N°. 136.
1190 Jaargang.
1876.
Zaterdag
10 Juni.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen,
Prijs per S/m. franco f 3,50,
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Oent,
Advertentiën: 20 Cent per regel,
Geboorte- Trouw- Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer f 0,20,
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte,
Middelburg, 9 Juni.
FEUILLBTOKT.
St, Martijns-avond.
Door burgemeester en wethouders wordt het
volgende bekend gemaakt.
Rij ks- Belastingen.
De burgemeester van Middelburg maakt bekend
dat bij hem ontvangen en aan den ontvanger
der directe belastingen ter invordering is verzon
den het door den provincialen inspecteur der
directe belastingen, enz. te Middelburg den 2en
Juni 1876, invorderbaar verklaarde kohier n°. 1
der personeele belasting voor het dienstjaar 1876/7
met uitnoodiging aan ieder wier zulks aangaat,
om na bekomen kennisgeving van zijnen aanslag,
ten spoedigste het door hem verschuldigde te
kwijten, met herinnering tevens, dat de bezwaren
welke dienaangaande mochten bestaanbinnen
drie maanden na heden behooren te worden inge
diend; terwijl hij voorts de belastingplichtigen,
die in den loop des dienstjaars een perceel ver
laten zonder daarin eenige roerende goederen of
iemand in hunnen dienst achter te laten, indachtig
maakt op de gunstige bepaling van art. 7 der
wet op de personeele belasting van den 9ea April
1869 (Stbl. n°. 89).
Heden is hiervan afkondiging geschied waar
het behoort.
Middelburg, den 8en Juni 1876.
De burgemeester voornoemd,
(Get.) SCHORER.
De Staats-courant van heden bevat het gisteren
door ons in hoofdzaak reeds medegedeeld,
telegram van den gouverneur-generaal van Neder-
landsch Indië, volgens hetwelk de generaal-majoor
Wiggers van Kerchem den 27ea Mei jl. uit Atchin
het volgende bericht
„De vijand is rustig. De luitenant Six Dijkstra
werd bij de ontdekking der werkzaamheden aan
den (sedert voltooiden) post Beloel-Zuid licht ge
wond. In den vroegen ochtend van 24 Mei gelukte
het aan eene compagnie om den vijand op eene
hoogtewaar hij een stuk geschut in batterij had
gebracht, te overrompelen en het stuk mede te
voeren. Bij die gelegenheid sneuvelde aan onze
zijde een inlandsch fuselier en werd een Europeaan
licht gewond. Gezondheidstoestand ongunstig."
Den heer F. Wibautte Vlissingenwerd
gisteren avond, ter gelegenheid zijner verkiezing
tot lid van den gemeenteraaddoor het muziek
gezelschap „Ons Genoegen" aldaar eene serenade
gebracht.
Bij de verkiezing van een lid voor den gemeen
teraad te Heinkenszand verkregen de heeren
J. Boonman Dza. 19, G. Nijsse 17, L. Braamse
"8
Naar het Duitsch van E. Vély.
{Vervolg.)
„Ik moet maar bloemen uit het bosch hebben,'
zei Hansje met zekere mismoedigheid; „wat moet
k doen met bloemen die alleen de rijke luï in
hun tuinen hebben en die ik toch nimmer weêr
zou krijgen, of ik zou ze moeten stelen."
„Stelen?" riep Gamma verschrikt uit.
„Moeder zegt dat de rijke luiMet
levendigheid had zij zich opgericht en daardoor
viel haar oog op Waldemar. Zij slaakte een klei
nen kreet en verborg haar hoofd in het kussen,
eene beweging die den tammen kanarievogel ver
schrikt deed wegfladderen.
Ook Gamma wendde zich om en zei: „O,
mijnheer Bork ik vraag verschooning;
ik hoorde van de ouders van het meisje
„Er is een tijd geweest," antwoordde hij koel,
„dat Gamma Proffeneck zich niet verontschuldigd
zou hebben, dat zij over den drempel van dit huis
was gekomen."
„Daar, riep Hansje en reikte hem de bloemen
toe, „die geef ik u, en ik zal er nooit uit uw
tuin nemen; zij zijn van de juffrouw.
13 en mT. W. L. van Voorst Vader 7 stemmen,
zoodat tusschen de beide eersten herstemming moet
plaats hebben.
Op verzoek vestigen wij de aandacht op den
feesttrein, die den 17ea dezer van Vlissingen over
Breda, Tilburg, Boxtel's Bosch en Geldermalsen
naar den Haag loopen en den volgenden dag langs
denzelfden weg terugkeeren zal. De trein ver
trekt des nachts te 3 uren van Vlissingen en komt
des morgens te halftwaalf te 's Hage aan. De
terugtocht geschiedt den volgenden dag des
middags te balfvijf, zoodat men des avonds
te 12.20 te Vlissingen terugkomt. De prijs per
persoon (3e klasse) is voor heen en terugVlissin
gen f 3, Middelburg f 2.95, Goes f 2.75, Bergen
op Zoom f 2.35, Roosendaal en Etten 2.60, al
de overige stations f 2.
Is onder gewone omstandigheden een uitstapje
naar den Haag voor velen aanbevelenswaard, bij
gelegenheid van den geboortedag van H. M. de
koningin worden de aantrekkelijkheden der resi
dentie nog aanmerkelijk verhoogd. De parade op
het Malieveld, de schoone illuminatie in het Bosch
lokken jaarlijks duizende bezoekers uit alle oorden
des lands; het reeds geopende badseizoen ver
toont Scheveningen mede in zijn schoonsten dos,
zoodat men niet licht op een geschikter oogenblik
de residentie bezoeken kan.
Ook voor een pleiziertocht naar het dichterbij
gelegen 's Bosch eigent deze feesttrein zich bij
zonder.
In de Staats-courant van heden wordt weder eene
nominatieve opgaaf gedaan van Europeesche militai
ren overleden na evacuatie uit Atchin, voor zooverre
daaromtrent tot 3 Mei jl. by het departement van
oorlog in Nederlandsch-Indië bericht was inge
komen.
Overleden zijn L. J. P. van Dam, sergeant
V. E. Guillaume, B. Hijdeman en J. D. van den
Brekel, fuseliersR. van Ewijk, kanonnier le klasse;
P. Olofsen hospitaalbediende F. Molenaar, ser
geant-majoor-werkman F. Dunk, A. Kars, F. Lo-
boda en D. de Vries, fuseliers; A. Ermerins, ser
geant J. Spithout, fuselierH. Zander, sergeant
W. Hamer, F. A. Granier en P. B. Matthijs, fuse
liers; A. F. van der Scheer, fourrier; J. Vlaspoel,
fuselier; A. H. Hagne, korporaal; L. M. Schillin
gen, H. Goddermain en H. de Vente, fuseliers;
G. Spreutels, werkmanA. Ordelman, korporaal
B. A. J. Messelin, kanonier; H. Veldhuis,fuselier.
De blijvende commissie, verkozen tot bevorde
ring der hervorming van het burgerlijk pensi
oenfonds in een pensioen- en weduwen- en wee-
zenfonds bestaat uit de heeren W. C. P. Toewater,
Hij weerde het bouquet af, en was het met
zichzelven niet eens of hij heengaan dan wel blij
ven zou. Gamma was opgestaan en zag door het
venster den tuin in. Wat had dat weêr hard uit zijn
mond geklonken! hij wilde haar zeker opzettelijk
doen gevoelen, dat hij nooit iets anders dan een
voorbijgaand belang in haar had gesteld! Neen,
niet eens belang; zij was niets voor hem geweest
dan een speelgoed, waarmee hij zich de verveling
had verdreven!
Liesbet deed de deur half open en riep naar binnen
„Waldemartje, ik heb mij vergist't was de dokter
niet, maar nu zie ik (als die kleine meid er maar
niet hoovaardig op wordt) mijnheer den districts
commissaris met juffrouw Beta aankomen."
Gamma's gelaat betrok, terwijl de zeeofficier
eene beleefdheidsformule stamelende, naar buiten
ging om de bezoekers te ontvangen.
„Ach," steunde Beta en liet zich op een stoel
vallen, „dat afschuwelijk gekrijsch in die spelonk
is te veel voor mijne zenuwen geweest Gamma
en gij
De heer von Hofen was intusschen naar zijne
bruid gegaan en kuste haar de hand. Zij liet dit
roerloos toe.
„Mijn kleine Samaritane!" zeï hij lachend. „Wat
zegt ge wel, mijnheer de kapitein, van zulk een
excentriek dametje Ja, ja, lieve Gamma, wat ge
gisteren en heden gedaan hebt neem me niet
kwalijk dat ik het zeg, maar dat heeft toch wel
een tintje van excentriciteit. Juffrouw Beta zal
dat wel met my eens zijn, niet waar?"
provinciaal inspecteur der belastingen, voorzitter;
C. W. baron Sweerts de Landas Wijborgh, direc
teur der posterijen; m', E. Bergsma, rechter in
de arrond.-reehtbankA. C. L. W. Treusart rid
der van Rappard, ontvanger der registratie en do
meitien; J. W. Hagers, inspecteur bij de telegra-
phie, leden, allen te Rotterdam.
Het koninklijk instituut van ingenieurs heeft
besloten te 'sHage een gebouw aan te koopen.
Op de gisteren gehouden vergadering van dat
instituut hield o. a. de heer Wittop Koning eene
belangrijke voordracht over het omvallen en weder
op zijne plaats brengen van den caisson voor de
spoorwegbrug te Rotterdamdat in het vorige
jaar geschied is. Dit kolossale lichaam woog
1.300.000 kilo. De heer Koning ontving na deze
voordracht van verschillende aanwezige ingenieurs
gelukwenschingen over zijne doelmatige en met
goeden uitslag bekroonde maatregelen bij dat
moeilijke werk.
Men schrijft ons uit Rotterdam:
De gemeenteraad heeft heden besloten tot eene
reorganisatie van het beheer over het bevolkings
register. Deze tak van dienst zal eene belangrijke
uitbreiding ondergaan. Terwijl het hoofdbureau
gevestigd blijft in het stadhuiszullen er in ver
schillende deelen van de stad vier afdeelings-
bureaux worden gevestigd met bezoldigde commis
sarissen aan het hoofd en met vier controleurs.
Met 24 tegen 2 stemmen werden de daartoe
strekkende voorstellen van burgemeester en wet
houders aangenomennadat met 19 tegen 9 stem
men verworpen was eene motie van orde om de
voorstellen aan burgemeester en wethouders terug
te zenden, met uitnoodiging eene betere regeling
van het bevolkingsregister voor te dragen zonder
oprichting van hulp-bureaux. De bezwaren tegen
het voorstel golden vooral de financieele zijde
terwijl de voorstanders van den maatregel zich
beriepen op den achterlijken toestand van het
bevolkingsregister, dat zoolang het bestaat nog
niet in orde is geweest. De bedoeling is thans
eene verordening te makendie de burgerij dwin
gen zal de noodzakelijke opgaven niet langer
achterwege te houden, gelijk tot heden maar al
te veel geschiedde.
De raad besloot verder met eenparige stemmen,
dat de algemeene begraafplaats zal worden
uitgebreid, omdat de ruimte, daar beschikbaar
te beperkt is om de doode Rotterdammers te ber
gen. Het denkbeeld van een der leden om het
nieuwe kerkhof te laten voor hetgeen het is en
een nieuw aan te leggenbleef buiten aanmerking,
omdat in heel het overige gedeelte der gemeente
„Zekert Hoe zou ik anders dit offer gebracht
en mijne zenuwen op zulk een zware proef gesteld
hebben? Zou ik anders dien ontzettenden berg wel
afgekomen zijn?"
„En waarin bestaat dat excentrieke?" vroeg
Gamma, zonder dat een trek in haar gelaat ver
anderde.
„Beste Gamma," antwoordde de heer von Hofen,
aan zijne manchetten plukkende, „gij weet dat
mijne principes zeer streng zijn en het fatsoen bij
mij boven alles gaat."
„En ik heb dat fatsoen geschonden," hernam
zij, hem vast in de oogen ziende; „ik versta u."
„Kind, wat - neemt ge dat tragisch opLieve
Waldemar, kom ons te hulp," riep Beta met een
zucht uit. „Ach, de ouden hadden reeds een
spreekwoord Nu, wij zullen bij zulke baga
tellen de wetenschap maar laten rusten Ik
vind dat mijnheer von Hofen gelijk heeft, als hij
het niet goedkeurt dat ge uren lang aan het bed
van een ganzenhoedster zit
„Ja, liefste Gamma," hernam haar verloofde,
„duid het mij niet euvel, maar ge zult mij moeten
toegeven, datIk hoorde van uw gang
van gisteren, in geheel H. vertelt men elkander
de romantische geschiedenis Ik kom haas
tig om u te verzoeken dit om mijnentwil te laten,
en ik vind u niet te huis. Men weet niet waar
gij zijt, ofschoon men op elk oogenblik behoorde
te weten waar zich eene jonge dame bevindt, die
over vier weken de vrouw zal worden van een
man, die streng op het fatsoen ziet en die haar
de levenden zooveel plaats innemendat er voor
de dooden geen enkel plekje te vinden is.
Misschien vindt men het pikantte weten
dat in den raad, die voor het begraven meer
plaats afstond, de voorstanders van lij ken ver
branding zeer talrijk vertegenwoordigd zijn.
Een voorstel om de Mannenlaan (eene dier
afschuwelijke lanendie de wondeplek zijn van
Rotterdam) gedeeltelijk te verbeterenwerd ver
worpen. De raad zag tegen de kosten op (/T0,000.)
Dit belooft niet veel voor hen, die wenschen zou
den dat in het belang van den gezondheids
toestand al die lanen mochten verdwijnen.
Van de zes duizend kiezers voor den Amster-
damschen gemeenteraadkwamen er Dinsdag jl.
nog geen duizend ter stembus.
Een bedroevend verschijnsel noemt de Amster-
damsche courant dit en voegt er aan het adres
der thuisblijvers bij
„Dat zij wel beseffendat zij door die schro
melijke verwaarloozing van hun burgerplichten,
het recht tot critiek over iets, dat niet naar hun
zin gaatten eenenmale verliezen."
Een opmerk ing, die van ruimer toepassing is
dan alleen op de Amsterdamsche kiezers.
Aan het Handelsblad wordt gemeld, dat de re
geering door tusschenkomst der commissarissen
des konings in de provinciën aan de gemeentebe
sturen heeft te kennen gegeven, dat zij er geen
bezwaar in ziet dat de gemeenten gasfabrieken
ten eigen bate exploiteeren, en daarvoor meer in
rekening brengen, dan juist voor dekking der uit
gaven noodig is.
De generaal van Limburg Stirum, oprichter van
den anti-dienstvervangingbond, maakt, als
een blijk van hulde aan de nagedachtenis van
wijlen den heer Groen van Prinsterer, in het
Vaderland den volgenden, aan hem gerichten brief
openbaar
„Hooggeboren heer.
„Vergun mij schriftelijk te resumeeren den in
druk van uw vereerend bezoek en belangrijk ge
schrift.
„Aan de onderteekening van adressen of het
bijwonen van vergaderingen neem ik op mijn
leeftijd en bij velerlei historischen arbeid, sedert
lang geen deel.
„Doch ik zal zeer gaarne, op grond mijner an
tecedenten in en buiten de volksvertegenwoordi
ging, door uwe excellentie geteld worden onder
hendie met de algemeene dienstplichtigheid, in
den zin en geest van Stein en Scharnhorst, als
(strookende met den eisch van de vaderlands-
eene positie zal verschaffen waar velen haar om
benijden."
Gamma werd bij voortduring bleeker, doch viel
den spreker niet in de rede; Waldemar beet zich
op de lippen en zette zijn voet zoo -vast op de
verweerde planken van den vloer, dat zij begonnen
te kraken.
„Wij praatten en gisten, en kwamen toen tot
het besluit, dat ge ook heden aan uwe romantische
opwelling gevolg hadt gegeven. Juffrouw Beta
was zoo goed mij te vergezellen
„Ja, om u op fatsoenlijke manier weêr naar huis
te geleiden," bracht de zenuwachtige Beta fluiste
rend uit.
„Wij kwamen aan het huisje van den vogel-
kooper en vernamen dat de gaDzehoedster haar
leger daar met een beter hier verwisseld had; de
menschen zijn heel blij over het ongeluk. Men
meende dat gij ook wel hier heen zoudt zijn ge
gaan; en dit laatste neem het mij niet kwalijk,
mijnheer Bork scheen mij het ergste vergrijp
tegen het fatsoen toe. Aan mijne toekomstige
echtgenoote, lieve Gamma, mag niemand iets kun
nen verwijten."
„Neen, gij hebt gelijk," zei Gamma, zich fier
oprichtende en het blonde hoofd achterover wer
pende, „dat mag niemand, maar dat kan ook
niemand."
„Natuurlijk niet, mijne besteMaar de menschen,
gij kent de menschen nog niet, lieve Gamma."
„Ik ken ze zeer goed," hernam zij, terwijl een
ironisch lachje om haar mond speelde, „en ik zie
