BUITENLAND. De Belgische bank. Zeetijdingen. Handelsberichten. Verkoopingen en aanbestedingen. Thermometerstand. Gemeenteraad van Zierikzee. Algemeen Overzicht. Graanmarkten enz. uit Italianenterwijl de pausen zelf sedert onheu- gelijken tijd van It alia ansche geboorte geweest zijn. Het is dus niet juist aan de katholieke hiërarchie een cosmopolitisch karakter toe te ken nen daar de. naam Italiaansch katholieke hiërarchie veel meer op haar van toepassing is. De keizer van Duitschland heeft een eigen- handigen zeer uitvoerigen brief aan den aftreden den rijks-minister Delbrück gerichtwaarin hij den warmsten dank uitspreekt voor de door dien staatsman aan het rijk bewezene diensten en daaraan de hoop vastknoopt dat de heer Delbruck zich niet voor altijd aan den staatsdienst zal ont trekken. Na het overgeven zijner betrekking zal den minister nog eene buitengewone onderschei ding worden toegekend. Door de Fransche bisschoppen wordt een adressen-storm tegen de plannen van den minister Waddington met betrekking tot het onderwijs op touw gezet. De keizerin van Duitschland bevindt zich in Londen waar zij door den hertog van Edinburg ontvangen en naar het paleis te Windsor geleid is. Zij is voornemens aldaar eenige dagen te ver toeven. Uit Gent wordt bericht dat aldaar dezer dagen eene burgerlijke begrafenis plaats heeft gehad welke door verscheidene officieren in uniform werd bijge woond. Zij hebben op deze wijze willen toonen dat het hun voornemen is behoorlijk akte te nemen van de verklaring, welke de Belgische minister van oorlog gedwongen is geweest in de tweede kamer af te leggen dat een officier wegens het bijwonen eener burgerlijke begrafenis niet berispt kan worden. Voor de aanstaande gedenkfeesten der paci ficatie van Gent worden groota toebereidselen ge maakt. Verschillende leden der feestcommissien zijn op reis naar Antwerpen, Botterdam, Leiden en Utrecht om de costumen voor de historische optochten te bestellen. In den grooten optocht zullen zeven wagens voorkomen, voorstellende: De spaansche Bloedraad; De Inquisitie DeSpaan- sche furie te Antwerpen; de Vereeniging der 16 Nederlandsche provinciën; De goedsdienstvrede; De onderteekening der Pacificatie in het stadhuis; De stad Gent. Door het dagelij ksch bestuur van het waterschap Schouwen is op den 4en Mei jl. te Zierikzee in het openbaar bij enkele inschrijving aanbesteed het opnieuw delven der waterleiding langs den Verseputschen weg tot aan den Hoofd- ol Kool- weg in 3 perceelen. le. perceel aan den minsten inschrijver J. Fondse jz.te Zierikzee, voor 438. 2e. perceel aan den minsten inschrijver C. Frit- zius, te Haamstede, voor 379. 3e. perceel aan den minsten inschrijver J. Corne- lisse, te Burg, voor 464. 4 Mei. 'sav. 11 u. 45 gr. 5 'smorg. 7 u. 48 gr. 's midd. 1 u. 57 gr. 'sav. 6 u. 50. Zitting van Woensdag 3 Mei. In deze zitting zijn afwezig de heeren de Jonge, Mulock Houwer, Nauta van der Grijp enOchtman. De resumtie der notulen van de vorige vergade ring wordt aangehouden. De zitting wordt met gesloten deuren voort gezet. Heropend zijnde deelt de voorzitter mede dat geïnteresseerden in de meestoof „de Zon" bereid waren de gebouwen dier meestoof te verkoopen onder de navolgende voorwaarden 1° dat de gemeente voor die gebouwen zal be talen de som van f 6000 2° dat de asch in het terreinzooals dit bij het kadaster bekend staatvanwege de gemeente zal worden uitgegraven, onder beding, dat de ge meente aan hen het geheele netto provenu dier asch zal uitkeeren tot een bedrag van 14000, blijvende de eventueele meerdere opbrengst dan gezegde 14000 ten voordeele der gemeente en voorts onder zekere bepaling van de wijze en den tijd van betaling. Burgemeester en wethouders stellen voor die voorwaarden aan te nemen met die wijziging, dat geïnteresseerden de gebouwen dier meestoof in het publiek voor afbraak verkoopen en ingeval deze minder dan 6000 opbrachtendat mindere door de gemeente bij te betalen. De heer Zuurdeeg stelt hierop als amendement voor in plaats van 6000 te bepalen f 3000. Dienovereenkomstig wordt besloten. De heeren Fokker en Moens hebben zich van stemming ont houden. Overeenkomstig het rapport der commissiën ad hoe worden goedgekeurda de rekening der kamer van koophandel over 1875 in ontvangst op 250 en uitgaaf op 199.20goed slot 50.80 l de slotrekening van de commissie van beheer der Commerciewerf in ontvangst op f 249,53 en uitgaaf op f 12.19 goed slot f 237.34; c de reke ning van het pensioen- en weduwenfonds van be ambten der gemeentein ontvang en uitgaaf op 669.79Jzijnde onder de ontvangsten begrepen eene bijdrage uit de gemeentekas tot dekking der uitgaven ad f 249.36 en d de rekening van de directie der bewaarschool voor minvermogenden, in ontvangst op 803.90 en uitgaaf op f 783.85, goed slot 20.05. Aan de leden der commissie van beheer der Commerciewerf wordt onder dankbetuiging eervol ontslag verleend. Nadat nog een tweetal rapporten betreffende de voorstellen tot wijziging van het reglement van orde waren uitgebracht en voor de leden ter visie gelegd om in eene volgende vergadering te behandelen, wordt de vergadering gesloten. Als de Engelschen zich eenmaal iets in het hoofd hebben gezet zijn zij er niet gemakkelijk af te brengen. Wat hun zei ven betreft willen zij nu eenmaal geen keizerin hebben en zij vechten er tegen alsof het hun leven gold. Voor Indië kunnen zij het des noods nog laten gelden, maar eene keize rin voor Engelanddat nooitBij de discussies over het wetsontwerp betreffende de keizerlijke titulatuur heeft Disraëli duidelijk verklaard dat de nieuwe titel uitsluitend voor Indië en niet voor Engeland zou geldendoch dat schijnt uit de afkondiging van de nieuwe wet niet voldoende te blijken. Zoowel in het heerenhuis als in het lagerhuis zijn daaromtrent aanmerkingen gemaakt en Dinsdag reeds werd deze zaak in beide huizen besproken. In het hoogerhuis vroeg lord Sel- borne inlichtingen over het feit, dat de proclama tie noch is in overeenstemming met de verzeke ringen der regeering noch met de aangenomen wet. De lord kanselier verklaarde, dat in over eenstemming met de verzekeringen der regeering en den geest van de aangenomen wet de keizer lijke titel alleen zal worden opgenomen in stukken die betrekking hebben op Indiëin ieder geval zal de regeering hare verbintenissen getrouw na komen. In het lagerhuis verzekerden de kanselier van de schatkist, lord Northcote, en Disraeli, dat de afkondiging was geschied geheel in overeenstem ming met de afgelegde verklaringen en genomen bes uiten en dat de keizerlijke titel in geen admi nistratieve documenten op Groot Britannië betrek king hebbende zal worden opgenomenalleen zal hij worden geïnsereerd op militaire brevetten omdat die zoowel voor het rijk in Europa als in Indië gelden. Tevens gaf hij te kennendat de koningin hem heeft gemachtigd te verklaren dat geen vroeger ministerie aangezocht was geworden om een wetsontwerp zooals thans was aangenomen aan de vertegenwoordiging voor te stellen. Dit alles is echter niet voldoende geweest om den storm te bezweren, die nog in volle kracht dreigt uit te breken. Integendeelgisteren heeft de heer James eene resolutie aangekondigd strekkende om te constateeren dat, in strijd met de verklaringen van het kabinet gedurende de discussie over het wetsontwerp betreffende de nieuwe titulatuur, in de proclamatie der afkondi ging niet voldoende wordt gezegd, dat de nieuwe titel alleen betrekking heeft op Indië. Door deze aankondiging van den heer James heeft de zaak een ernstiger karakter gekregen, want de markies van Hartingtonde leider der liberale partij, on dersteunt haar en moet zelf aan den premier heb ben gevraagd een dag te willen bepalen tot be handeling der resolutie. Disraeli heeft te kennen gegeven het voorstel van den heer James niet alleen te beschouwen als een votum van afkeu ring maar zelfs als van wantrouwen en heeft de behandeling er van vastgesteld op Donderdag a. De premier weet wel wat hij doet; hij is er van verzekerd, dat de ministerieele meerderheid nog sterk genoeg is om een votum van wantrou wen te verwerpen en natuurlijk heeft hij juist daarom die beteekenis aan het voorstel gegeven. Men kan nu een heftige discussie verwachten, die zal eindigen met de verwerping van het voorstel, en daarmede zal dan de quaestie zijn afgedaan. Intusschen beginnen sommige bladen en dit is niet minder bedenkelijk een loopje met de koningin te nemen. Zoo stelt Daily News voor een wetsontwerp in te dienen om de koningin „onfeilbaar" te verklaren. Evenals de keizerlijke titel moet strekken om een einde te maken aan de vorderingen van Eusland in Azië, zou de on feilbaarheidsverklaring der koningin een tegen wicht zijn tegen de aanmatigingen van het pausdom. Met dat al heeft de koningin haar zin gekregen. Misschien zou, indien een koning op den troon van Engeland zat, nooit iets van de zaak gekomen zijn, want de vrouwelijke eerzucht is in den regel ster ker dan die van den man, en ongetwijfeld zal het voor koningin Victoria en hare dochters een ge not zijn zich thans ook als keizerlijke majesteit en keizerlijke hoogheden te kunnen doen gelden nu de keizerin van Duitschland, met den hertog van Edimburg, wiens gemalin als een Russische prinses ook een keizerlijke hoogheid is, te Windsor is aangekomen, alwaar zij door de koningin en hare kinderen aan het station met hartelijkheid is ontvangen, 't Is wel jammer, dat het Engelsche hof, hetwelk steeds om zijn degelijkheid geroemd werd voor zoo kleingeestige naijver blijkt vat baar te zijn. Het beginsel der godsdienstige verdraagzaamheid heeft in Spanje gezegevierd. Bij de behandeling van het bekende artikel 11 der ontworpen consti tutie betreffende de vrijheid van godsdienst heeft de heer Alvarez een amendement ingediend, strek kende om de godsdienstige onverdraagzaamheid en het uitsluitend recht van bestaan der katho lieke kerk te handhaven. Hij betoogde dat de monarchie verloren was indien de eenheid van godsdienst werd prijs gegeven. Hierop werd echter door den minister-president, Canovas del Castillo, in een uitvoerige rede geantwoord dat indien het beginsel der godsdienstige onverdraagzaamheid mocht worden aangenomen, Spanje en misschien ook zijne koloniën in AmerikaAfrika en Azië, die met de geheele wereld in betrekking zijn, die betrekkingen niet zouden kunnen handhaven, 't Is een verblijdend verschijnseldat het amendement van den heer Alvarez met 226 tegen 39 stemmen werd verworpen. De verbreking van de kerkelijke overheersehing is een van de zekerste verschijnse len voor het aanbreken van een nieuwen, luister rijken dageraad voor het schoone land. Onderwijs, kennis, ontwikkeling, beschaving, arbeidzaamheid, zij werden allen onderdrukt door het kerkelijke juk; zij kunnen krachtig herleven als de vrijheid van godsdienst een nieuwen geest zal doen ontwa ken. Hoewel nog niet is gemeld ot artikel 11 reeds is aangenomen kan zijn lot nu wel aan geen twijfel meer onderhevig zijn. In dezen stand van zaken is het betreurens waardig, dat de toekomst van het ministerie door de financieele moeielijkheden niet helder is; zelfs de ministerieele afgevaardigden moeten hebben verklaard de voorstellen van den heer Salaverria niet te willen steunen waarvoor zooals men weet het kabinet de portefeuille-quaestie heeft gesteld. Ook de quaestie der fueros baart moeilijkheden; twee gedelegeerden van Guipuzcoa hebben reeds hun mandaat neergelegd terwijl de burgerlijke gouverneur van San Sebastian om die quaestie zijn ontslag heeft aangeboden. In de plaats gehad hebbende algemeene verga dering van aandeelhouders in bovengenoemde bank, waarvan wij reeds in het kort hebben melding gemaakt, zijn enkele zaken voorgevallen, die te merkwaardig zijn om er niet nader van te ge wagen. Zoo werd o. a. aan de directie gevraagd: „Wat is dat voor een syndicaat A, waarvoor de bank in 1875 een crediet van zes millioen heeft verleend?" „Het was eene vereeniging van personen, ver tegenwoordigd door een syndicus." „En wie was die syndicus?" „De heer Eugène 't Kint." „Uit welke personen bestond dat syndicaat?" „Dat weet ik niet." „Dus de bank opende een crediet van 6 millioen aan onbekende personen?" „De lijst der leden van het syndicaat is door de heer 'tKint opgemaakt en thans in handen der justitie." „O! O!" Na een oogenblik stilte nam een ander interpel- lant het woord: „Maar indien de heer 't Kint een lijst der leden van het syndicaat dat hij vertegenwoordigde heeft opgemaakt, moest gij die kennen. Noem hen." „De lijst is in handen der justitie." „Noem de namen." „Er is geen enkele waarborg, dat de lijst door den heer 't Kint opgemaakt juist en vertrouwbaar is. Bij een door ons ingesteld onderzoek hebben verscheidene personen, die door den heer 'tKint waren aangewezen als leden van het syndicaat, ten stelligste verklaard er geen deel van uit te maken. Door hunne namen te noemen zou men hen misschien blootstellen aan onrechtvaardige be schuldigingen, en aan de publieke kwaadwilligheid namen blootstellen, die misschien geen enkel ver wijt verdienen. Laat ons de justitie haar loop laten hebben. Zij zal over alle duistere punten licht kunnen doen opgaan." De vergadering bleek echter hiermede nog niet tevreden, want een der aanwezigen maakte de op merking „Het gerucht loopt, dat administrateurs of com missarissen van de bank deel van het syndicaat A zouden hebben uitgemaakt en dat de heer 't Kint in hun naam opereerde." De gouverneur der bank, de heer Fortamps raadpleegde met zijn collega's, waarop de advocaat Leclercq, die sedert een jaar commissaris is, ver klaarde, dat noch hij, noch eenig ander lid van het college van commissarissen deel van het syn dicaat A uitmaakte. Een gelijkluidende verkla ring werd ook door den heer Emérique afgelegd, die er nog bijvoegde, dat wanneer de heer 't Kint hem als lid mocht hebben aangewezen, die aan wijzing bepaald valsch is. Nadat alle commissarissen in dien zin hadden geantwoord, vroeg een aandeelhouder: „En de administrateurs dan?" Achtereenvolgens verklaarden de vier leden der administratie Sabatier, Fortamps, Vandevin, Coq en Gendebien, geen deel uit te maken van het syndicaat A. „Maar hoe heeft men dan aan dit syndicaat, dat niemand kent, een crediet kunnen openen van zes millioen „Dit crediet antwoordde de heer Fortamps is buiten ons weten geopend." „Door wie?" „Door de geëmploieerden van de bank." „Wie zijn zij?" De heer Fortamps antwoordt niet. „Noem hen! Wie zijn zij? Antwoordt!" „Hunne namen zijn in handen der justitie." „Dus de ambtenaren der bank kunnen, zonder machtiging en buiten weten der administratie, credieten van verscheidene millioenen openen voor onbekende personen, of voor een ondergeschikt ambtenaar die jaarlijks 5 of 6000 franken verdient De heer Fortamps trekt de schouders op, laat het hoofd voorover zakken en slaat de armen uit met eene beweging die beteekent: wat zal ik zeggen, het is niet anders. Eenige oogen blikken later werd aan den gou verneur gevraagd: „Wanneer hebt gij kennis gekregen der reke ning van het syndicaat A of van het crediet van 6 millioen ten behoeve van 't Kint geopend?" „Den 22«n October 1875." „En waarom hebt gij hem toen niet aangegeven en doen arresteeren Gij hebt immersvolgens uw eigen verklaringen, in September reeds een brief ontvangen, waarin 'tKint een dief wordt genoemd. Gij zoudt wel verliezen hebben kunnen voorkomen." „Wij hebben hem toen niet aangeklaagd omdat wij hoopten een deel der sommen, waarvan'tKint schuldenaar waste zullen terug ontvangen." (Gemompel). „Heeft hij iets teruggegeven „Wel zeker; terwijl op 22 October de schuld van het syndicaat A bedroeg 5,700,000 franken, was het op 8 Maart 1876 verminderd tot 4,522,233,99 franken." „En hoe is 't Kint aan die 1,200,000 frankenj die hij heeft teruggegeven, gekomen Nieuw stilzwijgen. „In welken tijd heeft 't Kint het meeste weg genomen „In het begin van November." „Dus na het ontdekken van zijne schuld van 6 millioen kon hij toch bij de depots komen „Ja". „En gij hebt het laten begaan!" (Nieuw ge mompel van ontevredenheid.) „Waartoe heeft 'tKint de fondsen van het cre diet gebruikt?" „Om op de aandeelen der bank te speeuleeren." „In welk jaar is dit crediet voor hem geopend „In 1873. Op het einde van 1873 had hij een schuld van 300,000 franken." „En op het einde van 1874?" „Den 31™ December 1874 was hij 2,400,000 franken schuldig." „En op het einde van 1875 5,700,000 franken. En gij wist niets?" „Wij hebben het den 22™ October vernomen." Een Antwerpsch aandeelhouder merkt op, dat in de boeken het crediet niet voorkomt ten name van het syndicaat A, maar ten name van 'tKint persoonlijkwaarop de heer Fortamps verklaarde, dat dit wel' mogelijk is, maar dat in de staten en overzichten, die aan de administratie worden overgelegd steeds de naam van het syndicaat voor kwam en nooit quaestie was van 'tKint. „Ziet gij dan nooit de boeken na Slaat gij daar nooit een blik in?" De administratie bewaarde het stilzwijgen. „En de commissarissen? Hoe voldoen zij aan bun mandaat? Waarin bestaat hun controle? Zij zijn verantwoordelijk als zij in gebreke zijn.'J Een der commissarissende heer Louis Devries, stond op en wierp alle verantwoordelijkheid van zich afhij verklaardedat het college van com missarissen een zoo volkomen vertrouwen in de administratie steldedat het overtuigd was dat er voldoende waarborgen zouden zijn om het cre diet, voor het syndicaat A geopend, te dekken. „Welke waarborgen?" „Wel titels, waarden in onderpand." „En gij hebt nooit gevraagd die titels of waar» den te zien „Wij koesterden vertrouwen." Het schoonerschip Frantjoisgezagv. Rijke, te Ylissingen den 2en dezer, van Middelburg ko mende, naar buiten geschut, vertrok heden naar zee, in ballast, bestemd naar Riga. Het stoomschip Friesland is des middags van den 3™ dezer Ouessant (op de Fransche kust) voorbijgevaren. Gent 5 Mei. Roode en witte tarwe op staal fr. 28.50 met opslag; rogge ad 100 kilo fr. 20.50; gerst fr. haver fr. 24.50boekweit fr. 17.—; paardenboonen fr. 20.koolzaad, fr. 43. lijnzaad fr. 34.— lijnkoeken fr. 28.50; koolzaad koeken fr. 20.50; boter fr. 3.15 per kilogram; eieren fr. 2,per 26 stuks. Vlissingen, 5 Mei. Boter per kilogram 1.22 a ƒ.1.30. Eieren 3.10 per 104 stuks. Amsterdam, 5 Mei Raapolie op zes weken ƒ371. Lijnolie ƒ361.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1876 | | pagina 3