BUITENLAND Algemeen Overzicht. Benoemingen en besluiten. leger. Op pensioen gesteldop verzoek, ten bedrage van 1035 's jaars, de kapitein H. Murman van het 1® regiment infanterie, gedetacheerd bij het koloniaal werfdepot. militaire academie. Benoemd tot leeraar in de schei kunde bij de koninklijke militaire academie dr. L. Aron- stein, met ingang van 1 Januari a. Onderwijs. Op de avondschool voor middelbaar onderwijs te Vlissingen heelt gisteren avond eene prijsuitdeeling plaats gehad aan vier leerlingen die door goed gedrag, trouw schoolbezoek en voortdurenden ijver zoodanige vorderingen hebben gemaakt dat zij zulk eene onderschei ding hebben verdiend. De bekroonden zijn: Arie Romeijn, 18 jaren, Frans de Vlieger, 15 jaren, Leendert Bakker, 15 jaren, timmerlieden, en Christiaan Hoogerwerf, 13 jaren, schilder. Nadat de voorzitter der schoolcommissie de beer J. G. Hector, de leerlingen op toepasselijke wijze had aangesproken overhandigde hij aan de bekroonden hunne prijzen, bestaande respectievelijk in een boekwerk, een passerdoos, een passer en een snijdiamant. Daarna werd door een der bekroonde leerlingen op hartelijke wijze voor do verkregen belooningen dank gezegd. De orde en stilte die gedurende geheel deze hande ling heerschte, getuigden van goede tucht en onderlinge samenwerking op deze school. Het onderwijs in de physiologie, anatomie en hygiëne aan de rijkskweekschool voor onderwijzers te Haarlem is door den minister van binnenlandsche zaken opge dragen aan den heer dr. P. van Reyson, oud-lector in genoemde vakken aan de thans opgeheven clinische school aldaar. Kerknieuws» Bij de verkiezing van leden in het kiescollege voor de hervormde gemeente te Goes schijnen onregel matigheden te hebben plaats gehad, tot welker beslis sing de kerkeraad bijeengeroepen is. De Goesche cou rant is daardoor verplicht de mededeeling van den uit slag dier verkiezing tot haar volgend nommer uit te stellen. De gemeenteraad van Kampen heeft weder het traktement der vier hervormde predikanten aldaar ieder met /500 verhoogd. ®c mengde berichten. Heden morgen is brand ontstaan in een werkmans keet te' Vlissingen aan den zeedijk bij de groote slu's. Door den feilen Oostewind was de keet binnen een half uur in de asch gelegd. De inboedel is voor 't grootste gedeelte gered. Onder de tegenwoordig te den Helder gekazerneerde kolonialen bevindt zich een Franschman, dien men als een tijpe van dén in ons Indisch leger zoo talrijk ver tegenwoordigden soldaat-gelukzoeker beschouwen mag; van zijn 16e jaar af is hij in dienst, steeds de plekjes op onze aarde uitzoekende waar gevochten werd. Onder Garibaldi droeg hij het roode hemd der bevrijders van Italië als verdediger van den paus vond men hem later in het zouaven-pak. Onder de Fransche vanen vocht hij jaren lang tegen de Mahomedanen in Algiersin den Fransch-Duitschen oorlog werd hij natuurlijk ons der de verdedigers van zijn vaderland niet te vergeef- gezocht. Toen schijnt hij een jaar of wat gerust te hebben. Inmiddels was hij 52 jaar geworden en daar het hem zeker verveeld heeft zoo lang den kruitdamp te missen, heeft hij nog eens het geweer ter hand ge nomen, om onder onze soldaten in het Noorden van Sumatra andermaal de volgelingen van den Islam te helpen bevechten. Nabij 's Bosch is eergisteren middag te een uur een heer, na eene hevige worsteling docr twee onhe ken den van zijne portemonaie beroofd. Beiden zijn den vol- genden dag door de politie gearresteerd. Op eene dezer dagen te Amsterdam gehoudene vergadering van Israëlieten, tot het oprichten eencr kiezersvereenigingis het zoo onstuimig toegegaan dat een op de bijeenkomst aanwezig dagbladschrijver, mede Israëliet van belijdenis, genoodzaakt was in den tuin en verder uit het huis te vluchten, daar men hem anders op minder aangename wijze van daar verwijderd zou hebben. Naar verzekerd wordt, had echter deze veijaagde geen woord op de vergadering gesproken. Ook na zijn vertrek was het rumoer zoo groot dat men niet tot eenig resultaat kon komen. Te Amsterdam is Zaterdag middag eene bende Zigeuners door de politie buiten de stad gebracht. Het ongeval onlangs aan mevrouw Kleine op het tooneel overkomenblijkt ernstiger te zijn dan men aanvankelijk gehoopt had. De kunstenares zal door de gevolgen van haren val waarschijnlijk gedurende eene maand verhinderd worden om op te treden. Nabij Sittard is weder een kasteel afgehuurd door eene geestelijke zusterorde uit Remagen, welke aldaar eene jongejuffrouwenschool zal oprichten. Nabij Bodegraven is door zes geestelijke zusters uit Bonn eene bewaar- en meisjesschool opgericht. Thermometerstand. 18 Oct. 'sav. llu. 44 gr. 19 'smorg.7u.40gr.'smidd.lu.48gr.'sav.6u.48gr. Statcn-generaal. tweede kamer. Zitting van Maandag; 18 October. Nader verslag.) Bij de algemeene beraadslagingen over het wetsont werp tot aanleg van staatsspoorwegen kwamen twee vragen ter sprake: is het voorstel voldoende? en hoe moet de exploitatie geregeld worden De heer van Baar, vooropstellende dat politiek bij een zoo materieele quaestie als deze niet mag wegen, en verder als vrij algemeen erkend aannemende dat staatsaanleg noodig en van particuliere krachten niet genoeg te wachten is, was met het ontwerp niet tevre den. Ten onrechte werd-z. i. gezegd dat de overblij vende lijnen van minder belang w.tren, daar het voor hem niet bewezen was dat er niet andere, even belang rijke lijnen besta ,n. En cbe, meende hij, moesten nu ook worden opgenomen. Financieel toch is Nederland thans geenszins in ongunstigen toestandterwijl daarbij de regeering ook te veel hecht aan het aanleggen zon der leening, uit de gewone middelen, en alles op een maal. Deze spreker hoopte dus dat het ontwerp alsnog zou kunnen worden aangevuld. Ook de heer Tak was niet voldaan en betoogde eveneens dat staatsaanleg noodig is. De aandrang om meer spoorwegen kon hij geen koorts noemengeen ziekteverschijnsel, maar daarentegen h t g«.volg van toenemende welvaart. En voor dat verlangen naar middelen van gemeenschap moest de overheid zorgen, gelijk zij dit deed met straatwegen en kanalen. Hij vertelaarde dus gaarne zijn stem aan dit voorstel te zullen geven, te meer daar het, met enkele wijziging uit het voorstel Kappeijne was overgeschreven. Voldaan was hij echter niet, daar het ontwerp slechts een mid del is om zich van een lastige quaestie te ontslaan. De dringende behoefte a n spo-n wegen, vooral voor het platteland, werd daarop nader door den heer van Kerkwijk aangetoond, die daarbij opmerkte dat de aanmerkingen tegen de financieele toelichting op het ontwerp Kappeijne ook mochten gelden voor de niet betere toelichting der regeering bij haar voorstel, en hulde bracht aan de vier leden, die in deze zaak het initiatief namen. Ook deze spreker betoogde daarop dat staatsaanleg noodig is, waar het algemeen belang een lijn vordert, en kwam dan tot de conclusie dat het voorstel veel te klein is, op verre na niet genoeg be vatte, waarom hij dankbaar noch vo daan was. Alk maarHoorn, een aansluiting voor Dockum en voor de veenkoloniën, Assenlijnschoten, ApeldoornDeven ter, Amsterdam Rotterdam (direct), HaagGorinchem, Zevenbergen—Biouwershaven, al deze lijnen blijven nog dringend noodig. Wil de regeering medewerken, vroeg deze spreker ten slot;e, tot bevrediging dier ver schillende belangen, tot wegmming van de spoorweg- grieven, die de politiek bederven en demoraliseerend werken Wil de regeering Friesland bevredigen? vroeg de heer Ilingst, en hij toonde aan hoe alleen oordee lende over de streken, welker belangen hij kende de lijnen Stavoren—Sneek en HeerenveenSalzbergen noodig zijn. Evenmin was de heer Smidt voldaandie de lijnen onrechtvaardig verdeeld achtte, gevende waar reeds veel is en overbodig achtende waar nog geen spoorweg bestaat. Zoo zou hij de opname wenschen o. a. van de lijnen Assen—Winschoten en HarlingenHeeren veen— Hoogeveen—Coe vorden— Salzbergen. De exploitatie-quaestie werd het eerst besproken door den heer van Baar, die staatsexploitatie heteenige rationeele middel achttedat dan ook z. i. eenmaal hij hoopte binnen een betrekkelijk korten tijd alge meen zou worden toegepast. De heer Tak behandelde de exploitatie slechts ter loops; hij achtte haar een gelegenheidsargumentterwijl de heer van Kerkwijk het verkeerd achtte deze vraag zoo op den voorgrond te stellen, daar men nu minder noodige lijnen opnam. Z. i. moest het niet de vraag zijn of een spoorweg voordeel zou opleveren. De heer Hingst verklaarde daarop dat ook z. i. de aanleg vóór de exploitatie- quaestie moest gaanwaarna de heer Smidt herinnerde hoe een kostbare tijd verleren ging met het voorop stellen dezer quaestie, terwijl toch z. i. de exploitatie na de beslissing over den aanleg kan geregeld worden. Een goede regeling had echter moeten en kunnen voor afgaan, maar dan op geheel anderen voet dan de regee ring beproefde. Het nieuwe contract met de exploitatie maatschappij was sl-cht; het zou den staat geheel ge bonden hebben. De exploitatiequaestie moet dan ook, meende hij, op veel breeder schaal worden opgelost, hetgeen nu nog mogelijk waszoolang de staat niet door een nieuw contract voor de nieuwe lijnen gebon den is. Daarna echter niet meer. Naar zijn oordeel moet de staat niet voor de exploitatie bij verschillende maatschappijen aankloppen; de voordeelen van staats- cn particuliere exploitatie moeten vereenigd worden; de staat moet over zijn lijnen onbepaald het zeggen behouden; het doel moet alleen zijn het algemeen be lang, de algemeene welvaart. Ten slotte stelde deze sprekerin verband tot zijn wensch naar meer spoorwegen, de vraag welke de inzichten en plannen der regeering omtrent particulieren aanleg zijn, daarbij de hoop uitende dat het haar ern stige wensch zou zijn van staatswege te willen helpen. Zal de regeering die hulp voor de door spreker ge noemde (bovenvermelde) lijnen voldoende willen ver strekken De heer Bredius was ten slotte aan het woord, maar moest, wegens het late uur, daarmede tot de volgende zitting wachten. Ingekomen zijn wetsontwerpen omtrent: den accijns op het binnenlandsch gedistilleerd, den suikeraccijns, tot verhooging der begrooting voor Suriname; de staats rekening over 1874, en inlichtingen op het adres van majoor Bentinck. Zitting van Dinsdag 19 October. Per telegraaf Bij de voortzetting der discussiën over het wetsont werp tot aanleg van staatsspoorwegen verlangden de meeste sprekers, zooa.s de heeren Bredius, Harinxma, Berkhout, de Jonge en Cremers, meerdere staatslijnen of beloften tot het verleenen van subsidie. Alleen de heeren van der Hoeven en Corver Hooft keurden de matiging der regeering goed. De minister van binnenlandsche zaken verklaarde dat, volgens de overtuiging der regeering, de voorge stelde lijnen aanvankelijk de bestaande behoeften zullen bevredigen. Bij het ontwerpen van dit voorstel hadden de financieele krachten van den staat en het belang der lijnen als maatstaf gegolden. Na vijf of zes jaren zullen misschien nieuwe spoorwegen blijken noodig te zijn. De minister is overtuigd, dat de exploitatie der voor gestelde lijnen verzekerd is, en deelde mede, dat onderhandelingen met de maatschappij tot exploitatie van staatsspoorwegen in gang zijn. Voor het verleenen van subsidie aan particulieren meent hij dat als criterium moet worden aangenomende inspanning van eigen krachten en het algemeen belang. Wat betreft de stand der aanvragen om concessie door particulieren, deze is onveranderd. Door de heeren Bredius en Gratama werden nieuwe amendementen aangekondigd voor den aanleg van spoorwegen in het noorden des lands. De volgende amendementen zijn op het spoorweg- ontwerp voorgedragen: 1" door den heer Smidtom dp lijn ZwolleAlmelo te veranderen in MeppelAlmelo; 2° door de heeren Heydenrijck en van Nispen om sub 3 in plaats van Veenenda'al en Wagen.ngen door Rhenen, te lezen: Amersfoort langs Rhenen naar Nij megen 3° door de heeren de Bruijn Kops en Stieltjes om bij de Noord-HollandscheFriesche lijnen te voegen: „een zijtak van Alkmaar naar Hoorn" 4° door den heer van Wassenaer van Catwijka om n° 8 van art. 1 te lezenvan Zwaluwe naar 's Herto genbosch b om te bepalen dat in 1876 voor staats rekening zal worden gelegd een dubbel spoor op de spoorbaan van \lissingen naar Roosendaal en van Breda naar Eindhoven. De regeering heeft eene verhooging van de Indische begrooti.ig voor 1875 voorgedragen tot een gezamenlijk bedrag van 3,309,500, hetwelk ruim wordt opgewogen door de meerdere opbrengst van den verkoop van koffie, die het geraamde bedrag, volgens matige berekening, met circa 8 millioen zal overtreffen. Van het ge noemde cijfer komt f 3,195,000 ten laste van de zee- en landmacht in Indië, grootendeels wegens den Atchin- oorlog. Ongetwijfeld is Frankrijk voor een groot gedeelte zelve de schuld van de rampen en ongelukken die het hebben getroffen maar toch is en blijft het een bewon derenswaardig land. Waar elders vindt men die veer kracht, die energie, die drang naar vrijheid ook te midden der onderdrukking dat streven naar ontwikke ling en beschaving, die rijkdom van scheppende denk beelden en gedachten? Dit is een van de onvergeef- lijkste zonden van het land, dat het niet genoeg luistert naar de lessen en beginselen van zijn groote mannen. Reeds lang worden zij elders in praktijk gebracht voordat Frankrijk zelve er genot van heeft. Hoeveel verder zou het kunnen zijn indien het getrouw ware gebleven aan de beginselen van '89, en de denk beelden der groote geesten van dien tijd had in toepassing gebracht. Eergisteren werd te Arcachon bij Bordeaux een schitterende ovatie gebracht aan den meest populairen man van geheel Frankrijkden bevrijder van het grond gebied Adolphe Thiers. Uit alle oorden van het departement de Gironde waren meer dan 400 personen samengekomen afgevaardigdenleden van den generalen raad gemeenteraadsleden en verschillende deputaties, om hem hun dank te betuigen voor hetgeen hij heeft gedaan. En wat zeide de oud minister van Louis Philip „Verloochent nimmer de beginselen van '89, verdedigt hen bij alle gelegenheden. Het is nietwaar, dat die beginselen een schrikbeeld voor Europa zouden zijn; integendeel, de Europeesche maatschappij vindt daarin overal de grondslagen voor haar bestaanen zij erkent dit ook. Door hen met kalmte, voorzichtigheid en wijsheid toe te passen zal het Frankrijk nimmer aan bondgenooten ontbreken. Europa is verstandig;

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 2