BUITENLAND.
Handelsberichten.
De verkiezing van Victor Hugo.
Verkoopingen en Aanbestedingen.
Thermometerstand.
Staten-Generaal.
Algemeen Overzicht.
Graanmarkten enz,
Pi'iizÊtt van effecten.
schaatsen te aanvaarden; alles was voor de plech
tigheid gereed gemaakt, de muziek had zich
reeds een paar malen doen hooren, toen eensklaps
het bestuur van de Amsterdamsche IJsclub de
jobstijding vernam, dat het gemeentebuur, waar
schijnlijk wegens het ingevallen dooiweder, het
niet oorbaar achtte den wedstrijd te doen doorgaan.
De teleurstelling was groot. De heer Wafelbakker,
president van de IJsclub, richtte in de Roomtuinen
een troostend woord tot de teleurgestelden en
deelde hun mede, dat de inleggelden zouden wor
den teruggegeven, en dat zij, die tot deelneming
aan den wedstrijd veel reiskosten gemaakt hadden,
daarin eenigszins zouden worden tegemoet gekomen.
j van Betuwe, gemeente-veldwachter te Beek
bergen' had in den nacht van 17 dezer het geluk
met behulp van eenige ingezetehen 3 deserteurs
van het koloniaal werfdepot te Harderwijk in het
logement de Woeste Hoeve te arresteeren. Zij
waren allen van revolvers en dolkmessen voorzien.
In de infirmerie te Harderwijk wordt een
koloniaal militair verpleegd, geboortig uit Frank
rijk, die getracht had te deserteeren en de kust
der Zuiderzee over het ijs schijnt gevolgd te heb
ben, maar, onbekend met de richting, te Lemmer
is aangehouden, van waar hij over Leeuwarden
naar Harderwijk is teruggebracht. Tengevolge der
op zijne reis uitgestane koude is een zijner voeten
bevroren.
In de gevangenis te Roermond is een gevan
gene, beschuldigd van diefstal met braak, op de
wandelplaats in tegenwoordigheid der bewakers
in een oogwenk over den muur geklommen en in
de stad gevlucht, doch werd spoedig weder gevat.
Men sloot hem in een hok op en daar maakte hij
een eind aan zijn leven door ophanging.
Maandag heeft het bataljon mineurs en sap-
peurs aan het fort de Bilt door middel van
dynamiet ijsmijnen laten springen; het ij3 had
een dikte van 19 a 20 centimeter.
De heer de Vos van Steenwijkrechter in
de arrondissements-rechtbank te Zwolle, is naar
men verneemt voornemens zijn ontslag als zooda
nig te vragen. De heer Dedel, voorzitter der
arrondissements-rechtbank te Amsterdam heeft
tegen den len April a. mede zijn ontslag verzocht.
Een nieuwe tak van nijverheid is in Twente
aangevangen door de opening der stoomhout-
draaierij-fabriek der firma Moll en Bergsma te
Hengelo.
Bij de aanbesteding van een afsluitinghek (grille)
voor het Burger Gasthuis te Aardenburg, zijn
ingekomen tien biljetten: B. Willems, te Malde-
gem, voor /2000; S. F. de Meijer, te Aardenburg,
voor /1575; Gebr. Tromp, te Vlissingen, voor
f 1560B. de Vlieger, te Aardenburg, voor f 1400;
H. van Baal, te Oostburg, voor 1349.90; Jac.
Maas Jr., te Aardenburgvoor 1300.50; J. Chris-
tiaans, te Oostburg, voor 1300J. G. van de
Sande, te Schoondijke, voor f 1200; S. Standerts,
tevoor ƒ1039; A. Coppejans, te
Vlissingen, voor f 1057.55.
Gemijnd door J. G. van de Sande, te Sehoon-
dijke op ƒ925.
18 Jan. 's av. 11 u. 38 gr.
19 's morg. 7 u. 39 gr. 's midd. 1 u. 42 gr.
's av. 6 u. 42 gr.
EERSTE KAMER.
Zitting wan Dinsdag 18 Januari.
{Nader verslag.)
Ten aanzien der spoorwegbegrooting voor 1876
beantwoordde de minister van binnenlandsche
zaken eenige bedenkingen uit het verslag en be
toogde dat ten opzichte van het centraalstation te
Amsterdam geen vertraging had plaats gehad
de termijn is October 1877. Er wordt daarbij
niets verzuimd om spoed te bevorderen. En nu
tijdelijk een verbinding tusschen Amsterdam en
de Noord-Hollandsche lijn te maken achtte de
minister onpractisch, althans zouden de voordee-
len niet tegen de nadeelen opwegen. De heer
Prins bleef echter op die hulplijn aandringen in
het belang van de Zaanstreek, en achtte haar wel
uitvoerbaarterwijl ook de heer Smit voorziening
onvermijdelijk noemde, nu de toestand nog tot
1881 kan blijven zooals die is.
De minister had verder de klacht over slechte
aansluiting te Hengelo betwist; de heer Stork
vraagde echter betere voorzieningterwijl de heer
deVos deWael betere communicatie met het Zuiden
voor den Centraal vraagde, waarop ook de heer
Cremers aandrong. De heer de Raadt vraagde
daarbij nog of de lijn ZwaluweZevenbergen,
reeds lang afgewerkt en opgeleverd, nog niet
kon worden opengesteld enzoo neenwaarom
niet'? Op deze laatste vraag antwoordde de mi
nister dat de reden lag in een verschil tusschen
de drie maatschappijen over de aansluitingwaar
omtrent na advies van den raad van toezicht,
zou worden beslist. De dienstregelingen te Hen
gelo en in het Hoorden zou de minister nauwkeu
rig nagaan.
Nog deelde de minister mede dat de spoorweg
politiewet spoedig krachtig zou worden uitgevoerd,
daar het reglement op het vervoer van reizigers
gereed was.
De spoorwegbegrooting werd nu met algemeene,
die voor Curasao met 25 tegen 2 stemmen aan
genomen.
Nadat door den heer van Twist wa3 aangevoerd
dat de staatsbegrooting urgent was werd deze
vervolgens tegen Woensdag aan de orde gesteld.
Aan de verslagen over de hoofdstukken der
staatsbegrooting ontleenen wij verder het volgende
Justitie.
Vrij algemeen verklaarde men in de afdeelingen
tevreden te zijn met hetgeen op het gebied der jus
titie in 't afgeloopeu jaar is tot stand gebracht en
zag men met vertrouwen de verder door den
minister toegezegde voorstellen te gemoet. Van
den ijver van dezen minister meende men dan ook
weldra de indiening der voordracht betreffende
de rechtbanken en kantongerechten te mogen
verwachten. De plaatsvervangers-kantonrechters
zouden eenige, zij 'tdan ook geringe, bezoldiging
moeten genieten. De noodzakelijkheid van
andere wettelijke voorzieningen betoogendewees
men er o. a. op hoe bij uitbreiding van de
wet op den fabriek-arbeid tegen den veldarbeid,
door jeugdige kinderen, maatregelen zouden be-
hooren te worden genomen.
Meer speciaal stond mennaar aanleiding van
de rechtspraak in zake het verbranden van het
stoomschip Willem III, stil bij de noodzakelijke
wijziging of liever aanvulling van art. 345 wet
boek van koophandelin dien zin, dat, met hand
having der aansprakelijkheid des schippers voor
schuld en nalatigheid, aan art. 345 de bepaling
werd toegevoegd, dat de schade, gevolg eener
ramp welker oorzaak niet kan worden aangewezen,
aan overmacht wordt toegeschreven.
In een afdeeling werd wijziging in het wetboek
van strafvordering gevraagdopdat schadevergoe
ding kunne worden verleend aan tengevolge van
rechterlijke dwaling onschuldig veroordeelden,
wanneer nl. een ander wegens datzelfde misdrijf
schuldig verklaard en veroordeeld is.
Eindelijk gingen in een afdeeling enkele leden
van de veronderstelling uit dat de wet van 10 Juli
1791 omtrent vestingen en steden, die in Staat
van oorlog of beleg verkeerenis vervallen en
gaf men den wensch te kennen, dat het decreet
van 24 December 1811 formeel ingetrokken en
door een andere wet vervangen worde.
Koloniën.
Na de breedvoerige discussiën over de Indische
begrooting onthield men zich van algemeene be
schouwingen. Enkele leden slechts gaven te ken
nen, dat zij gaarne hun ondersteuning aan den
minister zouden verleenen en dat zij gewaardeerd
hadden 's ministers houding bij de debatten over
het onderwijs in Indië. Éen lid kon dit gunstig
gevoelen in deze aangelegenheid niet zoozeer deelen,
terwijl door een ander lid niet onopgemerkt werd
gelaten het gemis aan overeenstemming tusschen
de vroeger als lid der kamer en later als minister
aangenomen houding van dezen bewindsman.
Bij de uiteenloopende berichten omtrent de on
veiligheid van eenige gedeelten van Java vinden
sommige leden daarin aanleiding om groote nauw- j
lettendheid- op dat punt der regeering aan te bevelen
en vertrouwen zij, dat de regeering deze zaak niet
te licht telt. Eveneens werd het steeds toenemend
getal der Hadjis op Java en in Indië besproken.
De bezwaren aan dat teedere punt verbonden zag
men niet voorbij; toch wenschte men nogmaals
het gevaar dat daardoor kan ontstaan, en middelen
tot bestrijding daarvan, zoo mogelijk, ernstig der
regeering aan te bevelen.
Door sommigen werd gevraagd of er gegronde
vrees is voor hongersnood in Bagelen en in Ban-
joemas en of de oorzaak daarvan aan misgewas of
aan andere redenen, zoo ja aan welke, te wijten zij
'v
Begrooting Suriname.
Zoowel de toestand van Suriname als de teleur
stelling bij voorgespiegelde verbetering, werd in
sommige afdeelingen breedvoerig besproken. Terwijl
sommigen er op wezen, dat het heil van Suriname
alleen te verwachten is van meer productie, welke
productie alleen door bevordering van werkkrach
ten te verkrijgen is, wezen anderen er op, voor
eerst dat de tegenwoordige toestand hoofdzakelijk
daaraan schijnt te wijten, dat men de kapitalen,
verkregen door de schadeloosstelling bij de afschaf
fing der slavernij, aan Suriname heeft onttrokken
ten anderen dat men in Suriname van de vreemde
arbeiders niet dat nut schijnt te trekken, dat men
elders van deze werkkrachten verkregen heeft.
Intusschen schijnen nog andere oorzaken tot het
verval mede te werken; men wenschte daarom
zich van aanbeveling van eenigen maatregel te
onthouden, maar veeleer de voorstellen van de
regeering af te wachten. De zaak is in ieder geval
te gewichtig om niet de levendige belangstelling
op te wekken en zou men, in afwachting van
bovenbedoelde voorstellen der regeering gaarne
van haar vernemen, hoe de Engelsche kolonie
Demerary thans is ingericht en welke resultaten,
ook financieele, daar zijn verkregen.
Tegen de begrooting van Curagao zijn geen be
denkingen gemaakt.
De berichtendie tot nog toe omtrent den uit
slag der verkiezingen van gedelegeerden in Frank
rijk zijn ontvangen zijn zoo tegenstrijdig dat
het onmogelijk is eenig juist oordeel te vellen.
Omtrent het resrrltaat in de groote steden bestaat
geen verschil; men is het eens, dat die in repu-
bliekeinschen zin waren uitgevallen. Op het platte
land echter zijn, volgens Ilavas, voor het grootste
gedeelte „conservatieven" gekozenterwijl de
zuiver republiekeinsche organen beweren, dat de
overwinning aan hunne zijde is. De meer gema
tigde organen als b. v. de Temps slaan een zeer
voorzichtigen toon aan. „Over het geheel zegt
genoemd blad b. v. schijnt de uitslag ons vol
doende te zijn. Hot klein aantal verkiezingen
echter, waarvan de uitslag nog bekend is, en
de onmogelijkheidom op het eerste gezicht zoo
veel namen te qualificeerenveroorlooft ons nog
niet een definitief oordeel uit te spreken.
Hetzelfde betaamde echter ook aan de ministe-
rieele organenmeent de Tempsdie stoutweg
een pressie op de publieke opinie uitoefenen door
te verkondigendat de conservatieven de meerder
heid hebben. Het zou gemakkelijk genoeg zijn, 1
om indien men dit wilde een demonstratie in tegen-
overgestelden zin te organiseeren.
Hetz ou ons niet verwonderen indien het bleek
dat de minister ven binnenlandsche zakendoor
het gebruik van het woord „conservatief" een
onjuiste uitlegging aan de beteekenis der verkie
zingen had willen geven. De tegenwoordige
staatsregeling in Frankrijk toch is door hare
scheppers zelve „de conservatieve republiek" ge
noemd, en wanneer de heer Buffet van de thans
bestaande republiek sprak dan heeft hij steeds
het épitheton „conservatief" er bij gevoegd of
althans er bij gedacht. Wanneer hij dus spreekt
van conservatieven kunnen het evengoed conser
vatieve republiekeinen als conservatieven van
andere nuances zijn. Als het resultaat van de
verkiezingen in al de 33,000 gemeenten eenmaal
bekend is zal het wellicht blijkendat de consti-
stutioneelen de overhand zullen hebben. Volgens
een depêche uit Boulogne sur Mer hebben in Pas
de Galais de Bonapartisten de meerderheid, nl.
500 stemmenterwijl aldaar 170 republiekeinsche,
130 legitimistische en 100 twijfelachtige gedele
geerden werden gekozen.
Dat de berichten van Havas in deze zaak ook
niet volkomen te vertrouwen zijn is door het te
Brussel verschijnende orgaan de Nord opgemerkt;
het herinnert er aan, dat Havas het gehoorzame
orgaan is van den heer Buffet, die in het woord
„conservatief' een qualificatie geeft welke eigenlijk
niets zegt, omdat onder de republiekeinen zich
ook conservatieven bevinden.
Ongeduldig en haastig als de Parijzenaars
altijd zijn hébben de aldaar aanwezige kiezers van
den senaat Maandag jl. reeds eene vergadering
van die kiezers in het departement van de Seine
belegd. De Temps betreurt dien spoed, omdat
het beter ware geweest de pas gekozén gedele
geerden waaronder er velen zullen zijn die eigen
lijk het gewicht van het hun opgedragen mandaat
niot begrijpen, eerst gelegenheid te geven eens
tot zich zeiven' te komen en eens te kunnen spre
ken over het programma dat aan de aanstaande
verkiezing tot grondslag moet verstrekken en over
de personen van de candidaten voor het lidmaat
schap van den senaat. Had men nog een paar
dagen gewacht dan zoudqp waarschijnlijk ook meer
gedelegeerden zijn opgekomen. Van de 220 waren
thans 121 aanwezigzekermet het oog op
den grooten spoednog een aanzienlijk getal
en zelfs de meerderheidmaar deze meerderheid
was niet eenparig, hoewel het programma met
gropte meerderheid van stemmen werd aangenomen
en men wel kan onderstellen, dat het ook
de meerderheid van de gedelegeerden van het
geheele departement op zich zal vereenigen.
Dat programma bevat de volgende punten:
amnestie; volledige opheffing van den staat van
beleg; vrijheid van vereeniging en bijeenkomst;
vrijheid van drukpers; verplichtkosteloos lager-
onderwijs door leeken; verdediging van de bur
gerlijke maatschappij tegen clericale aanmatiging;
verplichte militaire dienst voor iedereen zonder
eenig privilegie; verkiezing van de maires door
de gemeenteradenen volkomen ontheffing der
gemeenten van de administratieve voogdij herzie
ning van de belastingtarieven tot ontlasting van
den arbeid; scheiding van kerk en staat. Dit
programma werd in zijn geheel onder luide toe
juichingen aangenomenen nadat aan het comité
de zorg voor het houden van nieuwe bijeenkom
sten was opgedragen scheidde de vergadering on
der den kreet van „Leve de republiek!"
Eene candidatuur voor de kamer van afgevaar
digden, den minister van buitenlandsche zaken
Decazes door het 8° arrondissement van Parijs
aangeboden, is door hem aangenomen.
In ons overzicht van gisteren werd medegedeeld
dat de Engelsche regeering zich slechts in zoo
verre bij de andere mogendheden in de Turksche
quaestie wilde aansluiten als betreft de enkele
aanbieding der nota, doch dat zij zich overigens
hare vrijheid van handelen volkomen wilde voor
behouden. Na al hetgeen reeds omtrent de over
eenstemming van de mogendheden was gezegd
klonk dit zeer zonderlingdoch er komt geen
einde aan de verrassingen in deze zaak. Een
telegram uit St. Petersburgafkomstig van een
nieuw telegrafisch Russisch agentschap, meldt
thans en dit zou eene verklaring geven aan
de gereserveerde houding van Engeland, dat
Turkije aan Engeland heeft voorgesteld het Egypte
geheel over te laten onder beloftedat het zich
niet met de andere mogendheden zou vereenigen.
Het motief voor een dergelijke handeling die nog
zeer ongelooflijk klinktzou waarschijnlijk wezen
eene afleiding voor Turkije te maken en de
mogendheden in moeilijkheden te brengen met
Engeland.
Overigens deelt hetzelfde telegram mededat
de Porte bereid is het programma der mogend
heden aan te nemen, indien deze de onderwerping
van de opstandelingen willen waarborgen.
Naar aanleiding van een verzoek doordeAmeri-
kaansehe kamer van afgevaardigden tot den pre
sident der republiek gerichttot overlegging der
correspondentie met Spanje, betreffende de Cubaan-
sehe aangelegenhedenheeft de minister van
buitenlandsche zakende heer Fish, aan de com
missie uit de kamer voor buitenlandsche zaken
medegedeeld, dat zijn circulaire betreffende Cuba
slechts den moreelen steun der mogendheden had
ingeroepen voor het geval vertoogen of eene in
terventie van de Vereenigde staten noodig mochten
zijn. Het antwoord van Spanje beschouwde de
heer Fish als van vriendsehappelijken aard te zijn,
terwijl hij verzekerdedat over het geheel de
onderhandelingen met dat land in vriendsehappe
lijken zin worden gevoerd.
Als een staaltje van echt Fransche hoogdravend
heid laten wij hier de rede volgen door den voor
zitter van den Parijschen gemeenteraad tot Victor
Hugo gerichtbij gelegenheid"van diens verkiezing
tot gedelegeerde, en het antwoord van den dichter.
De heer Clémenceau zeide:
„Mijn waarde en beroemde medeburger!
„Mijne collega's hebben mij opgedragen ter uwer
kennis te brengendat de gemeenteraad, uit al
onze medeburgers, u heeft gekozen om ons Parijs,
ons groot en dierbaar Parijs, in het senatoriale
college van het departement van de Seine te ver
tegenwoordigen.
„Het is een groote eer voor mij deze opdracht
te vervullen. Veroorloof mij er mij zonder lange
vertoogen van te kwijten.
„De gemeenteraad van.de eerste gemeente van
Frankrijk, de Fransche gemeente bij uitnemend
heid, was verplicht, om ter vertegenwoordiging
van deze werkzame Parijsche democratie, die het
vleesch en bloed van de geheele Fransche demo
cratie is, een man te kiezen wiens leven een leven
van werk en strijd was en die, indien dit mogelijk
was, tevens de hoogste uitdrukking zou wezen
van het genie van Frankrijk.
„Hij heeft u verkozen, miju waarde en beroemde
medeburger, u die tot de wereld over Parijs spreekt,
u die zijn strijd, zijn ongelukken, zijn verwachtingen
haar hebt kenbaar gemaaktu, die het kent en be
mint, u eindelijkdie gedurende twintig jaren van
onderdrukking en schande u op onverbiddelijke
wijze hebt verzet tegen de zegevierende misdaad;
u, die het schandelijk geschreeuw van geprostitu
eerde lofredenaars het zwijgen hebt opgelegd om
der wereld te doen hooren:
La voix qui ditMalheur, la bouche qui dit Non
„Helaashet ongeluk dat gij hebt voorspeld
is gekomenhet is spoedig gekomen en in al zijn
omvang.
„Ons geslacht, onze stad beginnen een blik vol
hoop te werpen op de toekomst. Ons vaartuig
behoort tot dezulken, die nooit vergaan. Fluctuat
nee mergitur. Opdat de nevelen van het heden
de toekomst niet voor u verduisteren, verlaat gij,
die de hoogten overziet, de arkslaat gij uw
vleugels uiten weldra begroeten wij u, terwijl
gij hen die nog twijfelen den groenen tak der repu
bliek toont!"
Victor Hugo antwoordde het volgende:
„Mijnheer de president van den gemeenteraad
van Parijs
„Ik ben diep getroffen door uw welsprekende
woorden. Het is moeilijk om er op te antwoorden
ik zal het echter beproeven.
„Gij hebt mij een mandaat gebracht, het be
langrijkste mandaat dat aan een burger kan wor
den opgedragen. De zending, die mij is opgedragen
is, in een plechtig oogenblik, Parijs te vertegen
woordigen, Parijs dat wil zeggen de stad der
republiek, de stad der vrijheid, de stad die de
uitdrukking is der revolutie door de beschaving,
en die onder alle andere steden, het privilegie
heeft op het gebied van den menschelijken geest
nooit een pas achterwaarts te hebben gedaan.
„Parijs op bewonderenswaardige wijze heeft het
dit door uw mond tot mij gezegd stelt vertrouwen
in mij. Vergun mij te zeggen waarom. Want,
zoo ik al door mij zei ven niets ben, ik gevoel dat
ik besta door mijne toewijding, en dat mijn gewe
ten het vertrouwen van Parijs evenaart.
„Het betreft de republiek te bevestigen. Wij
zullen het doen; en het welslagen is zeker. Wat
mij betreft, gewapend met uw mandaat, ben ik mij
bewust een groote kracht te zijn. De ziel van Parijs
in zich te gevoelen is in zekeren zin als gevoelde
men de ziel der beschaving zelve in zich.
„Ik zal dus recht op uw doel afgaan, dat ook
het mijne is. De taak die gij mij hebt opgelegd
is een groote eer; maar wat onder de monarchie
eer heetheet onder de republiek plicht. Het is
dus meer dan een groote eer die gij mij hebt
bewezen, het is een plicht dien ge mij hebt op
gelegd. Ik neem dien plicht op mij en zal hem
vervullen. Wat Parijs wil zal ik aan Frankrijk
zeggen. Reken op mij. Leve de republiek!
Amsterdam, 19 Januari. Raapolie op zes weken
f 39j. Lijnolie 28J-.
Amsterdam, 19 Januari.
Nederl. Certific. Werkelijke schuld. 2£ pet. 63^
dito dito dito 3 75 j
dito dito dito 4 100
Aand. Handelmaatschappij5 108
dito exploitat. Ned. Staatssp. 87$
Loten stad Rotterdam. 3 f 96f
dito dito Amsterdam 3 94
België. Certificaten bij Rothschild. 2Jj pet.
Frankr. Inschrijvingen3
dito5
Rusland. Obligatiën 1798/1816 5 102{
Certific. Inscr, 5" serie 5 77|