4fj
Teiegraphische berichten.
Benoemingen en besluiten.
0 n d e r w ij s.
Kerknieuws.
Marine en leger.
Koloniën.
zouden wij er den Nederlandsclien werkmans
stand van harte mede geluk wenschen. Zoo
als de zaken staanbij de klimmende eischen
welke dagelijks aan ons financiewezen gesteld
worden en in de toekomst meer en meer gesteld
zullen worden kunnen wij ons wel vereenigen
met de woorden van den heer de Bruyn Kops
toen hij den 19™ December 1874den wensch
uitdrukkende dat de accijns op het zout en de
zeep afgeschaft en op den jenever overgebracht
zou wordenzeide
„Ik weet dat er bij velen gemoedelijke be
zwaren bestaan om uit die bron inkomsten
voor den staat te trekken. Er wordt ook ge
zegd dat men bij belastingen niet zooveel aan
éen spijker hangen moet. Doch mij dunkt,
die spijker zit dan toch tamelijk vast. Ik
geloof dat het ruim verbruik van gedistilleerd,
naar hetgeen de Staats-courant ons maand aan
maand voor oogen stelt, bij ons vrij wel als
constante grootheid aan te nemen is. En als
dit eenmaal zoo is, waarom zou het rijk er
dan geen ruim belastingmiddel van mogen
maken?"
,=5=^
Z. M. de koning is heden middag te 2 uren
30 minuten met een extra-trein te Amsterdam
aangekomenom aldaar gedurende een zestal
dagen te vertoeven. De wacht aan het paleis zal
om den anderen dag door de infanterie en de ste
delijke schutterij betrokken worden. De muziek
korpsen zullen op den Dam spelen.
Door den gemeenteraad van St. Laurens is
bij zijn besluit van 24 April met den laatsten
Juni a. s. aan den heer A. A. Sanders eervol ont
slag verleend als secretaris der gemeente St. Lau
rens en als zoodanig benoemd de heer G. J.
Nijland, notarisklerk te Middelburg.
In tegenwoordigheid van een twintigtal hunner
is eergisteren door de ambtenaren (zoo van de
registratie en domeinen als van het kadaster) in
de directie aan den heer E. H. E. W. Mathon,
directeur der registratie en domeinen te Middelburg
(tot hypotheek-bewaarder te Amsterdam benoemd)
een huldeblijk aangeboden, bestaande in een met
zilver gemonteerd album, bevattende de portretten
dier ambtenaren.
Die aanbieding had plaats bij monde van don
heer de Vassij inspecteur alhierdoor wien bij
die gelegenheid een hartelijke toespraak werd ge
houden, welke door den heer Mathon niet minder
hartelijk werd beantwoord.
Er bestaat gelegenheid tot verzending der cor
respondentie naar Nederlandsch-Indië door middel
van het stoomschip Frieslandvan de Rotter-
damsche Lloydwaarvan het vertrek uit Vlissin-
gen op den 29en April a. is bepaald.
Behalve voor Batavia zal er met deze gelegen
heid mede eene brievenmaal naar Padang worden
gezonden.
De brievende gedrukte stukken en monsters
van koopwaren bestemd om met deze gelegenheid
te worden verzondenbehooren uiterlijk den 29en
April 's morgens per eersten trein te Vlissingen
aangekomen te zijn.
Het departement Zaandam der Maatschappij
tot nut van 't Algemeen heeft besloten aan de tweede
kamer een adres van instemming met het wetsvoor
stel Moens aan te bieden en om op de algemeene
vergadering der Maatschappij het voorstel te doen,
ten zijnen eigen koste in 't effen te brengen. Nie
mand was er de schuld van dan de hulppredi
ker zelf, die dwaselijk alle gelegenheden om voor
uit te komen verzuimd had. Als iemand niets
voor zich zeiven deed, waren dan anderen, die hem
te nauwernood kenden, verplicht het voor hem te
doen? Dit argument was onweerlegbaar; niets kon
verstandiger geredeneerd zijn, en toch drong de
overtuiging zich aan Mildway op, dat Brentburn
zelf hem zeer weinig ter harte ging. Hij had een
degelijker levensdoel begeerd dan hij aan de aca
demie kon vinden, doch koesterde overigens geen
bepaalde voorliefde, voor deze plaats, noch was hij
in gemoede verzekerd dat hij er nut zou stichten.
En waarom zou hij dan zoo luchthartig aannemen,
wat hem geen opoffering kostte te laten varen,
terwijl het voor den armen hulpprediker eene
vraag van te zijn of niet te zijn was? Aan den
anderen kant weer moest er op de belangen der
gemeente gelet worden. Indien zij eens, hoe
vreemd het mocht schijnen, St. John niet tot vast
predikant begeerde Indien zijne armoede, zijne
overmatige zachtzinnigheid hem eens ongeschikt
voor die betrekking maakten Het argument
scheen wel allerongelukkigst, voor zooveel het op
geld betrekking had, maar het was toch niet
anders. De Ascott's bijv. waren vriendschappelijk
jegens St. John gezind en oordeelden er toch zoo
over. Hoe het zij, Mildway was erg verlegen
met de zaak. Hij wenschte dat hij niet ware
overgekomen om het dorp te zien, evenals het
een kunstenaar soms heeft gespeten dat hij de
indien het voorstel dan nog niet door de staten-
generaal behandeld mocht zijndaarmede
namens de geheele Maatschappij instemming te
betuigen.
De dienst op de lijn Zwaluwe—Zevenbergen
is aldus geregeld:
De tegenwoordige personendienst op het gedeelte
ZwaluweMoerdijk wordt ingetrokken en vervan
gen door eene nieuwe regelingdie verband houdt
met den loop der treinen tusschen Zevenbergen en
Zwaluwe.
Moerdijk vertrek 7.18, 1.53;
Zwaluwe 7.33, 2.8, 7.30;
Zevenbergen aank. 7.48, 2.23, 7.45;
Zevenbergen vert. 8. 12.20, 6.55;
Zwaluwe 8,25, 12.45, 7.10; 8.20;
Moerdijk aankomst 8.32, 12.52. 8.27.
Het Utrechtsch dagblad vermeldt onder de ge
ruchten welke thans te 's Gravenhage loopen,
de volgende:
Over een voorgenomen huwelijk van den prins
van Oranje met eene der dochters van den gewe
zen koning van Hannover zou veel gesproken wor
den in kringen, waar de prins, als hij zich te 's Hage
bevindt, dagelijks verkeert.
Hiermede wordt bedoeld de oudste dochter van
koning George V, zijnde prinses Frederika Sophia
Maria Henriette Theresiageboren den 9™ Janu
ari 1848. Daar de ex koning bekend staat als een
der rijkste vorsten van Europa zou dit huwelijk
onzen troonsopvolgerbij gebrek van invloedrijke
politieke relatiënwelke eene verbintenis met de
dochter van een onttroond vorst moeilijk bezorgen
kangroote rijkdommen doen verkrijgen.
Verder zou Z. M. de koning sedert geruimen
tijd misnoegd zijn op het beroemde muziekkorps
der grenadierszou de directeur Dunkier om die
reden reeds vroeger zijn ontslag verzocht hebben
en zou de vergunning om zich buiten 's lands te
doen hooren, ook nu weder daarom aan het korps
geweigerd zijn.
Eindelijk zou er sprake zijn van de aftreding
van jhr. mr. F. G. A. Gevers Deijnoot, als burge
meester van 's Hagedaar deze in aanmerking
zou komen voor de benoeming tot commissaris des
konings in Zeeland.
Wij deelen al deze dingen mede zooals wij ze
vermeld vinden. Dat het „praatjes" zijn, schijnt
reeds hieruit te blijken dat dezelfde berichtgever
meldt dat de eerste kamer eerst Maandag den
len Mei de wet op het hooger onderwijs aan de
orde zou stellen. Uit ons kamer-telegram van
gisteren heeft men kunnen zien dat deze wet reeds
morgen in beraadslaging komt.
Op verzoek is de heer. E. A. L. Quadekker
eervol ontslagen als plaatsvervangend districts
veearts te Neuzen, en als zoodanig benoemd de
heer Th. J. F. Kegelaerte Hulst.
onderscheidingen. Verlof verleend aan S. R.
Ruyssenaers, attaché honorair bij Zr. Ms. gezant
schap te Parijs, tot het aannemen der versierselen
van ridder 4e klasse der orde van Medjidié, hem
door Z. M. den sultan van Turkije geschonken;
en aan J. S. Schaar Prins, brigadier-titulair der
rijksveldwacht, te Aalten, tot het aannemen en
dragen van het algemeen eereteeken, hem door
Z. M. den keizer van Duitschland, koning van
Pruisen, geschonken.
Benoemd tot ridder der orde van den Nederland-
schen leeuw mr. D. R. Wijckerheld Bisdom, kan
tonrechter te Groningen.
natuur, die lastige werkelijkheiddie zich naar
geen theoriën plooit, had geraadpleegd, 't Zou veel
beter geweest zijn, indien hij maar in eens geko
men ware, zonder de omstandigheden te kennen;
nu daarentegen werd hij neêrslachtig gemaakt
door de overweging van zaken, waarmeê hij
eigenlijk niets te doen had.
Terwijl hij met deze gedachten vervuld voort-
wandelde, ontmoette hij de oude vrouw, die hij
een dag te voren bij den poel gesproken had en
die hem toen had uitgenoodigd in haar huisje wat
te rusten. Tot zijne verwondering (want hij her
kende haar niet dadelijk) maakte zij eene neiging
en bleef staan om hem aan te spreken. Daar het
in den vollen middaggloed was zou Mildway er
gaarne van verschoond gebleven zijn, om niet
te zeggen dat hij ook zoo spoedig mogelijk in de
pastorie terug wilde zijn, om het dien morgen
met Cecily aangevangen gesprek af te handelen,
'tgeen hij zich diets maakte dat volstrekt noodig
was. De oude vrouw Joel versperde hem den weg.
Zij had een grooten ouderwetschen stroohoed op,
die haar tegen de zon beschermde en kon de
hitte ook beter verdragen, daar zij er meer aan
gewoon was dan Mildway.
„Ik hoor, mijnheer, dat gij de nieuwe dominé
zijt die hier komt," begon zij. „Ik ben een arme
vrouw, mijnheer, de weduwe van Job Joel, die als
jongen en man meer dan veertig jaar aan de kerk
van Brentburn verbonden is geweest. Hij begon
in het koor, dat deed hij, en hij speelde de viool
in zijn tijd; en toen dat niet meer ging, kreeg hij
notarissen. Benoemd tot notaris ter standplaats
Anjumgemeente Oostdongeradeel, m'. T. IJ.
Kingma Boltjes, advocaat en candidaat-notaris te
Grouw, alsmede plaatsvervangend kantonrechter
in het kanton Rauwerd.
burgemeesters. Als burgemeester der gemeente
Philippine ontslagen J. F. M. van Haelst.
congressen. Benoemd tot vertegenwoordiger van
de Nederlandsehe regeering op de negende zitting
van het Internationaal statistisch congres, in Augus
tus 1876 en volgende dagen te Budapest te houden,
mr. H. P. G. Quack, hoogleeraar aan de hooge-
school te Utrecht.
leger. Overgeplaatst in rang bij het regiment
grenadiers en jagers de kapitein W. L. de Petit
van het 2e regiment infanterie.
Overgeplaatst in rang en ancienneteit bij het
wapen der infanterie van het leger in Nederlandsch
Indië de 2e luitenants H. Hemmes en J. F. T.
Veeren, respectievelijk van het 6e en 8e regiment
infanterie.
De heer J. A. Bientjes, leeraar in de wis
kunde en het boekhouden aan de hoogere burger
school voor meisjes te Amsterdam, heeft zijn
ontslag aangevraagd.
Te Sir Jansland werd op Zondag 23 April
bevestigd door den heer L. R. Oldeman, predikant
te Ouwerkerk, de heer A. C. Kamerman van Oud
Gastel. De bevestiger had tot tekst gekozen:
1 Thess. 5 vers 12 en 13».
De bevestigde hield zijne intreerede naar aan
leiding van 2 Cor. 4 vers 5—7.
De minister van marine brengt in de de Staats
courant van heden, ten vervolge op de bekend
making van den 31en Januari jl., ter kennis van
belanghebbenden, dat bij 's konings besluit van
den 19™ 'dezer, eene wijziging is gebracht in
den gestelden leeftijd voor artsen, die wenschen,
onder genot van een premie van 6000, voor den
tijd van vier jaren als officier van gezond
heid 2e klasse bij de marine in dienst te treden.
Die leeftijd, vroeger vastgesteld op 30 jaren,
wordt met tien jaren vermeerderd en alzoo ge
bracht op een maximum van 40 jaren.
De op nonactiviteitstelling van den luitenant
ter zee 2e klasse J. Fiohet, met den laatsten
dezer, wordt ingetrokken en beschouwd als niet
te zijn geschied.
De officier van gezondheid 1" klasse J. J.
Dekkers, laatst behoord hebbende tot de zee
macht in Oost Indië en den 12en dezer in Neder
land teruggekeerd, is met dat tijdstip op nonac
tiviteit gesteld.
Voor den burgerlijken dienst in Nederlandsch-
Indië is éen gouvernements-veearts benoodigd.
De voorwaarden zijn in de Staats-courant van
heden omschreven.
Het Vaderland meldt dat te Vlissingen eer
lang twee mannenvader en zoon met twee
zusters in het huwelijk zullen tredenzoodat de
zoon zwager van zijn eigen vader wordtde
schoondochter wordt tevens schoonzuster van haar
schoonvader en de schoonmoeder tegelijk schoon
zuster van haar schoonzoon. Worden de huwelijken
het postje van koster, en als koster is hij gestor
ven. M ij rkonden zij niet tot koster maken, daar
ik maar eene vrouw ben; maar Dick Williams, die
nu de koster is, heeft geen vrouw, en zoo ben ik
de schoonmaakster en de stoelenzetster van de
kerk gebleven, en ik hoop dat mijnheer mij dat
baantje, waar ik oud in ben geworden, zal laten
houden."
„Wat zoudt ge er van zeggen als mijnheer
St. John wegging?" vroeg Mildway zonder in
leiding.
De oude vrouw keek hem half verbaasdhalf
achterdochtig aan, en neigde nogmaals, om tijd te
vinden tot het bedenken van een antwoord.
„Mijnheer St. John, mijnheer?" sprak zij. „Wel
'tis een lief, goed man, en zoo onschuldig als
een zuigelingmijnheer. Als hij weggingmijn
heer, zou er veel aan hem gemist wordeu," en bij
die woorden trachtte zij op zijn gelaat te lezen in
welken zin hij wilde dat zij zou antwoorden,
't geen een der hoogste studiën van de armen is.
„En als hij weg moet, na hier zoo lang gestaan
te hebben, waarom zou men u dan niet ontslaan
zei Mildway. Hij gevoelde dat hij dwaze vragen
deed, maar dat was het gevolg van zijne inwendige
Verwarring, en eigenlijk verwachtte hij er ook
geen antwoord op. Hij glimlachte onwillekeurig
over dat plan, om aan de schim van den hulp
prediker een menschenoffer te brengen.
Vrouw Joel was geheel ontdaan over de onver
wachte wending van het gesptek.
„De hemel bewaar me!" riep zij uit, een stap
met kinderen gezegend, dan worden de kinderen
van den zoon de kleinkinderen van hun oom en
die van den vader de neefjes en nichtjes van hun
stiefbroer.
De luitenant-k oionel Diepenbroekvan het
Ned. Indische legerdie nog altijd lijdende is aan
eene in Atchin bekomene wond heeft vergunning
gekregen om gedurende twee jaren in Europa ge
nezing te zoeken zullende alle kosten van ver
voer, verblijf, behandeling enz. door den staat
gedragen worden.
Tengevolge van eene onvoldoende inrichting
der zeesluis aan den Zuidvlietpolder in de ge
meente Wolfaartsdijk en nu onlangs tevens door
een verzuimis reeds een en andermaal zeewater
in dien polder gevloeidwaardoor de laag gele
gene gronden zeer onvruchtbaar zijn geworden,
tot schade der pachters. (Zier. Nieuwsb.)
De betrekking van kommandant der zee
macht (oudst aanwezend zeeofficier) ter reede
Soerabaya is door den kapitein ter zee J. K. van
de Kruijsse Pilaar overgenomen van den kapitein
ter zee J. A. Vandevelde.
De minister van koloniënbaron van Golt-
steinheeft het eere-voorzitterschap van het
comité voor het te Gouda op te richten Houtmans
monument aanvaard.
In de Kaapstad (Kaap de Goede Hoop) is
onlangs overleden de heer H. P. Klerckgepen
sioneerd kapitein ter zee. Hij was in het Kaap
land geboren en na 40jarigen dienst bij de Neder
landsehe marine derwaarts teruggekeerd om zijne
hoogbejaarde moeder gezelschap te houden. Bij
zijne begrafeniswelke met groote plechtigheid
plaats had, was de doodkist met de Nederland
sehe en Engelsche vlaggen en met het ridder
kruis der militaire Willemsordedat den over
ledene bij de Bonische expeditie was toegekend,
versierd. De broeders-vrijmetselaren der Kaapsche
loge waren in korps bij de begrafenis tegen
woordig.
Het laatste detachement mariniers zal in het
laatst der volgende maandonder bevel van den
len luitenant B. A. Verheijmet het stoomschip
Voorwaarts uit Atchin te Nieuwediep terugkeeren.
Te Scheveningen zal gedurende het aan
staande badseizoen weder verblijf houden prins
Albert van Pruisenzoon van H. K. H. prinses
Marianne der Nederlandentante des konings.
De directeur van 's rijks museum te 's Hage,
de heer D. van der Keilenheeft te Purmerend
een vijftigtal geschilderde glazen van groote waarde
en een geschilderd behangsel, dat gedurende
150 jaren door overplakking onzichtbaar was ge
weest, aangekocht.
Voor bouwgronden in de voormalige Stil
steeg, thans de Paleisstraat te Amsterdam, werd
gisteren besteed de som van f 23,000 of ongeveer
ƒ200 per vierkanten meter, zijnde waarschijnlijk
de hoogste prijs die aldaar ooit voor grond betaald
werd.
In het jaar 1874 heeft mevrouw de weduwe
F. de Lanoy, geb. van Manen, een kapitaal aan
geboden aan dr. J. W. Bok, predikant bij de Remon-
strantsche gemeente te Amsterdam, met het doel om
daarvoor eenige burger- en werkmanswoningen te
bouwen, ter verhuring tegen matigen prijs aan ge
zinnen in de eerste plaats uit de Remonstrantsche
gemeente zelve, maar voorts zonder uitsluiting
van eenige godsdienstige belijdenis. De opbrengst
dier verhuring zou moeten strekken voor de eene
helft om de diaconie der gemeente te ondersteu
nen, voor de andere helft tot stichting van een
fonds onder den naam van „Remonstrantsche
stichting", uit welk fonds aan jongelieden, wedu
wen en weezen, die hulp behoeven en verdienen,
maar uit de bestaande klassen en inrichtingen niet
kunnen geholpen worden, ondersteuning kan wor
den verschaft.
Als uitvloeisel van dit schoone denkbeeld, ver-
achterwaarts doende, maar daarop hare tegenwoor
digheid van geest herwinnende, sprak zij„'t Is
mijnheer St. John niet geweest, mijnheer, die mij
dat postje gegeven heeft, maar de dominé zelf.
Mijnheer St. John is een juweel van een man,
maar hij is, om het zoo te zeggen, mijn meester
niet. Bovendien zijn er velen die het werk van
een dominé kunnen verrichten, maar weinigen,
zelfs in dit dorp, die het mijne kunnen doen.
Het ontslag van mijnheer St. John, mijnheer, zou
een verlies zijn, maar het mijne. Zij vol
tooide den zin niet, maar maakte weêr eene neiging.
Mildway moest zijns ondanks lachen en zet
„Ik begrijp het al. Uw ontslag zou een nog grooter
verlies voor de gemeente zijn. Nu, misschien is
dat waarmaar als er goede redenen zijn waarom
hij moet vertrekken, zullen dezelfde redenen be
staan voor u."
Wordt mrtoljjd.)