MIDDELBURGSCHE
P 234.
Zaterdag
1875.
COURANT.
2 October.
Middelburg 1 October,
Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2™ Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m., franco is f 8.50.
Wegens de langdurigheid der heden namiddag gehou
den zitting van den gemeenteraad alhier moeten wij
ons bepalen tot de korte mededeeling van de volgende
punten en het geven van het gewone verslag tot een
volgend nommer uitstellen.
Een adres van den heer F. A. Roosendaal, om eervol
ontslag als hulponderwijzer op school F, is gesteld in
handen der plaatselijke schoolcommissie.
Van de voormalige kommiezen C. Smit, H. Cornelis,
J. A. Julianus en A. J. Sandersealsmede van den
veormaligen sub-ontvanger bij de plaatselijke belastin
gen J. G-. de Zeeuw zijn adressen ingekomen, strek
kende om geheele of gedeeltelijke continuatie van hun
wachtgeld. Deze adressen zijn gesteld in handen der
financieele commissieom daaromtrent te adviseeren bij
haar rapport over de gemeentebegrooting voor 1876, na
vooraf daaromtrent den controleur te hebben gehoord.
Een gelijksoortig adres van A. Calliber en vijf andere
vroegere buitengewone' kommiezen is, als zijnde op
ongezegeld papier geschreven, ter zijde gelegd.
Aan den heer J. Tuijter is op zijn verzoek eervol
ontslag verleend als leeraar in het hand- en rechtlijnig
teekenen aan de burgeravondschoolen in zijne plaats
tijdelijk als hulpleeraar in het handteekenen benoemd
de heer W. van Enst, concierge bij de rijks hoogere
burgerschool alhier.
Aan mejuffvrouw M. van Amstelhulponderwijzeres
aan school A, en den heer J. Polderman, hulponder
wijzer, is op verzoek eervol ontslag verleendingaande
met 15 October a.
Daar wegens het in aanbouw zijnde droogdok de kade
bij den Dam niet meer kan gebezigd worden voor den
verkoop van aardappelen, is besloten daarvoor alsnu
aan te wijzen het gedeelte der Londonsche kaai beoos
ten de Koningsbrug tegenover de Segeerstraat.
Overeenkomstig het advies der kamer van koop
handel en fabrieken alhier zijn burgemeester en wet
houders op hun voorstel gemachtigd om aan den pro
vincialen inspecteur der directe belastingeu enz. in
Zeeland te kennen te geven, dat het gemeentebestuur
de oprichting van een douanen-inrichting alhier zeer
wenschelijk acht en bereid is de kosten van ameuble
ment, verlichting en verwarming voor zijne rekening
te nemen.
Vervolgens zijn de verschilende voorstellen van bur
gemeester en wethouders betreffende het lager onderwijs,
in verband met het daaromtrent door de plaatselijke
schoolcommissie uitgebracht advies, behandeld.
De slotsom is in hoofdzaak de volgende
1° De traktementen der hulponderwijzers en hulpon-
derwijzeressen zijn verhoogd tot een minimum van
f 500, waardoor het totaal der jaarwedden 2225
hooger wordt dan thans.
2° Er zullen twee nieuwe hulponderwijzeressen aan
gesteld worden op de scholen voor on- en minvermo
genden op eene jaarwedde van f 300 met uitzicht op
opklimming tot de categorie van f 500.
3° De schoolgelden worden verhoogd op de school C
(hoofdonderwijzer de heer van Sluijs) van ƒ24 tot ƒ30
en van f 36 tot 40, en op school E (hoofdonderwijzer
de heer van Swers) van 7.20 tot f 9.60. Tegen de
eerstgenoemde verhooging stemden 5, tegen de laatsten 6
van de 15 tegenwoordig zijnde leden.
4" De jaarwedde van den hoofdonderwijzer van Sluijs
is vastgesteld op f 1870 met opheffing der percentsge
wijze belooning zooals hij die tot dusver genoot, doch
met percentsgewijze vermeerdering of vermindering naar
gelang van het aantal leerlingen in de verschillende
klassen.
5°. De jaarwedde van den hoofdonderwijzer van Swers
is bepaald op f 1100 zonder veranderlijke inkomsten.
6°. De schoolgelden zullen voortaan niet meer bij
kwartaal, maar bij drie v.ermaandelijksche termijnen
moeten betaald worden.
Ten slotte is uit de vroeger medegedeelde voordracht
met algemeene stemmen tot hoofdonderwijzer op school
F, in de plaats van den heer L. de Man, benoemd de
heer P. G. de Jager, hulponder wijzer alhier.
Wij vestigen de aandacht van onze lezers op de
wijzigingen die de uren van vertrek op den spoorweg
van Neuzen naar Gent met den 1™ October onder-
Uit Schouwen-Duiveland wordt ons het volgende
geschreven
Toen den 21™ dezer met de belangrijke meerderheid
van 17 tegen 5 stemmen tot de oprichting van een
stoomgemaal in het waterschap Schouwen besloten
werd, voedde ik de billijke verwachting, dat er zich,
in onze commissies-scheppende dagen uit de belang
hebbenden en belangstellenden in Schouwen, eene com
missie zou gevormd worden tot het ontwerpen van
een adres van dankbetuiging aan het bestuur voor zijn
onvermoeid streven tot verwezenlijking van dit goede
plan. In plaats daarvan is echter van heden af, gedu
rende acht dagen, in het hotel „De Weerd", te Zierikzee,
een verzoek aan gedeputeerde staten van ons gewest
ter teekening gelegd, om het besluit tot die oprichting
en alle anderedie daarvan het gevolg zijnspeciaal
het bedrag van het in 1876 te heffen geschot, niet te
willen goedkeuren, op grond van oude bezwaren, die
reeds lang en breed zijn wederlegd en waaraan boven
dien niemand ernstig geloof hecht, als daar zijn: de
drinkensputtende wenschelijkheid dat lage weiden in
den winter eenigen tijd ruim vdn water voorzien zijn
de moeilijkheid der betaling van hooge lasten en moge
lijke onheilendie 2 of 3 ton zouden kunnen kosten,
dat zeker geen bagatel is. De ingelanden, die dit
bezwaarschrift onderteekenen, achten de oprichting van
een stoomgemaal niet wensöhelijk en niet in het belang
van Schouwendaar de' behoeften daaraan zich niet
heeft voorgedaan. Ongetwijfeld geven ze te kennen
dat ze spijt hebbenzooveel macht aan hoofdingelan
den te hebben toegekenddie nu ten getale van
achttien en vijf bestuursleden, voor eenige honderde
ingelanden beslissenZe verlangen dus evenals Kuijper
en nog een paar hoogmoedige blazers, grondwets-, ik
meen reglements-herzieningwant als al de ingelanden
mee hadden mogen stemmen dan zouden er zeker 2/3,
zoo niet 3/4, tegen geweest zijn, eene bewering die zeker
geen enkel onderteekenaar meent. Heden (Donderdag) met
den marktdagwas het door tien ingelanden geteekend,
die zeker allen, als ze er rond vooruit willen komen,
nul op 't request verwachten. Ik wensch niets anders
en hoop dat 't gemaal dan uit zal zijn.
De heer J. H. Loewer, te Zierikzee, is benoemd tot
aspirant-landmeter bij het kadaster.
Uit Baden wordt gemeld, dat H. M. de koningin
der Nederlanden zich drie dagen te Constanz heeft
opgehouden en van daar bezoeken heeft afgelegd op
het slot Weinburg bij de vorstelijke familie van Ho-
henzollern, op het kasteel Mainau bij de familie van
den Groothertog van Baden (alwaar ook prins Alexan
der der Nederlanden den 25™ September was aangeko
men) en op het kasteel Arenenberg bij de gewezen
keizerin Eugénie. Daarna is H. M. met prins Alexander
naar Stutgart vertrokken en den 27™ dezer tegen
woordig geweest bij de ontbulding van het standbeeld
van koning WilhelmH. M's vader.
„De onteigeningswet voor den spoorweg Leiden
Woerden moet zegt de Nieuwe Rotterdamsche cou
rant voor de regeering de bill of indtmmly zijn
Van stonden aan, dat het geheimzinnige „vooralsnog"
in de wereld kwamliet de ministerieele pers door
schemeren, dat de tweede kamer bij het votum over
de onteigeningswet over het lot der regeering beslissen
zou. Thans zegt de Amsterdamsche courant met ronde
woorden, dat de stemming over de onteigeningswet
zal uitmaken of het algemeen belang al dan niet behoor
lijk is behartigd. Oordeelen de staten-generaal de lijn
LeidenWoerden van publiek nutdan is de regeering
gerechtvaardigd en het vonnis der eerste kamer is
gecasseerd! Zoo is het „vooralsnog" te verstaan."
Dit plan moge zeer vernuftig wezen, logisch is het
niet zegt de N. R. C.
„Komt de onteigeningswet in stemming, dan wordt
er beslist of het publiek nut de onteigening vordert
Meer niet.
„Of het algemeen belang gediend is door het prijs
geven van de verplichting tot aansluiting te Rotterdam
en van het waarborgkapitaal; of Heemskerk, door in
deze geheele zaak buiten de vertegenwoordiging om
te gaan, met den klaarblijkelijken toeleg om haar naar
zijne hand te zetten, gedaan heeft zooals een minister
in den constitutioneelen staat behoort te doen dat
wordt bij het votum over een onteigeningswet niet
uitgemaakt.
„Over deze vragen zal de tweede kamer beslissen,
geheel afgescheiden van de onteigenings quaestie. De
weg daartoe is van zelf aangewezen. De inlichtingen
door de regeering gegeven op de adressen van den
Rotterdamschen gemeenteraad en van onze kamer van
koophandel, zijn in handen gesteld eener bijzondere
commissie. Deze heeft de stukken te onderzoeken en
rapport uit te brengen, en over de conclusie van haar
rapport heeft de kamer te beslissen. De overeenkomst
met de Rijnspoorweg-maatschappij komt dan, in haar
geheele beteekenisvan zelf ter sprakeen de tweede
kamer zal beoordeelen of door die overeenkomst al dan
niet het algemeen belang behoorlijk is behartigd en of
al dan niet te kort is gedaan aan de waardigheid en
het recht der vertegenwoordiging.
„Van een bill of indemnityals hier de regeering wordt
toegedacht, is in het constitutioneel staatsrecht niets
bekend. Maar zoo de ministers zich, tegenover het
votum der eerste kamerdoor de tweede kamer gerecht
vaardigd wenschen te zienhebben zij die rechtvaardi
ging elders te zoeken dan in het votum over de ont
eigeningswet."
Door de commissie voor het geneeskundig staatsexa
men te Leiden is gisteren tot arts bevorderd de heer
J. A. Lodewijksmilitair student.
De examen-commissie te Groningen heeft als apotheker
toegelaten de heeren N. F. Reyst van Leiden, W. F.
Hammesvan Rotterdam en L. C. W. Cocx van
Amsterdam.
In een artikel over hetgeen men in Nederland aan
belasting betaalt deelt de Standaard o. a. het volgende
mede: Per hoofd wordt in Nederland betaald: in de
grondbelasting f 2.81, in het 75 personeel dat aan het
rijk blijft 0.53, aan patent, indirecte belasting enz.
f 15.78, aan provinciale en gemeentebelastingen f 5.04;
te zamen ƒ24.16. Dit cijfer moet nog een weinig worden
verhoogd, wijl in dit overzicht enkele kleine provinciale
belastingen zijn weggelaten, terwijl sinds '73 het be
lastingbedrag naar rato sterker dan het inwonercijfer
geklommen is, zoodat men in ronde^cijfers met stellige
zekerheid kan aannemen, dat in Nederland, ongerekend
nog polder- en dijklasten, thans reeds vijf en twintig
gulden per hoofd en per jaar aan belasting betaald
wordt. Onder deze 25 is zes gulden alleen aan ge
distilleerd.
Deze druk der belasting is intusschen niet in alle
provinciën des lands gelijk. De opbrengst is het hoogst
in de gewesten met rijke koopsteden en vet bouwland,
het laagst in landelijke provinciën met weiland, bosch
of heide.
In Zuid-Holland b. v. betaalt men: vcor grondbelas
ting 3.09, voor 7s personeel f 0.89, voor patent, ac-
cijnsen enz. f 22.65, voor provinciale- en gemeentebei
ƒ6.73; te zamen f 33.36.
In Noord-Holland klimt dit bedrag zelfs tot f 36.85
of met het surplus, waarop we boven wezen, tot 40.
Hiertegenover staan b. v. Drente met 11.18, Lim
burg met 12.31, Overijsel met 15.27 en Noord-
Brabant met f 16.33.
Natuurlijk wordt dit bedrag nogmaals gevariëerd,
indien men in Noord-Holland een koopstad als Amster
dam met een dorp als Velzen vergelijkt. Vooral de
hooge bedragen van de hoofdelijke omslagen komen
schier uitsluitend ten laste der steden.