MIDDELBURGSCHE
COURANT.
r 239.
1875.
Vrijdag
8 October.
Middelburg 7 October.
Dit Wad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2e° Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m.., franco is f 3.50.
De avondtrein kwam gisteren, in plaats van te 8
uren 8 minuten, te 9 uren alhier aan. De vertraging
bedroeg dus ditmaal, op het traject van 3 uren, niet
meer dan 52 minuten. Op de beide laatstvorige
dagen is er alzoo eenige vooruitgang.
Onze klachten beginnen in andere bladen weerklank
te vinden. De Goesche courant van heden bevat een
ingezonden stuk, waarin er op gewezen wordt dat door
de vertraging, veroorzaakt door de onafzienbare rij
geladen en ongeladen wagens, welke de trein met
zich voert, groot nadeel wordt toegebracht aan hen die
van Goes dagelijks „voor negotie" het land ingaan, en
wien door de verandering in den loop der treinen niet
slechts de gelegenheid reeds is ontnomen om met den eer
sten trein van huis te gaan, maar die nu bovendien eerst
ongeveer te 9 of 10 uren van hunne zaken thuis komen,
in plaats van ongeveer te 8 uren, zooals het volgens
de dienstregeling behoorde te zijn.
Boven dien deelt de inzender mede dat de zoogenaamde
„sneltrein" Zondag avond jl. ongeveer te 11 uren in
plaats van te 9.45 te Goes aankwam, welke late aan
komst, volgens hem, veroorzaakt werd „door gebrek
aan voldoenden stoom, daar te Krabbendijke de locomo
tief nog water in moest nemen, teneinde in staat te
zijn om verder te komen."
De inzender beschouwt als het beste middel om aan
dezen gebrekkigen toestand een einde te maken, een
adres van alle aan de lijn gelegene plaatsen aan de
regeering. Wij gelooven dat men voor het oogenblik
zoover nog niet behoeft te gaan. Nu er eenmaal ge
klaagd wordt, kan de uitwerking dier klachten afge
wacht worden. Vooral met het oog op de inspectie,
die aanstaanden Maandag vanwege den raad van toe
zicht over de Zeeuwsche lijn zal plaats hebben, mag,
meenen wij, eenige voldoening tegemoet gezien worden
aan klachten, wier gegrondheid door niemand ontkend
kan worden.
Aangezien de voormalige marinewerf te Vlissingen
in particuliere handen is overgegaan, is dezelve, te
rekenen van af den 4™ dezer maandvoor het publiek
verkeer verboden, en aan de zijde der Walstraat
gesloten. (VI. Ct.)
Naar wij vernemen, heeft Z. K. H. prins Hen
drik der Nederlanden aan den heer J. J. Hendrikse,
stalhouder alhierden titel verleend van „stalhouder
van Z. K. H. prins Hendrik der Nederlanden", met
vergunning om als zoodanig het wapen van den prins
te voeren.
Onder de personen die zijn toegetreden tot het Anti-
dienstvervangingsbondvinden wij heden vermeld
de heeren
Jhr. P. Damas van Citters, lid van ged. staten van
Zeeland, mr D. A. Berdenis van Berlekom, majoor der
schutterij, mr. T. A. Lambrechtseu, lid van gedeput.
staten van Zeeland, Joh. Luteijn, lid van den gemeen
teraad, Jac. de Kanter, makelaar, oud-kapitein der
schutterij, G. van Diesen, hoofd-ingen. van den water
staat, W. A. van Hoek, advocaat, A. de Lange, assis
tent waagmeester, L. H. Cadet, L. van der Wede, J.
Rij bering en P. W. M. Hubregtse, particulieren, J. W.
Klappert, telegraafdirecteur, L. A. de Jong van Lier,
2e luit. der infanterie, allen te Middelburg. Jhr. F. C.
de Casembroot, lid der staten van Zeeland, C. J. N-
Boom, particulier, mr. J. F. M. Prijn, griffier bij het
kantongerecht, D. van de Graft, direct-, van het post
en telegraafkantoor, J. J. Bijbau, weth. en med. doctor,
A. van der Burght, wethouder, C. A. van der Burght,
koopman, jhr. j. L. j6 Casembroot, ontvanger-griffier,
jhr. S. O. de Casembroot, A. Gallis Merens, candidaat-
notaris, J. van der Burght, med. doctor, allen te Tholen.
A. Sorber Jz., metselaar, C. J. van IJsseldijk, schipper,
A. van Damme, timmerman, Joh. Pot, winkelier en
koopman, J. J. Kampenhaus, ambtenaar, W. W. Kroep,
particulier, D. Toe Water, rijksontvanger, A. vanNieu-
wenhuyze, bakker, J. van Nieuwenhuyze, winkelier,
J. Pot, landbouwer, P. Dijkman, molenaar, allen te
Scherpenisse en St. Maartensdijk.
spraak is in strijd met het requisitoir van het openbaar
ministeriedat tot vrijspraak geconcludeerd had.
De heeren Viruly Verbrugge c. s. hebben hun
vroeger gedaan voorstel om aan den voorzitter der
tweede kamer eene onbeperkte macht toe te kennen
tot het sluiten der beraadslagingenmet hooger beroep
echter op de kamer zelve, ingetrokken. Zij stellen
thans voor te bepalen dat over voorstellen tot sluiting,
welke evenals vroeger zeowel door den voorzitter als
door ieder der leden gedaan kunnen worden, niet af
zonderlijk beraadslaagd zal worden.
Tot deze proportiën teruggebracht, zal het voorstel
waarschijnlijk wel aangenomen worden. Kwam het
vroegere ons echter onaannemelijk voor, dewijl de waar
digheid der kamer niet toelaat haren voorzitter eene
soort van politie-toezicht op te dragen en diens positie
daarenboven door het uitoefenen van dat toezicht
onhoudbaar zou worden, het thans gewijzigde voorstel
lijkt ons volkomen onbeduidend. De zaak zal blijven
zooals zij was. Is het den leden der kamer mogelijk
zich zelfbeperking op te leggen, dan zal de omvang
hunner beraadslagingen, zonder nadeel waarschijnlijk
voor hare belangrijkheid, gematigd worden. Blijft
deze deugd der zelfbeperking echter in onze vertegen
woordiging buitengesloten, dan zal geen wijziging in
het reglement van orde of geen discretionaire macht
van den voorzitter in staat zijn de discussiën beknopt
en belangrijk te maken.
Wij ontvingen van den uitgever A. Land Ezn. te
Harlingen eene „politieke kaart van Nederland", aan
wijzende de verdeeling van ons land in hoofdkiesdis
tricten, met een tekstboekje bevattende de bepalingen
der grondwet op de staten-generaal betrekkelijk, bene
vens de kieswet met hare tabellen.
Op de kaart wordt de politieke gezindheid der kies
districten, zooals die zich bij de laatste verkiezingen
heeft doen kennen, in vier kleuren: rood liberaal,
geel conservatief, groen antirevolutionair, en
zwart ultramontaansch aangetoond.
Met deze kleurverdeeling hebben wij niet veel op.
Volkomen juist kan zij onmogelijk zijn, daar de gezind
heid in eenig kiesdistrict nooit door eene enkele kleur
is aan te geven. Wie zal b. v. beweren dat het geheele
hoofdkiesdistrict Breda juist wordt voorgesteld door
het enkele zwart, de kleur der ultramontanendat
's GravenhageDelft en Leiden uitsluitend het conser
vatieve geel behooren te vertoonenof dat het geheele
Noorden des landsals voor de liberale zaak gewon
nen, slechts éene kleur behoort te dragen?
Voor de kennis van de ligging en de gedaante der
kiesdistricten, waarvan weinigen zich anders een juist
denkbeeld kunnen vormen, is deze kaart echter onge
twijfeld van veel nut en daarom bevelen wij haar gaarne
bij alle kiezersvereenigingenaan welke zij ook is opge
dragen aan.
Bij beschikking van den minister van financiën is
bepaald, dat de volgende ambtenaren bij den dienst
der posterijen hunne functies zullen uitoefenen als
volgt: de commies 2B klasse E. Wüppermann ten post-
kanjore te Amsterdam en de commies 2E klasse J. H.
de Boer op het spoorwegpostkantoor AmsterdamEm
merik-Bentheim.
Blijkens het thans vastgestelde algemeen reglement
van de te Brussel te houden internationale tentoon
stelling betreffende gezondheidsleer en reddingsmiddelen,
wordt die tentoonstelling geopend 15 Juni 1876 en om
streeks 1 October daaraanvolgende gesloten.
De hoofdredacteur van het TJtreehtseh Dagblad is
door de arrondissements rechtbank te Utrecht uithoofde
zijner mededeelingen betreffende de zaak van den bak
ker de Laat schuldig verklaard aan laster en mitsdien
veroordeeld tot eene geldboete van 25. Deze uit
De onderhandelingen tuschen het Nederlandsch gou
vernementen den afgezant van Venezuela dreigen, naar
wij van zeer vertrouwbare zijde vernemen, niet tot
een gewenscht resultaat te zullen voeren. Door het
gouvernement van Venezuela namelijk moet wel ziju
toegegeven aan het verlangen om schadeloosstelling te
verleenen wegens het voorgevallene met de Midas,
maar niet aan den eisch dezerzijds gesteld: tot open
stelling der havens van Venezuela voor Nederland-
sche schepen.
Gisteren ochtend te 10 uren heeft de secretaris van het
Venezuelaansch gezantsohap langs officieelen weg aan
den minister van buitenlandsche zaken een dépêche
van zijn gouvernement overhandigd. De inhoud daarvan
moet van gewicht zijn en misschien van beslissenden
invloed op de vriendschapsbetrekkingen tusschen de
beide rijken.(Vaderland).
Het Haagsche Dagblad bevat het heugelijk bericht
dat aan de rijksmunt reeds sedert eenige dagen ge
werkt wordt aan een nieuwen stempel voor onze gou
den muntstukken.
De kamer van koophandel te Harlingen heeft bij
adres aan de directie der handelmaatschappij verzocht
aldaar een depot dier maatschappij te vestigen. De
kamer wijst op de gunstige ligging en gelegenheid van
Harlingen voor de gemeenschap met het Noorden des
rijk3, met Noord-Duitschland en de andere landen van
Noordelijk Europa; terwijl het vervoer der goederen
van het Nieuwediep naar Harlingen, zelfs indien de
diepgang dier haven nimmer mocht toelaten de koop
waren daar rechtstreeks te lossen, niet kostbaarder
wezen zou dan het vervoer van Nieuwediep naar
Amsterdam.
Aan ons verslag van gisteren betreffende de Luxem-
burgsche feesten hebben wij heden weinig toe te
voegen. De verschillende ingediende adressenvan
de kamer van volksvertegenwoordigers, van den raad
van state, van alle andere officieele en niet offieieele
lichamen, bezitten allen eenzelfden grondtoon, dien
van hartelijke genegenheid voor prins Hendrik en zijn
koninklijken broeder, van warme vaderlandsliefde en
van gehechtheid aan de onafhankelijkheid des lands.
In zijne toespraak aan het banket, zeide de prins o. a.
het volgende
„Sedert 25 jaren dat de koning-groothertog mij tot
mijne tegenwoordige betrekking riepheeft het groot,
hertogdom zich steeds ontwikkeld en is het steeds
vooruitgegaan. Moeilijkheden hebben nimmer ontbro
ken, doch ik was altoos van meening dat het oogen
blik van rust later zou aanbreken. Te midden van
dat alles heb ik steeds getracht de beginselen van
ordo, vooruitgang en vrijheid te bevorderen. Want
wanneer het huis van Oranje geroepen wordt het lot
eener natie te deelen, verlangt het niet zoozeer in de
oogenb'.ikken van voorspoedals in die van tegenspoed
te worden gewaardeerd en beoordeeld."
De prins dankte de aanwezige vertegenwoordigers
der naburige mogendheden, mst welke Luxemburg ten
allen tijde in vrede heeft geleefd en in vrede wil blij
ven leven. „Want Luxemburg, zeide de prins,
met zijn glorierijk verleden, wil blijven wat het is."
Aan de Indépendance ontleenen wij de volgende
beschrijving van het nationaal geschenkdat den prins
is aangeboden.
Het bestaat uit eene zilveren groep, door den heer
Auguste Mare, directeur van het Parijsche weekbla.d
l'Illustration, getcekend en door den beeldhouwer Fal-
guière uitgevoerd. De groep stelt voor de stad Luxem
burg, van hare middelen tot aanval en verdediging
ontdaan, welke de stedekroon van haar hootd gewor
pen en zich met eene vredekrans van olijftakken getooid
heeft, terwijl zij als bewijs harer dankbaarheid voor
haren vorstdezen een bloemkrans aanbiedt. Deze
hoofdfiguur wordt omringd door geniën, waarvan eene,