen hadden zich 5 aspiranten aangemeld
2 zijn geslaagd.
Aan het den 20en Juni gehouden admissie-exa-
men voor de Leidsche hoogeschool hebben deel
genomen 35 aspiranten, waarvan 19 zijn toege
laten.
De heer A. J. Krom, predikant bij de N. H.
gemeente te Biervliet, heeft Zondag jl. met eene
toespraak naar aanleiding van Rom. 8, vs. 9 af
scheid van die gemeente genomen en hoopt den
volgenden Zondag te 's Heer Hendrikskinderen
zijne intrede te houden.
Te Neuzen is eene vereeniging „tot verbetering
van het landbouwpaard" tot stand gekomen, welke
ruim een 40tal leden telt 6n tot haar voorzitter
gekozen heeft den heer A. Hombach, tot secreta
ris penningmeester den heer J. van denEeckhout,
te Graauw, tot commissaris den heer J. van Aren-
thals, te Hontenisse. Het bestuur zal, in vereeni
ging met eene commissie van vijf leden, een hengst
aankoopen, die aan al de vereischten van een goed
landbouwpaard voldoet.
De luitenant ter zee le klasse W. C. A. Ziegen-
hirt von Rosenthal, dienende aan boord van Zr.
M'. wachtschip te Hellevoetsluis, wordt met den
laatsten dezer op nonactiviteit gesteld, terwijl met
den len Juli daaraanvolgende de luitenant ter zee
2' klasse W. J. P. Waning en Z. J. Cambier re
spectievelijk geplaatst worden aan boord van
voornoemden bodem en monitor Heiligerlee, laatst
genoemde als le officier.
émttybt
Op den in aanbouw zijnden schoorsteen van het
machine gebouw van het droge dok alhier woei
heden de Nederlandsche vlagals teeken zijner
voltooiing.
De koninklijke handboogschutterij Willem
III te Vlissingen zal den 27en dezer feestelijk den
dag herdenken waarop haar doorZ. M. den koning
eene nieuwe banier geschonken werd.
Te Dordrecht is dezer dagen een blok van
ongeveer tien huizen door eene onbekende oor
zaak omgevallen; persoonlijke ongelukkeu hebben
daarbij niet plaats gehad.
De direetiën der spoorwegmaatschappijen
hebben voor de bezoekers der aanstaande alge
meene vergadering van het Nederlandsch onder
wijzersgenootschap te Enschedé vermindering van
vracht toegestaan.
Omtrent den strijd, tusschen eenige gras
maaiers aan het station te Salzbergen gevoerd,
deelt men aan het Utrechtsch dagblad nog mede
Niet lang hadden de maaiers aan het station ver
toefd, of er ontstond een woedend gevecht, waar
bij dadelijk van de zeis werd gebruik gemaakt.
Verscheidene personen bekwamen belangrijke kwet
suren; éen er van ontving een snede door zijn
'tWas inderdaad een bekoorlijk schepseltje, zegt
mijne vrouw; alleen had zij niet gedacht dat Baard -
man met zulk een jong wezentje kon dweepen.
Overigens was het meisje haar in natura nog beter
bevallen dan in afbeelding."
„Dat heb ik u immers van te voren gezegd
riep ik opgetogen uit.
„Goed!" ging Smout voort. „Juffrouw Lutz
knikte goedkeurend en zet dat die gelijkenis in
haar oog reeds eene aanbeveling was voor onze
gewaande nicht let wel, dat zij niet zei ge
waande nicht, want zij kon natuurlijk niet
weten dat wij het maar voorgaven. Nu vroeg
mijn vrouwtje: „En is die schoone blondine zoo
bijzonder knap?" Neen, antwoordde de juffrouw,
zoo bijzonder groot was haar aanleg en kunde
niet, maar wat zij leerde maakte zij zich goed
eigen, zij was ook vrij vlug op de piano, legde
smaak en gevoel voor het schoone aan den dag
en was geenszins ontbloot van verstand. Daarbij
had zij een goed hart en een zedig gemoed, en
zooveel zin voor huiselijkheid dat zij in de huis
houding van het pensionaat alles met lust aan
vatte en goed verrichtte. Maar geleerd was zij
niet, eindigde juffrouw Lutz, en gouvernante of
secondante wilde zij niet worden."
Wordt vervolgd.)