N°. 73. 119e Jaargang. 1876 Zaterdag 25 Maart. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 3,50, Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën20 Cent per regel. Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte, Watersnood.. BERICHT. Zij die zich voor 1 April 1876 op deze courant abonneerenontvangen De nog in dit kwartaal verschijnende nom mers van het blad gratis. Middelburg, 24 Maart. FEXJXI-.XjElTOISr- De hulpprediker van Brentburn. nvnouD. 7 Nog ontvangen aan hot bureau dezer courant sedert gisterenvan N. J. f 0.50 te zamen met de vroegere opgaven f 489.80. Z. K. H. Prins Freö.6rik heeft f 1000%esehon- ken voor de noodlijdenden door den watersnood in Gelderland en f 2000 voor Noord-Brabant. H. K. H. Prinses Marianne heeft aan den voorzitter der Haagsche commissie f 1000 doen toekomen. Men meldt onsdat de voorloopig tegen den 29en Maart aangekondigde zesde of laatste winter- bijeenkomst der vereenigingUit het volkvoor het volk alhier zql plaats hebben Dinsdag 5 April a. Alsdan zal als spreker optreden de heer E. van der Venbekend novellist uit Antwerpen, schrijver van het aldaar met muziek van Benoit, opgevoerd melodrama „Charlotte Corday." De opbrengst eener collecte ten behoeve der slachtoffers van den watersnoodte Breskens aan de huizen der ingezetenen gehouden,bedraagt f 151,35^ welke som gisteren aan de hoofdcom missie te Amsterdam is verzonden. Te Wissonkerke heeft de collecte voor de door watersnood geteisterde streken opgebracht f 213,67, welke som gisteren naar de algemeene commissie verzonden werd. Te Oostburg had den 20™ dezer de jaar- lijksche vergadering plaats van de afgevaardigden der polders van de sluis aan de Wielingen. Het uitvoerend bestuur verkreeg machtiging der vergadering, om het uitwateringskanaal met de daartoe behoorende zeesluis aan de Wielingen en verdere kunstwerken in beheer en onderhoud van 10. Naar het Engelsch van Mevrouw Oliphant. (Vervolg.) Maar het gebeurde was te verschrikkelijk om het onder woorden te brengen en zij zeiden er niets over tot elkander. Toen zij kennis kregen van de groote gebeurtenis, de geboorte der twee knaapjes, waren beider gewaarwordingen anders. Eerst gevoelden zij zich verontwaardigd, vervolgens geërgerd en daarop begonnen zij het grappig te vindenen in deze laatste stemming maakte Mab zulk eene snaaksche teekening van de gewezen juffrouw Brown met een zuigeling in eiken arm, en papa daar vol bewondering op starende, dat beiden het uitschaterden van lachen en hare terughoudendheid tegenover elkander verbroken was. Daarop zei Mab, met eene vragende uit drukking in hare groote oogen, tegen Cecily: „Die zijn nu zeker ook familie van ons? Wat zijn zij van ons „Wel, halve broeders," antwoordde Cecily, waarop eene pauze volgde, gedeeltelijk om het mysterieuse van zulk eene verwantschap en ge deeltelijk omdat het reeds vijf minuten vóór tienen den staat over te nemen; ditmaal zonder vermel ding in het proces-verbaal van het kanaal De Linie of Passageule. Voorts werd een voordracht zamengesteld van drie candidaten voor een bestuurslid in plaats van den heer I. Blindenbachdie met 1 Juli dezes jaars moet aftredenen verzocht had niet meer als zoodanig in aanmerking te komen. Op de voordracht werden geplaatst de heeren J. Blindenbach de zoonontvanger-griffier te- Aardenburg; J. F. Hennequin, burgerlijk inge nieur en grondeigenaar'te Sluis; J. de Muijnck, raadslid en rustend landbouwer te Aardenburg. Sluisch Weekbl.) Het Sluisch Weekblad verneemt dat met den len Mei eerstkomende de brigade koninklijke maréehaussée te Kadzand, sedert 1842 in die ge meente gevestigd, toen de openbare veiligheid daar in den omtrek zooveel te wensehen overliet, naar Breskens verplaatst zal worden. De dienst regeling der onderscheidene andere brigades van dat wapen in dat district zal met dien datum in verband met deze verplaatsing eenige wijzigingen ondergaan. Men schrijft uit 's Hertogenbosch aan het Vaderland Door het voortdurend vallen van het water wor den de woningen alhier weder bruikbaarslechts de lage gedeelten der stad zijn nog overstroomd. De gemeenschap tusschen Vught en 's Bosch is weder hersteld. De stoombarkas van Z. K. H. Prins Hendrik is aangekomen. Te Alem en Oijen heerscht nog dadelijke nood voor ongeveer 400 vluchtelingen; slechts een 20-tal huizen bleven in die gemeenten droog. Heden is een stoomboot met voeding en dekking daarheen vertrokken. Water stand 's Bosch 5,89val 14 c. M.Dreumel 60, Heerewaarden 43Eossum 51, Baardwijk 58. Door de Algemeene Watersnood-commissie voor !s Hertogenbosch en de omliggende landstreek wordt verzocht omwaar zulks mogelijk ishet voor haar bestemde per spoorweg en niet per Van Gend en Loos te zenden, ter vermijding van op hooping van goederen bij die firma, die overigens milddadig en kosteloos haar diensten ten behoeve der noodlijdenden leent. De N. Eott. Ct. bevat de volgende ophelde ring omtrent de onlangs gemelde verondieping in den Botterdamsehen waterweg. „Nadat door het ongunstige weder sedert eenige weken niet had kunnen worden gepeildheeft zulks 11. Zondag weder plaats gehad en vond men verder binnenwaarts dan waar vroeger het on diepste gedeelte werd aangetroffen, plaatsen waar was. Zij doofden de kaars uit en wipten in bed. „Is men verplicht, van zijne halve broeders te houden?" vroeg Mab met zekeren twijfel.. „Weêr eene illusie weg!" zei Cecily op dien hef- tigen toon, dien men op zijn zestiende jaar soms aanneemt. „Ik had altijd gehoopt dat wij, als wij groot waren, bij elkander zouden gebleven zijn, Mab, om papa op te passen, in plaats van als gouvernantes of iets dergelijks onder de menschen te gaan." „Maar wat had er dan met papa's vrouw moeten gebeuren?" vroeg Mab. „Ik kan niet zien, dat de kinderen veel verschil maken. Zij is er, om voor papa te zorgen." Cecily slaakte een zucht, die voor eene soort van protest scheen te moeten gelden, doch geen geschikt antwoord bij de hand hebbende hield zij haar mond. „Ik voor jnij heb daar nooit aan gedacht," her nam Mab. „Ik heb het altijd jammer gevonden, dat ik geen jongen ben, want dan zou ik de broe der en gij de zuster geweest zijn, en zou ik hebben kunnen schilderen, terwijl door u het huishouden werd waargenomen. Wil ik u eens vertellen wat ik gaarne zou wensehen?" vervolgde zij, zich onder den invloed dier plotselinge gedachte op den elleboog oprichtende: „Ik zou wensehen dat wij beiden de wijde wereld konden ingaan." „Maar daar zijt gij niet voor opgewassen," zei Cecily, die het uitschaterde; „gij zijt een klein, teêr, onbeteekenend popje." Half schreiende liet Mab zich weêr op haar met gewoon laag water slechts 34 decimeter stond, dat i3 6 decimeter minder dan vóór de laatste stormen. De verondieping is ontstaan doordien de droogte langs den zuidelijken dam naar de vaargeul is overgewerkt ten gevolge van de aanhoudende sierke Z.W. winden. Dit over werken heeft altijd bestaan en de verdieping van de vaargeul tegengewerkthoewel altijd in veel mindere mate dan nuomdat de Z.W. winden zelden zoo lang en zoo sterk woeden als nu 't ge val is geweest. „Teneinde die nadeelige werking tegen te gaan wordt dan ook nu de zuidelijke dam verlengd. Is die eenmaal op de volle lengte gebrachtdan is die droogte volkomen gedekten zullen derge lijke verschijnselen zich niet kunnen herhalen. Aan het welslagen van den waterweg behoeft dan ook volstrekt niet getwijfeld te worden. De tegen woordige verondieping is een geheel tijdelijk ver schijnsel dat ongetwijfeld weder spoedig zal verdwijnen." Men kan niet ontkennen dat in deze toelichting het vrij ernstige gevaldat in een zoo druk be zocht vaarwater na hevige stormen op eens op sommige plaatsen 6 decimeter minder water wordt aangetroffen, in een zeer rooskleurig licfft ge steld wordt. Voor oningewijden is het echter niet duidelijk waarom de droogte langs den zuidelijken dam juist verdwijnen zal, wanneer die dam weder eenige konderde ellen langer zal zijn gemaakt. Bestaat er niet veel meer kans dat de droogte, zooals dit aan onze wellende zandstranden zoo dikwijls gebeurtals 't ware met den dam mede zal gaan? Zeker moet eral voortbouwendeeenmaal een punt bereikt wordenwaarop dit niet meer 't ge val kan zijn. Maar om het zoo ver te brengen zal men misschien moeten voortgaan tot op eene diepte, waar het verder bouwen onmogelijk wordt of zal men zóo dicht moeten naderen tot de En- gelsche kustdat onze overburen, gelijk in de 2° kamer eens schertsend gezegd werd, zich over die nimmer eindigende „toenadering" onge rust zullen gaan maken. In een ander bericht der N. E. Ct. vinden wij eene nadere aanwijzing der ontstane ondiepte. Door het loodswezen werd namelijk minstens 4 decimeter water minder gepeild „van zwarte ton 2 op witte ton 3." Dit is vooraan in het vaar water tusschen de beide in zee uitstekende dam men ongeveer dwars van het roode licht op den Zuidelijken dam. Het wegnemen dezer ondiepte op die plaaats zal reeds dadelijk een belangrijken arbeid vorderen. Aan de hieronder genoemde stations der maat schappij tot exploitatie van Staatsspoorwegen kussen zinken en riep uit„Gij hebt geen gevoel Tante Jane zegt, dat ik nog wel twee jaar zal blijven groeien. Dat was met mama ook het geval." „Neem me niet kwalijk," merkte Cecily aan; „gij zijt degene niet, die op mama gelijkt." Het speet Cecily dadelijk dat zij dit had gezegd en na een oogenblik wilde zij het gesprek her vatten, maar Mab was geaffronteerd. Het huwelijk van St. John maakte eene groote verandering voor .zijne dochters, zelf3 voordat de kleine kinderen er nog waren; de omstandigheid dat hij, nu hij weder eene vrouw had, onafhan kelijk was, werkte op den geest der meisjes, of schoon zij het zich nauwelijks bewust waren. Zij dachten er nu niet aan om naar huis te gaan, zelfs gedurende de groote vacantie; en zich na afloop van hare schooljaren te huis te vestigen, scheen haar onmogelijk toe. Daarom evenwel maakten zij nog geen nieuwe plannen, want de jeugdige verbeelding gaat zelden zoover, tenzij het karakter buitengewoon ontwikkeld is; doch zij waren in 't ongewisse en hadden geen begrip wat er van haar worden zou;,of beter gezegd was het Cecily, die deze onzekerheid omtrent hare toe komst gevoelde. Mab had omtrent de hare sedert haar tiende jaar hoegenaamd geen twijfel gekoesterd. Zij had nooit noemenswaardige schilderijen gezien, zoodat zij niet kon zeggen dat zij eene geboren schilderes- was en zij had nauwelijks begrip van 'tgeen daaronder verstaan werd. Doch zij was voornemens te blijven teekenen; met het potlood bevinden zich goederen, welke niet aan hun adres bezorgd kunnen worden. De opgave is ontleend aan den „Anzeiger überzahliger Eisenbahn Güter und Gepackstücke." Aanwijzing. Wijze Tan Terpak king. Bruto gewicht. e Station. Merk. n°. A S I kist Sigaren 84 Leeuwarden B - 4 1 pak Sigaren 14 id. B H 2 vaten Suiker 600 id. B J C 8003 1 kist Glaswerk 74 Dordrecht C 439 2 pakken Ruw linnen 80 Arnhem D R I vat Suiker 254 Boxtel IGMB 5/8 1 zak Spijkers 50 Deurne G II 2288 1 kist Manufacturen 92 Leeuwarden G M 260 1 vat Suiker 232 id. H 1 kist Thee 23 Harlingen L 1 1 vat Suiker 406 Leeuwarden S D 649 1 vat Brandewijn 267 Deventer W 560 1 baal Linnen 49 Leeuwarden Onze Haagsche correspondent schrijft ons het onderstaande in vervolg op zijn in ons nommer van eergisteren geplaatst schrijven. „Het komt mij voor dat de beslissing der kamer op de vier hoofdvragen, die bij de regeling der gymnasiën ter oplossing kwamen, niet zeer geluk kig was, altoos uitgenomen die op' de vraag der aansluiting van gymnasium aan hoogere bur gerschool, waaromtrent, evenals over de zooveel beweging in den lande verwekkende quaestie der opheffing van de Groninger universiteit, de kalme houding van kamer en regeering een kalmeerend contrast maakte met het in de pers aangeheven misbaar. De drie beslissingen, die mij minder gelukkig voorkomen, zijn, in mindere mate die betreffende het leerplan, en verder het uitsluitend gemeentelijk karakter en de duur van den cursus der gymnasiën. Bij het voorbereidend hooger onderwijs komt het niet zoozeer aan op het veel leeren, maar op het goed leeren, op die vakken bovenal, die meer dan andere berekend zijn om de geestvermogens te scherpen. Men moet hierbij niet, gelijk in de tweede kamer gedaan is, vragen naar de wetenschap die voor den toekomstigen advocaat of geneeskundige dienstig kan worden geacht; waar houdt men op, wanneer men dezen weg inslaat? Men komt, in deze richting voort redeneerende, al spoedig tot de paradoxale stelling, dat voor iedereen alles te weten dienstig is, wel ker toepassing in de practijk tot de meest onwe tenschappelijke resultaten leiden zou. Weinig, maar met verstand gekozen vakken dus, moeten op het gymnasium worden onderwezen. Nu stelde de minister voor als verplichte vakken de taal en letterkunde der oude en vier moderne talen, wis-, natuur- en scheikunde, natuurlijke historie, ge- zou zij den kost verdienenal wist zij nog niet eens hoe het moest behandeld worden; maar in ieder geval was zij door die overtuiging bevrijd van de ongerustheid .die hare zuster kwelde. Mab's talent werd echter in den aanvang niet erkend op de school, waar men groote verwach tingen had opgevat, doordien juffer Maydew zoo hoog van den aanleg van hare nicht had opgege ven. Toen de teekenmeester met zijne gekleurde landschapjes aankwam, die gekopieerd moesten worden, wist Mab, aan dit soort van werk geheel ongewoon, zich. niet te redden. Zij kon de verven niet behandelen en de smeltende lijnen van het voorbeeld niét weergeven. De beschaming der zusters is niet te beschrijven, evenmin als de toon van halve teleurstelling en halven triomf, waarop juffrouw Blandy zei: „Laat dit u niet ontmoedigen, liefje; ge zult het wel zoo goed gedaan hebben als ge kondt, maar wij zijn hier aan uiterst mooi werk gewoon." Twee of drie malen had Mab op die wijze de nederlaag geleden, toen Cecily op zekeren dag door juffrouw Millicent Blandy, de jongore zuster, met eenige boeken naar dat geheimzinnige en indrukwekkende kamertje gezonden werd waar de evengenoemde oudere juffrouw Blandy des mor gens alles zat te corrigeeren en na te gaan, van de thema's tot de karakters der leerlingen. Cecily vond haar met den teekenmèester Lake bezig met het nazien van het teekenwerlt der week. Hij had juist.eene teekeuiag van Mab in de hand en schudde het hoofd. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1876 | | pagina 1