Staten-gcneiraal.
BUITENLAND.
Algemeen Overzicht.
>ediidin0Ên.
PrOzen van Eflecten.
afgebeeld, op eene schaal van 1: 2500, zal binnen de
daarvoor te maken glazen kast eene lengte hebben van
2,20 a 2,25, bij eene breedte van 0,90 meter. De ver
vaardigers hebben op zich genomen om den len Januari
a. met het werk gereed te zijn.
Een bij de regeering ontvangen telegram uit Neder-
landsch Indië meldt dat het stoomschip Prins van
Oranje op reis naar Indië met de Indische mail, die
vermoedelijk 1 October uit Nederland over Brindïsi is
verzonden door het stoomschip Atjeh is ingeloopende
passagiers en de equipage zijn gered, de mail en de la
ding totaal verloren.
Wij zijn in staat gesteld om het aan Het Vaderland
ontleend bericht, als zou de procedure van schipper
M. de Bruin tegen den gezagvoerder der Deensche
stoomboot Phönis bij transactie worden beëindigd,
ten stelligste tegen te spreken. Overigens hebben wij
reeds gemeld dat het Deensche dagblad „Dagbladet"
erkent dat de inbeslagneming dier Deensche stoomboot
volkomen wettig is geweest. „Volgens de beginselen
van hot volkenrecht zegt gemeld Deensch orgaan
o. a. kan de doortastende handelwijze, door Neder
land bij de arrestatie der Phönix gevolgd, niet als
strijdig met het recht worden beschouwd. Elke staat
toch heeft de bevoegdheid om over goederen en perso
nen, welke zich op zijn gebied bevinden, gezag uit te
oefenen, al is het ook dat zij zich slechts tijdelijk daar
bevinden. De vrijheid der Schelde kan deze bevoegd
heid voor Nederland niet in den weg staan; deze vrij
heid heeft alleen zoodanige beteekenis, dat men die
rivier mag bevaren en haar als waterweg bezigen, maar
geenszins om daarbij onttrokken te zijn aan politieke
of rechterlijke vorderingen. Uit de omstandigheid dat
het Belgische loodswezen het verzoek om geen loods
te verstrekken niet inwilligde, volgt niet dat België
de handelwijze van Nederland als in strijd met het
recht beschouwde, maar eenvoudig dat de zaak België
niet aanging, terwijl toch de eene staat niet verplicht
is om den anderen te ondersteunen in de handhaving
zijner rechtenmaar dit aan hem zelf kan overlaten.
„Dat een vaartuig ia beslag wordt genomen is niets
buitengewoons; misschien zal zulks voor deNederland-
sche wet evenals voor de Deensche een noodzakelijke
grondslag zijn voor een opvolgende procedure, en is
dit het gevaldan is de zaak zoo natuurlijk, dat wij
niet begrijpen hoe men daarvan zooveel ophef heeft
kunnen maken. Men beklaagt zich dat er vooraf geen
waarschuwing of insinuatie is gedaanzulks kwam ook
niet te pas en doet men niet in zoodanig geval, om
de eenvoudige reden dat het te arrcsteeren vaartuig
zich dan wel zou wachten om zich naar de plaats te
begeven, alwaar het met een beslag bedreigd wordt.
Dat overigens de inbeslagneming niet onverwacht kwam
blijkt daaruit, dat de reederij daarvan den vorigen dag
onderricht werd.
„Dat de kommandeerende officier van het Nederlandsch
oorlogsvaartuig zich in de wijze warrop hij de Phönix
deed stoppen zou zijn te buiten gegaan, kan evenmin
beweerd worden; dat er eerst met los kruit en later
ook met scherp is geschoten, was het gevolg dat de
Phönix nog heeft getracht te ontsnappen. Omtrent de
quaestie der schadevergoeding, waarvan al deze moei
lijkheden het gevolg zijn, kan men nog niets met zeker
heid zeggen.
„Is er overigens sprake van eenige krenking van
nationaliteit, dan zal van onze zijde het ministerie van
buitenlandsche zaken, hetwelk zoo goed vertegenwoor
digd is, zich met warmte en talent van zijne taak
kwijten en overigens hebben wij te doen met eene
mogendheid, wier regeering en rechterlijke macht zeer
zeker rechtvaardig te werk zullen gaan. Is er van
Nederlandsehe zijde eene fout begaan, dan zal zekerlijk
èn aan de officieel optredende partij èn aan de privé
belanghebbenden die genoegdoening verschaft worden,
waarop zij recht hebben."
Uit de beschouwing van Dagbladet blijkt overigens
dat onder het publiek der Deensche hoofdstad allerlei
dwaze geruchten in omloop zijn geweest. „Er is natuur
lijk niemand zegt Dagbladet die ernstig ge
looft aan een oorlog en eene daarmede in verband
staande alliantie tusschen Denemarken en Atchin."
Benoemingen en besluiten.
onderscheidingen. Benoemd tot ridder der orde van
den Nederlandschen leeuw A. Cremer, regeerings- en
bouwraad to Wiesbaden.
keuring van vee. Belast met de visitatie van vee te
Vlissingen voor de inlading in een schip naar buiten
's lands bestemdde veeartsen Gr. J. W. Berghuys te
Middelburg en E. L. van Mervennée te Goesen is
hun de titel toegekend van gouvernements-keurmeester
van vee.
veeartsen. Benoemd tot plaatsvervanger van den dis
trictsveearts wien Barendrecht als standplaats is aan
gewezen, E. L. van Mervennée, te Goes.
rechterlijke macht. Eervol ontslag verleend, op ver
zoek, aan mr. J. E. Dikkers, met ingang van 1 Januari
1876, als officier van justitie bij de arrondissements
rechtbank te Deventer, en met ingang van dien datum
tot die betrekking benoemd mr. C. A. Marchant jr.^
thans substituut-officier van justitie bij die rechtbank.
middelbaar onderwijs. Benoemd, met ingang van 1
Januari a.tot leeraar aan de rijks hoogere burgerschool
te Helmond D. Hom.
belastingen. Benoemd tot ontvanger der directe be.
lastingen enz. te Zierikzee, J. J. Blankert, thans ont
vanger te IJsselstein.
Kunsfnieuws.
Blijkens eene advertentie in het Vaderland zal den
15sn en 16en November a. in den schouwburg te Delft
eene voorstelling plaats hebben van mejuffrouw M.
Krüseman, getiteld „Een blik in de kunstenaars
wereld", onuitgegevene dramatische schets gespeeld
door de schrijfster en hare twee leerlingende dames
Elise Baart en Hélène Gerritsen.
eerste kamer.
Zitting van Maandag 8 Octcber.
{per telegraaf).
Het wetsontwerp tot opheffing der provinciale ge
rechtshoven werd, wat de hoofdstrekking betreft, ver
dedigd door de heeren Huydecoper, Dnmbar, Duyinaer
van Twist en Borsius, en door de heeren Geertsma
Carsten en Cremers bestreden op grond der vestiging
van het Noordelijke hof te Leeuwarden. De minister
verklaarde met Januari a. de volledige uitvoering der wet
ten te zullen doen plaats hebben, met toekenning der be
voegdheid aan de advocaten om overal optetreden, en met
eerbiediging, zooveel mogelijk, der verkregen aanspra
ken en rechten van de tegenwoordige raadsheeren.
De hovenwet werd vervolgens met 31 tegen 4 en
de beide andere wetsontwerpen met algemeene stem
men aangenomen.
HTiermomeferstand.
6 Nov. 's av. 11 u. 51 gr.
7 'smorg. 7 u. 51 gr. 'smidd. lu. 52sr.'sav. 11 u. 47 gr.
8 'smorg. 7u.46gr. 'smidd.lu.47 gr.'sav.6u.45gr.
Kort maar krachtig, kan men zeggen van de rede
waarmede de heer d' Audiffret-Pasquier het president
schap der nationale vergadering van Frankrijk Zaterdag
heeft aanvaard. „Ik dank mijne medeleden zeide
hij voor de eer die zij mij hebben aangedaan, door.
mij voor de derde maal tot hun voorzitter te verkiezen
Moeilijke debatten zijn aanstaande gij gaat de politieke
organisatie van het land voltooien en alzoo de taak
vervullen, die aan uwe vaderlandsliefde is opgedragen.
Ik gevoel, dat ik meer dan ooit behoefte heb aan uw
vertrouwen; ik vraag er u om, vast besloten mij dat
door mijne onpartijdigheid en toewijding waardig te
maken".
Door de groepen der linkerzijde en een groot ge"
deelte van het rechtercentrum werd deze toespraak lui
de toegejuicht. De vergadering ging over tot de behande
ling van het wetsontwerp regelende de militaire ver
plichtingen van de Franschen die in Algerië wonen en do
wijze waarop zij aan die verplichtingen moeten voldoen.
In de bestaande omstandigheden ondervinden dergelijke
wettenhoe gewichtig wellicht ook niet zooveel belang
stelling als zij verdienen en worden zoo spoedig moge
lijk afgedaan. De zitting, zou dan ook zeer kalm
zijn afgeloopen indien niet een enkel incident er eenig le
ven aan bal gegeven. De discussies waren nog niet
ver gevorderd of de heer Franclieu verscheen op de
tribune. „Eergisterenzeide hijheb ik de eer gehad
aan den vice president van den ministerraad te vragen
of de regeering gereed was het wetsontwerp op de
drukpers aan te bieden, Jat ons reeds zoo langen tijd
beloofd is, en zoo ja of hij dan van de tribune de ver
zekering zou willen geven, dat dit ontwerp spoedig
zou worden aangeboden. Ik heb reden te gelooven, dat
de regeering weldra gereed zal zijndit wetsontwerp
aan te bieden, doch in tegenovergesteld geval zal ik
een bijzonder voorstel aan de vergadering doen, hetwelk
alleen in dat geval rais cm d' étre zou hebben."
Dit wekte algemeene aandacht en [spanning. Onmid
dellijk antwoordde de minister van justitie: „De regeering
zal in de eerste dagen der volgende week een wetsont
werp op de drukpers op het bureau der vergadering
deponeeren. Dit ontwerp zal zich noodzakelijk aansluiten
aan de quaestie over den staat van beleg, zoodat het voor
stel van den heer Pascal Duprat gelijktijdig met dat van
den heer Franclieu in behandeling kan komen. De
regeering, of althans de heer Buffet, blijft dus volkomen
consequent, dat zij de beide quaesties: regeling van
het recht der drukpers en opheffing van den staat van
beleg, onafscheidelijk verbonden acht.
De samenstelling van de verschillende afdeelingen
der kamer heeft althans in zooverre een gunstig resultaat
opgeleverddat 8 van de 15 presidenten tot de linker
zijde en het linkercentrum behooren en slechts zeven tot
de groepen der rechterzijde. Yan niet minder belang was
de zitting der constitutioneele commissie van Zaterdag
waarin het wetsontwerp op de verkiezingen werd bespro
ken, met het oog op de heden te openen discussies.
Belangrijk vooral was een amendement van den heer
Levèvre Pontalis en 22 van zijne medeleden van den
groep Lavergne, strekkende om het scrutin d' arron
dissement te stellen in plaats van het scrutin de liste.
Terstond werd hierop door den heer Luro eene poging
aangewend om een transactie te bewerken. Hij stelde
nl. voor te bepalendat het maximum van het aantal
afgevaardigden waarover op éen briefje zou worden
gestemd 5 zou bedragen in plaats van 10. De heeren
Jules Simon en Jules Ferry verzetten zich echter ten
sterkste tegen zoodanige transactiewaarna op voorstel
van den heer Bethmont de beslissing over deze zaak
werd aangehouden, doch het voorstel van de heeren
Levèvre Pontalis c. s. werd verworpen, zoodat althans
van een zuivere aanneming van het scrutin d'arrondisse
ment geen quaestie is en het is althans zeer twijfelachtig of
de commissie tot eene transactie zal willen medewerken.
Iedere transactie is rechtstreeks in strijd met de door
de meerderheid aangenomen beginselen en heeft daaren
boven toch weinig kans van slagen, daar de heer
Buffet en zijn reactionnaire vrienden van geene conces
sies ten gunste van het scrutin de tiste zullen willen weten.
Als een bewijs hoe gespannen in vele opzichten de
Europeesche toestand is en hoe onbeteekenende feiten
groote onrust kunnen verwekken verdient het volgende
vermelding. Een paar dagen geleden werden in sommige
dagbladen berichten medegedeeld omtrent groote wapenin
gen en troepenbewegingen in Rusland. Natuurlijk stonden
deze in verband met de gebeurtenissen in Turkije en
waren dus een dreigend verschijnsel! En wat blijkt nu?
Dat al die geruchten slechts het gevolg zijn van verwisse
ling van garnizoen van sommige troepen afdeelingen en van
het naar huiskeeren van andere die in het kamp zijn ge
weest. Er is dus in de verste verte geen sprake van
militaire uitrustingen, maar eer van ontwapening.
Een bericht uit Slavische bro n opent treurige voor
uitzichten omtrent den gang van zaken in Turkije. De
hoofden van verscheidene benden opstandelingen zouden
nl. hebben besloten den strijd gedurende den winter
tot het uiterste vol te houden. Zij moeten voornemens
zijn eene volksvergadering bijeen te roepen om de
overeenstemming van de verschillende hoofden te pro-
clameeren en een voorloopig nationaal gouvernement in
te stellen.
Het ziet er dus niet naar uit, dat de Turksche op
stand spoedig zal eindigen. Anders is het gesteld met
den Carlistischen, daar, volgens een telegram uit Madrid,
in Catalonië 800 Carlisten te gelijk zich hebben on
derworpen, terwijl generaal Quesada de Carlisten op de
hoogten van Parsueta heeft overvallen en verscheidene
hunner gevangen heeft genomen. De brigadier Terra
heeft de opstandelingen te Penaeerrada op de vlucht
gedreven.
Het stoomschip Rotterdam heeft den 6en dezer zijne
reis van Rotterdam naar New-York voortgezet en is in
zee gegaan.
Te Vlissingen in de nieuwe haven aangekomen
het Fransche oorlogstoomschip Cuvier, kommandant
Bignel, komende van de Theems.
Het driemastschip Samarang is van hier ver
trokken naar Vlissingen om te dokken.
In het kanaal van den Rotterdamsehen water
weg lagen gisteren zes uitgaande stoomschepen gean
kerd die waarschijnlijk door het stormweder belet
werden hunne reis voort te zetten. De stoomboot
Holland kwam van buiten terug en stoomde op naar
Rotterdam.
Nabij Westkapelle is Zaterdag middag een onbe.
kende schooner totaal verongelukt. Nadere bijzonder
heden ontbreken.
Het barkschip Walcheren, gezagv. Larsen, is
den 5en dezer, na eene zeer booze reis, te Fredrikstad
gearriveerd.
Ërasnmarbtcn enz.
Rotterdam 8 November. Witte en bruine boonen
ruim 50 cents lager, erwten met kleinen aanvoer 25
cent hooger, overigens met kiene aanvoer flauw vorige
prijzen.
Amsterdam 8 November. Raapolie op zes weken
f 40*. Lijnolie 28J.
Amsterdam, 8 November.
dito
dito
dito
dito
dito
dito exploitatie Ned. Staatssp.
Loten stad Rotterdam.
dito dito Amsterdam.
2* pet.
63*
3
75*
4
100*
5
1081
87*
3 f
3
93