émw$(
Telegraphische berichten,
Benoemingen en besluiten.
0 n d e r w ij s.
Kerknieuws.
hebben gegeven dat die rekeningen aan 68 ge
meenten ter verbetering moesten teruggezonden
worden. De gemeentebesturen worden derhalve
verzocht, teneinde die terugzending te voorkomen
en orde en regelmaat te bevorderen, deze aanmerkin
gen onder de aandacht te houden en de gege-
vene voorschriften stiptelijk in acht te nemen.
Naar wij vernemen bestaat bij eenige ingezete
nen van Vlissingen bet voornemen om zich tot
den minister van oorlog te wenden met het ver
zoek om het garnizoendat voor de welvaart der
gemeente van zoo groot belang en bijna de eenige
bron van inkomsten is, welke aan de stad nog
van rijkswege is gelaten, zoo mogelijk aldaar te
laten blijven.
Men leest in het Nieuws v. d. Dag
„Weldra zal de stoom boot-dienst Vlissingen-
Queenboro worden hervat; hopen wij om dit
maal geregeld te worden voorgezet. Elke nieuwe
reisgelegenheid heeft te worstelen met onbekendheid
De directie van de Maatschappij Zeeland begrijpt
te rechtdat zij niet te veel bekendheid aan
de nieuwe lijn kan geven. Met dit doel heeft zij een
biljet doen vervaardigen en bij duizenden verspreid
't welk gewis de aandacht zal trekken, -zelfs op
de bont beplakte muren in Londen.
„Het biljet geeft in den vorm van een globe
de spoorwegverbindingen van Vlissingen met
Europa aan en doet daardoor duidelijk uitkomen,
dat de nieuwe lijn indien snelvarende booten
gebezigd worden en sneltreinen in verband met
de aankomst- en vertrekuren worden georganiseerd
de kortste verbinding tusschen Engeland en 't
noorden en oosten van Europa in 't leven roept.
„Het stuk bestaat uit 16 chemische gravures
(paniconographiën) en weinig zou men vermoeden
dat het geheel op de boekdrukpers gedrukt is.
't Is een merkwaardige proeve van drukkunst,
die der inrichting onder directie van den heer A.
van Oosterzee tot eer verstrekt."
Men schrijft aan de Goesche courant uit s' Heer-
Arendskerke
„De zomerdienst-regeling der staatsspoorwegen,
voor zooveel betreft de lijn Vlissingen—Roozen-
daal, heeft ons, bewoners van het westelijk gedeelte
van Zuid-Bevelandeene groote teleurstelling
bezorgd. Aller hoop was gevestigd op den voor
middagtrein, die te 9 uur 30 min. van Vlissingen
vertrekt, dat deze nl. weder als vroeger jaren een
gewone trein zou geworden zijn, zoodat men niet
langer genoodzaakt zou zijn óf te vroeg, dat is
6 uur 30 min., óf te laat, dat is 1 uur 20 min.
oostwaarts te reizen. Ik twijfel nietof vele
Goesenaren zullen zich bij onze klacht aansluiten,
daar ook zij verstoken blijven van dit gemakke
lijk uur van vertrek naar het oosteinde van Zuid-
Beveland. Mocht de directie nog kunnen besluiten
hierin eene wijziging te brengen, dan zou, naar ik
vermeen, aan veler verlangen worden voldaan. De
spoortreinen, die toch eenmaal voor .het groote
publiek zijn tot stand gekomen, moesten nu ook
het geheele publiek tot gemak en voordeel kunnen
verstrekken. Ik twijfel niet, of ook de kas dei-
exploitatie maatschappij zou er bij winnen, en zoo
doende waren er velen te gelijk gebaat."
Bij een buitengewoon lagen waterstand, tenge
volge van den feilen oostenwindis den 8en dezer
een bedenkelijke oeverafschuiving ontstaan aan
den zeedijk van den polder Schouwen, en wel in
het dijkdistrict Flauwers. Bedoeld punt heeft
reeds sinds onheuglijke jaren het dijkbestuur groote
zorg en aanzienlijke kosten veroorzaakt. Vóór
ruim twee eeuwen hadden daar groote inbreuken
van het water plaats, waarop men toen (1651)
een kapitalen inlaagdijk (slaper) heeft aangelegd.
Deze dijk beschermt dan ook nu nog het achter
liggende land tegen oogenblikkelijk gevaar.
De dijkval heeft een uitgestrektheid van 60
meter. Onmiddellijk bij den dijk staat 48 voet
water: kort geleden lag daar nog een slijkplaat,
die bij laag water boven kwam. (N. R. Ct.)
Als een nieuw bewijs voor de fraaie, logische
toestanden die door onze tegenwoordige kieswet
geschapen worden, mag dienen dat de voorzitter
en twee leden der algemeene rekenkamer, ofschoon
behoorlijk ingezetenen van 's Gravenhage, geen
zat hij met een glimlach op het gelaat. „Ik kom,
ik kom," riep hij haar toe. „Ge behoeft het mij
niet tweemaal te zeggen; ik weet, dat ik in goede
handen ben."
„Goeden nacht, papa," zei Cecily. „Gaat ge nu
naar bed want ge weet, wij moeten morgen vroeg
op."
„Ja, vroeg, heel vroeg," stamelde hij, altijd nog
met dien lach om zijne lippen. „Ik kom dadelijk,
Esther nog voordat gij aan de poorten zijt
„Kent gij mij niet meer, papa riep Cecily uit,
van 't hoofd tot de voeten bevende.
„U niet meer kennen, lieveling?" was zijn ant
woord, terwijl hij haar met een zalige uitdrukking
op 't gelaat aanzag.
Wordt vervolgd.)
kiezers voor de tweede kamer of de provinciale
staten zijn, dewijl hun aanslag in de directe be
lastingen het bedrag van den census niet haalt.
Die drie leden van een onzer hoogste staats-eolle-
giën behooren dus tot het „volk achter de kiezers."
In de Staats-courant van heden komt vooreen
vervolg der opgaven van gesneuvelde en gewon
de Europeesche militairen van de expeditionaire
troepen te Atehin tot 29 Maart jl. Als gesneu
veld worden daarop vermeld: E. F. W. Kemper,
fuselier; J. H. C. Ripp, korporaalB. R. Meijer, fu
selier L. Looy, korporaal, en A. van Marle, fu
selier.
De Staats-courant van heden bevat de wetten
van den 27en April jl.ter verhooging van hoofd
stuk IX der staatsbegrooting voor het dienstjaar
1876; tot bekrachtiging van kredieten, door den
gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië ge
opend hoven de begrooting van Nederlandsch-Indië
voor het dienstjaar 1872, vastgesteld bij de wet
van 2 November 1871 (Staatsblad n° 108) en ge
wijzigd bij de wet van 17 Juni 1873 (Staats
blad n° 94), en tot bekrachtiging van kredieten,
door den gouverneur-generaal van Nederlandsch-
Indië geopend boven de begrooting van Neder
landsch-Indië voor het dienstjaar 1873, vastgesteld
bij de wet van 15 November 1872 (Staatsblad
n° 127) en verhoogd bij de wetten van 20 Mei 1873
(Staatsblad n° 51) en 17 Juni 1873 (Staatsblad
n° 89).
Een telegraphisch bericht uit Amerika meldt
dat de Nederlandsche tentoonstelling zoowel in
het hoofdgebouw als in de gebouwen voor den
landbouw en kunst gereed is. StacUs-cour
Behalve het gisteren reeds medegedeelde om
trent de nieuwe muntwet valt alleen nog te ver
melden dat als gouden negotiepenniugen in stand
gehouden worden de dukaat en de dubbele dukaat;
dat het gehalte der twee- en een-guldenstukken
is 0.945; het gewicht van het tegenwoordig gul
denstuk wordt met 5 pet. verminderd.
Een ontwerp van wet omtrent het Indische
muntwezen is naar den raad vau state verzonden.
Te Arnhem werd Maandagavond in eene ver
gadering der afdeeling van Volksonderwijs beslo
ten tot het zenden van een adres aan de tweede
kamer tot ondersteuning van het wetsvoorstel-
Moens, dat reeds dadelijk door een aantal aanwe
zigen geteekend werd.
Alvorens het adres was vastgesteld werd een
leveudig debat gevoerd over het wetsvoorstel,
waaraan o. a. door den heer Sehimmelpenninck,
lid der 2« kamer, werd deelgenomen. Hij bestreed
het voorstel, dat hij als een partij-voorstel be
schouwde, eu trachtte te betoogen dat meu beter
zou doen de nakoming der belofte van den minister
Heemskerk af te wachtten. Mocht deze eene wet
indienen, die niet naar den zin der liberaleu was,
dim konden deze, meende hij, die de meerder*
heid in de kamer hebben, de wet gemakkelijk in
hun geest verbeteren.
Deze beweringen bleven natuurlijk niet zonder
tegenspraak. Van verschillende zijden werd be
toogd dat het voorstel te rechter tijd is ingediend
en niet het belang eener partij, maar het alge
meen belang, dat bij de verbetering van het on
derwijs zoo r.auw betrokkeu is, op het oog heeft.
Bij de discussie over de onderdeelen van het
wets-voorstel werd mede levendig van gedachten
gewisseld en weerde vooral de heer J. van der
Hoeven, die het debat inleidde, zich wakker.
Het bleek uit deze discussiëndat er weinig
verschil bestond aangaande punt 1 (kweekelmgen-
stelsel)in het geheel geen over punt 2 (aantal
leerlingen hoogstens 40 voor eiken onderwijzer)vrij
veel daarentegen over punt 3 (bezoldiging minstens
f 1000). Er waren velen, die classificatie wilden
zien toegepast, anderen die 1000 te hoog vonden
voor plattelandsgemeenten. Punt 4 (akte voor
hoofdonderwijzers verplichtend voor iedereen die
aan 't hoofd eener school staat) ontlokte geen be
langrijke gedachtewisseling, iedereen was het eens
met het voorstel; punt 5 eindelijk (het gedeeltelijk
dragen der kosten door het rijk), ofschoon een
cardinaal punt, mocht evenzeer zich in ieders
gunst verheugen.
De gewezen gezant van Venezuela bij het
Nederlandsche hof, thans gezant te Madrid, dr.
Jose M. Rojas, heeft met het comitté van fond
senhouders te Londen eene schuldregeling getroffen,
welke ook voor de Nederlandsche houders van
belang is. De schuldregeling, welke naar het
Haagsche Dagblad verwacht, spoedig door den
president zal bekrachtigd wordenkomt in
de hoofdzaak hierop neer1°. Op de tusschen
1 Juli 1876 en 31 December 1878 vervallende
coupons der obligatiën wordt jaarlijks bij driemaan-
delijksche stortingen, 40,000 uitbetaald. 2°. Op
1 Januari wordt gevormd een passieve schuld van
den achterstalligen intrest; deze schuld draagt geen
rente. 3°. De regeering draagt aan het comitté
over f 200,000 in preferente aandeelen van den
aan te leggen La Gusiira Caracas-spoorweg, ren
tende 8 pet. met amortisatie van 2 pet. 4°. Te
beginnen met 1 Januari 1879, ontvangen aandeel
houders maandelijks de geheele opbrengst van
27 eenheden van 40 pet. der totale opbrengsten
in Venezuela.
Te Gentbrugge is overleden de heer Louis van
Houtte, de bekende Gentsche bloemkweeker, die
aan de ontwikkeling der bloemkweekerij in België
een krachtigen stoot gegeven heeft. Op de jongste
tentoonstelling van bloemen te Brussel, waar bij
lid der jury was, werd aan zijne planten nog eene
groote onderscheiding toegekend.
TWEEDE KAMER.
Ingekomen eene gewijzigde overeenkomst met
België betreffende het kanaal van Neuzen naar
Gent.
Benoemd tot rapporteurs voor de vestingbegroo-
ting en de definitieve begrooting van oorlog de
heeren van der Schrieek, Stieltjes, de Roo, de
Casembroot en Mees.
Over het wetsontwerp regelende de voorwaarden
voor het verleenen der afzonderlijke bevoegdheid
tot het uitoefenen der tandheelkunde voerden eerst
het woord de heeren Rombach, Idzerda en Kap-
peyne, die het ontwerp bestreden op grond dat de
eenheid van stand der geneeskundigen moet wor
den gehandhaafd. Algemeene wetenschappelijke
vorming is voor allen noodig. De wet is ontijdig,
daar eerst de uitkomsten van het speciaal acade
misch onderwijs moeten worden afgewacht.
Het wetsontwerp werd verdedigd door den heer
Godefroi en den minister, op grond dat het be
ginsel der eenheid van stand niet onaantastbaar of
onschendbaar is, gelijk blijkt uit de voorheelden
van Frankrijk, Duitschland en België. Ook hier
te lande is van het beginsel reeds afgeweken bij
de toelating van vroedvrouwen. Algemeene weten
schappelijke vorming voor allen is een ideaal;
eene illusie. De wetgever moet daarom tijdig in
de behoefte voorzien, onder voorbehoud der nood
zakelijke wetenschappelijke waarborgen.
Art. 1 (toekenning der bevoegdheid na het afleg
gen van een afzonderlijk examen in de tandheel
kunde) wordt daarna met 43 tegen 32 stemmen
aangenomen. Een amendement van den heer Id
zerda om hendie in het buitenland examen heb
ben afgelegd, niet zonder een nieuw examen toe
te laten, werd aangenomen. De geheele wet werd
vervolgens met 45 tegen 22 stemmen aangenomen.
ridderorden. Benoemd tot ridder der orde van
den Nederlandschen leeuw R. J. A. Bouricius,
nspecteur van de bebakening, de kustverlichting
en het loodswezen iu Nederlandsch-Indiëen
mr. N. P. van den Berg, president der Javasche
bank.
commissarissen des konings. Benoemd tot com
missaris des konings in de provincie Zeeland, met
ingang van 14 Juni a., jh'. mr. W. Six. [Gisteren
reeds onder de telegraphische berichten mede
gedeeld.]
leger. Op pensioen gesteld, ten bedrage van
ƒ1080 'sjaars, de kapitein C. Jongelijn van het
8e regiment infanterie, met toekenning van den
rang van majoor.
Benoemd bij het wapen der infanterie tot
len luitenant, de 2° luitenant J. W. van Bergen,
van het wapen, gedetacheerd bij het leger in
Nederlandsch-Indië; bij den staf, tot kapitein 2e kl.
de le luitenant P. Thijssen, van dien staf, werk
zaam bij het departement van oorlog, adjudant
van den minister van oorlog bij het 2e regiment,
tot kapitein 2e kb, de le luitenants M. G. W. A.
Schumann, vhn het 4e reg., en L. J. Krugers, van
het reg. grenadiers en jagers; tot len luitenant,
de 2e luitenant J. C. van Teylingen, van het
korps; bij het 3e reg., tot kapitein 2" kl., de
T3 luitenant M. J. Temroinck, van het le reg.tot
1™ luitenant, de 2e luitenant J. J. Wieringa, van
het korps; bij het 4e regiment, tot len luitenant,
de 2" luitenant J. P. Prince, van het korpsbij
het 5e regiment, tot kapitein 2e kl., de le luitenant
M. P. E. E. H. Stoop, adjudant bij het korps
bij het 6e regiment, tot kapitein 2e kl., de le lui
tenant J. H. P. van Goons, van het reg. grenadiers
en jagersbij 7e regiment, tot kapitein
2e kl., do 1® luitenant W. J. Arriens, adjudant bij
het korps; tot len luitenant-adjudant, de 2e lui
tenants J. L. M. van der Vinne en J. W. van
Rhienen, beiden mede adjudant bij het korpsbij
het 8e regiment, tot kapitein 2a kl., de le luitenant
L. Houwink, adjudant bij het le reg.; tot len lui
tenant, de 2e luitenant H. J. Dijckmeester, van het
6e regiment.
Den heer J. A. Bientjes, leeraar in de wis
kunde en het boekhouden aan de H. B. S. voor
meisjes te Amsterdam, is op zijn verzoek eervol
ontslag verleend.
Tot directrice der kweekschool van onder
wijzeressen te Groningen is benoemd mej. M. He
ringa, thans leerares aan de middelbare school
voor meisjes en de kweekschool te Arnhem.
Tengevolge van een adresdoor 160 gemeen
teleden tot den kerkeraad der N. H. gemeente te
Vlissingen gericht, heeft deze met algemeene
stemmen beroepen den heer J. J. van Toorenen-
bergenthans predikant te Rotterdamvroeger te
Vlissingen.
Bij de Evengelisch-Luthersche gemeente te
Zierikzee is tot predikant beroepen de heer G. F.
Bruijn te Zutfen.
H. K. H. de prinses von Wied is, naar
het Dagblad bericht, korten tijd na de geboorte
van den jongen prins door eene hevige ziekte
aangetast, die meermalen voor het verlies van
haar leyen deed vreezen. De laatste dagen
evenwel is de vorstin snel in beterschap toegeno
men, zoodat men mag verwachten, dat aan plan
nen voor den aanstaanden zomer nog gevolg kan
worden gegeven.
Men meldt ons het navolgende: „Dinsdag
avond waren o. a. ook eenige leerlingen der
Zondagsschool uit Wilhelminadorp naar Goes gegaan
om deel te nemen aan de bijeenkomst, die in de
kerk der Evangelisch Christelijke gemeente werd
gehouden. Bij het naar huis gaan werd aan de
vest een der kinderen door M. H. tot aan den
hals in het water geduwd, en vervolgens door
hem zei ven er weer uitgehaald."
Wat de aanleiding tot zulk eene baldadigheid
geweest mag zijn, wordt ons niet bericht. GCt.)
Men leest in het Utr. Dbl.
Reeds herhaalde malen is er op gewezen, dat
de bovengrond in Utrecht voortdurend verpest
wordt door tal van privaat- en zinkputten, die
zoo slecht sluiten, dat een groot gedeelte van den
inhoud daarvan in den bodem dringt en het drink
water bederft. Dit bleek op nieuw bij het afbre
ken van het R. K. weeshuis in de Minnebroeder
straat voor het bouwen der nieuw op te
richten kerk. Bij het ontgraven van den bodem
voor het leggen der fondamenten bleek, dat niet
minder dan 18 privaat- en zinkputten zich op het:
terrein bevonden. Dat uit zulk een bodem geen
goed drinkwater te verwachten is, zal wel geen
betoog behoeven.
In de (conservatieve) Nieuwe Arnhemsche
courant schrijft iemand die bij gelegenheid van
s' konings jongste bezoek Amsterdam bezocht,
de volgende vluchtige jeremiade over den achter
uitgang dien hij in de hoofdstad waargenomen
heeft, sedert er een liberale gemeenteraad door al
den ondernomen arbeid de gemeentefinanciën in
(volgens hem) ongunstigen toestand gebracht heeft.
„Toen, in den tijd dat er nog een conserva
tieve gemeenteraad was zoo schrijft hij
bestond de raad uit deftige mannendie een
goede opvoeding hadden genoten en door uiterlijk
ontwikkeling wezenlijk de hoofstad op waardige
wijze vertegenwoordigden. Van die waardigheid
is weinig overgeblevenzelfs wat het uiterlijke
betreftook in de gewone beleefdheidsvormen
schieten de autoriteiten te Amsterdam thans te
kort. Zoo o. a. toen Z. M. den schouwburg
bezocht en daar eeu voorstelling van stukken
iu het Hollaudsch bijwoonde. Daar waren geen
officieren der schutterijgeen leden van den
gemeenteraadgeen directeuren van staatsin
stellingen, geen bestuurders van hooge collegiën!
Van de wethouders slechts tweeOverigens
waren de eerste rangen zeer slecht bezet. De
rijksbetaalmeester was in den schouwburg, maar
overigens brilleerden allen door hun afwezigheid.
Welk een verval in goede vormenin belang
stelling! Werden die lui eens niet op diners
gevraagd, zij zouden zich verschrikkelijk ver
ongelijkt achtenmaar als het er hunnerzijds op
aankomt betamelijke acte de jorèsence te geven,
blijven zij bot weg."
't Is inderdaad verschrikkelijkEen geheele
hoofdstad vol autoriteiten die niet weten hoe het
hoort. Gelukkig dat ten minstte de rijks-betaal
meester nog begreep dat zijn ambtsplicht hem
in de komedie riep. Zoolang 's rijks financiën
nog maar aan goede conservatieve handen zijn
toevertrouwdis alles nog niet verloren
Volgens bericht van Curasao, zou er aan
boord van het stoomschip „Zilveren Kruis", be-
hoorende tot het eskader aldaareene treurige
gebeurtenis hebben plaats gehad een onderoffi
cier zou namelijk aan een minderen schepeling
met een handspaak een geweldigen slag hebben
toegebracht, tengevolge waarvan deze zeer spoe
dig is overleden. De onderofficier zal voor den
krijgsraad worden gebracht.
Nog steeds bevindt zich in het huis van
arrest te Zierikzee de persoon uit Riga, die dezer
dagen te Brouwershaven bij zijn aankomst is
gearresteerd, als beschuldigd van een aanzienlijke
geldsom gestolen te hebben. Hij moet een uiter
lijk zeer beschaafd man zijn en zeer verlegen
wezen met zijne positie, waarom hij dan ook zou
verzocht hebbendat de behandeling zijner zaak
met gesloten deuren zou plaats hebben.
Op de Kalvermarkt te 's Hagedie gedu
rende de kermis door een drietal draaimolens is
ingenomenis Dinsdag avond van een dier
caroussels de spil gebroken, tengevolge waarvan
het gevaarte met zijn zwaren kinderlast eenigs-
zins kantelde. Persoonlijke ongelukken zijn niet
te betreuren, hetgeen werkelijk gelukkig was voor