ïn. Onderwij s. Mari ne en leg er, Thermometerstand, Staten-Generaal. BUITENLAND, Algemeen Overzicht. Ingezonden Stukken. O ver de tijdsbepaling fan het Christelijk Paaschfeest op den 16 April 1876. jpnt vrij tweeja- ten. vervol de w<-' s .en ;.aagatuk ipe over ^eraadsla- rerdaagd Kops in i Yrijdag over het Idom van eling van ongerech- heer de er-accijns. fan Z*. M". le redding 75 op het ierlandsch riksson te W. Ost- laille, in- 35, n°64; le redding ps Anders- berg Ali- ieder eene der boven- iant-hoorn- lent infan- medaille, ocht tegen asabon de lopenhagen okholm en ekwerk- tenlandsche te Parijs het depar- |ildaar tij de legatie te van Stoet- Irijs. ig verleend ,n der Poest ,n 1 April a., antoren A. allen thans airen dienst tenant F. A. trie. fie van het le- heurer, thans tenantmet 875, en met plaats nemen A. van den ds verleend, nsioenaan J. 0. Hoo ;aviathans toe, want er ileeke stralen el te werpen wederom ter van Klepysty bet mevrouw imen een be dachten. Hij at de gravin zou zijn, om en. mijnheer Mar- siekoets laten dol te rijden, en mijnheer de dag was veg dus goed. van het kas- was, gaf de verzekering, 't vervolgd De hoogleeraar van der "Wijck doet in de N. R. Ct. eene opgave volgens welke aan de hoo- geschool te Groningen gedurende de laatste tien jaren gemiddeld ieder jaar 27 studenten zijn inge schreven. Naar deze berekening heeft het geheel- aantal studeerenden in dien tijd gemiddeld 135 ieder jaar bedragen. De minister van binnenlandsche zaken brengt in de Staats-courant van heden ter kennis, dat de examens voor het verkrijgen van akten van be kwaamheid tot het geven van lager school- en huisonderwijs voor de eerste maal in het loopende jaar zullen gehouden worden op Woensdag 19 April a. en volgende dagendat zijdie een dezer examens wenschen af te leggen, zich uiterlijk vóór 29 Maart bevorens behooren aan te melden bij den schoolopziener van het districtwaarin zij wonen, of, van buitenslands komende, voorne mens zijn zich te vestigen, met opgave van de aktcdie zij verlangenen overlegging van een of meer getuigschriften van hun goed zedelijk gedrag en vau hunne geboorte-akteterwijl de dag en plaats van hei examen hun door den schoolopziener zullen worden bekend gemaakt. De officier van gezondheid le klasse W. Panne- vis, behoorende tot de rol van Z'. Ma. wachtschip te Willemsoord en belast met de waarneming van den geneeskundigen dienst bij het koninklijk insti tuut voor de marinebij het gedeelte van het korps mariniers en bij 'a rijks werf aldaarwordt met den 5™ Maart a. op nonactiviteit gesteld en met den 6™ daaraanvolgende vervangen door den officier van gezondheid le klasse H. J. Nieuwkerk. Eene groote promotie bij het leger wordt, naar men verzekertweldra te gemoet gezien. Blijkens een van het Nederlandsch consulaat te Deal bij het departement van marine ontvan gen telegramis Zr. M'. schroefstoomschip Aruba, onder bevel van den luitenant ter zee le klasse jhr. J. A. Rüell, den 28en Februari jl. ter reede van Duins geankerd. Aan boord is alles wel. Voor de groote troepenvereeniging, welke dit jaar zal worden gehouden, zijn aangewezen het lc en 8e regiment infanterie. Het bevel over de gezamenlijke troepen is opgedragen aan den generaal-majoor Le Maitrekommandant der 4' divisie infanterie. Den 29™ dezer werd de 70e geboortedag van den heer P. L. Reepmaker, burgemeester van Aardenburg, bijzonder feestelijk gevierd. Van een groot aantal huizen was de vlag uitgestokende „Aardenburgsehe fanfaren" en het Mannenkoor brachten hem serenades en op de markt werd des avonds, op kosten van eenige ingezetenen, een vuurwerk afgestoken. De jubilaris onthaalde van zijn kant de kinderen, zoo in de bewaar- als in de openbare scholen, in welke laatste tevens een tombola gehouden werd. De leden der rederijkers kamer, welke naar den heer Reepmaker genoemd is, werden door hem op een feestmaal genoodigd, terwijl het lokaal dier kamer smaakvol versierd en d giorno verlicht was. Maandag avond is in den Stadsschouwburg te Amsterdam, bij de opvoering van het stuk „Van Toulon naar St. Helena," niet weinig opschudding veroorzaakt doordat een paard, 't welk zijn be rijder in den slag bij Cairo verloren had, in het orkest stortte, zich daar oprichtte en vervolgens in de stalles sprong. Het werd daar gegrepen en zonder verdere ongevallen weggeleid. Niemand heeft bij dit ongewone voorval eenig letsel beko men; alleen is het dier een weinig gewond en zijn eenige stoelen en muziek-iastrumenten verbrijzeld. De voorstelling werd dan ook geregeld voortgezet, maar gelukkig heeft het bestuur van den schouw burg maatregelen genomen, om eene herhaling van het geval te voorkomen. Zondag had een soldaat de baldadigheid, om uit een der ramen van de kazerne Oranje Nassau te Amsterdam een stuk hard kommiesbrood op het hoofd van een voorbijganger te werpen, waardoor deze eene hoofdwonde bekwam. Zeer spoedig kwamen meerdere burgers toegeloopen, en uit weerwraak werden met steenen eenige ruiten van de kazerne ingeworpen. De soldaat, die de aan leiding gaf tot het feit, is bekend en zal zijne straf niet ontgaan. Naar de „Amst. Ct." verneemt, heeft de heer mT. baron Baud op Java ingeschreven voor een som van tweeduizend gulden ten behoeve der wetenschappelijke Snmstra-expeditie. De Mijncompagnie „Nederland" is, bij vonnis der arrondissements-rechtbank te 's Hage, gisteren gewezen, verklaard te zijn in staat van faillissement. Tot rechter-commissaris is benoemd m'. F. A. T. Weve en tot curators nu». J. G. Rochussen en C. Asser. Bij een besluit der Duitsehe regeering, dat thans in den Staatsauzeiger is afgekondigd, is de aanvoer van hoornvee uit Nederland, België en Luxemburg, wegens de aid?ar heerscbende long ziekte, in Duitschland verboden. De vasten hebben in Parijs weinig levendig heid verwekt. De gemaskerde bals, die den eer sten dag werden gegeven, waren wel talrijk bezochtmaar vrij vervelenddaar nergens ware vroolijkheid en geestigheid heerschte. Hoe talrijk het bezoek aan het bal in het groote opera-ge bouw was, blijkt voldoende daaruit dat het bijna 99,000 franken opbracht. Het scheen echter alsof menvooral de dames uit de fatsoenlijke kringen, zich niet meer gemakkelijk wist te bewegen. Op straat zelf merkte men bijna niets van carnevals- aardigheden. Voor een meubelmagazijn in de Rue Maubeuge was een niet onaardig biljet aangeplakt, hetwelk luidde: Un vieux Buffet vendre; s'«- dresser VIntérieur. De Amerikaansche gezant te Parijsde heer Washburne, moet een depêche van generaal Grant hebben ontvangenmet verzoek om den keer Gambelta bij de eerste gelegenheid namens den president der republiek van de Vereenigde staten van Noord-Amerikageluk te wenschen met de zegepraal van de republiek in Frankrijk. H. M. de koningin van Engeland zal den 25™ Maart rechtstreeks naar Baden-Baden ver trekken; bij hare terugkomst zal zij te gelijk met den prins van Wales te Windsor aankomen, tot wiens feestelijke ontvangst thans reeds maatrege len worden genomen. Te Bologne is een bond gesticht, genaamd: „Daniël O' Connell-bond voor de vrijheid van het katholieke onderwijs in Italië." Het doel is uit den naam reeds voldoende op te maken, nl. bevor dering van het katholieke onderwijs. Tot dat einde wil men volkomen vrijheid van onderwijs trachten te verkrijgen. De „staten" van het eiland Yersey hebben besloten dat nieuwe pence-stukken zullen worden geslagen in waarde gelijk aan de Engelschen: 12 shilling. Zij zullen echter den stempel der staten behouden, nl. op de eene zijde het wapen van het eilaud, op-de andere bet beeld der koningin. 29 Feb. 's av. 11 u. 47 gr. 1 Maart 's morg. 7 u. 48 gr. 's midd. 1 u. 53 gr. 's av. 6 u. 47 gr. Wets-voorstel Moens. Het wetsvoorstel van den heer Moens tot herzie ning van enkele bepalingen der wet op het lager onderwijs is verschenen. De heer Moens heeft gemeend het niet achter wege te mogen laten, ook na hetgeen sinds Decem ber jl. is gebeurd en na de blijken, die de regee ring heeft gegeven, dat zij de herziening voorbe reidt, ten einde daardoor de kans te hebben, die, naar hij meent, bij den gewonen loop van zaken niet zou bestaan, om deze regeling, punten om vattende omtrent welker dringende voorziening allen het eens zijn, nog in dit zittingsjaar in staat van wijzen te brengen. De volgende beginselen zijn in het wetsvoorstel opgenomen. Er moet een voldoend aantal goed ontwikkelde onderwijzers worden gevormdin iedere school moet een voldoend getal onderwijzers zijn; de behoorlijke bezoldiging der onderwijzers moet bij hen, die zich aan dat ambt hebben gewijd, den lust en de geschikheid bewaren en deu lust om zich daaraan te wijden steeds bij meer en bij geschikter jongelieden verhoogenvoor elke school, ook de kleinste, moet dezelfde akte van bekwaan- heid worden geëiseht van hen, die aan het hoofd daarvan worden gesteld; de kosten van het onder wijs moeten, naar vaste regelen, voor een gedeelte door den staat worden gedragen. Wat het eerste punt betreft, bepaalt het wets ontwerp dat het onderwijs wordt gegeven door hoofd- en hulponderwijzers. Voor scholen van 30 tot 60 leerlingen zal er éen hulponderwijzer zijn; voor 60 tot 120 twee; voor 120 tot 160 vier hulponderwijzers. Boven dit getal wordt de hulponderwijzer voor elk 40tal leerlingen of een onderdeel daarvan bijge staan door een hulponderwijzer meer. Bedraagt het getal der leerlingen meer dan 120, dan moet minstens éen der hulponderwijzers in het bezit zijn-eener akte als hoofdonderwijzer. Tot het in werking brongen dezer voorschriften wordt een termijn toegestaan van tien jaren, te rekenen van het tijdstip waarop de wet in wer king treedt (1 Januari 1877). Gedurende dien termijn kunnen jongelieden van 16 tot 19 jaren, die in het bezit zijn van een schriftelijk bewijs van aanvankelijke geschiktheid voor het onderwijs, afgegeven door den districts-schoolopziener in overleg met den hoofdonderwijzer der school, in welke de kweekeling werkzaam zal zijn, of met den hoofdonderwijzer, bij wien hij tot dien tijd zijn opleiding heeft genoten, tot eigen vorming, onder opzicht der onderwijzers, met het geven van onderwijs in de school worden belast. De bedoelde kweekelingen worden, op voordracht van den dis tricts-schoolopziener en den hoofdonderwijzer in wiens school zij werkzaam zullen zijn, door den gemeenteraad telkens voor een jaar benoemd en genieten een jaarwedde van minstens f 300. Voor de opleiding van onderwijzers zullen er minstens 10, voor die van onderwijzeressen mins tens 3 rijks-kweekscholen zijn. Voorts normaal lessen van rijkswege. Aan onderwijzers van open bare of daarmede gelijkstaande scholen, die met de opleiding van éen of meer kweekelingen worden belast, kan op voorstel van den inspecteur uit de kas van het rijk eene jaarlijksche toelage worden verstrekt. Indien eene gemeente eene inrichting tot opleiding van onderwijzers of onderwijzeressen, of van beide gezamenlijk, vestigt of een gevestigde in stand houdt, wordt de helft der jaarlijksche kosten gedragen door het rijk. De hier bedoelde inrichtingen staan alle onder het toezicht van den inspecteur van het lager onderwijs. Het bedrag der jaarwedden wordt gesteld op een minimum van f 1000 voor den hoofdonderwij zer, met genot van of vergoeding voor vrije woning van f 800 voor een hulponderwijzer met hoofd onderwijzersakte van 500 voor een hulponder wijzer met hulponderwijzersakte. Hulponderwijzers zullen niet meor aan het hoofd van buurtscholen mogen staan. De kosten van het onderwijs zullen door de voorgestelde wijziging der wet in aanzienlijke mate stijgen. Voor vele gemeenten zullen zij te zwaar wezen. Nu reeds gaan die onder den last gedrukt. Art. 36 der wet werd nooit in milden zin toegepast. Het beginsel is juist, dat openbaar lager onderwijs niet alleen is gemeentebelang; het is in niet mindere mate algemeen belang. Het onderwijs moet „gemeentezaak" blijven. Aan de gemeente blijve het bestuur, het beheer en een deel der kostenhet andere deel worde gedragen door den staat. Dit geschiedt wanneer het minimum der kosten,jaarlijks door den inspecteur in overleg met de district-schoolopzieners geraamd en door den minister goedgekeurdop de vastgestelde gemeentebegrooting is uitgetrokken. De kosten worden verminderd met het bedrag, dat ten laste van anderen komt of op andere wijze wordt gevonden. De bedoelde rijkstoelage is van schoolgeldheffing onafhankelijk. Het gemeentebestuur blijft daarin vrij. Ook kan voor de gemeentendie de kosten ook met de rijkstoelage nog niet kunnen bestrijden, die toelage worden verhoogd. Bij de regeling der kosten is alleen de volks school, het gewoon lager onderwijs gelijkelijk voor allen bestemdbedoelddoch die scholen, waar gedurende enkele uren in enkele vakken van meer uitgebreid lager onderwijs wordt gegeven, zijn niet buitengesloten. De jaarwedden van alle bij het in werking treden dezer wet dienstdoende hoofd- en hulpon derwijzers wordenzoo lang zij hunne betrek king bekleeden, in geen geval tot een minder bedrag geregeld, dan in dat oogenblik door hen wordt genoten. Zijdie bij het in werking treden der wet aan 't hoofd staan van buurtscholen en niet in het bezit zijn eener akte van hoofdonderwijzerwor den zes maanden daaroa uit hunne betrekking ontslagentenzij zij vóór dien tijd een akte van hoofdonderwijzer zullen hebben verkregen. Na hun ontslag en tot herplaatsing in een andere betrekking genieten zij een wachtgeld, door het rijk te betalen ten bedrage van hunne jaarweddenvermeerderd met eene vergoeding voor het gebruik hunner vrije woning, 't Is inderdaad twijfelachtig wat voor een land gevaarlijker iseen vijandelijk leger of de intriges van een heerschzuchtigc vorstin. Spanje loopt ge vaar van het een in het ander te vervallen; ter nauwernood is de Carlistische opstand onderdrukt of koningin Isabella wendt weder pogingen aan in Spanje terug te keeren, wat een nieuwe ramp voor het land zou kunnen worden. Het spreekt van zelf dat de positie van den jeugdigen Alfonsus in dit opzicht zeer moeilijk is, daar zijn plichten als koning in strijd zullen zijn met zijn kinderlijk gevoel. Hij heeft wijselijk de beslissing in deze zaak overgelaten aan den ministerraad, die nog geene beslissing heeft genomen. Don Carlos heeft door den prefect te Pau bericht ontvangen, dat hem voor het oogenblik wel gastvrijheid "in Frankrijk kan worden verleend, doch niet in een van de zuidelijke departementen in de nabijheid der Pyreneeën, zoodat hij is uit ge noodigd zich naar een van de steden van het noor den van Frankrijk te begeven. Het is natuurlijk dat men hem niet iu de nabijheid van Spanje ver trouwt, daar hij wellicht gelegenheid zou zoeken in een ander deel van het land, dat thans minder door troepen bezet is, weder binnen te komen. Hij moet voornemens zijn naar Engeland te gaan. In zijne eergisteren te Lyon gehouden redevoe ring heeft Gambetta het karakter van de plaats gehad hebbende verkiezingen in Frankrijk ontleed en aangetoond, dat zij voornamelijk gericht waren tegen de veroveringen van het cleriealisme dat zoowel Frankrijk als andere landen met ernstige gevaren bedreigde. Dat de slag door die ver kiezingen aan het clerieale element in het algemeen en aan het ulframontanisme in het bijzonder toe gebracht gevoelig is geweest blijkt voldoende uit de taal der organen van het Vaticaan, die hun onrust over de gevolgen niet kunnen verzwijgen. Daarbij komt nu nog de onderwerping van don Carlos en de optreding van eene regeering in Spanje, die zich gedrongen gevoelt rekenschap te houden met de moderne beginselen van staats recht tegenover de kerk. De kerkelijke strijd in Duitschland, en vooral de onverschilligheid der bevolking aldaar jegens het lot van de geestelijk heid, de invoering van het burgerlijk huwelijk in de meeste Europeesehe staten, de verkiezingen in Frankrijk en de val van het Carlisme zijn zoovele verschijnselen dat het cleriealisme terrein verliest en "geen wonder daarom dat de curie in zak en asch zit. Daarenboven is| het vooruit zicht in België ook niet schitterend. Gambetta ontwikkelde ook hét programma der republikeinen, die in het buitenland den vrede en in het binnenland vooruitgang willen. Hij be val eene politiek van verzoening aan en verklaarde» dat de republiek moet openstaan voor allen die er zich eerlijk en oprecht bij willen aansluiten. De discussie over de Synodalordnung in de Prui sische kamer heeft gisteren tot het resultaat geleid dat het wetsontwerp naar eene commissie van 21 leden is gerenvoieerd. Men hoopt, dat deze tot een compromis met de regeering zullen geraken, het welk de aanneming door de kamer ten gevolge zou kunnen hebben. De kans op het herstel van den vrede in Tur kije geeft aan de ultramontanen eenige hoop, dat zij daar een weinig invloed zullen winnen, maar zoo zij hun heil moeten zoeken in het rijk der halve maan is het treurig met hunne zaak gesteld, want hoe weinig vooruitzicht er bestaatdat Tur kije ooit tot beter toestand zal geraken indien geen scheiding tusschen de verschillende stammen wordt gemaakt, blijkt uit de thans weder ontvan gen berichten die alles behalve gunstig zijn. In het binnenland van Turkije zijn, volgens be richten uit Konstantinopel weder opnieuw bui tensporigheden en moorden door de Turksche agenten bedreven en de waarheid hiervan is door den Engelschen consul te Mostar bevestigd. De inwoners van Zvorvik hebben een adres tot den sultan gericht om zijne bescherming in te roepen tegen dergelijke wreedhedenwaardoor het werk der pacificatie door de mogendheden ondernomen zeer wordt bemoeielijkt. Dit is zoo waar, dat bij de stemming waarin de opstandelingen verkeeren zelfs de schijn van eenige partijdigheid of onbillijk heid laat staan van vervolgingmet de grootste zorg moest worden vermeden zoodat de vrees niet ongegrond is, dat het opnieuw opgewekte wantrouwen tegen de Turken alle pogingen tot verzoening geheel zal doen mislukkenindien al de Muzelmannen zeiven er zich medfökonden vereenigen. Het wetsontwerp tot invoering eener belasting op den verkoop van beurswaarden is door de Oos- tenrijksche kamer in derde lezing aangenomen. Reeds niet zeer lang na de tijden der Apostelen, ontstond er tusschen de Oostersche en Westersche kerken een langdurige en hevige twist over den tijd, waarop het Paaschfeest moest gevierd worden. De Oostersche kerken wilden dat zulks, naar het gebruik der Jodengeschieden moest op den dag der volle maanwelke voorviel op den dag der lente-nachtevening, of op den dag van de eerste v. maan na die nachtevening, onaangezien of die v. maan al dan niet op een Zondag kwame. De Westersche kerken daarentegen wilden het Paaschfeest gevierd hebben op den Zondag, vol gende op het Pascha der Joden. Om die verdeeldheid te doen ophoudenberiep keizer Constantijn de Groote ten jare 325 eene kerkvergadering te Nicéa, de hoofdstad van Bi- thynië in Klein Azië, waartoe 318 bisschoppen uit al de gewesten des Roomsehen rijks op den 30™ Mei van dat jaar bijeen kwamen. Door deze vergade ring werd bepaalddat Paschen altijd gevierd zoude worden op den 1™ Zondag na den 14™ dag der n. maan van Maart, mits deze 14e dag niet kwame vóór 21 Maart, of den dag der lente nachtevening zoodatwanneer hij te zamen met den Zondag op den 21™ Maart invielPaschen alsdan des Zondags daarna moest gevierd worden. Het is klaarblijkelijk, dat deze bepaling, door het aannemen van een standvastig tijdstip voor de lente-nachteveningwelkesterrekundig bere kend, van 19 tot 23 Maart kan invallen; zoo mede, door het niet sterrekundig, maar slechts door middel der Epacta, berekenen van hot tijd stip der n. maan, aan het groote gebrek onder hevig was, van het Paaschfeest dikwijls eene maand vroeger of later te doen invallen dan het volgens de bedoeling der kerkvaders van Nicéa behoorde gevierd te worden. Hoezeer men zich hierbij toch altijd aan den 21™ Maart gehouden heeftwerd echter door de rijksstanden te Regensburg in 1699ten behoeve van de Duitsehe protestanten, besloten, dat men voortaan het tijdstip der n. maan, waarvan do viering van het Paaschfeest afhangtsterrekundig, en niet door middel der Epacta, zou bepalen. Maar zulks bracht teweeg, dat bv. in 1724 en 1744 de viering van dat feest onder die protes tanten 8 dagen verschilde met de Roomsch- gezinden die zich aan de Epacta-rekening hielden. Uit dien hoofde werd naderhand door de protes tanten op aandrang van Frederik den Groote, het besluit genomenomte rekenen van 1777, de tijdsbepaling van het Paaschfeest, evenals in de Roomsche landenop de Epacta-berekening te grondenteneinde (jit feest door de gansche Christenheid alom op denzelfden tijd te doen

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1876 | | pagina 3