Ingezonden Stukken. Réclames. rti n gen. Zee t Belgische brieven Graanmarkten enz, EPrfJzen van effecten. tussehen den Oosterijkschen gedelegeerde en de opstandelingen zonder resultaat zijn afgeloopen en dat de eischen van laatstgenoemden weder bezwa- render zijn geworden. Behalve de verwijdering der Turksche garnizoenen vragen zij thans, geheelen afstand in eigendom van een derde der gronden die door de Christenen worden bebouwd,weder opbouw van de verwoeste woningen voorziening in het onderhoud der geruïneerde gezinnen gedu rende een jaar en vrijstelling van belastingen gedurende drie jaren. Zij willen voorts hunne wapenen behouden totdat de hervormingen volko men zijn ingevoerd.De administratieve hervormingen in de nota van graai Andrassy bedoeld zullen moeten worden ingevoerd volgens eene overeenkomst tussehen de Herzegowiners en de garandeerende mogendheden te sluiten. Eindelijk eischen zij de instelling van een Europeesehe commissie om te waken voor het verleenen van hulp en den terug keer der vluchtelingen, terwijl daarenboven Rus- sische en Oostenrijksche agenten moeten worden belast met de controle op de uitvoering der her vormingen in de zes versterkte plaatsen, waarin de Turksche troepen zullen moeten worden ge concentreerd. Baron Boditch heeft hierop geantwoord, dat de opstandelingen vóór alles de wapenen moeten nederleggen. Dat zij aan dien eisch niet willen voldoen kan men hen waarlijk niet ten kwade duiden. De verraderlijke trouweloosheid van Tur kije is niet geschikt om iemand te bewegen zich weerloos in zijn macht over te geven, vooral niet in een toestand als de thans bestaande nn de Turken met het oog op de eventüeele concessie nog veel grooter haat tegen de Slavische Christe nen koesteren dan vóór het uitbreken van den oorlog. De hoofden hebben dan ook uitdruk kelijk verklaard de wapenen niet te zullen neder leggen voordat zij voldoende waarborgen zullen hebben verkregen. Na het vertrek van generaal Boditch hebben de hoofden nog eene ontmoeting met den Eussischen gedelegeerde Wesselitsky gehad en hem in gelij ken zin geantwoord, terwijl zij hem tevens de noódige volmacht hebben verstrekt om hen zoowel bij de mogendheden als bij de Porte te vertegenwoordigen ter verkrijging van de door hen verlangde voor waarden. Dit laatste komt ods eenigsins verdacht voor en wekt het vermoeden op dat de opstandelingen voor hunne zaak meer steun ver wachten van de zijde van Busland dan van Oosten rijk. Ook dit zal nader moeten worden opgehel derd. Voor 't oogenblik zijn alle onderhandelingen afgebroken en zijn de hooiden der opstandelingen naar de hergen teruggekeerd, waarvan zij nu de Turksche troepen weder zullen bestoken. Het onderzoek der geloofsbrieven in de Fran- sche kamer spoedt ten einde. Gisteren morgen moest nog over acht verkiezingen worden beslist, waarvan drie werden afgedaan, zoodat nog vijf overbleven. Die van den monarchaal Lachambre is goedgekeurd, waarop die vau ex-vice-keizer Bouherden wel bekenden Bonapartistischen leider voor Ajaceio, zonder eenig debat is vernietigd, terwijl de Bonapa'rtistische rechterzijde zich van de stemming onthield, en eindelijk die van den re publikein Dubois te Havre werd goedgekeurd, Daar geen ander rapport over geloofsbrieven meer gereed was, verzocht de heer de Cassagnac, dat het rapport der commissie voor de amnestie-voor stellen zou worden overgelegdwelk verzoek door den heer Baudry d'Asson werd gesteundopdat de behandeling van dat ontwerp nog voor het reces zou kunnen plaats hebben. Of dit echter zal ge schieden is zeer twijfelachtig, want zoowel de meerderheid der gematigde linkerzijde als de re geering willen wel dat het rapport voor het reces zal worden overgelegd, maar wenschen de behan deling tot de hervatting der werkzaamheden te zien uitgesteld. Het linkercentrum is bereid de urgentie te steunen, maar zal waarschijnlijk met den wensch der regeering tot verdaging na het reces genoegen nemen. Deze groep het-ft zich met eenparigheid van stemmen tegen een geheele of gedeeltelijke amnestie verklaard Het rapport van den heer Leblond zal waarschijnlijk heden worden voorgelezen. De commissie uit den senaat voor hetzelfde onderwerp heeft haar rapport ingediend, doch de rapporteur, de heer Paris, verzocht dat de behan deling daarvan zou worden uitgesteld totdat dit onderwerp ook in de kamer zou worden behan deld, hetwelk ook de wensch der regeering was. De senaat heeft daarmede genoegen genomen. In dezen tak der wetgevende macht werd gisteren een langdurige discussie gevoerd over de verkie zing van den heer Lajaille te Guadeloupe, die eindelijk met 169 tegen lid stemmen is goedge keurd, waarop de leden tot den 10™ Mei a. op reces zijn gescheiden. Behalve de Fransche tweede kamer zet ook nog het Engelsshe lagerhuis zijne werkzaamheden voort, waarin gisteren eene interpellatie van den heer Bitchie betreffende de suikerquaestie aan de orde was. De ondersecretaris van staat voor buiten- landsehe zaken, de heer Bourke, zeide o. a. dat de afschaffing van de rechten op de suiker in Nederland, het beste middel zou zijn om van de premies bevrijd te worden. De regeering van Engeland is bereid alle voorstellen der Nederland- sche regeering betreffende eene suiker-conventie te ontvangen. Tengevolge der daling in de prijzen van Egyp tische effecten zoowel te Londen als te Alexandrië heeft Zondag op de beurs in laatstgenoemde stad een vrij oproerige demonstratie plaats/gehad van eigenaren van zoodanige waarden, j&oo zelfs dat er: „weg met den khédive! wegzet den minister van financiënwerd geroepen, e/a tengevolge waar van groote agitatie onder tie bevolking heerscht. Brussel, 9 April. Men kent van ouds de tactiek van alle tegen standers der vrijheid, welke daarin bestaat dat.zij zich met kracht vastklemmen aan sommige vrij heden die tot bereiking hunner doeleinden dienen kunnenmaar van alle andere vrijheden daaren tegen niets weten willen. Van deze tactiek is de leider onzer liberale partij, de heer Frère Orbam het slachtoffer geworden. In langen tijd heeft men op de tribune onzer kamer van afgevaardigden niet in zulke krachtige en indrukwekkende bewoordingen hooren spreken over de vrijheid in het algemeen en over die van het onderwijs in het hijzonderals door den heer Frère gedaan werd. „De studie der wijsbegeerte, der geschiedenisdie van het staatsrechtdie der staathuishoudkunde zeide hij welke thans door het stelsel der gemengde examen-jurys als het ware verlamd wordtmoet meer dan ooit dienstbaar gemaakt wordèn aan de verdediging onzer vrije staatsinstellingen. Het openbaar ouderwijs moet in dit opzicht verbeterdja hervormd worden. Wij mogen niet aarzelenonze instellingen van hooger onderwijs moeten aan hare roeping tot bevordering van het algemeen belang beter vol doen. Het is mogelijk dat ik mij vergis, maar ik beklaag hen die de goede zaak van het liberalisme afhankelijk wanen van de allertreurigste, door en door onzedelijke instelling der examen jurys. Wat mij aangaat, ik wensch de opheffing daarvan tot bevordering van het doel dat ik daareven omschre ven heb, en ik laat het oordeel over mijne hande lingen gerust aan de uitspraak van mijn land over." Men zou hier niet veel tegen kunnen zeggen. Maar wat is er gebeurd De vrijheid der geleerde betrekkingen was voor den heer Frère zoowel het punt, waarvan hij uitging, als dat waartoe hij wenschte te komen. De vrijheid om op eigen gezag en op eigen risico diploma's uit te reiken, welke hij aan alle universiteiten wilde toekennen, was voor hem een middel om zijne verdere be doelingen te hereiken, niets meer. Hot is mijn voornemen niet het doel, dat hij zich voorstelde, hier te bespreken; maar wat ik wil doen uitko men, is dat de clericale partij zich van zijn voorstel uitsluitend datgene heeft toegeëigend, wat zij wist dat voor haar voordeelig zou zijn. Dat was name lijk de toekenning van het jus promovendi aan de Leuvensche hoogeschool en aan alle andere faeulteitsscholenwelke de jezuieten zullen goed vinden met het geld der geloovige zielen op te richten. Toen de heer Frère Orban echter op artikel 1 van het wetsvoorstel, zooals het door de centrale sectie opgemaakt waseen amendement voorstelde, met het doel althans een gedeelte zijner denkbeel den in de wet op te nemen en de betrekking van advocaat volkomen vrij te maken, werd hij in den steek gelaten door het ministerie, door de centrale sectie en door de clericale meerderheid, welke met niet meer dan achttien stemmen zich vóór zijn amendement verklaarde! Den liberalen staatsman zullen hierdoor de schel len van de oogen gevallen zijn indien hij zich althans nog eenige illusie maakte. Zich er over verwonderen kon hij echter niet. Hij kende im mers de ultramontanen. Maar waarom heeft hij zich dan niet van de rechterzijde losgemaakt Waarom niet gezegd tot hen, die zich met zijn naam dekken en zijn invloed aan de bereiking hunner plannen dienstbaar maken„Wij moeten gelijk oversteken. Ik ben met u voor de vrijheid van de toekenning der academische graden, ik wijk daar niet van afmaar stem gij dan ook met mij voor de werkelijke vrijheid der geleerde betrek kingen of neem althans reeds nu in de wet de noodige waarborgen op voor de benoemingen bij de rechterlijke macht" Alleen door deze houding aan te nemen kon de heer Frèrevoor een deel ten minste, het kwaad herstellen dat hij te goeder trouw (daaraan wil ik niet twijfelen) aan zijne partij berokkend had. Hij was echter te trotscü om vatbaar te wezen voor eenige redeneering. Daardoor heelt hij tot het einde toe volgehouden en zal hij voor deze noodlottige wet stemmen, die door de kamer aan genomen maar door de meerderheid der ernstig doordenkende liberalen afgewezen is. In mijne jeugd, toen ik nog op de schoolban ken zat, was het mij niet mogelijk de zonderlinge wet van het ostracismus te begrijpen, welke te Athene bestond en niet alleen toeliet dat de grootste burgers uit de republiek verbannen werden, maar van welke men zich bijna uitsluitend bediende tegenover hen, die groote diensten aan hun land bewezen hadden. Mij scheen die wet destijds de ergste aller onrechtvaardigheden toe. Sedert ik echter aan de staatkunde deelneem, begrijp ik iederen dag de beteekenis dezer wet heter. De Atheners hadden gelijk en hun verstan dige wetgevers redeneerden aldus: Hoe grooter een man ishoe grooter de diensten zijnwelke hij in een vrij land aan het algemeen welzijn be wezen heeft, hoe gevaarlijker hij op een gegeven oogenblik voor zijn land worden kan. Hetgeen de heer Frére Orban gedaan heeft strekt tot verschooning, zoo niet tot rechtvaardiging, van het ostracismus, dat te Athene op Aristid.es den rechtvaardige werd toegepast. Mijnheer de Redacteur! Vergun mij voor onderstaande regelen eenige ruimte in uw blad. In N° 83 van de Middelburgsche courant komt eèn ingezonden stuk voor van den heer P. van der Meulengymnastiek-leeraar te Goes, waarin hij eenige aanmerkingen uitspreekt aangaande de gymnastiek-uitvoering op 30 Maart jl. alhier. „Het doel der uitvoering is edel en mensch- lievend", aldus vangt hij aan; en waar hij dit zoo gul erkent, bevreemdt mij zijn schrijven te meer, daar men toch bij een zoo edel, mensch- lievend en belangeloos doel ciitiek buitensluit. Het middel was zijns inziens niet eerlijk: het publiek zou, volgens programma, eene gymnas tiek uitvoering zien en werd onthaald op kunsten makerij en effectmakende toeren. Wil de heer v. d. M. aldus onze werkzaamheden van dien avond betitelen, mij is het wel; maar, naar het mij voorkomtheeft hij zich verzien en in plaats van gymnastiek u i t v o e r i n g gymnas tiekles gelezen. De eischen toch, die hij gene stelt, zijn alleen op deze van toepassing. Hij wil geregelde en geleidelijke opklimming van oefenin gen, heel goed, maar op eene les! De verschil lende bewegingen bij deze moeten met zorg wor den gekozen en niet afhangen van een oogenbhk- kelijke luim van onderwijzer of leerling. Bij eene openbare uitvoering is men m. i. daaraan vol strekt met gehoudenmen laat het publiek niet zien lioe, maar wel wat men onderwijst. „Men is nog al eens gewoon om zaken tot een dergelijk doel te behandelen als dcoden", zoo schrijft hij verder en terecht, maar ik plaats daar tegenover: men is nog al eens gewoon om vele zaken te beoordeelen zonder bijkomende omstan digheden in aanmerking te nemen en zonder gron dige kennis. De heer v. d. M. roemt de vlug heid en kracht der werkers, maar ontzegt hun daarbij de vereischte netheid. Hoe dit te rijmen I3 netheid van werken dan niet eene trouwe gezellin van kracht en vlugheid? is zij niet onaf scheidelijk aan beide verhonden? Iedere beweging immers, die krachtig en vlug plaats vindt, is daarom reeds net De vrije, samengestelde bewegingen met de on derste en bovenste ledematen waren te vlug en daarom niet krachtig genoeg, zegt v. d. M. Krach tig behoeven deze ook niet te zijn, wel vlug het, zijn slechts voorbereidende oefeningen, en wil men ze krachtiger, welnumen geve den gymnast halters of een halterstaf in de hand. Vlugheid is en blijft hier de hoofdzaak; men gewenne de spieren vaardig aan den wil te gehoorzamen, op dat de geest, die bij levenslustige kinderen zoo moeielijk lang bij eene zaak te bepalen is, tot denken worde gedwongen en daardoor gedachte loosheid en wilszwakte worden verbannen. Een flink kommando wenscht de beer v. d.M., ik ook, maar voor een kommandant van eene afdee- ling cavalerie of infanterie, niet voor een gymn. leeraar, die onderwijzer en opvoeder, maar geen africhter is. Het kommando ware ook ten eenen- male overbodig geweest: de oogen der leerlingen waren bij de vrije oefeningen onafgebroken op hunnen leeraar gevestigd en eene kleine vinger wijzing van dezen was meer dan voldoende ter -verandering van stand of beweging. Verder zegt de heer v. d. M.„afwisseling van beweging ter oefening van alle licbaamsdeelen bestond niet." Om dit te bewijzen verwisselt hij voor het gemak n° 2 en 3 van het programma, teneinde zijne ongegronde aanmerking toch eenigen schijn van juistheid te geven, maar dat heet ik niet eerlijk. Zooals v. d. M. de nommers der le afd. iaat vol gen, zouden hangoefeningen niet door oefeningen in den steun zijn afgewisseld en ja, dat ware eene zonde tegen de wetenschap gepleegd. Onjuist is het, wat hij zegt aangaande de spier werking bij het zwevend rek, de brug en de rin gen. Bij oefeningen aan deze werken volgens hem hoofdzakelijk de spieren der bovenste ledematen; wel hebben die een groot deel der werking, maar domineeren niet altijd. Het is toch duidelijk, dat men noch vóór- noch rugwaarts over eerstgenoemd werktuig komt, zonder krachtige samentrekking van buik of rugspieren. Het meest verwondert mij zijne bewering, dat de hoogte van den sprong over de koord bij het vaste rek, slechts voor een klein gedeelte afhangt van de werking der beenen. Op grond van de Myologia keer ik dit om en beweer, dat hij het hoogBt en gemakkelijkst over de koord springt, die de spieren van den buik en Van de voorvlakte der dij (zie dr. J. A. Fles, pag 225 en 229) het meest verkort. Waarom blijven zoovelen, die zich met de armen hoog genoeg hebben opgehaald, bij het afspringen toch met de vósten onder het koord, anders, dan omdat de spieren van de heup en de dij geen genoegzame ccntraetiliteit hebben ver kregen Bij den veerkrachtigen neersprong krijgen de spieren der onderste ledematen boyendien nog eene verhoogde werking door inwerking der zwaarte kracht. Naar mijne bescheiden meening zal hieruit voor elk ten duidelijkste blijken, dat ieder lichaams deel hij afwisseling door zijne spierbundels werd in werking gebracht en de onderste ledematen volstrekt niet, zooals de heer v. d. M. voorgeeft, stiefmoederlijk zijn behandeld. Maakte hij aanmerkingen op de werkzaamheden, ook de rust kreeg ze. Wie de uitvoering heeft bijgewoond is getuige, dat na elke inspanning eenige oogeBblikken van rust volgden, zooals de wetenschap en dus ook de heer v. d. M. eischt. Die rust was volgens hem nog niet voldoende. Mij dunkt, wanneer 13 a 14 geoefende gymnasten, meest allen in de volle kracht huns levens, bij geregelde beurten, aan elk werktuig slechts 1 a 2 oefeningen maken, zij na afkop toch niet zullen te klagen hebben over overspanning en eene korte rust voldoende zal zijn tot hernieuwing der krachten. Daarenboven had men tnsschen twee opéenvolgende nommers van het programma 8 a 10 minuten pauze, en waar de werkers zelf geene meerdere rust verlangden, behoeft een rustig toeschouwer ze voorwaar niet te eischen. Middelburg. J. Sanders, leeraar in de gymnastiek. (Prijs der plaatsing 30 cent per regel.) Wat is het beste ijzermiddel? Het antwoord op deze vraag is gemakkelijk te geven. Pillen en koekjes zijn lastig om te slikken en verlaten dikwijls onveranderd maag en darmkanaal. Poe ders, pillen en siropen met ijzerpoeder, melkzuur ijzer of jodiumijzer maken de tanden zwart, tasten het émail aan eu geven aanieidiug tot verstopping. Alleen het Phosphate de Ter van LEEAS bezit deze nadeelen niet. Het is vloeibaar, even als ieder mineraalwater, het bevat de grondstoffen van de beenderen en van het bloed en wordt door de uitst- kendste geneesheeren van de geheele wereld gebezigd ter genezing van maagziekten, bleekzucht, cn bloedarmoede, waaraan zoovele vrou wen en meisjes lijden. Prijs 2 francs de flacon. Hoofddepot: H. H. ULOTH O., te Amsterdam, en in alle goede Hullandsche Apotheken. Het barkschip Lodawijk is, blijkens eene mededeeling van den heer Biètbergen in de N. riott. Ct.niet gestrand in het vaarwater naar den Nieuwen Maasmond, gelijk gisteren bericht werd, maar daar buiten, op de West, een bank die zich langs en voor het Zuiderhoofd van den Nieuwen Waterweg uitstrekt. Na over die bank heen in dieper water te zijn gekomenis het schip even beoosten de tweede witte tondus in of vlak bij het vaarwater, gezonken. Een scheepsjongen is verdronkeneen andere der aan wal gebrachte schipbreukelingen verkeert in levensgevaarde overige zijn naar Rotterdam vervoerd. De reddingsboot van het loodswezen werd tegen het wra- geslagen, die der red- dingmaatschappij slaagde er na de grootste inspan ning in de schipbreukelingen van een schijnbaar gewissen dood te redden. Goes, 11 April. Tarwe kleinen aanvoer 10 cent lager gaarne gekocht; overige artikelen in een doen met geringen aanvoer. Rotterdam 11 April. Ter markt van heden waren aangevoerd 1317 runderen189 vette, 74 nuchtere kalveren; 120 schapen; 264 varkens en biggen. Runderen le qual. 922e qual. 75 3e qual. 62; kalveren le qual. 110; 2e qual. 90; schapen 90 cent. Ylissingën, 11 April. Boter per kilogram 1.25 a f 1.16. Eieren f 3.70 per 104 stuks. Amsterdam, 11 April. Nederl. Certific. Werkelijke schuld. 2} pet. 62{| dito dito dito 3 74} dito dito dito 4 98} Aand. Handelmaatschappij. 5 101} dito exploitat. Ned. Staatssp. 93 Loten stad Rotterdam. 3 95 dito dito Amsterdam 3 „96 België. Certificaten bij Rothschild. 2} pet. Frankr. Inschrijvingen. 3 64} dito Rusland. Üniigatiën 1798/1816 5 101 Certific. Inscr. 5e serie 5 77} Obl. Hope CJ. 1855 6e serie. 5 90| dito f 1000 xö645 100} dito L. 100 1872 .5 95} dito L. 100 1873 5 „95} Loten 18645 f 327 Loten 18665 Oblig. Hope Cc. Leen, 1860. 4j pet. 91} Certific. dito4 Inscr. Stieglitz C°. 2e a 4L. 4 74} Obligatiën 186769 .-,... 4 80} Certificaten6 Aand. Spoorw. Gr. Maatsch. 5 f 256 Cblig'. dito 4} pet. 86 dito dito4 f Aand. Kiew-Brest.5 dito Laltisché spoorweg. 3 136 Oblig. spoorweg Poti-Tiflis 5 pet. 99 dito dito Jeiez-Griasi. 5 f 234 dito dito Jelez Orel 5 pet. 99 dito dito Charkow Azow 5 93} Polen. Schatkfstobligatiën, 4 pet. 82 Aand. Warschau-Bromberg. 4 f 62} dito dito Weenen. 5 118 Oostenr. Oblig. metal, in zilv. Jan./Juli. 5 pet. 57} dito dito April/Oct. 5 dito in papier Mei/Nov. 5 54^ dito dito Febr./Aug. 5 54}

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1876 | | pagina 3