ders, tegen 9012 in 1871, 9149 in 1872, 8641 in 1873 en 8639 in 1874, zoodat het aantal der in 1875 om die reden vrijgestelden, ofschoon tot een veel lager bedrag dan in de beide eerstgenoemde jaren, echter, bij de lichtingen van 1873 en 1874 vergeleken, aanmerkelijk is toegenomen. Het totaal bedrag der om verschillende redenen vrijgestelde lotelingen, iqet bij voeging der uitgeslotenen en der tusschentijds overledenen, was voor de ligting van 1875 17,270; in 1871 bedrieg dit aantal 17,425, in 1872, 17,685, in 1873, 16,952 en in 1874 17,115. Het cijfer dezer vrijstellingen is dus in 1875 weder hooger geweest dan in het laatst voorafgaande jaar, toen het aantal ingeschrevenen met dat van deze lich ting slechts een verschil van twee man opleverde. Aan 83 lotelingen der lichting van 1875 is, op grond van de eerste zinsnede van art. 127 der wet, onthef fing van den werkelijken dien3t als geestelijken en bedienaren van den godsdienst bij de kerkgenoot schappen of als student in de godgeleerdheid verleend. Aan slechts vijf militieplichtigen, voor die lichting ingelijfd, werd, krachtens de 2" zinsnede van art. 127, ontheffing van dienst door den koning toegekend. Het gezamenlijk getal der in 1874 door Z. M. verleende ontheffingen bedroeg 98. De luitenant ter zee 1' klasse B. M. van der Weide, dienende aan boord van Zr. M>. wachtschip te Willemsoord, wordt met den 15" Februari a. op nonactiviteit gesteld. Hunstnleuws. De uitvoering door het Kotterdamsch strijk-quartet, met medewerking van den heer Kirrwald alhier, Dinsdag avond gegeven, leverde voor alle aanwezige muziekliefhebbers eenige uren van waar en edel genot op. Over de verdiensten der executanten zullen wij niet uitweiden. Bij het bewonderen van hun meester lijk spel en voordrachtwaardoor de verschillende samenwerkende instrumenten als tot éen majestueus speeltuig hervormd worden voelt men onwillekeurig een gevoel van naijver tegenover onze groote steden, die door haar talrijker publiek en uitgebreider hulp middelen dergelijke muzikale krachten tot zich kunnen trekken en vereenigd houden. N°. 1 van het programmaMozart's quartet n° 7, maakte als alle werken van dien meestereen betoo- verenden indruk door het irissche, geestige en bevallige der allegretto's het teedere en aandoenlijke andante en het schalkscheorigineele menuetto. De eerepalm van den avond was echter weggelegd voor Schumann. Zijn quintetop. 44een werk dat hier vroegerge- looven wij nog niet werd uitgevoerd is een grootsch toonwerk, verbazend moeilijk voor de uitvoering, vooral in de pianopartij, dat echter uitstekend gespeeld werd. De treurmarschzoo somber en verheffend te gelijk, en het prachtige slot-allegrodat in rijkdom van kleuren en klanken aan een tooneel uit Wallenstein's Lager van Schiller denken doet, zijn meesterstukken van den eersten rang. Beethoven's quartet n° 10 (op. 74) besloot op waar dige wijze den avond. Vooral het adagio werd wegsleepend schoon voorgedragen. Het wilde, bijna demonische presto en allegretto maakte daarna een effectmeer van verbazing dan van genot. Trou wens de door Schumann's quintet zoo hoog gespannen bewondering kon bijna niet anders dan in afnemenden graad opgewekt worden. Gemengde berichten. Eenige onverlaten te 's Hage hebben gisteren nacht een meisje op smadelijke wijze mishandeld en>9 een wagen langs de Lange Gracht gereden. De nacht, wacht, die een einde aan het schandaal wilde maken, werd op den grond geworpen en ernstig aan den arm bezeerd. De zaak wordt door de politie onderzocht. Binnen kort zal opnieuw een oorspronkelijk drama het licht zien. De handeling van de „Jan Pietersen'' is ontleend aan het begin van den opstand tegen Spanje. De auteur is een jeugdig officier, jdie zijn eerste werk waarschijnlijk te Rotterdam zal laten opvoeren. Vad Te Groenlo is den 27" en 28" dezer door een man, die in zijn tuin aan het omspitten was, gevonden een koperen kistje, gevuld met 161 gouden muntstuk, ken, benevens 3 aarden potten met p. m. 300 zilveren muntstukken, de meeste uit de 17e eeuw met de beel tenis en het omschrift van „Filips de 4" koning van Spanje en Indië" men denkt dat het daar reeds is geborgen in den tijd van den Munsterschen oorlog. Bij den landbouwer H. te Zuid-Beierland stierven eenigen tijd geleden successievelijk acht paarden, zon der dat met zekerheid een bepaalde oorzaak kon wor den aangegeven. Eenige dagen geleden zijn er weder eenige runderen gestorven onder dezelfde geheimzinnige verschijnselen, en thar m deskundige gecon stateerd, dat vergiftig lge van het voederen met in hooge mate beschimmelt, klaverhooi de eenige oorzaak is van al de sterfgevallen. Naar wij vernemen hebben de uitgevers Blom Olivierse te Kuilenburg het plan opgevatom alles wat over de tabaksquaestie in de dag- en weekbladen is geplaatst en nog zal geplaatst worden, te verzamelen en in den vorm van een boekjewaarvan aan de leden van de le en 2e kamer een exemplaar gratis zal ge zonden wordenuit toegeven. Bijdragen daarvoor zullenom de uitgave zoo volledig mogelijk te maken, bovengenoemde uitgevers gaarne ontvangen. Door een zalmvisscher op de Lek, nabij Am- merstolis een levend varken in de zegen gevangen. Het beest is waarschijnlijk van een der voorbijvarende s oombooten te water gëraakt. Gisteren nacht is door een politie-agent te Zwolle aangehouden eea wisselwachter aan het staatsspoor, bij zich hebbende een Leidsehe kaaswelke bij onderzoek gebleken is door hem te zijn ontvreemd uit de goede renloods nabij het statiatt te Zwolle. Het Vaderland meldt het volgende uit Amsterdam. In den laatsten tijd hoort men hier gedurig van zelfmoorden waarvan er nog al enkele onder de diamant slijpers voorvallen. De verbazende schatten en onge looflijke sommen, die bij deze industrie worden ver diend, men spreekt van f 400 tot f 600 's weeks voor een geoefend klover tichijnen voor velen toch niet liet ware geluk aan te brengen. Zoo b. v. heeft zich giste ren avond weder een diamantwerker verdronken, die zich aan 'tspel had overgegeven, en de groote verliezen blijkbaar niet heeft kunnen dragen. Zijn lijk werd gisteren avond te ongeveer 11 uren uit de Singelgracht bij de Raampoort opgehaald en naar zijn woning in de Batavierstraat j overgebracht. Hij laat een jeugd ge vrouw en 3 jonge kinderen achter. Aan de Amsterdamsche courant wordt het vol gende uit Nieuwediep geschreven Ik heb heden een wandeling naar den König Wilhelm gemaakt, en mij werd gezegdhetgeen ik trouwens ook zien kon, dat het schip in den nacht van 25op 26 Dec. ongeveer 80 voet in eens is teruggewerkt. Ik heb zelf gestaan en geloopen op de plek waar de voorkiel van het schip in het zand gezeten heeft. Het volk is nu bezig den kistdam, die om het schip ge maakt was, weg te breken, en zand tegen de bak boordzijde te brengen, opdat het schip niet weder te gen de duinen teruggeslagen worde. Het volk, dat er aan werkt, denkt nu spoedig het schip in de zooge naamde Kil te krijgen en dan dan hopon zij het schip over de bank te trekken, doch daar wordt een goed tij water voor vereischt. Het is zoojammer, zoo verklaarde mij een loods, dat, als er een goed tij water is, er gewoonlijk een noord-westen storm woedt, zoo hevig, dat men aan boord niet werken kan. Doch dit is van later zorg. Men mag zich althans verheu gen nu door het medegedeelde feit bewezen te zien dat er wat gevorderd is. De Groninger courant, uitgave Gebrs. Hoitsema, is, te rekenen van 29 Dec., overgegaan aan een naam- looze vennootschap. De St. Ct. deelt de statuten en de koninklijke bewilliging daarop mede. In de laatste zitting van het prov. gerechtshof te Utrecht is uitspraak gedaan in de zaak over het jachtrecht te Soestdijk. Het hof heeft uitgemaakt, dat de staat in 1815 geen jachtrecht te Soestdijk bezat en dus dat niet kon overdragen. De hooge raad zal in deze het eindvonnis vellen. Den 15" Januari 1876 wordt te Utrecht aan het station eene buitengewone algemeene vergadering gehou- I den van de aandeelhouders der Ned. Rijnspoorwegmaat schappij waarin zeer belangrijke voorstellen zullen worden ter tafel gebracht. De Vereeniging tot bevordering der zoetwater visscherij in Nederland, gevestigd te Dordrecht, heeft de volgende prijsvraag uitgeschreven 1 „Een zooveel mogelijk volledige beschrijving (liefst met teekeningen opgehelderd) van de zoet water visscherij, netten en gereedschappen en hun gebruik." Zij looft uit een premie van f 200 voor het volle digste, door de commissie van beoordeeling goedge keurde antwoord. De antwoorden moeten ingezonden worden aan den secretaris der Vereeniging, den heer Cs. Stal, te Drim- melen, vóór 31 December 1876. Te Londen zijn proefnemingen gedaan met een vliegmachine door den heer Simmonds uitgevonden die voor militaire doeleinden geschikt zou wezen. Het heeft echter niet aan de verwachting beantwoord. Zoo wel bij de eerste als bij de tweede proefneming steeg het toestel tot een hoogte van 300 voet, doch viel spoedig weder neder en is voorloopig voor verdere proefnemingen onbruikbaar. In den nacht v an den 14" December jl. had de journalist Albert Barbieux, voormalig hoofdredacteur van den Rappel, bij gelegenheid van een partijtje wat diep in het glaasje gekeken. Toen hij des mor gens tegen 9 uren zijne woning opzocht was hij dronken, en kreeg een standje met een paar koetsiers van fiacres die hem niet naar huis wilden brengen; hierdoor kwam hij in conflict met politieagenten, die hij voor Bonapartisten uit schold terwijl hij de voorbijgangers om hulp riep tegen Corsikanen. Hij werd naar het politie-bureau gebracht en het ongeluk wilde, dat Barbieux brieven bij zich had waar uit blijkt, dat hij het voornemen koesterde, om zoodra de staat van beleg te Parijs zou zijn opgeheven een radicaal blad te stichten dat de naam Le Ralliement zou dragen met medewerking van Eochefort en Gustaaf Naquet. In drie brieven van Rochefort zet deze zijne denkbeel den uiteen. Hij zelf zou zijn artikelen onderteekenen met het pseudoniem „de lantaarnman", het welk alge meen bekend is. Hij verklaart voor de buitcnlandsche kroniek in het bezit te zijn van geheel nieuwe docu menten en berichtendaar hij in betrekking staat met Cuba en de Herzegowina. Ook de Spaansche vluchte lingen zouden berichten leveren. Barbieux schijnt te hebben voorgesteld, dat de artikelen van Rochefort door diens 16 jarigen zoon zouden worden geteekend. doch daartegen verzet zich de vader„Wat te doen zegt hij, als iemand mijn zoon beleedigt en uitdaagt? Men moet dan zeggen dat de artikelen van mij zijn. Hoewel hij in het vechten een baas iskan hij toch op zijn leeftijd niet duelleeren. En dan is het publiek zoo naiëf, dat het werkelijk zou gelooven, dat mijne artikelen van mijn zoon afkomstig waren." Men heeft Barbieux voor die brieven niets kunnen doendoch hij is tot 8 dagen gevangenisstraf en 5 franken boete wegens overtreding der politieverordeningen veroordeeld De Oostenrij ksche president-minister en minister van buitenlandsche zaken graaf Andrassy ontving on angs van een Weener winkelier in heeren modeartike- en het verzoek om vergunning zijn winkel „Zum Grafen Andrassyte mogen noemen. Na een onderzoek omtrent de soliditeit van den adressant stond Andrassy het verzoek toe, onder voorwaarde echter dat de win kelier geen portret van den minister zou uithangen. De koopman echter liet een keurigen Andrassy in Hongaarsche generaals-uniform schilderen en maakte met dat schild niet weinig effect. Een aantal attachés achtten zich verplicht slechts bij „graaf Andrassy" te koopen, anderen gingen er om hunne betrekking tot het ministerie te doen uitkomen en de winkelier deed uitstekende zaken. De graaf vernam dit spoedig en ga.£ terstond bovol öm zijn boold Trog- to ncmoiiu'uv.T de winkelier heeft nogmaals dringend vergunning ge vraagd het beeld van den minister te mogen blijven voeren, en misschien dat deze met het oog op de voordeelen voor den winkelier nog wel toestemt zijn zwarten krulkop als schutspatroon voor een mode-ma gazijn aan te wenden. Te Bern heeft op tweeden Kerstdag een aller treurigst ongeluk plaats gehad. Bij gelegenheid eener uitdeeling van Kerstgeschenken in het schoollokaal van den heer Helleker is de zaal ingestort, waardoor 80 personen, ouders zoowel als kinderen, werden gedood en 50 gewond. Omtrent het Belgische wonderkind Frits van de Kerkhove, dat gezegd werd de vervaardiger van een aantal verwonderlijk schoon uitgevoerde kleine schil derstukken te zijn en waarover onze lezers in de brie ven van onzen Brusselschen correspondent een en ander hebben kunnen vernemenleest men in de Nederland- sche Kunstbode het volgende, dat door de Zwolsche courant overgenomen wordt: „De commissie uit de Brugsche afdeeling van het Willemsfondsdie op zich genomen had een nader onderzoek omtrent de herkomst der veelbesproken schil derstukken in te stellendoor het kinderpenseel naar 't heette van bovengeraelden Frits gewrocht, en reeds herhaaldelijk ter sprake gebrachtheeft op den 16" October 11. verslag van haar pogingen gedaan. Het is haar naar zij daarin bericht ten volle gebleken, dat 1° het knaapje zich veel mét schilderen bezig hielddoch niet veel beter teekende dan andere kinderen van zijn leeftijd; 2° de vader naar zijn eigen betuiging de maker is van sommige boomen en bouwkunstige lijnenin het werk van zijn zoontje voorkomende3" er slechts éen getuige te vinden is geweest, die met zekerheid bevestigde, dat hij Frits- je eens een stuk heeft zien beginnen en voltooien; 4° zij dus niet bepaaldelijk heeft kunnen vaststellen, welk aandeel 't knaapje aan de samenstelling der stuk ken heeftop zijn naam door zijn vader tentoonge steld. De bescheiden door de commissie overgelegd, worden in de stadsboekerij te Brugge bewaard en zullen meegedeeld worden in het Brugsche maandblad de Halletoren. Wie dus't zij zonder of met kennisneming der tentoongestelde wondergewrochtenvermoed heeftdat er aan boerenbedrog bij gedacht moest wordenzal daar thans wel voorgoed van overtuigd zijn."

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 2