N°. 132, 119e Jaargang. 1876. Maandag 5 Juni. Uithoofde van het Pinkster feest zal deze courant aan staanden laandag niet uitkomen. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent. Advertentiën: 20 Cent per regel.1 Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.van 1—7 regels f 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte,1 VERKIEZING. RIJKS-BELASTINGEN. Middelburg, 3 Juni. De K.ermissen IDDELBIIRGSCHE Door burgemeester en wethouders van Middel burg wordt het volgende bekend gemaakt. De burgemeester en wethouders van Middelburg maken bekend: dat uit de op den 31en Mei plaats gehad hebbende opening van stembriefjes tot benoeming van een lid van de provinciale staten van Zeelandhoofd kiesdistrict Middelburg, is gebleken, dat als zoodanig is verkozen de heer J. P. I. BUTEUX; dat de processen-verbaal van steminlevering en stemopneming van den 30™ en 31™ Mei 11., in de beneden voorzaal van het raadhuis aangeplakt en op de secretarie der gemeente voor een ieder ter inzage zijn nedergelegd. Middelburg, den 2en Juni 1876. De burgemeester en wethouders voornoemd (Get.) N. C. LAMBEECHTSEN VAN EITTHEM, Loco-burgemeester. De secretaris (Get.) G. N. DE STOPPELAAE. De burgemeester van Middelburg maakt be kend dat bij hem ontvangen en aan den ontvanger der directe belastingen ter invordering is verzonden het door den provincialen inspecteur der directe belastingen, enz. te Middelburg, den 30™ Mei 1876, invorderbaar verklaard kohier no. 1 der patenten voor het dienstjaar 1876/77, met uitnoo- diging aan ieder wien zulks aangaatom na bekomen kennisgeving van zijn aanslag ten spoe digste het door hem verschuldigde te kwijten, met herinnering tevens dat de bezwaren, welke dienaangaande mochten bestaanbinnen drie maanden na heden behooren te worden inge diend. Hiervan is heden afkondiging geschied waar het behoort. Middelburg, den 1™ Juni 1876. De Burgempester voornoemd, (Get.) N. G. LAMBEECHTSEN VAN EITTHEM, Loco-burgemeester. Te Amsterdam is de kermis afgeschaft. Te Zutfen houdt men dit jaar voor het laatst ker mis. Te 's Hage is door drie leden van den gemeenteraad het voorstel gedaan de aloude Jaarmarkt" met wat er hij behoort te doen ophouden en tegelijk circuleert onder de inge zetenen der residentie een adres, waarin met kracht van redenen voor de afschaffing der Haagsche kermis gepleit wordt. Verschillende kleine gemeenten, in onze nabijheid o. a. Veere, zijn reeds met hetzelfde voorbeeld voorgegaan, 'tls alsof wij den natuurlijken dood van het antieke Hollandsche volksvermaak zien aan komen. Is het nog wel een volksvermaak? Men moet uit het begrip „volk" een aantal zijner bestanddeelen wegnemen, wil men het van toe passing achten op onze hedendaagsche kermis pret, voor zoo ver ze nog bestaat. De hooger geplaatsten, de meest welvarenden en meest ontwikkelden onder het Nederlandsche volk nemen aan de kennissen geen deel meervelen hunner ontvluchten haar opzettelijk en stellen bij voorkeur tot de kermisweek een voorgeno men uitstapje naar elders uit. Dertig of veer tig jaren geleden was dat anders. De ouders van hen die thans den mannelijken leeftijd bereikt hebben, kunnen er ons van vertellen hoe in hun jeugd onder bijna alle standen de ker mis een punt was waar men het geheele jaar op bleef starenhoe afspraken voor de ker mis, liefdes- en andere avonturen weken en maanden vooruit gemaakt en befaamd werden hoe het jaarlijksche kermis-cadeau bestemd was om in eene behoefte van de huishouding of van het toilet te voorzien, aan welke men op andere tijden van het jaar, tengevolge van de beperkte hulpbronnen der eigen woonplaats, moeilijk of in 't geheel niet komen kon. De kermis-vermakelijkheden waren destijds aan hangselen van eene werkelijk bestaande volks behoefte. De ruwe kermispret, het Rotterdam- sche „hossen"door heel Nederland be rucht en met eene inspanning, eene betere zaak waardignagevolgd het nachtelijk tieren en zwerven langs de straten, met de on zedelijkheid en de geldverspilling die er het gevolg van waren, in éen woord al de ruwheid en ongebondenheiddie aan onze oude Hol landsche schilders zoo vaak onderwerpen voor hun geestig penseel geleverd hebben en nog in onze eeuw de Hollandsche kermissen tot een voorwerp van verbazing en afschuw voor den vreemdeling maaktendat alles werd destijds beschouwd als een uitvloeisel van ons volks karakter, waarin men genoodzaakt was zich 'te schikken, ter wille van hetgeen men in de kermissen moeilijk of in 't geheel niet mis sen kon. En nu? De behoefte aan de kermissen hield opde deelneming verminderde alleen de ruwheid en onzedelijkheid bleven. De behoefte verdween, sedert de verbeterde en snellere middelen van gemeenschap de mode magazijnen en bijouterie-winkels van Amster dam, Brussel en Parijs als voor onze deur brachten. De deelneming verflauwde, sedert spoorweg en stoombootmet steeds goedkooper en beter wordende tarieven en aansluitingen, meer en meer ieder in de gelegenheid stelden elders te gaan bezichtigen en genieten wat bezienswaardig en genotvol is. De ruwheid en onzedelijkheid eindelijk bleven. Misschien zelfs vermeerderden ze. Deze, treurige waar heid volgt uit het voorafgegane van zelf. Vroegertoen de fatsoenlijke standen meer aan het kermisvermaak deelnamenbestond de noodzakelijkheid om het althans binnen zekere perken van betamelijkheid te houden. Ordentelijk kermis houden" was toen niet slechts mogelijk, maar onder duizende kermisgangers van allerlei stand gewoonte. Zou men het nu nog kunnen, indien men wilde? Met iedere kermis kan men zich van het tegendeel over tuigen. De kermisvermakelijkheden zijn öf leelijk, öf onbeduidend en kinderachtig, öf ruw en onzedelijk. Een fatsoenlijk publiek kan men avond op avond in de Café-chantants vinden, luisterende en kijkende naar liederen en vertooningen, met welke men zich anders schamen zou vrouwdochter of zuster in aan raking te brengen. Waarom doet men het niettemin Omdat het Café-chantant het eenige zoogenaamd fatsoenlijke amusement is dat op de kermissen is overgebleven. Daar ten minste komen op de programma's nog enkele nommers voor, waar men zonder zich te schamen om lachen of zich mede bezig houden kan. Ter wille daarvan sluit men de oogen voor de rest. Jaarlijks kan men dan ook de klacht hooren onder de in dit opzicht meest conservatieve pretmakers, dat de kermissen zoo achteruit gaan. De mooie „spellen" blijven weg; eene „kraam", die wat anders inhoudt dan zoetigheid en kinderspeelgoed, wordt eene zeldzaamheid; naar het oordeel van ouderwetschekermis-smul- lers gaan zelfs de klassieke broedertjes en wafe len achteruit en zijn de halfgare beignets, die men ons opdischt, eene nieuwigheid, niet in staat om het gastronomisch genot van weleer te vervangen. Nog eens, de kermissen zijn bezig, met of zonder hare afschaffing, haar natuur lijken dood te sterven, Moeten wij ze daarom afschaffen Naar ons oordeel zou daarmede aan de natie een wezenlijke dienst bewezen worden. Bij het gemisharer vroegere gloriezijn de kermis sen voorwendsels gebleven voor veel ongebon denheid, en betreurenswaardige geldverspilling. Nog altijd geldt onder hendie thans nog kermis houden, de regel dat dingen, waarvoor men zich op andere tijden schamen zou, door de vingers gezien kunnen worden omdat het „maar eens in 't jaar kermis is." Bovendien zijn de kermissen voorwendsels gebleven voor gepatenteerde bedelarijen en afzetterijen van allerlei aard, welke anders op goede gronden verboden zijn. Eindelijk wordt door al de leelijkheidde ruwheidde smakeloosheid, welke er op ten toon' gesteld wordeneen voorliefde voor het leelijkehet ruwe, het smakelooze levendig gehouden, die aan de volksontwikkeling, voor welke men in onzen tijd zooveel over heeft, niet anders dan nadeel kunnen toebrengen. Vraagt men dus ons gevoelen, dan zouden wij gaarne tot alle gemeenteraden in Neder land den raad richtenSchaft zoo spoedig mogelijk de kermissen af. Het beste deel des volks zal er u dankbaar voor zijnde overigen zullen een korten tijd ontevreden wezendoch zelfs zij zullen het gemis van iets, dat met ieder jaar ook voor hen minder eene behoefte wordt, niet lang betreuren. Een oogenblik van moed om de klachten te trotseeren van de weinigen, die bij het behoud der kermissen geldelijk belang hebben en van de velen die hunne 'tegenwerpingen zullen napratenen gij zult aan de ingezetenen uwer gemeenten een dienst bewezen hebbenvoor welken gij aan spraak zult hebben op aller erkentelijkheid. De quaestie maakt ons echter warm noch koud. Alles wat wij om ons heen zien, alle teekenen des tijds wijzen er op dat de ker missen bezig zijn, met of zonder officieele afschaffingvan zelf te verdwijnen. Het ge slacht, dat na ons komt, zal van eene Holland sche kermis der 17e eeuw zich nog een denk beeld kunnen vormen naar de schilderijen van Ostade of Jan Steen en naar de „Boerenker mis" van Lucas Rotgans. Van de kermissen van onzen tijd zal hetwanneer de laatste kermisganger tot zijne vaderen vergaderd zal zijn, zich moeilijk eene voorstelling meer kun nen maken. Ronduit gesprokenzijn wij daar niet rouwig om. Wie onder ons er roem op dragen in eene eeuw van beschaving te huis te behooren, kunnen er moeilijk op gesteld zijnzoomin bij hunne kennissen als bij het nageslacht door te gaan voor lieden, die zich nog bezig houden met iets zoo onbeschaafds en kinderachtigs als „kermis houden." Zoo ver is 't met de kermissen al gekomen Blijkens het heden ontvangen gedrukt verslag van burgemeester en wethouders aan den gemeente raad van Middelburg over het jaar 1875 be droeg de bevolking der gemeente op 31 Decem ber jl. 7269 mannen en 8743 vrouwendus te zamen 16,012 personenzijnde 40 mannen en 46 vrouwen dus 86 personen meer dan op 31 Decem ber 1874. Onder het eerstgenoemde totaal zijn begrepen 136 mannen en 57 vrouwensamen 193 personen behoorende tot de landmacht (staande leger) en 6 mannelijke en 2 vrouwelijke gevan genen. Gedurende het jaar werden 511 kinderen gebo ren stierven 473 personen en werden 126 huwe lijken gesloten. Van de overledenen stierven 152 beneden het jaar. Aan de N. Rott. Ct. wordt medegedeeld dat Z. K. H. prins Hendrik voornemens is de opening van het droge dok alhier met zijne tegenwoordig heid te vereeren. Het daarbij gevoegde bericht dat die opening vermoedelijk den 15™ dezer zal plaats hebben ge- looven wij echter op goede gronden te kunnen tegenspreken, daar het dok waarschijnlijk eerst eenige dagen later in gebruik genomen zal kun nen worden. Door de commissie tot het examineeren van varens lieden alhier is bij het heden gehouden examen diploma als eerste stuurman voor de grooto vaart afgegeven aan den heer G. Zuiderhof wonende alhier. Men leest in het Utr. Dagbl: „De maatschappij tot exploitatie van staatsspoor wegen is in onderhandeling met den spoorweg Grand Central Beige tot het organiseeren van een pleiziertrein van Utrecht en verder gelegen plaat sen naar Middelburg en Vlissingen op Donderdag den 15 dezer, om het belangstellend publiek de gelegenheid aan te bieden op éen dag en tegen zeer lage vracht de beide plaatsen te bezoeken en de spoorweg- en havenwerken aldaar te bezichti gen. Donderdag is te Middelburg weekmarkt, welke wegens de verscheidenheid van kleeding der Zeeuwsche boeren en boerinnen van de verschil lende eilanden een eigenaardig effect maakt." Ten behoeve der Harmonie „de Volharding" te Goes zal onder de ingezetenen dier gemeente eene lijst rondgaanteneinde ieder naar zijne krachten in de gelegenheid te stellen tot de instandhouding der Harmonie bij te dragen. Tot dusverre is voor de vereeniging aan vaste bijdragen ingeschreven voor 550 per jaar,.ter wijl daarvoor 800 noodig is. Op subsidie uit de gemeentekas schijnt, bij de lasten waarmede deze reeds bezwaard is, weinig kans te bestaan, zoodat het wel te hopen is dat de ingezetenen door alge- meene deelneming het ontbrekende zullen aanvullen. In de gemeente Hoofdplaat liep gisteren om streeks het middaguur een dolle hond rond. Vier andere honden en eene kat werden door het dier gebeten, die later alle zijn afgemaakt. Op den dollen hond werd dadelijk jacht gemaakt door twee heeren, die het geluk hadden hem dood te schieten. Naar wij vernemen zijn voor de loterij van kunstwerken, ten behoeve der noodlijdenden door de overstroomingen in het zuiden van Frank rijk, waarvan de trekking den 10™ dezer te Antwerpen zal geschieden (zie achterstaande ad vertentie) geplaatst hier ter stede 825te Vlissin gen 736 en te Goes 64 loten, te zamen 1625 loten. De gelegenheid tot het nemen van loten blijft nog altijd open. Uit het verslag der kamer van koophandel teZie- rikzee over 1875 blijkt volgens de Zierikzeesche Ct. dat de garancine- en de meekrapfabriek aldaar, ondanks den achteruitgang dier industrie, gedurende dat jaar druk werkzaam waren. Zelfs was de productie, zijnde 2,989,645 kilohooger dan het gemiddelde over 186575 dat slechts 2,573,519 bedroeg. De 32 meestoven op Schouwen en Dui- veland waren alle in werking. De andere takken van nijverheid waren over 't algemeen in stationairen toestand. Aan zelk- asch werd afgeleverd voor 21,835 of 4367 last. In de haven van Zierikzee werd ingevoerd Guano voor ƒ2100; kunstmest voor 900timmer hout voor ƒ75,000; versche visch voor 2738.85 vruchten (boom- en veld-) voor 6649.91hoorn vee 220 stuks. En uitgevoerd: beetwortelen 3,730,000 kilo; beenderen 17.000 kilo; granen, zaden en peulvruchten 65,300 hectoliter; hooi 110,000 kilo, hoornvee 430 stuks; schapen 65 stuks. Uit het buitenland werden ingevoerd: steen kolen 8182000 kilo, ruw zout 2283895 kilo; hui den 5100 kilo; gebakken steen en pannen 100,000; vitriool 48,000 kilo. Uitgevoerd: bier 18,240 liter, granen en peulvruchten 6700 kilo; zout 48,100 kilogarancine 36,158 kilo. De oesterhandel van Bruinisse, voor weinige jaren zoo bloeiend, is bijna geheel verloopen naar Yerseke. De prijzen varieerden van 35 tot f 45 voor gewone soorten en van 4580 voor koroesters. De mosselhandel was beduidend; de prijzen voor den uitvoer naar België, Frankrijk, Enge land en Duitschland liepen van 1 tot ƒ1.30 per hectoliter. De garnalenvisscherij was sterk achteruitgaande. De handel in kreukels was beduidend; de prijzen waren 6 a/8 per hectoliter.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1876 | | pagina 1