MIDDELBURGSCHE H° 297. Woensdag 1875. COURANT. 15 December. BIJ DEZE COURANT BEHOORT EEN BIJVOEGSEL. Het formaat dezer courant wordt den Xen JaUuari 1876 ongeveer de helft vergroot, zonder verhooging van den abonnements prijs. Behalve de thans daarin voorkomende rubrieken zal voortaan in de courant wor den opgenomen een doorloopend feuilleton, bestaande uit boeiende romans en andere verhalen. Zij die zich voor het volgende kwartaal op de Middelburgsche courant abonneeren, ontvangen de nog dit jaar verschijnende nommers gratis. Middelburg 14 December. Dit Wad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2eD Taasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen. De prijs per 3/m., franco is f 3.50. Misschien zou onze tweede kamerdie uit voorzich tigheid onlangs besloot het geschildat tusschen Nederland en Venezuela bestaatin geheime zitting te hesprekentochvan achteren gezien nog beter hebben gedaan indien rij de zaak in 't openbaar be handeld had. Wat zoo dikwijls geschiedtheeft toch ook nu plaats. Terwijl wij de inlichtingen missen, die uit het debat in de kamer zouden zijn voortgevloeid, komen van een anderen kant mededeelingen onder het publiek, waarvan men de juistheid niet beoordeel en kan. Aan het Utrechtsch Dagblad danken wij een overzicht van de stukkennamens de regeering van Venezuela door den gezant der republiekdr, José M. Rojaste Parijs in het licht gegeven. Veel nieuws komt in die 14 stukken voor zoo ver het Utr. Dbl. ze tot dusverre geresumeerd heeft, niet voor. Alleen vinden wij er de grieven van Venezuela tegen onze regeering en den gouverneur van Curagao voor het eerst officieel in omschreven. Die akte van beschuldiging komt op het volgende neer. Den 4en Mei 1815 schreef de minister van buiten- landsche zaken der republiek aan den Nederlandse hen minister dat de wensch van Venezuela om vriendschap pelijke betrekkingen met Nederland te onderhou den, verijdeld werd door een twaalftal te Curagao. gevestigde speculantenwier smokkelarij „de helft der nationale rente van Venezuela" verslindt. Als bewijs daarvoor wordt in dien brief vermeld dat de uitvoer uit Engeland en Frankrijk naar Venezuela bijna het dubbele bedraagt van den invoerdie in de douane-kantoren der republiek is aangeteekend. Diezelfde twaalf speculanten hebben, volgens den v enezuelaanschen ministereene samenzwering gesmeed, door welke zij eene nieuwe omwenteling in de repu bliek hoopten te bewerkenterwijl het eiland Curagao hun - daarbij als bergplaats voor wapenen en anderen krijgsvoorraad zou dienen. Te Curagao bestond een revolutionair comitésamengesteld uit uitgeweken 7enezuelanenwier namen aan de Nederlandsche regee- ring werden opgegeven evenals de wapenen en amunitie die door hen werden aangevoerd, alsmede eenige hunner onderschepte brieven. De opstand barstte uit. Schepen met krijgsvoorraad geladen en door opstandelingen bemand, verlieten Curagao en landden te Coro op het grondgebied der icpubliek. Het gelukte der Venezuelaansche regeering echter het oproer binnen korten tijd te onderdrukken. Iengevolge der klachten, door Venezuela aangeheven, machtigde de Nederlandsche regeering den gouverneur van Curagao om den uitvoer van wapenen en amunitie te verbieden. Dat verbod echterbeweert de Venezuelaansche minister, werd door den gouver neur slechts als een nieuw wapen tegen de repu bliek gebruikt. Want terwijl hij den uitvoer van krijgsvoorraad ten behoeve der opstandelingen zwijgend en zelfs goedkeurend had toegelaten, maakte hij van de hem verleende volmach.- dadelijk gebruik om de levering van krijgsbehoeften ten dienste der republiek zelve te verbieden. In een lateren brief van den gezant Rojas aan den Nederlandschen minister worden deze feiten en bewe ringen nader uiteengezet en de namen der 'schepen opgegeven die tot de ondersteuning van den opstand zijn gebezigd. Ook vestigt de gezant de aandacht op sommige te Curagao verschijnende dagbladen, welke voortdurend in een aan Venezuela vijandigen geest geschreven zijn en de grofste lasteringen en beschuldi gingen tegen den president en de regeering der repu bliek bevatten. De gezant noemt do namen van vijf generaals en twee andere Venezuelanen, te Curagao gevestigd, alle aanvoerders of ondersteuners van den onderdrukten opstand, wier verbanning door de regee ring der republiek noodzakelijk wordt geacht. Einde lijk wijst de gezant er op dat de redacteur van het blad „El Impareial", een uitgeweken Venezuelaan, die de regeering der republiek op het heftigst bestrijdt, vriendschappelijk door den gouverneur van Curacao bij zich aan huis ontvangen wordt. De eischen door de regeering der republiek aan de onze gesteld, zijn bekend. Ze zijnvergoeding der uitgaven tot het bestrijden van den opstand te Coro gedaan; verbanning der vijanden van Venezuela uit Curagao; afdoende maatregelen tot voorkoming van hetgeen tot dusverre ten nadeele der republiek te Cura gao heelt plaats gehadterug-oeping van den tcgen- woordigen gouverneur van Curagao, den heer Wagner. Onder de geresumeerde stukken bevindt zich slechts éen brief van den Nederlandschen minister van buiteu- landsche zaken. Het is die van den 19en Juni jl. waarin de minister schreef dat van de 255 stukken, die hem tot toelichting der klachten, door Venezuela aangeheven, door den gezant toegezonden warenniet dadelijk kennis genomen kon worden omdat ze in het Spaansch geschreven waren en eerst in het Fransch vertaald moesten worden. In dienzelfden brief herinnerde de minister dat de Nederlandsche zaakgelastigde te Caracas reeds vroeger last ontvangen had om op de afdoening van eenige vorderingen aan te dringen, die Nederland reeds sedert jaren ten laste van Venezuela heeft. Ove rigens vroeg de minister nadere toelichting omtrent het doel der komst van den gezant dr. Rojas, wiens zending niet officieel aan de Nederlandsche regeering was medegedeeld. Er bestaat echter nog een „Verweerschrift" van den Nederlandschen minister van buitenlandsche zaken, dat mede in de gedrukte stukken is opgenomen. Van dat stuk belooft het Utrechtsch Dagblad ons morgen een overzicht. Benoemd tot voorzitter van het gerechtshof in Noord- Holland mr. C. W. E. Vaillant, voorzitter van het gerechtshof in Zeeland. Tot raadsheer in het gerechtshof van Noord-Holland jhr. mr. Gr. L. Schorer, raadsheer in hot hof van Zeeland. Tot raadsheeren in het gerechtshof van Zuid-Holland jhr. m'. C. de Jonge en jhr. mr. L. F. van Panhuijs, raadsheeren in het hof van Zeeland. In de avondzittingdie gisteren te half negen ge opend werdheeft de tweede kamer de voordracht opgemaakt voor de betrekking van raadsheer in den hoogen raad. Daarop zijn geplaatst: Eerste candi- daat mr. J. Telting, raadsheer in het hof van Fries land bij eerste stemmingmet 43 van de 65 stemmen tweede candidaat m'. C. W. E. Vaillantpresident van het provinciaal gerechtshof in Zeelandbij tweede stem ming met 42 stemmen tegen 16 op den heer de Pinto; derde candidaat mr. A. A. de Pinto, raad-advi seur bij het departement van justitiemet 34 stem men tegen 19 op den heer van Bel; vierde candidaat m'. A. R. van Belraadsheer bij het provinciaal ge rechtshof in Utrechtbij tweede stemmingmet 38 stemmen tegen 20 op den heer mr. van Twisk, raads heer bij het hof in Groningenen vijfde candidaat mr. P. Hofstede procureur-generaal bij het provinciaal gerechtshof in Drente bij tweede stemmingmet 37 stemmen tegen 17 op den heer van Twisk. In de zitting van den gemeenteraad van Gent van den llen dezer werd door den heer Guequier het denk beeld van een tolverbond tnsschen Nederland en België ter sprake gebracht. Hij beschouwde zulk een verbond als „een zeer wenschelijk feit, dat zou toe laten onze handelsbetrekkingen met Holland, die in 1830 zoo ongelukkig afgebroken zijn, te herstellen." Hij wenschte daarom dat de commissie van nijverheid en koophandel zich met deze zaak zou bezig houden. De heeren Woelbroeck en Heremans ondersteunden dit verlangen, onder opmerking dat de maatschappij „de Veldbloem" reeds den 24el> Mei jl. een betoog over de wenschelijkheid van een tolverbond aan den ge meenteraad heeft ingediend. Ingevolge het door deze leden te kennen gegeven verlangen zal de commissie van nijverheid en koophan del deze zaak in behandeling nemen. Een handelsagent te Lokeren (Belgie) wordt door de justitie te Gent vervolgd wegens aanwerving van personen voor het Nederlandsch Indische leger, met gebruik van valsche papieren. Hij had zekeren Vervynckt aangebracht, doch deze was uithoofde van lichaamsgebreken afgewezen. De agent behield de echte papieren van Vervynckt en gebruikte die om zekeren de Sehamphelaere aan te brengen, die werke lijk toegelaten werd. Vervynckt eisehfc nu zjjne papieren terug en naar aanleiding daarvan is de ver volging ingesteld. De S taats-courant van heden bevat weder eene op gave van Europeesche onderofficieren en manschappen, overleden na evacuatie uit Atehin, voor zoover daar omtrent tot 6 November jl. bij het departement van oorlog in Nederlandsch lndië bericht was ingekomen. Daarop komen voor: J. Ybema, korporaal; J. H. Schmitz, J. Scheen, A. Kathrein, K. Hahn en J. Terpstrafuseliers H. van Tolkanonnier 2° klasse; J. C. van Riet, J. J. Verhey enJ. van Moselluseliers; A. Vereelte, kanonnier 2e klasse. Den 19en dezer is het stoomschip Prins Hendrik uit Nederland te Batavia aangekomen. Benoemingen en besluiten. consulaten. Benoemd tot Nederlandsch vice-consul te Elmina G. W. H. van der Meer de Walcherente 's Gravenhage. zeevisscherijen. Opnieuw benoemd voor den tijd van drie jaren tot secretaris van het college voor de zee- visscherijenmr. J. F. Buijs, met ingang van 1 Januari a- posterijen. Benoemd tot directeur van het spoorweg postkantoor n". 1standplaats AmsterdamB. J. Her- weijer, thans directeur van het postkantoor to Den Hejlder. Kerknieuws. De heer Koeken, gewezen predikant te Moerdijk is door de arrondissements-rechtbank te Breda veroordeeld tot afgifte van het kerkelijk archief, of tot 5 boete voor eiken dag dat hij het langer onder zich houdt. Marine en leger. Volgens een bij het departement van marine ontvan gen telegram is Zr. Ms. schroefstoomschip Prinses Maria, onder bevel van den kapitein-luitenant ter zee jhr. E. P. E. de Stuersden 12ea dezer te St. Thomas aangekomen. Aan boord van dien bodem is alles wel. De commissie van oppertoezicht en beheer over de kweekschool voor zeevaart te Leiden maakt bekend dat op maandag 27 dezer in genoemde inrichting een keuring zal plaats hebben van knapen, welke bij 's rijks zeemacht een verbintenis wenschen aan te gaan.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 1