Onderwijs, Kerknieuws, Marine en leger, Kunstnieuws. Verkoopingen en Aanbestedingen. Thermometerstand. Gemeenteraad van Vlissingen. Zutfen; tot griffier bij het kantongerecht te Hel mond, jhr. mr. C. P. J. Bosch van Drakestein, advocaat te Utrecht; tot plaatsvervangend kan tonrechter te Gorinchem, mr. S. C. van Appeltere, notaris aldaar; tot rechter-plaatsvervanger in de arrondissements-rechtbank te Hoorn, mr. W. K. baron van Dedem, burgemeester dier gemeente; tot officier van justitie bij de arrondissements rechtbank te Almelo jhr. m*. M. W. C. de Jonge, thans substituut-officier van justitie bij de arron dissements-rechtbank te Amersfoorttot substituut officier van justitie bij de arrondissements-rechtbank te 'sGravenhage mr. E. Z. L. van der Kemp, thans substituut-officier van justitie bij de arron dissements-rechtbank te Assentot griffier bij het kantongerecht te Ridderkerk mr. J. R. H. van Schaik, advocaat te Delft. ridderorde». Benoemd tot ridder der orde van den Nederlandschen leeuw de heer W. van Konij nenburg, referendaris bij het departement van financiën. Het heeft den koning behaagd ter zake der krijgsverrichtingen tegen Atchin: a voornamelijk wegens de operatiën tegen de kampongs Zuid-Setoe, Lambteboe en Gitjiel-Oleiloe (2 Mei 11.), te benoemen tot ridder 4e klasse der Militaire Willemsorde, den leu luitenant der infanterie jhr. E. H. F. Leyssius, den sinds tot len luitenant bevorderden 2en luitenant der artillerie jhr. H. P. Tindal en den fuselier J. Udo; en bg afzonderlpke dagorders, zoo in Indië als in Nederland, eervol te doen vernielden: den kapitein J. J. Korndörffer, den leu luitenant jh*. W. F. Clifford Koek van Breugel en den sergeant-majoor G. P. C. van Bijsterveld, allen van het korps mariniers, benevens den len luite nant der infanterie A. W. K. ter Beek,den kor poraal der artillerie E. F. de Sausin, den zieken vader F. Keiler en den kanonier 2e klasse T. van der Werf; J> wegens verschillende uitstekende diensten door hen op het oorlogstooneel volbracht, te benoemen tot ridder der orde van den Neder landschen Leeuw, den militairen apotheker 2e klasse J. H. Schmidt, en den van 't leger hier te lande gedetacheerden officier van gezondheid 2' klasse J. H. Bijstra. belastingen. Benoemd tot ontvanger der directe belastingen te Delft c. a. A. Zonnevylle, thans ontvanger der directe belastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen te Delfshaven. leger. Bij koninklijk besluit is aan den officier van gezondheid 2° klasse H. A. de Jongh, van het personeel van den geneeskundigen dienst der landmacht, op zijn verzoek, een eervol ontslag verleend uit den militairen dienst. Bij koninklijk besluit is de 2e luitenant-kwar tiermeester N. J. van den Bent, van het 8e regi ment infanterie, in rang en ancienneteit overge plaatst bg het personeel der militaire administratie van het leger in Nederlandsch-Indië. Benoemd tot leeraar in de plant- en dierkunde aan de rijks-kweekschool voor onderwyzers te Haarlem d*. J. C. Romboutstot leeraar in het boekhouden aan de H. B. S. te Kampen dr. G. Schouten. Benoemd tot prorector aan het gymnasium te Delft dr. G. van Helbergen, conrector aan het gymnasium te Assen. Op de voordracht van de drie professoren in de zoölogie heeft de minister van binnenlandsche zaken de Nederlandsche werktafel in het zoölogisch station te Napels van Januari tot April '76 ter beschikking gesteld van d*. J. G. de Man conser vator aan het museum voor natuurlijke historie te Leiden. Aan de N. Rott. Ct. wordt geschreven, dat er sprake is van intrekking van het besluit van den souvereinen vorst van April 1814 en van het koninklijk besluit van Juni 1862, bepalende het getal predikantsplaatsen by de Hervormde en de Waalsche gemeenten. Naar aanleiding van het koninklijk besluit van den 2en Januari 1876, n° 16, wordt Z'. M«. schroef- stoomschip 4" klasse Aruba, liggende te Willems oord, met den 16en daaraanvolgende in dienst gesteld en het bevel over dien bodem opgedragen aan den luitenant ter zee le klasse jh*. J. A. Roëll. Naar het Vaderland verneemt, hebben de luitenants Francke en de Meester van het 5e re giment infanterie, die zich belangeloos ten taak gesteld hadden een fonds in het leven te roepen tot onderstand van weduwen en van weezen onder officieren hetgeen den ontwerpers veel succes opleverde, vanwege het ministerie van oorlog order bekomen verdere pogingen te staken, omdat een dergelijk plan bij dat departement aangangig was; hun is bovendien verzocht hunne berekening op te zenden. Blijkens de advertentiën van den impressario Ullman zal Christina "Nelsson Zaterdag 22 Januari in het Park te Amsterdam en Maandag den 24en in het gebouw voor kunsten en weten schappen te 's Hage optreden. De toegangprijzen zijn 5, ƒ3. en ƒ1.50. De heer Ullman maakt bekend dat hij deze concerten eigenlijk alleen geeft uit bewogenheid met het lot van het Nederlandsch publiekdat anders verstoken zou zyn van het genot „eene zoo schitterende ster aan den kunst- hemel, die de oude en nieuwe wereld met haar naam vervult," te kunnen bewonderen. Hij zelf heeft toch by de onderneming niets dan schade. Mevrouw Nelsson alleen kost hem (hij is zoo discreet het te adverteeren) de ronde som van 3000 per avond. Zouden kunstliefhebbers in onze groote steden zich door dergelijke kermis-bombast laten lokken? Het ware te wenschen dat Christine Nelsson van het Nederlandsch publiek de les ont ving dat de prostitutie der kunst bij ons te lande slechts op ledige zalen te rekenen heeft. Men leest in Het Vaderland: Bg de behandeling der begrooting van binnen landsche zaken in de tweede kamer is bij het artikel, dat betrekking had tot den bouw van een nieuw departement van justitie, door een der leden, den heer van Eek, in algemeene bewoordin gen gewag gemaakt van een groot plan tot het bouwen van het bij de wet bepaalde paleis voor de natiedoch met toevoeging van nog een aantal andere gebouwen voor al de ministerieele depar tementen en sommige hooge collegiën. Destijds was echter ook den minister weinig van de plan nen bekendalleen wist hydat het Malieveld de plaats zou zijnwaar men zich voorstelde al deze kolossale gebouwen te stichten, by aanneming h forfait. Thans vernemen wij, dat er twee plannen tot hetzelfde doel, maar met verschil in de kosten bestaan, en dat zij ontworpen zijn door den architect B. Brouwer, te 's Gravenhage dezelf de die op dit oogenblik aan de overzijde der koninginnegracht te een kapitaal blok huizen in den stijl Lode wijk XIII in aanbouw heeft, waarvan de voorgevel hoofdzakeiyk bestaat uit een in ons land nog niet gebruikte steensoortdie het mar mer nabp komt. Zijn wij goed ingelicht, dan zijn al de plans van het nationaal paleis en der ministerieele departementen gereed om binnen weinige dagen aan den minister van binnenland sche zaken te worden ingezonden. Door de directie van de koninkiyke fabriek van stoom- en andere werktuigen te Amsterdam waren vier scheepstimmerlieden, te Alblasserdam wonende aangenomen om op hare werven werk zaam te zyn. Toen zij gisteren morgen aan den arbeid zouden gaan, weigerden 50 scheepstimmer lieden langer te werken indien de vreemdelingen niet werden verwijderd, voegden de daad bij het woord en verlieten de werf. Onmiddellijk werd toen door de directie bekend gemaakt dat zij, 'die het werk hadden verlaten en te twee uren den arbeid niet wilden hervatten, als ontslagen be schouwd zouden worden. Eenigen hebben eieren voor hun geld gekozen, maar de Alblasserdamsche werklieden zyn tot heden nog niet aan den arbeid daar zij voor mishandeling vreezen. Tusschen Groningen en Maastricht is een maandeiyksche stoombootdienst voor goederenver voer tot stand gekomen. Een daad van vandalisms is aan het Israëli tisch kerkgebouw te Venlo gepleegd. In den voor gevel en den koepel dezer kerk zpn de groote ruiten van matglas moedwillig verbrijzeld. Ten vorigen jare werd een gelijk feit aan hetzelfde gebouw gepleegd en, evenals toen zijn ook thans de daders onbekend. De pianist Bromberger, thans te Bremen gevestigd, heeft 't voornemen dezen winter Holland te bezoeken. Hij is van plan pianoconcerten te geven en als het ware een historisch overzicht te leveren- der pianomuziek van Scarlatti tot Liszt. De ^Bremer Courier" maakt met veel lof gewag van zgn talentvol spel. Volgens het Vaderland is een oppassend 16jarig jongeling te Rotterdam die in April 11. door een dollen hond was gebeten, in de vorige week plotseling zoo ongesteld geworden, dat hij weldra onder eenvreeselijk lijden is bezweken. Te Harderwijk zijn drie recruten voor den kolonialen dienst door eene Belgische „dame" uit Charleroi aangebracht en na onderzoek aangenomen. Maandag morgen werd te Nieuwediep het stoffelijk overschot van den officier van gezondheid le klasse W. Ruijsch met militaire eerbewij zingen ter aarde besteld. De eerstaanwezende officier van gezondheid d*. Oudenhoven bracht aan het graf des overledene als menseh, als kamaraad en huis vader huldeterwgl de redenaar der loge de heer von Geusau hem uit naam der broeders vrijmet selaars herdacht. Volgens de beweringen van officieuse organen in Duitschland is de regeering voornemens het wetsontwerp tot wijziging van het wetboek van strafrecht grootendeels in te trekken en slechts de paragrafen, die als dringend noodzakeiyk wor den beschouwd, zooals de Arnim-paragraaf, en die dan ook reeds in eerste lezing zijn aangenomen te handhaven. In het volgend jaar zou men dan willen overgaan tot een geheele herziening van de strafwetgeving. Als ditwaar was dan zou men, zegt de Volkszeitung, hoewel langs een verren om weg, eindelijk op de rechte baan zijn. Binnen kort zal in Duitschland een aanvang worden gemaakt met het leggen van onderaardsche telegraafkabels. Het bestuur der telegrafie is voornemens overal dergelijke telegraafleidingen tot stand te brengen, een plan dat reeds vroeger was opgevat, doch toen was opgegeven omdat men vreesde de daaraan verbonden zwarigheden, in 't byzonder de kosten niet te zullen kunnen bestrijden. De maarschalk Canrobert heeft, om te voor komen, dat daarin eene demonstratie tegen de regeering van maarschalk Mac-Mahon zou worden gezien, voor iedere candidatuur voor een zetel in den Franschen senaat bedankt. Uit Moskou wordt gemeld, dat de instructie g.der zaak van dr. Strousberg is afgeloopenzoodat sedert eenige dagen de strenge afzondering, die ten zijnen aanzien werd in acht genomen, is op geheven en hy weder bezoeken van zijn secretaris en andere personen mag ontvangen. Hij hoopt dat hem weldra zal worden veroorloofd zgne ge vangenschap voor huisarrest in een hotel te ver wisselen. Naar men verzekert is dr. Strousberg zoowel door de Oostemijksche als door de Pruisi sche regeering opgeëischt en zou men voornemens zijn aan het verlangen van Oostenrijk te voldoen, omdat zich aldaar het grootste gedeelte der con currente schuldeischers bevindt. De Yossische Zeitung verzekert, dat de archieven van Sleeswijk-Holsteindie in 1864 door de Denen naar Kopenhagen zijn vervoerd, thans aan Pruisen zijn uitgeleverd. Het aantal ridderordenin wier bezit de rijkskanselier van het Duitsche rijk zich kan ver heugen, is door zijn onlangs plaats gehad hebbende benoeming tot ridder van het Gulden vlies van Spanje, tot 37 gestegen, zoodat ternauwernood op zgn borst plaats meer is voor nieuwe onder scheidingen. By de aanbesteding op het raadhuis alhier op den 3e dezer is ingeschreven als volgt: Het leveren van 70 kub. meters gewasschen en 50 dito ongewasschen grint, éen biljet van P. de Vos voor ƒ499.75. Het leveren van plaatzand, éen biljet van W. van Ouwerkerk en R. van Veen, voor 88 cent de kub. meter. Het leveren van boutwaren, drie biljetten, den Bouwmeester en van der Leije, deBvoekert en c0., en Alberts en c°. Het leveren van verfwaren, drie biljetten, C. Baart, H. J. Hackenberg en W. P. van de Kamer. Het leveren van kalk, tras en cement, twee biljetten, W. van Uije en J. Holm. Zullende van de drie laatstgenoemde leveringen de prijsvergelijking later geschieden. 4 Jan. 's av. 11 u. 32 gr. 5 's morg. 7 u. 28 gr. 's midd. 1 u. 31 gr. 's av. 6 u. 27 gr. Zitting van Maandag 3 Januari. Voorzitter de heer Winkelman. Afwezig de heer de Groof. De voorzitter opent deze eerste zitting van het nieuwe jaar met den leden Gods beste zegeningen toe te wenschen, zoo voor hunne personen en ge» zjnnen, als in de betrekkingen die zy in de maat schappij bekleeden, en deze vooral in te roepen op al wat in den raad zal behandeld worden. Hij hoopt dat alle te nemen besluiten zullen strekken tot nut dezer gemeente. De notulen van het verhandelde in de vorige zitting goedgekeurd zijnde, wordt voor kennisge ving aangenomen de mededeeling des voorzitters, dat van den heer de Groof bericht is ingekomen dat hij door ongesteldheid verhinderd is deze zit ting bij te wonen. Vervolgens is aan de orde het onderzoek der geloofsbrieven van het nieuw benoemde raadslid den heer C. Mortier. Tot leden der commissie, met dat onderzoek belast, wijst de voorzitter aan de heeren Kleijnhens, Callenfels en Verkuijl Quak - keiaar. Gedurende den tijd dat de commissie zich voor het onderzoek verwijdert, worden de werkzaam heden geschorst. Ter vergadering teruggekeerd, brengt de heer Kleijnhens namens de commissie rapport uit. De conclusie daarvan strekt tot toelating van den heer Mortier. Zonder bedenking - en zonder hoofdelyke stemming wordt alzoo besloten. De zitting gaat over in eene met gesloten deuren. Na de hervatting der openbare werkzaamheden had de vaststelling plaats van het tweede supple toir kohier van den hoofdelijken omslag, waarover alleen beraadslaging werd gevoerd voor zooveel betreft den aanslag van den heer H. A. de Smit van den Broecke, luitenant ter zee 1° klasse, ge detacheerd bij het departement van marine, afdee- ling hydraugraphie, te 's Gravenhage. Genoemde heer heeft tegen zijn aanslag gereclameerd als zijnde in strijd met art. 245 der gemeentewet en met art. 2 der verordening tot heffing eener plaat selijke directe-belasting op de inkomsten in de gemeente Vlissingen. Belast geworden met het doen van opmetingen op de Schelde ten dienste der hydraugraphieheeft hij geen drie maanden te Vlissingen vertoefd, maar steeds gewoond aan boord vau een van Zr. M". schepen. Bovendien is ook geen zijner medeschepelingen aangeslagen. Burgemeester en wethouders adviseeren den heer de Smit van den Broecke wèl aan te slaan, op gronddat hij volgens een ontvangen verhuis- biljet uit 'sGravenhage is ingeschreven in het bevolkingsregister te Vlissingenen dat het vaar tuig belast met het doen van hydraugraphische opnemingen niet is een oorlog-schip, maar een rijksvaartuig onder beheer der marine. De heer Callenfelshoezeer ingevolge art. 46 der gemeentewet in deze zaak niet mogende mede stemmen, gevoelde zich toch genoopt om in het breede te betoogen dat de aanslag van den heer de Smit van den Broecke onwettig en onbiliykis. Vooreerst beriep hij zich op de voorlaatste alinea van art. 245 der gemeentewet, waarin wordt bepaald dat hij, die ter waarneming eener open bare betrekking in eene gemeente buiten zyn hoofdverblijf tijdelijk vertoeft, in die gemeente niet in den hoofdelijken omslag bijdraagt. De heer de Smit van den Broecke nu is als officier der marine gedetacheerd by de hydraugraphie te 's Gravenhage en daar is zijn hoofdverblijf. Art. 2 der verordening op de inkomstenbelasting zegt dat aan hoofdelijken omslag niet onderworpen zgn officieren, onderofficieren en verdere schepelingen bestemd voor Z*. M\ schepen van oorlog, liggende in eene der havens of ter reede van Vlissingen, tenzij zij persoonlijk of hun gezin aan wal gehuis vest zijn. Vooreerst weerspreekt de heer Callenfels de bewering van burgemeester en wethouders, dat het vaartuig bestemd voor hydraugraphische opnemingen ten dienste der marine geen oorlogs vaartuig zou zijD. Wel is het ongewapend, maar het zijn niet alleen de stukken geschut die een schip tot een oorlogschip maken. Ieder schip dat het recht heeft de vlag te dragen en onder kommando staat van een officier der marine, is een oorlogschip. Te dezen aanzien beriep spreker zich Op het bekende werk van Ottolant en het daarin medegedeelde geschil in der tijd tusschen Spanje en Denemarken ontstaan over het opbrengen naar Cadix van een Deensche korvet, in welk geschil door Rusland (dat met de Vereenigde staten was uitgenoodigd om als scheidsrechter op te treden) ook werd verklaard dat zoodra een schip het recht heeft tot het dragen der vlag en het onder kommando van een marine-officier staat het een oorlogschip is. Geschut aan boord is geen vereischte. Spreker noemde o. a. de „Frans Nae- rebout", dat een oorlogschip is ook al had het geen geschut aan boord, evenals de ongewapende zoogenaamde adviesjachten. Verder noemde spreker het onbillijk dat men den heer de Smit van den Broecke zou aanslaan en de overige equipage niet. De grond of oorzaak van den aanslag is gelegen in een getuigschrift van verandering van woon plaats. De belanghebbende heeft zich, last ont vangen hebbende tot het doen van hydraugraphische opnemingen op de Schelde, in April van het vorige jaar begeven ter gemeente-secretarie van 's Graven hage, waar hem door een beambte gezegd werd dat hij eene woonplaats moest opgeven, aangezien hij ergens ingeschreven moest zijn. Hij gaf toen Vlissingen op, doch ontving zelf geen verhuizings biljet; wel werd later een duplicaat naar Vlissin gen gezonden. De belanghebbende is te Vlissingen niet ingeschreven op vertoon van een getuig schrift van verandering van werkelijke woonplaats van het bestuur van 'sGravenhage, zooals art. 14 van het koninkiyk besluit van 3 November 1861 (Staatsblad n° 94) voorschrijft; en volgens art. 5 van datzelfde besluit mocht hij ook niet te Vlis singen ingeschreven zijn. Afgescheiden van dit alles blijkt uit de aantee- keningen van het scheepsjournaal dat de belang hebbende tijdens de door hem gedane opnemingen op verschillende plaatsen, zooals Neuzen, Breskens, Blankenbergh en soms ook te Vlissingen heeft vertoefd, maar zeker geen drie maanden te Vlis singen verblijf heeft gehouden, zoodat hij niet kan aangeslagen worden. De heer Kleijnhens merkte op, dat de quaestie van den aanslag alleen beheerscht wordt door het ge tuigschrift van het overbrengen van het hoofd- verblgf van 's Hage naar Vlissingen. Niet 's Gra venhage is het hoofdverbiyf van den belanghebbende gebleven, maar Vlissingen is zijn hoofdverbiyf gewordenen overeenkomstig art. 2 der verorde ning op den hoofdelijken omslag behoort hij dus ook aangeslagen te worden. De quaestie of het vaartuig aan boord waarvan de heer de Smit van den Broecke zich bevond al of niet een oorlog-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1876 | | pagina 2