BUITENLAND. U iclanua. Algemeen Overzicht. liepen zoo snel mogelijk naar het gebergte eer iemand er aan daeht hen te grijpen. De denr was van buiten met een touw vast gemaakt zoodat de bewoners, die hen wilden vervolgen, er niet spoedig genoeg uit konden- Onder de talrijke bij den Duitschen rijksdag in- gekomene adressen met betrekking tot de invoerrechten op het ijzer, bevindt er zich een dat op rijm en met teekeningen versierd is. De gevolgen van den vrijen handel worden daarin met de zwartste kleuren geschetst. Op een der afbeeldingen ziet men de rivier de Oder, met de handelsteden StettinDantzigKönigsberg enz., terwijl een Engelsch schip, met ijzer beladen, de kust van Pommeren naderten een ander Engelsch vaartuig, met gcud beladennaar Engeland terugkeert. Graaf Wend zu Eulenburg, Bismarck's aanstaande schoonzoon, is zeer langzaam herstellende van de typhus aan welke hij geleden heeft. Zijn huwelijk met de eenige dochter van den rijkskanselier dat in December plaats zou hebben, is voorloopig uitgesteld. De dood van den hertog van Modena zal den Spaanschen pretendent don Carlos goed gelegen komen, daar hij van den hertog een millioen florijnen in baar geld erftzijn broeder don Alfonsus krijgt de heerlijk heid Chlumetz in Bohemen en voor het geval deze op minder dan een millioen mocht worden geschatmoet het ontbrekende tot dat bedrag in baar geld aan hem worden uitgekeerd. Terkoopfngen en aanbestedingen. Bij de aanbesteding, door het polderbestuur van Walcheren gisteren gehouden, is ingeschreven als volgt: le percee'. Masthouten palen. C. A. Geleijns, te Etten en Leur. 1648. P. J. Theuns, te Ossendrecbt1158. P. van der Plas, te Udenhout950. J. H. van Hoogerwou, te Boxtel968.20 G. Kemperman, te Silvolde988. J. J. van der Eerden Pz., te Boxtel 1153. J A. van der Eerden, r 1210.— Firma van der Made Gips, te Dordrecht 1066.05 P. Reijnders, te Valkenswaard1075. C. Moll, te Breda1030. B. H. Klerks, te Boxtel B 1111. P. Kempenaers, te Udenhout1229. 2" perceel. Eikenhout. J. J. van der Eerden Pz., te Boxtel. 3232. J. A. van der Eerden 3104. C. Moil, te Breda2840.12 P. Reijnders, te Valkenswaard4950. B. 11. Kierks, te Boxtel3223.— P. J. Theuns, te Ossendrecht11088. G. Kempeiman, te Silvolde2758. P. van der Plas, te Udenhout3750. J. H. van Hoogerwou, te Boxtel3624. C. Kuyk en Staal, te Breda3850. 3e perceel. IJzer. Wede. J. C. Masseé en Zoon, te Goes 330. J. J. Brandt Azte Middelburg. 337. Ands. Jacobse Boude wij nse, te Middelburg 289. Heden had alhier aan het gebouw van het ge westelijk bestuur de aanbesteding plaats van het ver hoogen der wate.keermg van de binne .hoofden der groote sluizen van het kanaal door Zuid-Beveland. Het werk werd angenomen door den heerP. Monjete Breskens, voor 5346. Thermometerstand. 2 Dec. 's av. 11 u. 25 gr. 3 'smorg.7u. 24gr.'smidd.lu.28gr.'sav.6u.26gr. ëlaten-fRcnci'affiL TWEEDE KAMER. Zitting van Vrijdag 3 December. (Per telegraaf.) Tot leden der nieuwe commissie van onderzoek voor de inhchtingen der regeering omtrent de geslotene overeenkomst met de Rijnspoorwegmaatschappijzijn door den voorzitter der kamer benoemd de heeren de Vries, Mackay, Godefroi, van Wassenaer van Catwijk en van der Does de Willebois. De debatten werden voortgezet over de begiooting van justitie. De heeren Kappeijne en van Asch van Wijk keurden de toepassing af welke door de tegeering aan de wet op de kerkgenootschappen gegeven wordt ten aanzien van het oprichten van kerken. Eerstge noemde betoogde breedvoerig de noodzakelijkheid eeaer wettelijke regeling van het beheer der kerklijke goe deren bij de hervormde gemeenten en van den rechts toestand der katholieke order en kloosters. De heer Tak verlangt een onderzoek naar den feitelijken toestand der goederen in de doode hand ter' be paling eener belasting op die goederen. Ook werd door den heer Tak het goed recht van Nederland geconstateerd met betrekking tot de inbe slagneming van het DeeDsche stoomschip Phönix. De minister van justitie verklaarde zich tegen het nemen van speciale maatregelen omtrent de beursspe- eulatiën, en tegen iedere belemmering van de zelfstan digheid der beurs. Hij verwees ten dien aanzien naar het nieuwe ontwerp-strafwetboek. Omtrent de kerke lijke vraagstukken refereerde de minister zich aan de letter der wet van 1853 en aan den feitelijken toestand gelijk die in de stukken uiteengezet is. De minister behoudt zich echter een onderzoek voor, tot verscher ping van het politietoezicht .n sommige gevallen. Ook is eene wettelijke regeling der stichtingen in overweging. Het hoofdstuk justitie werd daarna aangenomen met algemeene stemmen. Een uitvoerig voorloopig verslag van de tweede kamer is verschenen over het wetsontwerp tot be krachtiging van het spoorwegexploitatie-contract met de Hollandsche ijzeren spoorwegmaatschappij. Het blijkt echterdat slechts een 60tal leden aan het onderzoek hebben deelgenomen en tevens teekent de commissie aan, dat het onderzoek plaats had vóór de verschijning van de memorie van antwoord op het verslag over de sedert wet geworden voordracht tot aanleg van staatsspoorwegen. Onderscheidene leden keurden het af dat ook nu slechts enkele artikelen van éen der beide overeenkom sten met de Hollandsche maatschappij aan de goedkeu ring der staten generaal zijn onderworpen. Het vond algemeene instemming, dat de regeering de tweede overeenkomst (verlenging der concessie voor de lijn AmsterdamRotterdam) afhankelijk had gemaakt van de bekrachtiging van het exploitatie contractdat de wettelijke sanctie behoorde te waarborgen tegen wijzi ging van bepalingen buiten de wet, waaraan de wet gever nochtans het meeste gewicht kan hebben gehecht. De meerderheid der commissie van rapporteurs, (bestaande uit de heeren Schimmelpenniuekvan Ha- rinxmavan Rappardvan de Putte eu van Kerkwijk) ondersteunt dan ook den wensch tot geheele bekrach tiging van beide overeenkomsten. Onderscheidene leden voegden hierbij een vraag. In aanmerking nemende het groot geldelijk belang, dat voor den staat in de verlenging eener spoor wegconcessie kan gelegen zijn, vroeg men of de regeeringin afwachting van het tot stand komen eener wet op de concessiëngenegen is de verklaring af te leggendat zijzooal bevoegd de bij koninklijk besluit verleende concessie van bestaande spoormaatschappijen te verlengen buiten medewerking der staten-generaal, daartoe nochtans zonder die medewerking niet zal overgaan? Terwille van het staatsbelang zouden zij op een bevestigend antwoord hoogen prijs stellen. Overigens waren er afgescheiden van de beden kingen die min of meer door de sedert bij de spoor wegwet gewisselde schrifturen zijn opgelost voor namelijk twee hoofdbezwaren1° tegen de verlenging, voor zoo langen tijdder concessie van de Hollandsche ijzeren spoorwegmaatschappijvooreerst omdat zij den staat voor een eventueele eigen exploitatie van alle lijnen de handen bond en ten tweede omdat dit een veel te voordeelig aequivalent voor de maatschappij zou zijn; 2' tegen het verband tusschen art. 1 der overeenkomst en art. 91 der wet van 1863, stellende algemeene regelen voor de exploitatieen waardoor de exploitatie maatschappij de regeering in hare plannen kon belemmeren. Eenparig was de commissie van rapporteurs dan ook van gevoelen dat het noodzakotijk is die bezwaren uit den weg te ruimen, voordat het ontwerp in beraadslaging komt. Overigens vond de gesloten overeenkomst, als zoodanig, ook nadrukkelijke verdediging. <r De herhaalde conferenties van den Russischen kanse lier, prins Gortchakoff, met von Bismarck en keizer Wilhelm hebben ten gevolge gehaddat de aandacht der politieke wereld voor 't oogenblik bijzonder op Bei lijn is gevestigd. Men verdiept zich in allerlei gissingen over hetgeen daar wel mag worden verhandeld, te meer omdat von Bismarck, zooals gewoonlijk, over de buitenlandsche politiek, het diepste stilzwijgen bewaart, en alles in het kabinet van den rijkskanselier besloten blijft. In verband met verseliillende berichten is het gemakkelijk te radendat de Oostersche quaestie voornamelijk het onderwerp der beraadslagingen tus schen de beide invloedrijkste politieke mannen van Europa uitmaakt. Reeds eenige dagen geleden moeten volgens het Weensche Fremdenblatt de voorstellen van Oostenrijk betreffende Turkije aan Duitsehland en Rusland zijn aangeboden, en te St. Petersburg zouden zij reeds in beginsel zijn aangenomen. Ten aanzien van enkele speciale punten moet nog nadere overeenstemming worden verkregen, doch met eene beslissing daarom trent wordt gewacht op de terugkomst van prins Gort chakoff te St. Petersburg. In een telegram uit Weenen wórdt daarenboven gemelddat tusschen de drie noordelijke mogendheden reeds de principieele over eenstemming omtrent de voorstellen van Oostenrijk is tot stand gekomen. Waarschijnlijk is dit grooten- deels een gevolg van de te Berlijn gevoerde conferenties. Omtrent de quaestie van het Suez-kanaal is nader niets officieels bekend geworden. De dagbladen vieren bun lust tot beschouwingen bot en behandelen de quaestie meer of minder ernstig naar gelang van de optimisti sche of pessimistische stemming van de schrijvers. Een Duitsch orgaan gaat zelfs zoover van te beweren dat de gevolgen van den verkoop der aandeelen ombereken- baar kunnen zijnwant als de khédive nog meer geld noodig heeft zal hij langs het kanaal gelegen landerijen aan Engeland verkoopen, hetwelk daar forten en vestin gen zal stichten en bij slot van rekening niet alleen het kanaal geheel zal beheerschen maar zelfs geheel Egypte zal annexeeren. Andere daarentegen betoogen dat Groot Britannië slecht een goede speculatie heeft gedaan, die echter van geen overwegenden invloed kan wezen op de verdere lotgevallen van het kanaal van Suezomdat geen aandeelhouderhoeveel aan deelen hij ook moge bezittenmeer dan 11 stemmen mag uitbrengen. Intusschen heeft de cir culaire van den heer de Lesseps vrij algemeen een kalmeerenden invloed op de gemoederen uitgeoefend, zoodat waarschijnlijk over een paar dagen de geheele zaak tot de afgedane dingen zal behooren en er niet meer over zal worden gesproken, Levensmoede als zij schijnt te zijn begint de Fran- sche nationale vergadering sterk naar haar einde te verlangen; weldra zal zij haar eigen doodvonnis uit spreken. Gisteren werd de commissie van rapporteurs over de ontbindingsvoorstellen benoemdnegen van hare leden behooren tot de rechterzijde, zes tot de Imkerzijde. Terwijl deze verhouding in andere geval len voor een ongunstig rapport zou doen vreezern behoeft men daarvoor thans niet ongerust te wezen, want allen zijn het reeds eens, dat de ontbinding moet worden uitgesproken. De rechterzijde schijnt te hebben ingezien, dat het dwaasheid zou wezen nog langer het kwijnend bestaan te rekken, dat zij het ontbinbings- proces toch niet langer kan voorkomener bestaat reeds overeenstemming over de verschillende data, zoo dat men geen lange of belangrijke discussies verwacht. De linkerzijde heeft een voorstel gedaan om de ver kiezing van 75 senatoren door de nationale vergadering te doen plaats hebben op 9 December a., de ontbinding op 15 December, de verkiezing der gemeentelijke ge delegeerden op 9 Januaridie van de senaatsleden op 20 Februari, en de nieuwe kamer te doen bijeenkomen op 28 Februari. Tegen dit voorstel heeft de rechterzijde geen bezwaren geopperd. Door den heer Buffet zijn een paar opmerkingen gemaakt, die wellicht tengevolge kunnen hebben, dat nog enkele wijzigingen worden voorgesteld. Hij wenscht nl. dat de herkiezingen, indien er noodig zijn, zullen worden gehouden vóórdat de nieuwe kamers bijeen komen, zoodat deze, indien zij zitting nemen, geheel voltallig zouden kunnen zijn, terwijl hij tegen bet denkbeeld is, om in de wet regelende de ontbinding eene bepaling op te nemen omtrent de verkiezing van 75 senaatsleden door de nationale vergadering. Hij is van oordeel dat dit eene zaak is die eenvoudig bij de regeling der werkzaamheden behoeft te worden be paald, zoodat de kamer den dag voor die verkiezing zonder verdere formaliteiten kan vaststellen. In het noorden van Spanje vriest het zoo sterk, dat reeds een kolonel van de regeeringstroepen is dood gevrorendit is zeker niet geschikt om het vertrek van koning Alfonsus naar het noorderleger te ver haasten. Hoewel hij niet heeft bepaald, dat hij tot na de opening der Cortes zou wachten is hij toch voornemens niet te vertrekken alvorens de operaties op grojter schaal kunnen worden hervat. Op het oogen blik is dit onmogelijk èn om de weersgesteldheid èa met bet oog op de reorganisatie die men de strijd krachten wil doen ondergaan. De generaals Jovellar, Martinez Campos en Quesada zijn het nl. eens geworden over het j lan van den veltocht tot volkomen onder drukking van den opstand. Er zullen twee nieuwe legers worden gevormdeen in Navarre, bestaande uit vijf divisies, onder bevel van Martinez Campos, en een ander van gelijke sterkte in de Basksche provinciën, waarover generaal Quesada het kommando zal voeren. Bij de behandeling van de wet op de middelen voor 1876 in de Italiaansche kamer is een orde van den dag voorgesteld, strekkende tot afkeuring van de wijze waarop de belasting op het gemaal wordt geheven. De heer Minghettiheeft zich echter te dien aanzien verdedigd, en de kamer heeft met 139 tegen 102 stem men met zijne verklaringen genoegen genomen, waardoor aan de regeering een niet onbelangrijk blijk van vertrouwen is gegeven. (Prijs der plaatsing 30 cent per regel.) Het publiek wordt bijzonder opmerkzaam gemaakt! op de in de Courant van beden geplaatste adverten tie der firma 9. SACKS A C». in Hamborg, welke door hare prompte en reëele bediening tegen over hare geïntresseeerden het volste vertrou wen in alle opzichten verdient. Twee stoomschepen hebben weder bij het binnen komen door den nieuwen Rotterdamschen waterweg aan den grond gezeten. Het eene de „Auk", heeft gelicht en is met assistentie vlot gekomen en opge- stoomd. Het ander, de „Marienburg", op den Vlakken boek gestooten hebbende, is met de hulp van drie sleepbooten vlot gekomen, is voorgaats geankerd en heeft een gedeelte zijner lading over boord geworpen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 2