Telegraphische berichten.
Benoemingen en besluiten,
Kerknieuws.
Marine en leger.
familiën die heengaan, de advocaten, procureurs
en deurwaarders die hunne cliënten verliezen zullen.
Men denkt aan niets dan aan zich zeiven, dan
aan zijne particuliere belangen, als huisheer, als
leverancier, als praktizijn, enz., en daarvoor moet
alles belang van rechtspraak en rechtsbedee-
ling, vereenvoudiging enz., enz. zwijgen en
zwichten. Voor ons, voor onze stad, voor ons
dorp is de rechtbank, en is het kantongerecht.
Aan de stad, aan het dorp moet de rechtzoekende
cijns betalen; van de rechtbank en van het kan
tongerecht moet de stad en moet het dorp leven.
„In dit bekrompen en kleingeestig verzet tegen
eene regeling van algemeen nut, zijn de groote
gemeenten niet de minst bekrompenen en de minst
kleingeestigen. Wat in stadjes als den Briel,
Goes, Hoorn, Appingedam enz. nog te veront
schuldigen is, omdat daar de opheffing werkelijk
als een doodslag voor de gemeente kan aangemerkt
wordenis niet te verontschuldigen in steden als
Amersfoort, Deventer, Nijmegen, Leiden. Onver
schillig voor de opheffing harer rechtbanken kun
nen deze steden zekerlijk niet zijn, maar voot haar
is de opheffing geene levensquaestie, geene vraag
van to be or not to be. Van haar althans had
men meer waardigheid mogen verwachten en ver
gen; had men mogen verwachten dat zij in het
algemeen geschreeuw geen deel zouden genomen
hebben, en hare particuliere stadsbelangen niet
zouden gesteld hebben boven het algemeen lands
belang eener vereenvoudigde rechtspraak dóór be
ter ingerichte rechtscollegiën.
„Zal al dat getier en geraas van wanhopende
huisheerenleveranciers, praktizijnsdeurwaarders,
zaakwaarnemers, van allen die aan de heeren,
vrouwen en kinderen der rechterlijke macht iets
verdienen, die van de praktijk der rechten leven,
indruk maken op de staten-generaal en invloed
uitoefenen op hunne beslissing? Zullen de staten-
generaal den moed hebben de ooren te sluiten
voor dit charivari-koor van jammer-, klaag- en
wraaktonen aanheffende belanghebbenden Zullen
zij met de verkiezingen van 1877 in het ver
schiet de vendetta 's der doodelijk beleedigde
en teleurgestelde UrkersSchoklandersMarkenaars
en Schiermonnikoogers durven trotseeren? Zullen
zij een algemeen Nederlandsch belang" weten en
durven te handhaven tegen de strijdige lokale
belangen van een elftal gemeenten? Zullen zij zich
onpopulair durven maken in elf steden en ruim
veertig dorpen
„Wij zullen het moeten afwachten, maar hopen
dat de vertegenwoordiging van „het geheele Ne-
derlandsche volk" zal inziendat wie een moeras
wil droogmaken de beslissing niet aan de kikkers
moet overlaten."
Het Bremer stoomschip König Wilhelm strand
de den 26en November 1873 bij Huisduinen. Een
Engelschman kocht het weinig beschadigde, maar
tot een wrak geworden vaartuig voor weinig geld,
daar men de, kosten voor het vervoer der van de
slooping afkomstige materialen als te hoog be
schouwde om winst te kunnen opleveren.
Dadelijk ging de kooper aan 't werk om het
schip een weg naar het ruime sop te banen. Men
lachte hem uit. De geul, die hij graven liet, welde
dichtde zakken zand, die hij ter beschutting aan
bracht, sloegen weg. Zijne Engelsche geldschieters
begonnen den moed te verliezende Hollandsche
strandbewoners bleven hem bespotten; van nie
mand ondervond hij aanmoediging.
Hijzelf behield alleen den moed. Op het springtij
van Zondag had hij, nadat reeds zoovele
springtijen zonder nut voorbijgegaan waren,
zijne hoop weder gevestigd. Zaterdag verplaatste
het schip zich reeds bij hot hooge water een 40-
tal meters zeewaarts, Zondag werd het vlot en
stevende van de plaats weg, waar men het zijn
graf reeds aangewezen had.
Nauwelijks was het echter los, ot het onder
vond opnieuw de verraderlijkheid onzer stranden.
Een sleepboot zou het over'de derde of buiten -
bank, die het van het ruime vaarwater scheidde,
naar de haven van Nieuwediep sleepen. De König
Wilhelm raakte echter op de bank en bleef er op
zitten, van waar men gisteren nog niet geslaagd
was het schip af te helpen. Heeds is er zooveel
water in het natuurlijk lekke schip geloopen, dat
de vuren der stoomketels uitgedoofd zijn en het
scheepsvolk met de reddingboot afgehaald is moe
ten worden.
Zóo dicht bij de bereiking van zijn doel te zijn
en dan nog teleurgesteld te worden! Onvermin
derd blijft echter onze bewondering voor den
schranderen en volhardenden vreemdeling, die in ons
land, waar de strijd tegen de zee om zoo te zeg
gen inheemsch en dagelijksch werk is, algem eene
waardeering verdient te vinden.
In antwoord op eene vraag van den heer
Schimmelpenninck van der Oije, heeft de minister
van binnenlandsche zaken in de tweede kamer
heden de volgende inlichtingen gegeven omtrent
den stand van het water.
Te Keulen en te Maastricht is het water geval
len. In Prnisisch Essen heeft een doorbraak plaats
gehad, welke vermoedelijk het graatschap zal
doen onderloopen. Ook op andere punten van
het Pruisisch grondgebied bestaat vrees voor
doorbraken.
De vrees voor een doorbraak in hot waterschap
Kuilenburg schijnt ongegrond. Van de Lymers
zijn geen latere berichten dan van gisteren. De
berichten omtrent den toestand der Lekdijken zijn
gunstiger. Te Vreeswijk is de dijk met militaire
hulp gekist. Voor den Bommelerwaard bestaat
geen onmiddellijk gevaar. Hoewel de toestand
te Nederhemert (aan de Maas) zorgelijk blijft, be
staat ook daar voorloopig geen gevaar. In Noord-
Brabant blijft de toestand treurig. De spoorweg
tusschen Utrecht en Boxtel heeft vooral veel ge
leden.
Tengevolge van den storm van heden nacht
heeft de spoorweg tusschen Groningen en Hooge-
zand zoodanig geleden dat de dienst gestaakt is
moeten worden.
Dag en nacht wordt gewerkt om het gedeelte
Vugt's Bosch in orde te brengen en daarna
's Bosch Hedel. Men vreest echter ieder oogen-
blik de doorbraak van den spoorwegdam bij Hedel.
Ook op den spoorweg VenloWezel (een ge
deelte der KölnMindener baan) is de dienst
wegens dijkbreuk gestaakt.
TWEEDE KAMEE.
De heer Verniers van der Loeffnieuw gekozen
lid voor het district Botterdamwerd beëedigd
cn nam zitting.
Art. 7 der wet op het hooger onderwijs werd
aangenomen, gewijzigd door een amendement van
den heer Jonckbloet, waardoor de gymnasiale
cursus op zes jaren gesteld wordt, met splitsing
der lessen alleen in het laatste jaar.
Alle overige amendementen werden verworpen
De artikelen 8 tot 11, betreffende de facultatieve
subsidie uit 's rijks kas aan de gemeenten voor
hare gymnasia, het toelatingsexamen voor het
gymnasium en de overgangs- en eindexamens,
werden, met verwerping der voorgestelde amende
menten, nagenoeg onveranderd aangenomen.
haad van state. Benoemd tot vice-president van
den raad van state jkr. mr. G. C. J. van Eeenen.
[Gisteren reeds onder de „Telegraphische berich
ten" medegedeeld.]
telegraphie. Benoemd, met ingang van 1 April a.,
tot directeur van een der rijks-telegraafkantoren
de telegrafist 2e klasse J. A. Valentijn.
koloniën. Benoemd tot president der beide
hooge gerechtshoven in Nederlandsch-Indië mr.
D. L. F. de Pauly, thans directeur van justitie
aldaar.
leger. Overgeplaatst in rang en ancienneteit
bij het personeel der militaire administratie van
het leger in Nederlandsch Indië de 2® luitenant
kwartiermeester S. Hissink van het le regiment
infanterie.
Drietal te Goes ter voorziening in de vacature
van d8. VliegenthartH. L van Loon te Voort-
huijzen, dr. A. van der Flier te Harlingen en T. I.
Locher te Zelhem.
ZT. Ms. schroefstoomschip le klasse van Galen,
liggende te Willemsoord, wordt met den len April a.
in dienst gestelden het bevel daarover opgedra
gen aan den kapitein ter zee H. P. van Boneval
Faure.
Landbouw.
Vervolg van gisteren.)
De landbouwer, en nu kwam de spreker tot
zijn eigenlijk onderwerp: de iucht in verband met
het landbouwbedrijf, in de eerste plaats plan-
tenkweeker, plantenfabrikant, moet kennis hebben
van de natuur. Zijn blik moet algemeen en ruim
zijn eenzijdigheid is zijn grootste vijand. Hij moet
kunnen beseffen, waarnemen, onderzoeken, zoo niet
alleen, dan in vereeniging met anderen. Natuur
kennis wordt gemakkelijk verkregen, als we maar
met De Genestet zeggen: om te leeren is.'t leven
gegeven! Die van den boer moet gesteund wor
den door eigen waarneming. Mocht het nu voor
velen uwer niet noodig zijn om over de allereerste
beginselen der natuurkunde te hooren spreken,
wijt hetwaar ik dit dan toch doe, voornamelijk
aan mijne volmacht. Daar de landbouwer in de
allereerste plaats het leven, het voedsel en de
bestanddeelen der plant moet kennen, beschreef
de spreker in breede en juiste trekken, begrijpelijk
voor ieder, de vier elementen, koolstof, zuurstof,
waterstof, stikstof, het vloeibare voedsel der plant*
Ongemerkt had hij daarbij gelegenheid den damp
kring en den bodem te bespreken. Hoe beter de
boer dit alles kent, hoe beter hij in de gelegenheid
is om zijn grond geschikt te maken voor het
plantenleven. Die kennis leert hem dat leven
leiden en ontwikkelen. Het voedseldat hij in
den bodem brengt, ondergaat door de vereenigde
krachten der verklaarde stoffen eene lange reeks
van scheikundige werkingen, wordt er omgezet.
Het leven in den bodem is afhankelijk van licht,
lucht, warmte, mest. Voor haar bestaan heeft de
plant dat alles noodig. Het resultaat van alles
wat in den bodem komt, moet plantenvoedsel zijn.
Daarbij moeten lucht en warmte er vrij in kunnen
rondstroomen.
Zonder stikstof kan plant noch dier bestaan.
Vandaar dat men het paard, vooral als het werkt,
niet enkel hooi en stroo mag geven, maar er wat
haver, of erwten en booneu, de laatste liefst ge
malen of gebroken, aan toevoegt. Ditzelfde geldt
voor de koe. Zij ook vindt in hooi en stroo niet
alles wat zij behoeft voor eene flinke melkgeving,
wel op eene goede en grasrijke wei. Bij plant,
dier en bodem vervult de stikstof een groote rol.
Daar nu de klaver de meeste stikstof uit den bodem
haalt is het aanleggen van kunstweiden zoo aan
te bevelen.
Den dampkring, die onze aarde als 't ware vult,
schetste spreker in betrekking tot den bodem, de
plant en het dier. De stallen, om niet van andere
plaatsen te spreken, zijn vaak te veel gesloten.
Om te doen zien of er te veel koolzuur in de
stallen is, deelde hij eene zeer eenvoudige proef
mede. Ook daar is luchtverversching noodig, vooral
in stallen waar de mest blijft liggen. Tuimelra-
ramen zijn daarvoor het best. Nu zijn er sommigen
die zeggen: de beesten zijn toch gedwongen om
onnatuurlijk te leven, ze zijn tot op zekere hoogte
allemaal ziek, we mesten ze dus in een veel te
hcete atmospheér en doen met die onnatuurlijk
heid ons voordeel. Laat ons echter, zei hij, liever
kunstmatig dan tegennatuurlijk zijn. Het is onze
taak de natuurkrachten te leiden en ze tot ons
voordeel aan te wenden. De molenaar maakt van
een voorbijstroomend water gebruik ofo zijn rad
in beweging te brengen, de kracht van het water
zet hij tot zijn voordeel om, zonder dat daarom
iemand ooit zal beweren dat het water er is om
molenraderen in beweging te brengen. Zoo moet
de landbouwer de natuurkrachten aanwenden om
planten en dieren te kweeken. Wij kunnen niet
scheppen, maar de stoffen, de krachten der natuur
aanvoeren, aanwenden, leiden tot bereiking van
ons doeldat is kunstmatig, maar niet tegen
natuurlijk. Wordt vervolgd.)
Uit Vlissingen meldt men aan het Vad.
„Sedert den len dezer houdt men hier tien matro
zen gevangen, naar aanleiding eener requisitie van
den gezagvoerder van een Engelsch- barkschip.
Zijn wij wel ingelicht, dan moet die gevangenne
ming gegrond zijn op de omstandigheid, dat be
doelde matrozen op het schip geweigerd hebben
eenig werk te verrichten, als reden opgevende,
dat zij recht hadden om koffie aan boord te krij
gen terwijl de gezagvoerder hun steeds thee te
drinken gaf. Wat hiervan zij weten wij niet, maar
hoe een zoo langdurige gevangenhouding kan
gerechtvaardigd worden, evenmin."
Men schrijft uit Vlissingen aan het Vaderland
Zondag avond omstreeks 8 uren is de inspecteur
van politie, de heer Rauch alhier, op het onver
wachtst in een geheim speelhuis, dat reeds eenigen
tijd in een der uithoeken van Vlissingen gehouden
werd, binnengedrongen op een oogenblik dat 9 a
10 spelers bezig waren met „kloppen." Door de
politie werden de kaarten, speelgeld, dobbelsteenen
en eenig ameublement in beslag genomen, terwijl
van een en ander proees-verbaal is opgemaakt*
Uit het ingesteld onderzoek is gebleken, dat de
houder van dat speelhuis is een man van ruim
50 jaren, die gewoonlijk „de bank had", zijn be
zoekers allen jongens van fatsoenlijke familie,
tusschen de 14 en 17 jaren zeer tot spelen
aanzette en van enkelen hunner soms 2 gulden
op een avond won. Om het bezoek aan zijn huis
door deze jongelieden te rechtvaardigen, had hij
een snoepwinkeltje opgericht, waardoor hij de
politie op een dwaalspoor zocht te brengen. Al
gemeen is men den heer Rauch zeer dankbaar
voor zijn flinke houding in deze.
Het model van het „kindergeschenk aan Z. M.
den koning" is door prof. Stracké in de nieuwe
kunstzaal van het Loo opgesteld. De schoone
zaal met hare uitmuntende verlichting en de plaats,
die de groep daar inneemt, doen het werk des
beeldhouwers op het voordeeligst uitkomen.
Het water der Schelde liep te Oudelande
Maandag bij hoogtij op drie plaatsen achter de
gemeente Baarland over den dijk, en binnendijks
had aldaar eene aanvankelijke oeverafschuiving
plaats; gelukkig viel spoedig de ebbe in.
Uit Appeltern wordt gemeld: de Maas blijft
steeds wassende. De peilschaal teekende heden
avond 9.07 M. boven A. P. of 0.72 M. onder
ncodpeil. De toestand van den bandijk te Alphen
is zorgwekkend, en de passage hoogst gevaarlijk.
De seintoestellen zijn reeds op den toren te
Alphen en het raadhuis te Maasbommel geplaatst
en in werking gebracht. Onderscheiden gezinnen
zijn met have en goederen naar veiliger plaats
verhuisd.
Van Gorinehem wordt dd. 13 Maart geschre
ven: Het water in de Merwede is sedert gisteren
weder tien centimeter gewassende rij ks peil
schaal teekende heden avond 4,56 meter boven
A. P. Door de jongste was van den Boven-Rijn
zal de stand der rivier nog vrij wat hooger worden
opgevoerd. Allerwegé zijn door het ontzettend
zware stormweder van gisteren de dijken erg ge
teisterd. Een menigte horden en rijkswerken ter
beveiliging voor den golfslag op de meest bedreigde
punten aangebracht, werden daarbij weggeslagen,
o. a. aan den Vurenschen dijk hadden de water-
keerende werken zoovéél te lijden dat men het
ergste vreesde en een ontijdig alhier aangebracht
gerucht dat de Dalemsche dijk zou zijn doorgebro
ken, verspreide angst en ontzetting in onze veste.
De door de betrokken besturen onverwijld aange
brachte voorzieningen tegen de woedende elemen
ten werden even ras weder vernielddoch door
den krachtigen opgewekten arbeid van het volk
kwam men tot nogtoe het gevaar te boven, en
steeds wordt er onvermoeid en met de meeste
inspanning dag en nacht doorgewerkt, tot verze
kering en versterking der dijken. Blijkens een heden
middag bij de hoofd-ambtenaren van den water
staat aldaar ingekomen berichtis de Maasdijk
tusschen Empel en Alem nabij 's Hertogenbosch,
op twee punten doorgebrokenwaardoor die stad
en omstreken geheel geïnundeerd zijn. Heden en
gedurende den anders zoo joligen Gorinchemschen
marktdag verdrongen zich voortdurend talrijke
troepen landbouwers uit den Alblasserwaardden
Bommelerwaard en het land van Arkelop
wier gelaat kommer en angstige bezorgdheid waren
afgedrukt, voor het raadhuis der gemeente,
waar dagelijks het waterbericht uit Keulen door
het bestuur wordt afgekondigd.
De peilschaal te Wijk bij Duurstede teekende
gisteren opnieuw een was van 6 cM. In den
namiddag van Zondag sprong een wel in de straat,
voor de met schotbalken voorziene poort van den
walmuur. Het water werd echter met vereenigde
kracht door zandzakken plankenmest enz. ge
keerd. De buitendijk van den Beusichemschen
polder is bezwekenwaardoor de polder is onder-
geloopen. De bewoners vonden te Beusichem eene
schuilplaats. De duizende ongebakken steenen
van den steenoven zijn alle vernield en wegge
spoeld.
De communicatie der staatsspoor van Hedel
naar 's Bosch is nog altijd verbroken. De baan
staat over een gedeelte van 100 meter onder water.
De reis kan nu naar 's Bosch worden gedaan
door middel van omnibussen welke loopen van
Hedel naar 's Bosch en omgekeerd. Het vertrek
geschiedt zoolang dit mogelijk blijkt uit Hedel
10 u. v. m., 3,30 n. m. en 'sav. 9,30 en van
'sBosch 6 uur 'sm., 12,30 n. m. en 'sav. 6 uur.
Tusschen Hedel en 's Bosch loopt tijdelijk een
postkar, maar de weg is er van dien aard, dat
ook dat niet lang zal kunnen stand houden indien
er geen verandering in den waterstand komt.
De senaat der Vereenigde staten van Noord-
Amerika heeft den staat New-Mexiko in de unie
opgenomen.
Volgens de Montags Zeitung zal de keizer van
Duitschland zich reeds in het midden der volgende
maand naar Ems begeven om zijn gewone kuur
te ondergaan, terwijl hij voornemens is in den
herfst de manoeuvres der troepen van het Zuid-
Duitsch contingent bij te wonen, waartoe bijzondere
middelen beschikbaar zijn gesteld.
De berichten omtrent de verwoestingen door
de laatste stormen in verschillende deelen van
Europa zijn zoo talrijk en omvangrijk, dat het
onmogelijk is zelfs de belangrijkste te vermelden.
Vooral in Frankrijk, België, Duitschland, Oosten
rijk en Rusland is de schade groot. Een groot
gedeelte van Keulen gelijkt thans op Venetië,
zoodat men maatregelen heeft moeten nemen tot
regeling van het verkeer in de stad. Het stede
lijk bestuur heeft een regelmatigen dienst met
roeibooten georganiseerd. Op 5 plaatsen zijn 2 en
op 1 plaats 3 roeibooten gestationeerd met het
noodige personeel ter bediening, die ieder over een
bepaald aangewezen afstand dienst doen ten koste
van de stad.
Professor Rosenthal in Weenen heeft onlangs
eene voordracht gehouden, waarin hij verklaarde
dat de wetenschap thans in de electriciteit een
zeker middel had gevonden om dood of schijndood
van elkander te onderscheiden. Ieder lijk is kort
na den dood gevoelig voor den electrischen stroom
men kan daardoor niet alleen bewegingen van de
ademhaling, alsook het op en nedergaan van de
borst in het leven roepen, maar zelfs gelaatsuit
drukkingen als van lachen en schreien. Deze
electrische gevoeligheid duurt echter slechts een
half uur en na verloop van drie uren heeft zij
geheel opgehouden. Bij schijndooden daarentegen
blijft deze gevoeligheid onverzwakt aanhouden
en men kan daardoor zeker weten, dat men met
geen lijk te doen heeft. Professor Rosenthal deelde
een voorval uit eigen ervaring mede. Een jonge
zenuwachtige vrouw was na een heftige gemoeds
aandoening eensklaps met een kreet ineengezakt
en had anderhal ven dag met lijkkleurig gelaat
gelegen. De eene geneesheer verklaarde haar per
tinent voor dood, een ander durfde geen stellige
verklaring geven. Alle gewone middelen om schijn
dooden tot het leven terug te roepen waren vruch
teloos. Professor Rosenthal paste het electrische
toestel toe en het lichaam reageerde voortreffelijk.
Hij verklaarde de vrouw voor schijndood en beval
het aanleggen van warme doeken, toevoer van
frissche lucht en het ingieten van sterke koffie;
vermengd met een weinig brandewijn. Den vol
genden dag herleefde de vrouw werkelijk en
kreeg na 44 uren haar bewustzijn, spraak en
beweegkracht terug, terwijl reeds toebereidselen
waren gemaakt voor hare begrafenis. Zij ver
klaarde aanvankelijk geheel bewusteloos te zijn
geweest, doch later het bewustzijn terug te heb
ben gekregen, zoodat zij alles bad gezien en ge
hoord wat er gebeurde zonder echter in staat te