F 253.
MIDDELBURGSCHE
Maandag
1875.
COURANT.
25 October.
Middelburg 23 October.
Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2en Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m.., franco is 3.50.
BÏJ DEZE COURANT BEHOORT EEN BIJVOEGSEL.
De commissie uit de 2e kamer, in wier handen gesteld
waren de inlichtingen van den minister van binnen-
landsche zaken betreffende de aansluiting van den
Rijnspoorweg te Botterdam heeft haar rapport uitge
bracht. De conclusie van de meerderheid is gelijklui
dend met de door de eerste kamer aangenomene motie
van afkeuring, terwijl de minderheid voorstelt te
verklaren dat het verkieslijker ware geweest de over
eenkomst te sluitenonder voorbehoud van goedkeuring
door de wetgevende macht.
De eerste kamer der Staten-generaal is ter ver
gadering bijeengeroepen op Dinsdag den 2er- November a.
De gezagvoerder van de stoomboot Phönix, kapi
tein Möllerupheeft in de Kolnische Zeiting van giste
ren een verhaal van het gebeurde met zijn schip te
Vlissingen doen plaatsen, aan het slot waarvan hij
„in naam van de eigenaren der lading, van de assura
deurs en van alle belanghebbenden protesteert tegen
de geweldadigde en onwettige aanhouding (van zijn
schip) tegen allen dien het aangaat speciaal tegen de
regeering van Z. M. den koning van Hollanddie hij voor
alle veroorzaakte en nog te veroorzaken schade, op
onthoud enz. verantwoordelijk stelt."
Het voorgevallene wordt in dit stuk tamelijk juist
voorgesteld. De toon er van verraadt eene veront
waardiging, die in den mond van een scheepsgezag-
voerder, die van zijn bevel ontzet en in eene vreemde
haven binnengebracht wordt, wel te begrijpen is, maar
zeker voor het bewijs der beweerde „onwettigheid" van
de aanhouding niets afdoende is.
Naar men verneemt zijn door de arrondissements
rechtbank te Zierikzee op de voordracht voor kanton
rechter te Tholen geplaatst de heeren in™. W. A.
Dolleman, J. Yosmaer en J. W. C. de Jonge van
Ellemeet, griffiers respectievelijk bij de kantongerechten
te Schagen, IJsselstein en Woerden (Zier. CV.)
In eene eergisteren gehouden bijeenkomst van leden
der Vereeniging voor Volksbelangen te Goes is
o. a. besloten tot opheffing van de volksleeszaal, ten
gevolge van de zeer geringe belangstelling, welke die
inrichting in de laatste winters ondervonden heeft.
Voorts is besloten pogingen aan te wenden om eene
werkmansvereeniging op te richten in den geest van
de alhier bestaande, die haar eigen sociëteit, biblio
theek, zieken- en begrafenisfonds bezit. In verband
hiermede zou dan ook getracht worden in de regeling
der volksvoordrachten verandering te brengen.
(G. Ct.)
Aan het Vaderland wordt bericht dat de kapitein
ter zee K. L. de Haesdirecteur en kommandant der ma
rine te Hellevoetsluiste Vlissingen wordt verwacht
om aldaar op te nemen welke gebouwen voor maga
zijnen keuringslokalenbureels enz. moeten worden
ingericht, nu de lokalen op de marinewerf eerlang
ontruimd moeten worden.
Bijzonder groote gebonwen voor magazijnenbureelen
enz. zullen er, naar wij veronderstellen, alleen voor
de werving te Vlissingen niet noodig zijn, terwijl
in de behoefte daarvan waarschijnlijk nog voor een
goed deel voorzien zou kunnen worden, indien te
Vlissingen een grooter oorlogsvaartuig als wachtschip
gestationeerd werd, dan de tegenwoordige kanonneer
boot.
De heeren Gratama en Schimmelpenninck van der
Oije hebben aan de tweede kamer voorgesteld het
onlangs genomen besluit om des Zaterdags niet te
vergaderen weder in te trekken, daar de steeds toe
nemende werkzaamheden der kamer de uitvoering van
dat besluit onmogelijk maken.
De kamer van koophandel te Amsterdam heeft
besloten een adres te richten tot de tweede kamer,
aandringende op de opname in het spoorwegnet eener
lijn van Amsterdam, langs de Zuidzijde van het
Noordzee-kanaaltot aan de monding daarvan.
Onze Haagsche correspondent schrijft ons
het volgende
„Ik herinner mij een twaalftal jaren geleden op het
te Amsterdam gehouden internationaal congres van
de Vereeniging tot bevordering der studie van de soci
ale wetenschappen een Belgisch spreker, ik meen
den afgevaardigde Lehardy de Beaulieude toe
komst der spoorwegen te hebben hooren afschilderen
als den tijd oii chacun aurait son chemin de fer a lui.
Schoon in een anderen zin gebruikt, komt dit woord
mij in de laatste dagen telkenreize in de gedachten,
wanneer ik de verslagen der discussie over het spoor
wegen-wetsontwerp in de tweede kamer nalees en de
nieuwe amendementen zie, die dag aan dag als uit
den grond opkomen. In een anderen zin gebruikt,
want de spreker op het congres meende dat langzamer
hand de spoorbanen geheel dezelfde rol zouden gaan
spelen in de maatschappij als de groote wegen sedert
eenige eeuwen doendat de staat eenvoudig de spoor
staven zou leggen en ieder particulierdie er 't geld
voor over hader zijn eigen treintje op na zou houden
en Jan de locomotief zou laten voorspannen, evenals
hij thans last gaf om met zijn équipage voor te komen,
wanneer hij eens een snoepreisje naar Parijs of Berlijn,
PetersburgKome of Konstantinopel wilde gaan doen.
Geheel in 't midden latende of deze stand van zaken,
waartegen op het oogenbiik nog ernstigezoo niet
onoverkomelijke moeilijkheden schijnen te bestaanwel
ooit of althans in de eerste eeuwen verwezenlijkt zal
wordenbehoef ik u wel niet te zeggen dat geen
enkel lid van de tweede kamer zich dit doel voor
oogen schijnt te stellen. Het is dan ook geen eigen
spoortreintjemet locomotief, coupé en bagaadjewagen
dat zij verlangen om voor hunne f 2000 schadeloos
stelling voor zich te kunnen te gebruikenmaar ieder
afgevaardigde verlangt een lijntje voor zijn district.
Een paar dagen geleden waren er veertien amende
menten, waarbij dergelijke locale kiesdistrictslijntjes
in het regeeringsvoorstel werden ingeschoven; sedert
dat cijfer bereikt is ben ik van mijn tel geraaktmaar
ik heb alweer nieuwe „van X naar Ymet een zijtak
naar Z" gezien.
„Welke Babylonische verwarring zal het zijn wan
neer de groote dag der stemming genaakt en al die
amendementen een voor een onder den hamer van den
voorzitter worden gebracht! Al kon ik zijn helder
hoofd er bij in bruikleen krijgen, op dien dag zou ik
niet gaarne op Dullert's plaats onder de groene slaap
muts zitting nemen. Die overvloed van amendementen
maakt bovendien elke voorspelling aangaande het lot
van het voorstel der regeering uiterst onzeker. Dat er
niet velen daarvan waarbij er trouwens zijn, wier
volstrekte onaannemelijkheid in het oog springt,
aangenomen zullen worden, kan men gerust verwach
ten; niet onwaarschijnlijk zullen de voorstellers dezer
vermoorde onnoozelen dan op het laatste oogenbiik
hunne stem uitbrengen tegen het wetsontwerp zelf, en,
vereenigd met de leden die rechtmatige grieven hebben
tegen de vreemde houding der regeering ten aanzien
der exploitatie van de nieuwe lijnen en in het alge
meen tegen haie spoorwegpolitiek, de meerderheid vor
men die dit wetsontwerp uit het Staatsblad weert. Dan
kan de Rijnspoorweg maatschappij gerust den post van
buitengewone voordeeltjes in hare rekening afsluite^
daar vermoedelijk de ministers van binnenlandsche
zaken en van financiën hunne portefeuilles dan wel
zullen nederleggen, even als de ministers van Tets en
van Bosse na het verwerpen hunner spoorwegwet in
1860 gedaan hebben, tenzij eene ontbinding van de
kamer hun doelmatiger voorkomen moge. Of zoodani
ge ontbinding echter de door de ministers gewenschte
gevolgen zou hebben, mag met grond betwijfeld wor
den. Misschien was het meer in het welbegrepen
belang der beide heeren ministers dat de spoorwegwet
verworpen werd met de normale constitntioneele ge
volgen van dien daardoor toch ontgingen zij de ver
wachte discussie in de tweede kamer over het befaamde
contract met de Bijnspoorwegmaatsehappij (het contract
do ut non facias), waarvan de eerste kamer reeds een
voorsmaakje geleverd heeft. Ook in 's lands belang
zou dit zijn, want een votum over het Rijnspoorweg
maatschappij contract zon het gansche kabinet zéo zeer
verzwakken, dat we ook do zeer goede elementen
daarvan, de ministers van justitie en van koloniën,
zouden moeten zien aftredenhetgeen stellig te betreuren
zou zijn. De behoefte des lands aan spoorwegen zou
verder bij eene afstemming dezer wet na een kort
uitstel voorzeker hare voldoening verkrijgen.
„De politieke atmosfeer is hier verder zeer kalm;
nieuws ontbreekt geheel. Het eenige met de politiek
in verband staande bericht, dat ik u kan mededeelen,
is dat de antidienstvervangingsbond bezig is zich te
organiseeren. De statuten moeten vastgesteld en de
erkenning als rechtspersoon aangevraagd zijnook
verneem ik dat de oprichting eener plaatselijke Haag
sche afdeeling van dezen bond eerstdaags te verwach
ten is."
Benoemingen en besluiten.
ondersciieidingsteekenen. Toegekend aan J. E. van
den Akker, gemeente-architect te Haarlem en aan J.C.
van den Akker, te Amsterdam, als blijk van Zr. Ms.
goedkeuring en tevredenheid wegens de redding van
twee drenkelingen uit het water, de bronzen medaille
ingesteld bij besluit van 22 September 1875, n° 61,
alsmede een loffelijk getuigschrift.
schutterijen. Verleend aan den majoor W. A. Golt-
hoff, kommandant der dienstdoende schutterij te Kampen,
de personeele rang van luitenant-kolonel en aan den
kapitein H. A. M. Brumsteede, kommandant der dienst
doende schutterij te Assen, die van majoor.
ridderorden. Bij koninklijk besluit is ingetrokken
het besluit van den 6et> October 1874, n° 10, voor zoo
veel betreft de benoeming van den matroos 2e klasse
bij de zeemacht J. A. Guyken, tot ridder 4e klasse van
de militaire Willemsorde.
koloniën. Bij koninklijk besluit is benoemd tot ge
zaghebber van het eiland Saba de heer J. J. B. Quast,
thans klerk van den le rang ter gonvernements-secre-
tarie in de kolonie Curacao.
Onderwijs.
De uitslag der akte-examens voor het lager onder
wijs in Zeeland van den 20en tot den 23en dezer
alhier gehouden, is als volgt:
Voor de akte van hoofdonderwijzer hadden zich aan
gegeven 17 aspirantenwaarvan 2 niet zijn opgekomen
en 1 zich heeft teruggetrokken bij den aanvang van
het examen.
Geslaagd zijn: W.C.Crucq van Middelbnrg, J.Fran
sen van VlissingenJ. Hogerland van Middelburg,
D. W. Louis van Middelbnrg, W. W. Schipper van
Nieuw- en St. Joosland, P. Voerman vau Vlissingen,
W. A. K. Boone van Zierikzee en H. J. te Boveldt van
Zierikzee.
Voor vrouwelijke handwerken, aangegeven 5 aspiran
ten, geslaagd: mej. M. C. W. Pelzer (voor de fraaie),
mej. J. E. Boone, mej. J. M. T. Knip, mej. S. C. Ver
hulst, mej. M. S. Bourdrez, allen te Middelburg, voor
de nuttige en fraaie. Het examen wordt Maandag
voortgezet.
Door burgemeester en wethouders van Zierikzee is
in overleg men den districts-schoolopziener de voor
dracht opgemaakt tot vervulling der vacature van hoofd
onderwijzeres aan de openbare meisjesschool aldaar; die
voordracht bestaat uit de dames: 1° A. J. van den
Beek wede. A. Hestra te Geertruidenberg; 2° C. van
den Bogert te Oldenzaal3° A. de Koning te Haarlem
en 4° H. F. Heniet te 's Gravenliage.