BÏÏ1TI1LA1I
De tentoonstelling te
Philadelphia.
Verslag van den toestand der gemeente
Middelburg over 1875.
Algemeen Overzicht.
Indië (mits niet in Nederland) als pasmunt nevens
de bestaande pasmunt, kunnen in omloop blijven;
c dat voor de grove pasmunt (de tegenwoordige
standpenningen) aanvankelijk geen maximum van
het nu te nemen bedrag worde gesteld, maar dat
maximum na zekeren tijd, bijv. drie jaren na de
invoering van den gouden standaard, nader bij de
wet worde geregeld.
2° Wel is de spoedige oplossing der muntquaes-
tie ook voor Indië noodig, te noodiger bij de toe
nemende daling der zilverprijzenmaar in de
verwachting eener definitieve regeling van het
Nederl. muntwezen vóór 1 Januari 1877 wordt een
tijdelijke maatregel voor Indië niet wenschelijk
geacht.
Komt dit voorstel schijnbaar neder op aanneming
van den enkelen gouden standaard, in de uitvoe
ring zegt de minister, zouden deze denkbeelden
niet verschillen van het voorstel dat thans door
de regeering wordt gedaan.
De minister doet nog opmerken, dat de voorge
melde maatregelen in het algemeen voor Indië
aanbeveling zouden verdienen, ook voor het geval
Nederland nog niet tot den enkelen gouden stand
aard overging, maar de tegenwoordige toestand
aldaar werd bestendigd, zij 't dan ook dat de noo-
dige machtiging werd verleend om te voorzien in
het ieder oogenblik dreigend gevaar dat het goud
met denzelfden spoed Nederland zal verlaten als
het hier is gekomen.
Ieder belangrijk verschil in waarde tusschen het
Indisch en Nederlandsch ruilmiddel wordt thans
weggenomen door specieverzending. Maar de tel
kens door geruchten weder aanwakkerende vrees
dat Nederland tot den zuiveren gouden standaard
zal overgaande onzekerheid waarin Indië zou
blijven verkeeren omtrent de toekomst van zijn
muntwezen en vooral de nabijheid van andere
landen waar ook zilvergeld in omloop is, maar
tegen de intrinsieke waarde van dat metaal en
dus niet tegen de kunstmatige waarde, waarop het
Indisch zilvergeld circuleert, zijn zoovele omstan
digheden, welke die kunstmatige waarde van het
Indisch zilvergeld ieder oogenblik kunnen aan
tasten en groote specie verzendingen ten gevolge
hebben, natuurlijk alleen naar Nederland. Boven
dien kan op den duur het muntwezen in N.-I.
onmogelijk geregeld blijven op den abnormaien
voet, waarop het thans verkeert. De aanmunting
van standpenningen kan niet steeds verboden blij
ven. En toch zou in dien toestand onmogelijk
verandering kunnen worden gebracht, zoolang de
Indische standpenningen hier te lande nog wettig
betaalmiddel zijn.
Reiskosten van Getuigen.
Sedert de invoering der nieuwe tarieven van
gerechtskosten in strafzakenworden voortdurend
klachten vernomen dat de reiskosten van getuigen
ontoereikend zijn tot bestrijding der uitgaven en
die klachten zijn niet ongegrond.
Het bezwaar is voornamelijk gelegen in de be
paling, dat indien voor de reis geheel of tendeele
gebruik van spoortrein of stoomboot kan worden
gemaakt, voor eiken kilometer boven de 30 kilo
meters afgelegden afstand slechts 2i cent per
kilometer wordt toegeschat.
Door de intrekking van die bepaling en eene
wijziging van art. 48 van het tarief in dier voege,
dat in elk geval de schadeloosstelling voor den
geheelen afstand wordt berekend naar den maatstaf
van 5 cent per kilometer, kan het bezwaar, naar
het inzien van de regeering, worden opgeheven.
De vergoeding zon dan nagenoeg gelijk staan met
die, welke door de getuigen onder de werking van
het afgeschafte tarief werd genoten, met dit onder
scheid alleen dat de getuigen die in een ander
arrondissement wonen dan dat waarin de rechter
zetelt, niet hooger zouden worden schadeloos ge
steld dan de getuigen, die in hetzelfde arrondisse
ment hunne woonplaats hebben, door welke hoo-
gere schadeloosstelling de getuigen niet zelden het
dubbele ontvingen van het bedrag dat zij voor
reis- en verblijfkosten hadden besteed.
Aan het verslag der gezondheidscommissie,
op verzoek van den minister van binnenlandsche
Zaken in zijn geheel in het verslag van burge
meester en wethouders opgenomen ontleenen
wij het volgende.
Burgemeester en wethouders hadden aan de
commissieop hare daartoe gedane aanvraag,
toegezegddat men in dit jaar een begin zoude
maken met de herstelling van de puttenwaarop
gemeente-pompen staan, die minder goed water
geven. Dientengevolge is in het begin van de
maand Mei begonnen met den put iu de Lange
Geerevan welken het bovenste gedeeltedat
zeer slecht was en waardoor het water uit de
openbare straat daarin sijpeldegeheel hersteld
en alzoo dit gebrek geheel verholpen is. Bij her
haaldelijk scheikundig onderzoek bleek het even
wel dat het water wel eenigermate was verbe
terd, maar toch nog niet zoodanig was, dat dit
als goed drinkwater kon worden beschouwd.
Het scheen dusdat ook het ondergedeelte van
den put slecht en alzoo eene geheele herstelling
noodig was.
Alvorens daartoe evenwel, met het oog op de
daaraan verbonden belangrijke kosten, een voor
stel aan het dagelijksch bestuur te doenmeende
zij inlichtingen te moeten inwinnen omtrent het
gebruik van filterswaardoor zij met grond meende
te mogen veronderstellendat de bewerktuigde
zelfstandigheden uit het water zouden worden
verwijderd. Zij wendde zich dientengevolge tot
eenen deskundige in Groningenonders wiens
leiding zoodanige filters in der tijd in sommige
pompen waren aangebracht. Nadat een dergelijke
filter in het klein was vervaardigdniet zonder
eenigermate te zijn gewijzigdwerden verschil
lende proeven genomenzoowel met het water
uit de pomp in de Lange Geere, als met dat uit
de andere gemeente-pompendie minder goed
water geven. De uitslag van dit onderzoek is
van dien aard geweest, dat de commissie in een
uitvoerig rapport aan burgemeester en wethouders
mededeelde „dat al deze watersoorten, die in dei-
tijd als minder goed verklaard waren, door zoo
danige filter zijn doorgezegen en dat het eind
resultaat daarvan geweest isdat de mindere zui
verheid van het water uit al die zes pompen ge
legen is in de slechte bemetseling van de putten,
waarschijnlijk veroorzaakt door ouderdomdaar
zij vermoedelijk in vorige jaren goed waterzuilen
hebben gegevendat dus eene nieuwe bemetseling
dezer putten als afdoende maatregel kan worden
beschouwddat evenwel twee soorten door filtree-
ren zoodanig zijn te zuiverendat zij volkomen
goedkleurloos en reukeloos water kunnen geven,
in alle opzichten voor drinkwater geschiktname
lijk de pomp in den Helm en die op het Viseh-
marktkerkpleinterwijl ook het water uit de
pomp in de Korte Breestraat eveneens door filtree-
ren zal te zuiveren zijn maar deze toen te weinig
water gaf, om zulks op dat oogenblik te kunnen aan
bevelen."
Daar in het voorjaar weder berichten in de dag
bladen voorkwamen dat het anijszaad evenals
vroeger met couiumvruchtjes vermengd voorkwam,
hetgeen als schadelijk voor de gezondheid te be
schouwen is heeft de gezondheidscommissie zich
van het hier voorhanden zaad overtuigd en monsters
getrokken bij al diegenen die in de gemeente
daarin handel drijven. Het onderzoek liep
over 40 monsters. Slechts in drie dezer werden
die vruchtjes in meerdere of mindere mate aan
getroffen en 37 waren daarvan volkomen zuiver.
Zij maakte die drie verkoopers daarop opmerk
zaam, die dan ook eenen nieuwen voorraad opde
den waarvan de monsters, bij een nieuw onder
zoek bleken zuiver anijszaad te zijn. Van een
dergenen bij wie verdacht anijszaad wa3 aan
getroffen, kreeg de commissie, onder dankzegging
voor de waarschuwing, het verzoek om omtrent
de zuiverheid van alle in zijnen winkel aan
wezige levensmiddelen een onderzoek te willen
instellen, omdat hem, en naar hij meent aan tneer
winkeliers daartoe de noodige kennis ontbreekt.
Het kan zijns inziens van den kleinhandelaar
niet gevergd wordendat hij de door hem ver
kocht wordende artikelen met groote kosten doe
onderzoeken of, in tegenovergesteld geval, artike
len, die hij heeft ingekocht, moet verwijderen, en
zoodoende gevoelige schade lijden. De commissie
meende evenwel, dat hare roeping zich niet zoo
verre uitstrekte en dat dit voor haar ook niet
doenlijk zou zijn maar verheugde zich hem te
kunnen verwijzen naar het hier bestaande, door
den geneeskundigen raad van Zeeland opgericht
bureau voor scheikundige en microscopische on
derzoekingen, welk bureau zich met het door hem
verlangde onderzoek belast. Of daarvan door ge
noemden persoon gebruik is gemaakt, bleef der
commissie onbekend."
In het personeel der gemeente-politie had geene
verandering plaats.
Op voorstel en verzoek van den burgemeester
zijn de inspecteur en agenten van politie in deze
gemeente door den minister van justitie aangesteld
tot onbezoldigde rijksveldwachters.
Gedurende 1875 hebben zich geene branden
binnen de gemeente voorgedaanwaarbij de hulp
der brandweer is ingeroepen. Door deze is even
wel hulp verleend in de gemeente Koudekerke,
bij den brand op het slot „ter Hooge", den 19ec
September 1875.
Voor de loting voor het personeel der brand
weer werden 80 personen ingeschreven. Het ge
woon contingent bedroeg 40, het buitengewoon
18 manschappen. Het eerstbedoelde diende ter
vervanging van hen diein 1824 geboren wegens
öOjarigen ouderdom recht op ontslag hebben.
Van de lichting 1875 zijn de nommers 55 tot
80 tijdelijk van den dienst bij de brandspuiten
vrijgesteld.
Gedurende 1875 zijn ingekwartierd 3 officieren
en 412 onderofficieren en manschappen.
Bij de vaststelling der lijst in de maand Juni
1875 waren 1361 ingezetenenvolgens de wet
van 14 September 1866, (Stbl. n°38), aangeslagen.
Van dezen hebben 928 zich tot wederopzeggens
bereid verklaard, de zorg daarvoor, tegen eene
schadeloosstelling van 70 cent, telkens wanneer
zij aan de beurt zijn, over te laten aan het ge
meentebestuur. Tengevolge hiervan zijn dan ook
slechts 23 manschappen rechtstreeks ingekwartierd
bij de ingezetenenterwijl de overige 389 zijn
besteed geworden.
De werkelijke sterkte der schutterij bedroeg:
actief 334 man (hieronder begrepen 14 leden van
het muziekkorpsals vrijwillig dienende)reserve
205, te zamen 539 man.
De active sterkte der schutterij bestond, over
eenkomstig het koninklijk besluit van den 22en
Januari 1868 (Stbl. n° 13)uit 320 manmet
inbegrip van het kader.
De sterkte van den eersten ban der schutterij
was: actief 118 man, reserve 56, officieren 9,
onderofficieren 3 en korporaals 14 man.
De scholen werden in het laatste gedeelte des
jaars bezocht door 1010 jongens en 1005 meisjes,
van welke 708 jongens en 674 meisjes op de
openbare en 302 jongens en 331 meisjes op de
bijzondere scholen onderwijs genoten; alzoo te
zamen 2015 tegen 1936 ten vorigen jare. Deze
vermeerdering van 79 kwam, voor 54 leerlingen
ten voordeele der bijzonderevoor 28 ten bate
der openbare scholen.
Onder bovenbedoelde cijfers zijn niet begrepen
7 leerlingen, buiten de gemeente woonachtig, die
de openbare en 12 zoodanige leerlingen die de
bijzondere scholen bezochten, evenmin als 45 leer
lingen die alleen op de avondscholen onderwijs
genoten.
Het groot verschil tusschen het aantal school
gaande jongens en meisjes, waarop in de beide
vorige jaarverslagen de aandacht werd gevestigd,
is in den loop van 1875 geheel verevend, zonder
dat daarvoor eenige reden kan worden opgegeven.
Het verschijnsel, alzoo slechts van tijdelijken aard,
zal aan toevallige omstandigheden zijn toe te
schrijven.
De uitgaven ten behoeve van het openbaar lager
onderwijs over 1875 zullenbijaldien over enkele
restant posten der begrooting zal zijn beschikt,
bedragen f 29447,57, zijnde 1136.88^ hooger den
in 1874.
De schoolgelden hebben onzuiver bedragen
11,957.30, zoodat de gemeente voor het onder-
w.ijs 17,490.27 in 1857 heeft uitgegeven.
De eerste daad van den nieuwen sultan tegeno
ver de opstandelingen heeft de tevredenheid van
Engeland niet verworven. De concessie van am
nestie te zullen verleenen aan hen die zich onder
werpen zegt de Times is iu de verste verte
niet te vergelijken met hetgeen zij door aanneming
van de nota van graaf Andrassy zouden hebben
verkregen, want er is geen quaestie van het her
stel hunner woningen of landhoeven evenmin als
van vermindering van lasten. Daar de sultan
er niet over spreekt moet men onderstellendat
de concessies in de nota van jAndrassy vervat door
hem zijn ingetrokken. Daarenboven was in het
memorandum een wapenstilstand van twee maanden
bedoeld, en nu zou een van zes weken wel vol
doende zijn indien slechts de sultan en de opstan
delingen voornemens waren zich met elkander te
verstaan. Of de wapenschorsing zal worden aan
gewend om tot een overeenkomst te geraken
hangt slechts af van de bedoelingen die zoowel de
Turksche regeering als de opstandelingen bezielen.
De Porte heeft het advies der Fransche regeering aan
genomen om aan de insurgenten aanbiedingen te
doen maar het kan gebeuren dat de sultan en zijn
raadslieden niet ernstig wenschendat die aanbie
dingen zullen worden aangenomen. Het is mogelijk
dat zij zich in staat achten den opstand zonder
hulp van anderen door kracht van wapenen te on
derdrukken. In ieder geval geeft de wapenschorsing
tijd tot overwegen. In overeenstemming met deze
beschouwingen van de Times is de mededeeling
dat de Engelsche regeering niet voldaan is over
de houding van Mourad. De Turksche gezant te
Londen had echter de hoop te kennen gegeven,
dat hij weldra nadere berichten zou ontvangen,
die hem in staat zouden stellen voldoende inlich
tingen te geven.
Het is te hopendat Turkije niet in moeilijkheden
met Engeland zal komen. Daardoor zou de toe
stand nog bedenkelijker worden en Turkije wellicht
onder de macht van Rusland komen. De Engelsche
regeering gaat voort groote oorlogstoebereidselen
te maken. Alle verlofgangers der marine beneden
de 55 jaren hebben bevel gekregen zich voor
actieven dienst gereed te houden bij de marine
reserve en naar Malta zal een voorraad genees
middelen voor 5000 man worden gezonden.
Een gerucht dat Servië aan Turkije den oorlog
zou hebben verklaardwordt bepaald tegengespro
ken. Zelfs wordt uit Weenen verzekerddat de
Servische regeering heeft beloofd gevolg te zullen
geven aan de vredelievende vertoogen der mogend
heden.
De aanvullings verkiezingen in Frankrijk hebben
natuurlijk weder een onderzoek van geloofsbrieven
in de kamer ten gevolge gehad. Wanneer eene
verkiezing wegens onregelmatigheden of ongeoor
loofde praktijken wordt vernietigd, wordt bij de
tweede verkiezing wel gezorgd, dat alles in orde
is, en vandaar dan ookdat thans een aantal
verkiezingen zonder debat zijn goedgekeurd.
Aan de orde was vervolgens de discussie over
de prise en consideration betreffende een voorstel
van den heer Naquet, tot intrekking der wet van
1872 op de jury's, en na eene bestrijding van den
minister van justitie, den heer Dufaure, werd,
overeenkomstig het voorstel der commissie van
rapporteurs, met 264 tegen 153 stemmen besloten,
het voorstel niet in behandeling te nemen.
Eindelijk kwam in behandeling het verzoek
van den procureur-generaal tot het instellen eener
vervolging tegen den heer Rouvier, die, zooals
men zich zal herinneren, de vervolging zelf heeft
gewensckt, teneinde zijn eer des te beter worde
gehandhaafd. Ook nu weder verzocht hij de ka
mer dringend het verzoek toe te staan, aan welk
verlangen gevolg werd gegeven. Heden zal de
discussie over het reglement van orde plaats hebben.
De Spaansche begrooting van oorlog is aange
nomen, doch de minister heeft zich de verminde
ring van 31 millioen realen, overeenkomstig het
advies der commissie van rapporteursmoeten ge
troosten. Het budget voor justitie is eveneens
aangenomen.
In den senaat is de behandeling van de ont
werp-constitutie gevorderd tot het beruchte artikel
11, waarop de heer Carramolino een amendement
heeft voorgesteld om weder de eenheid van gods
dienst, met uitsluiting van alle andere behalve den
katholieken te herstellen. De beslissing omtrent
dit artikel is nog niet bekend.
OPENING.
De Philadelphiërs hebben den grooten dag be
leefd de tentoonstelling is overeenkomstig het
programma op den bepaalden dag geopend en de
nieuwe wereld heeft daarmede weder eene over
winning behaald op de oude, want niet alleen
overtreft deze tentoonstelling hare voorgangsters,
maar op den dag der opening was zij ook veel
verder gereed dan dezehoewel het aan zwarig
heden en moeiten van allerlei aard niet heeft ont
broken. Zelfs nog aan den vooravond der plech
tigheid scheen het dat de natuurkrachten er haar
veto over hadden uitgesproken, doch te vergeefs.
Zij konden wel het Fairmount park als onder
water zettende wegen en paden in een net van
kanalen herscheppeneen leger van arbeiders hield
den strijd vol en verlamde haar krachtenen de
natuur leverde ten slotte het schoonste deel van
het programmaeen heerlijken lentedag met groen
en bloemen, heldere lucht en nieuw leven.
De dag des feestes begon nog met nevel en
regenmaar bij het eerste gelui der klokken van
het nationale heiligdomhet gebouw der onafhan
kelijkheid brak de wolkensluier en vertoonden
zich weldra de zonnestralen. Te 9 uren bescheen
de zon aan wolkenloozen hemel met volle kracht
de oude kwakerstaddie thans een honderd dui
zendtal gasten uit alle oorden der wereld in zich
vereenigd zagen de schoone omgeving met haar
van zooveel menschelijke vlijtvernuft en werk
kracht getuigende gebouwen. Welk een aanblik
die lange eentonige huizenrijen weggezonken als
't ware in een zee van vlaggende sterren en
strepen der trotsche unieen daarnevens de Duit-
sche en Fransche driekleuren, de vlaggen van
Engeland, Oostenrijk, Rusland, Italië en Brazilië,
de Chineesche draakde zon van Japan de olie-
fant van Siam en alle mogelijke andere vlaggen.
De schepen in de haven waren in denzelfden feest
dos gehuld; de paarden der rijtuigen prijkten met
vaantjeshet kleine volkje zwaaide met zijn vlag
getjes en zelfs een deel van het groote publiek
nam aan dit echt Amerikaansche vreugdeblijk
deel. De tramway-wagens geleken rollende wim-
peluitstallingen en de conducteurs prijkten in
nieuwe smaakvolle uniformen. Zelfs de voorhisto
rische omnibussen schitterden als opgesmukte
carnevalswagens. En welke een gedrang in alle
straten die naar het Rome van den grooten dag
leidenOp de hoofdwegen rijtuig aan rijtuig,
gespan achter gespan! Onafzienbare reeksen van
tramway-wagens tot onafgebroken treinen aaneen
gesloten die een ontelbare menschen menigte naar
het tentoonstellingsterrein voerden. Op den Shuylkill
voerden stoomboot achter stoomboot en van de land
zijde spoortrein achter spoortrein reusachtige vrach
ten aan; eindelijk kon men op de straat- en veld
wegen getuige zijn van een tweede volksverhuizing:
duizenden bij duizenden streefden te voet naar
hetzelfde doel.
Welk een geheel ander tooneel dan den vorigen
dag leverde het feestterrein op. Het is verklaar
baar dat de enthousiasten de menigte daar bijeen
verzameld op 300,000 personen schatten. Zelfs de
meest verklaarde pessimist daalde niet onder de
120,000, en ten slotte heeft de officieele opgave
van 70,000 personeD aan allen strijd daarover een
einde gemaakt. Onder dat getal behoorden zoowat
allen die vooral in het Oosten van het land tot
de officieeleofficieuse en toongevende wereld be-
hooren. In de eerste plaats was het officieele
Washington vertegenwoordigd. De president, zijn
kabinethet hoogste gerechtshofde senaatde
kamer van afgevaardigden, de hoogste militairen.
Daarnevens als gast der natie de als particulier
reizende keizer van Brazilië met zijne gemalin en
gevolghet geheel corps diplomatique, de buiten-
landsche commissiën en ongeveer 3000 man troepen
van het bondsleger, het leger van den staat en
van de marine. Voorts de gouverneurs en de
hooge ambtenaren van Pennsylvanie en vele andere
staten en alle mogelijke officieele personen uit het
bij de onderneming zoo nauw betrokken Philadel
phia. Last not least: de groote staf der tentoon
stelling met zijn geheele legerTheodoor Thomas
met zijn orchest van 200 en een koor zangers en
zangeressen van 900 personen, benevens de pers van
het land waarvoor alleen 500 pennen in beweging
waren.
De eigenlijke plechtigheid werd voltrokken op
de vrije ruimte tusschen het middentransept van
het industriepaleis en de monumentale kunsthal.
Voor ieder van die beide reusachtige tegenover
elkander staande gebouwen was een geweldige
tribune opgericht. Die voor het industriepaleis
werd, behalve door een menigte'gasten van minderen
rang, door Thomas en zijn spelende en zingende
scharen ingenomen. Op die voor de Memorialhall
bevond zich de hooge officieele wereldde eigen
lij Ke goden van den dag, en vlak voor hunne
voeten de kleinere goden van de pen een
olympus waarheen ook het verre Westen zijn
vertegenwoordigers had gezonden.
Op de tribune van den president kwam het in
ternationale karakter van het feest duidelijk uit.
In de eerste plaats door dom Pedro de Alcantara,
het corps diplomatique en zijne dames en door
de buitenlandsche commissies in de tweede plaats
door de talrijke zendelingen van vreemde landen,
die werkzaam waren en nog zijn voor het wel
slagen der onderneming, zendelingen uit de meest
afgelegen oorden van het Westen en Oosten
JapaneezenChineezen Turken en Egyptenaren.
Over het algemeen echter waren de Amerikanen
nog onder elkander; het feest der volken was
nog niet meer dan een volksfeest, maar op reus
achtige schaal.
De geheele ruimte tusschen de tribunesdie
evenals de gebouwen waartegen zij steunen stamp
vol bezet warenwas gevuld met een dicht opeen
gepakte, in stille berusting afwachtende mensehen-
massa. Ieder bereikbaar punt was ingenomen.
Zelfs de ruggen en koppen van de beide gevleugelde