MIDDELBURGSCHE COURANT. F 224. Dinsdag 1875. 21 September. Middelburg 20 September, Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2» Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen. De prijs per 3/na., franco is f 3.SO. De troonrede waarmede Z. M. de koning heden de zitting van de staten-generaal voor het zittingjaar 1875/76 heeft geopend luidt aldus: „Mijne heerenMet genoegen bevind ik mij opnieuw in uw midden, om u, als vertegenwoordigers van het Nederlandsche volk, tot hervatting uwer werkzaam heden uit te noodigen. „Mijne verstandhouding met de vreemde mogend heden is bij voortduring zeer vriendschappelijk. „De landman mag zich in een goeden oogst verheu gen; de gezondheidstoestand is over het algemeen zeer gunstig. „In handel en nijverheid wordt in een groot deel der beschaafde wereld eenige stilstand waargenomen; evenwel toont de ruime opbrengst van de gewone rijks middelen dat Nederland daaronder betrekkelijk weinig lijdt. „De plichtsbetrachting der zee- en landmacht geeft mij stof tot tevredenheid; beide deelen onzer krijgs macht in Indië toonen zich ten volle berekend voor hetgeen daar van haar wordt gevorderd. „Bij het vele goededat wij met dankbaarheid mogen gadeslaan, kan toch de dringende behoefte aan verbe teringen tot welke uwe medewerking noodig isniet worden voorbij gezien. „Op de tijdelijke regeling van het muntwezen behoort eene eindregeling te volgen; wijziging zoowel van de suikerbelasting, in verband met eene nieuwe overeen komst als van andere belastingenwaaronder het tarief van invoerrechtenzal u worden voorgesteld. „Met de herziening onzer wetboeken zal worden voortgegaan wanneer de aanhangige ontwerpen omtrent de rechterlijke macht uwe goedkeuring hebben ver worven. „De vermeerdering der middelen van verkeer gaat mij zeer ter harte. Van uwe belangstellende overwe ging mijner voorstellen, betreffende den aanleg en de exploitatie van nieuwe spoorwegen, houd ik mij over tuigd. „Andere openbare werken mogen niet uit het oog worden verloren; met den bouw van een rijksmuseum in de hoofdstad moet worden aangevangen. „Het hooger onderwijs is aan de bestaande reglemen ten ontwassen; de regeling van het militair onderwijs eischt herziening; iedere andere tak van dat volksbe lang behoeft onze gestadige zorg. „Beschikbaarstelling van middelen zal u worden ge vraagd om de werken van het vestingstelsel krachtig voort te zetten; die arbeid moet gepaard gaan met voorziening in de behoefte der levende strijdkrachten, in de eerste plaats met verbetering der wetten op de militie en de schutterijen. „Maatregelen zijn voorbereid tot verbetering van het leger in Indië en vau het lot der militairen aldaar. „Is de toestand der Oost Indische bezittingen over het algemeen gunstig, mijne aandacht blijft gevestigd op versterking van het gezag en ontwikkeling van de welvaart in die gewesten, bescherming van den inlan der is de taak van het bestuur, ook in die onderhoo- righeden, waar het Nederlandsch gezag tot nog toe de oude misbruiken niet kon verwijderen. „Hoewel de oorlog in Atchin' nog niet tot eene be vredigende uitkomst voerde, vertrouw ik dat de krach tige pogingen, aldaar aangewend, weldra dit doel zullen bereiken. „De geldelijke toestand van Suriname is niet vooruit gaande, de landbouw van die kolonie zal ondersteuning behoeven. De handel van Curagao ondervindt den in vloed van de moeielijkheden, ontstaan uit de herhaalde onlusten in de republiek Venezuellaik vlei mij, dat de onderhandelingen om die bezwaren uit den weg te ruimen zullen slagen. „Ik reken op uwe bereidvaardigheid om tot bevor dering van 's lands belangen ijverig mede te werken. „Moge Gods onmisbare zegen uwen arbeid onder steunen. „Ik verklaar de vergadering der staten-generaal te zijn geopend." De „Theetuin" alhier, die in dezen zomer zijn talrijke leden zoo menig genotvol uur verschafte, waartoe het muziekkorps der schutterij niet weinig bijdroeg bood hen gisteren voormiddag, onder begunstiging van het heerlijkste Septemberweder dat men zich denken kan, als tot sluiting van het zomerseizoen nog eenige alleraan genaamste uren. Het muziekgezelschap van de hand boogschutterij „de drie Korenbloemkens" te Kruiningen gaf er eene matinée musicale, die door een talrijk pu bliek blijkbaar met groot genoegen werd bijgewoond, en geen wonder, dat men verbaasd was over hetgeen op een dorp van 2300 zielen op het gebied van harmonie- muziek is tot stand gebracht. De directeur, de heer H. C. Baarens, moet wel behalve een goed musicus, ook een moedig en volhardend man wezen. Blijkbaar mist het gezelschap nog dat gevoel van zelfvertrouwen hetwelk noodig is om krachtige partijen met het noodige aplomb uit te voeren, vandaar dat de muziek nu en dan wat zwak klonk, doch mettertijd zal ook dit bezwaar wel worden overwonnen en wij hopen dat Kruiningen zich steeds zal mogen verheugen in het bezit van een zoo verdienstelijk muziekkorps onder zoo goede leiding. In de Staats-courant van gisteren en heden is weder opgenomen eene nommatieve Opgave van Europeesche officierenonderofficieren en soldatenoverleden na evacuatie uit Atchinvoor zooverre daaromtrent tot op den 10™ Augustus jl. bij het departement van oorlog in Nederlandsch-Indië bericht was ingekomen. Daarop komen voor W. A. de Groen en H. H. van Huygevoortfuseliers J. Hijlkemaziekenoppasser L. A. van Mourik, fuselier; J. H. van Dyanen, ka nonier 2e klasse; E. A. J. Six, F. H. L. R. Hanson en M. van Puffelen, fuseliers; G. Hartemink, sergeant; J. A. Smit, marinier; J. Konig, J. Hemdt, J. N. Ster- chi, J. Way en J. A. van SchatenfuseliersC. H. Immink, le luitenant kwartiermeester, en J. F. Hen- rion. Donderdag a.des voormiddags te 11 uren zal te 'sGrayenhage in het lokaal Diligentia, de algemeen e vergadering worden geopend van de „Nederlandsche vereeniging tot het verleenen van hulp aan zieke en gewonde krijgslieden in tijd van oorlog"; des namid dags zullen de afgevaardigden zich in het Hötel de 1' Eu rope aan eene gemeenschappelijken maaltijd vereenigen. Het alhier gevestigd comité zal worden vertegenwoordigd door zijn secretaris den heer J. W. de Raad. De kamer van koopüandel en fabrieken te Bergen op Zoom heeft zich bij adres tot den minister van bin- nenlandsche zaken gewend, om te verzoeken, dat bij de regeling van den aanstaanden winterdienst der staatsspoorwegen voorzorg moge worden genomen tegen het nadeel, dat voor kleinhandelaars ontstaat doordien de eerste van Bergen op Zoom vertrekkende en de laatste aldaar aankomende treinen geen wag gons 3e klasse bevatten en de gemeenten tusschen Bergen op Zoom Roosendaal en Goes gelegen niet aan doen. De kamer geeft verder de wenschelijkheid te ken nen dat het vertrek van den eersten trein dermate worde vervroegddat deze in Roosendaal in correspon dentie kome met den eersten trein naar Antwerpen. Een onderwerp dat wij vóór eenige dagen reeds met een enkel woord aanroerdende quaestie van het toekennen van schadeloosstelling aan personendie van eene of andere misdaad beschuldigd zijn gewordendie deswege preventief gevangen hebben gezeten en wier onschuld later aan het licht komtwordt door het Handelsblad in een hoofdartikel besproken. De hooge raad heeft bij arrest van 5 Maart dezes jaars beslist dat handelingen van strafvervolging, inge steld namens den staat, door beambten van politie of justitiekrachtens en ter uitvoering van wetten van den staat, slechts dan zouden kunnen worden beschouwd als onrechtmatige daden, wanneer daarbij sprake kon zijn van nalatigheidook bij goede trouwder beamb ten. Vergissingen, als gevolg dier handelingenkonden dus tot geen schadevergoeding van staatswege aanlei ding geven. Daar nu in den regel wel geen nalatigheid der amb tenaren bewezen zal kunnen wordenbezit volgens ons hoogste rechtscollege een onschuldig verdachte geen rechtsmiddel om van den staat eenige vergoeding te eischen. Toekenning van eenig recht op vergoeding zou wei- licht volgens het Handelsbladde ambtenaren huiverig maken in het vervolgen der misdrijven, wanneer iedere vergissing van hunnen kant den staat eene aanzienlijke vergoeding kon kosten. Dit zou ten gevolge hebben dat menig misdadiger den tijd zou hebben om te ont snappen en de maatschappelijke orde zou op die wijze misschien nog meer lijden dan door de onrechtmatige verdenking van onschuldigen. Bovendien zou het uiterst moeilijk zijn in verschillende gevallen de geleden schade in geld te waardeeren. Het Handelsblad meent echter dat men deze bezwa ren, hoe gewichtig zij ook zijn, niet al te hoog moet schatten. De gevallen van vergissing zijn zeldzaam. De som moge niet met wiskunstige juistheid te bepalen zijnook in andere gevallen bepaalt de rechter schade vergoeding naar zijn beste weten. „Bovenal moet men echter het beginsel niet uit het oog verliezen, dat hij, wien in het algemeen belang, buiten zijn schuld, een nadeel wordt toegebrachtdaar voor uit de algcmeene kas vergoeding moet erlangen. Gelijk men in geval van algemeen nut van zijn eigen dom kan worden ontzetzoo kan het ook gebeuren dat iemand bij de vervulling van den plicht, die op den staat rust, om voor de algemeene veiligheid te waken, in zijn vrijheid, zijn vermogenzijn eer wordt benadeeld. Maar evenzeer als onteigening niet zonder schadeloos stelling mag geschieden, behoort ook een persoon, die buiten zijn schuld door eene strafvervolging nadeel lijdt, zooveel mogelijk vergoeding te erlangen. Dat beginsel vindt reeds zijne toepassing bij de getuigen, die ver goeding ontvangen voor het tijdverlies, dat zij zich in het belang der justitie moeten getroosten. Wat ver biedt het uit te strekken tot gevallen als wij boven bespraken?" Bezwaarlijk is echter weder de omschrijving der ge vallen waarin vergoeding plaats moet hebben, daar niet altijd de onschuld van den verdachte duidelijk aan het lieht komt en hij dikwijls, wegens gebrek aan bewijzen, moet worden vrijgesproken, terwijl de ver denking op hem blijft kleven. „Meent men de beoordeeling niet aan den gewonen rechter te kunnen overlaten en wil men het recht op vergoeding niet enkel beperken tot het geval van ge bleken dwaling, dan zou wellicht een gelijksoortig middel aanbeveling verdienen als bij de onteigening ten algemeenen nutte reeds wordt in toepassing gebracht. Voor elk geval zou dan telkens, bij een afzonderlijke wet, hetzij van de regeering, hetzij van de tweede kamer uitgaande, kunnen worden bepaald, of er in het algemeen belang vergoeding behoort te worden verleend De koning en de staten-generaal zouden dan als een soort van jury optreden." Het Handelsblad meent dat bij de hervorming van ons strafrechtwaar men thans aan bezig isook deze quaestie ter sprake behoort te komen. Bij beschikking van den minister van koloniën, van den 17™ September zijn de civiele ingenieurs J. Nuhout van der Veen, C. van Deinse, B. Kersjes en E. A. C. F. van Essen gesteld ter beschikking van den gouverneur-generaal van Nederlandsch Indie, om te worden benoemd tot adspirant-ingenieur bij den wa terstaat en de burgerlijke openbaré werken daar .te lande. s De Staats-courant van 19 en 20 dezer bevat de wet van den 8ea September, tot verhooging en wijziging van het vijfde hoofdstuk der staats-begrooting van het dienstjaar 1875.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 1