BUÏTENLAN D. Algemeen Overzicht. Kunst-Critiek. Zeetijdingen. jsmrtelabmcfrten. Vorkoopingen en aanbestedingen. Gisteren avond zijn alhier te koop aangeboden 1° Een huis en erve op de Vlasmarkt, wijk L n° 21- Verkocht voor 1551. 2° Een huis en erve in de Lange Gortstraat, wijk I n° 336. Verkocht voor 950. 3C Een winkelhuis in de Vlissingsche straat wijk K. n° 53. Verkocht voor 1919.19. 4° Eene stalling buifen de voormalige Dampoort, wijk F n° 55. met het recht van erfpacht op 1 are 48 cen tiaren grond. Opgehouden voor ƒ950. Thnrmometerstand. 15 Sep. 's av. 11 u. 58 gr. 16 ;smorg.7u.53gr.'smidd.lu. 70gr.'sav.6u.65gr. Gemeenteraad van Goes. Zitting van Woensdag 15 September. Voorzitter de heer Blaaubeen. Tegenwoordig alle leden. De notulen der vergaderingen van 30 Augustus en 7 September goedgekeur d zijndewordt medegedeeld, dat op 14 September de opneming heeft plaats gehad van de boeken en kas bij den gemeente-ontvanger en daarbij in kas is bevondenzooals ook behoorde te wezeneene som van 15692.20. Onder de ingekomen stukken waren de goedkeuring door gedeputeerde staten van de rekening over 1874 en de begrooting voor 1876 van de dienstdoende schut terij, alsmede van het subsidie aan het gasthuis voor 1876; voorts het verslag van den landbouw over 1873, het jaarverslag van Maastricht over 1874, bericht van den heer Fransen van de Putte, dat hij de benoeming tot wethouder aanneemt, waarover de voorzitter zijn genoegen betuigt, en bericht van den uitslag der admissie- en herexamens aan de inrichtingen voor mid delbaar onderwijs. Eene aanvrage van het comité tot wering van school verzuim, om de gewone jaarlijksche bijdrage voor 1876, zal te gelijk met de begrooting der gemeente voor dat jaar behandeld worden. Aan den hulponderwijzer L. Heijboer wordt, op zijn verzoek, wegens benoeming te Leiden, eervol ontslag verleend tegen 12 November a. Een verzoek van den leeraar in het teekenen aan de burger avondschool P. Goedbloedom uitstel tot het doen van examen, wordt zonder hoofdelijke stemming gewezen van de hand. Een voorstel van burgemeester en wethouders om aan twee leeraren eene toelage te verleenen wordtop voorstel van den heer van Hoek aangehouden en worden burgemeester en wethouders uitgenoodigd eene verordening in te dienen tot regeling van het getal 1 esurendoor eiken leeraar in ieder vak te gevenals mede de toelage, die hem voor ieder uur boven dat getal zal verstrekt worden. Tot leeraar in de Nederlandsche taal aan de burger avondschool wordt met algemeene stemmen benoemd de heer T. H. de Beerleeraar in het Engelsch en Duitsch. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging der begrooting voor 1875, zoo door toevoeging, als door af- en overschrijving, wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Nog was aan de orde de gedeeltelijke vernieuwing en herstelling der gebouwen van het gasthuis en het vinden der kosten daarvandoch om het gewichtige der zaakin verband met het vergevorderde uur, wordt, op voorstel van den heer Pompe van Meerdervoort, besloten dat punt aan te houden, waarbij de voorzitter zegt, de zaak in eene nog deze week te houden ver gadering in behandeling te zullen brengen. De vergadering is daarna gesloten. Het is onmogelijk om uit de verschillende berichten zich een juiste voorstelling van den toestand in de Herzego- wina te vormen, daar zij zoo tegenstrijdig mogelijk zijn. Uit Constantinopel wordt van den 15cn dezer gemeld, dat de laatste berichten omtrent den opstand gunstig luiden daar de insurgenten bereid zijn met de internationale gedelegeerden te Mostar in onderhandeling te treden en hun offensieve bewegingen opgeven, ter' ■wijl zij, die het land zijn ontvlucht, terugkeeren. Daarentegen wordt uit Belgrado van denzelfden dag getelcgrapheerddat de Turken zich naar Kolaschin had- begeven °m bij Novovarosch een groot kamphet welk door de opstandelingen was ingeslotente ontzet ten, doch deze operatie was mislukt. De Turken wer en met een verlies van 50 man teruggeslagenterwijl e insurgenten slechts 28 man verloren. Tevens wordt, uit Cettinje bericht, dat op verschillende punten leven dige gevechten hebben plaats gehad waarin de Turken bijna overal werden geslagen en genoodzaakt werden om terug te trekken; vooral moeten de insurgenten belangrijke voordeelen in de omstreken van Bobor heb ben behaald. Hoe dit alles te rijmen? Waarschijnlijk zijn de gun stige berichten uit Constantinopel antérieur aan die uit Belgrado en Cettinjeof van een van beide zijden wordt geweldig in het eigen voordeel overdrevendoch zooveel blijkt althans wel, dat de strijd bij lange na nog niet is geëindigd. Zooals meermalen gebeurt gevoelen juist zij die geen deel daaraan nemen het ergst de rampen van den oorlog. In Montenegro heerscht tengevolge daarvan een aller treurigste toestand, zoodat men genoodzaakt is geworden elders hulp te zoeken. De prins van Mon - tenegro heeft aan de Oostenrijksch-Hongaarsche regeering om bijstand van geneeskundige hulp gevraagd voor de talrijke gewonden die zich in Montenegro bevinden. Reeds zijn verscheidene Oostenrijksche geneesheeren naar het vorstendom vertrokken. Hierbij is het echter niet geblevenwant eveneens op verzoek van prins Nicolaasheeft de Oostenrijksche regeering aan den gouverneur van Dalmatië last gegeven om een voldoen de hoeveelheid levensmiddelen naar Montenegro te zenden voor de 30,000 vluchtelingen die zich aldaar bevinden. Ook in den eergisteren te Parijs gehouden minister raad kwamen de gebeurtenissen in Turkije ter sprake en de minister van buitenlandsche zakende heer De- cazes, deelde aan zijne collegas mede, dat alle pogin gen der Turksche regeering op diplomatiek gebied ten doel hadden, den opstand in de Herzegowina als een uitsluitend binnenlandsche quaestie te behandelen. Men hoopt te Constantinopel steeds den opstand te zullen hebben onderdrukt en een modus vivendi met de insurgenten tot stand te zullen kunnen brengen vóór dat de internationale gedelegeerden iets belangrijks zouden kunnen doen. Wat de regeering van Frankrijk betreftzij is volkomen eens met de andere mogend heden. Dat in dien ministerraad ook de quaestie van den prefect van de Rb oneden heer Ducrosis ter sprake gekomen is natuurlijk, vooral daar heden eene zitting van de permanente commissie moest plaats hebben, waarin men eene interpellatie omtrent die aangelegen heid verwachtte. Daar de regeering besloten schijnt te zijn om het door de heer Ducros gevraagde ontslag te verleenen, was de heer Buffet van oordeel, dat het ter vermijding van eene ernstige discussie, voldoende zou zijn aan de commissie kennis te geven van dat ontslag, doch het schijnt dat hij zóo gemakkelijk den dans niet zal ontloopendaarvolgens de verzekeringen van verschillende constitutioneele organen, een groot gedeelte van de leden der commissie voornemens zou zijn de aandacht der regeering te vestigen op de onbe schaamde Bonapartistische manoeuvres en haar ernstig voor te houden of het niet dringend tijd is te breken met alle openlijke of heimelijke, vrijwillige ot ge dwongen toegevendheid en zachtzinnigheiddie slechts strekken om de Bonapartistische aanslagen aan te moedigen. Ongetwijfeld zou daardoor de heer Buffet in een moeielijke positie worden gebracht en zou hij genoodzaakt worden zich duidelijk te ver klaren en waarborgen voor de toekomst te geven. Meermalen echter is het reeds voorgekomen, dat dergelijke voornemens niet tot uitvoering werden gebracht, zoo dat het best mogelijk isdat de commissie zich met de kennisgeving omtrent het ontslag van den heer Ducros tevreden stelt. Met ingenomenheid werd vóór eenige dagen in Duitseh- land een herderlijke brief van den nieuwen bisschop van Bamberg begroet, waarin hij een buitengewone gematigheid en bezadigheid heeft aan den dag gelegd) welk voorbeeld thans is gevolgd door den nieuwen apos- tolischen vicaris voor het koninkrijk Saksende heer Benert, in wiens herderlijk schrijven geen enkele van die klachten over den treurigen toestand der kerk wordt gevonden die tegenwoordig over het algemeen de grondtoon van alle dergelijke documenten uitmaakt, zoodat men hoopt op kerkelijk politiek gebied in Duitschland een beter tijdvak te gemoet te gaan. ui. Brussel 14 September. Wat ik u in mijn eersten brief over de Brusselsehe tentoonstelling van schilderijen heb geschreven kan ik thans bevestigennu ik na eene afwezigheid van een tiental dagen haar opnieuw een bezoek heb gebracht. Met uitzondering van den heer Hermans en zijn schil derij „de Dageraad", een waar meesterstuk naar den nieuwen smaak, een fraai kinderportret van den heer Cluijsenaareen groep kinderen van den heer Agnees- sens, stellen bijna alle andere Belgische schilders er zich mede tevreden het getal vol te maken. Velen gaan langzaam vooruit; dit zijn nog de beste. Anderen bevestigen het woord van Propertiushoe lang zamer de val is, des te verplettereuder is hij. Het schilderstalent vloeit echter in België in volle stroomen. Waaraan moeten dan zooveel nederlagenzooveel mis lukte proeven worden toegeschreven? Laat ons het eerlijk erkennenaan het gemis van hooger inzichten. Men stelt zich tevreden met een gemakkelijk succes; men beweegt zich in een cirkel en vergeet, dat men geen kunstenaar kan zijn zonder ideaal. Het ideaal is ade mchtige wonderzalf die de krachten van geniëen verdubbelt en de zwakken belet in den afgrond te storten. Onze beeldhouwers hebhen dit bij tijds begre pen. Een gelukkige impulsie uit Frankrijk heeft hun de oogen geopend; zij zijn den tegenovergestelden weg van onze schilders opgegaan. Terwijl dezen zich uit sluitend oefenden in handigheid, in het voortbrengen, en zich toelegden op volmaking van het méchanisme toonden onze beeldhouwers meer verlichte begrippen, meer waren kunstenaarszin en meer verheven denk beelden te bezitten. Wat ik verleden jaar op de ten toonstelling te Gent van de beeldhouwkunst in België durfde voorspellen en wat mij toen zoo zeer heeft ge troffen komt te Brussel nog meer uitzonder van optimisme te worden beschuldigd kan men gerust van eene beweging op het gebied der beeldhouwkunst in België spreken. Zou de gezonde invloed, die de beeldhouwers tegen wil en dank tot een zekeren graad van volkomenheid heeft gevoerdniet het zekerste voorteeken van eene wedergeboorte der beeldhouwkunst in België wezen, die maar al te lang op éene hoogte is gebleven door zich aan zoogenaamde valsche Grieksche kunst te houden? De jeugdige realistische school der beeldhouwkunst behoeft de studie der oudheid niet te verzaken. Zij is noch zoo laatdunkend noch zoo ondankbaar. Nu zij tot de natuur en haar gezonde lessen terugkeert, zorgt zij tevens met oordeel de onsterfelijke werken der oud heid tot gidsen te nemen. Een Phidias, dien Homerus der beeldhouwkunst, en de heerlijke marmergroepen van het Panthéon bestudeert zij ijverig en met voorliefde. Op die wijze heeft zij evenwel geen afgrond gegraven tusschen haar en de soi-disant klassieken. Integendeel. Beschouw de marmeren handen van het beeld „Een jeugdige slaaf," van den heer Ch. Geefs, de groep „Aan de fontein" van den heer J. Jaguet, de gipsgroepen van de heeren G. J. L. en M. Yandenkerchove een ge heel geslacht van beeldhouwers „de Gallische jaag ster" van den hèer van Oemberg, en gij zult toestemmen dat zij meldenswaardige pogingen aanwend om de natuur weer te geven. De heer van Oemberg streeft er ernstig naar. Als hij meer vertrouwen in zich zeiven stelde en besloot minder gebruik van den steekbeitel te maken zou zijn beeld meer uitdrukking hebben. Zijn schoone buste van wijlen Defacyz toont het gebrek dat hem nog aankleeft. Zijn werken worden overschaduwd en naar den achtergrond gedrongen door een debuut zon der voorbeeld ik bedoel de „Grotto" van den heer Vincette. Hij heeft hiervoor te Parijs een medaille ge kregen en komt die ook te Brussel halen. S. De Engelsche stoomboot Odington, gezagvoerder Goundryis gisteren van Vlissingen in ballast naar Engeland vertrokken. Van hier naar zee vertrokken de brik Clemens Florentinus, gezagvoerder van Eijk, in ballast naar Sundsfal). Alhier gepasseerd Zr M» monitor Adder, kom- mandant Luteijnvan Hellevoetsluis naar Vlissingen. Vertrokken de schooner Merva, gezagvoerder Larsen, naar Noorwegen in ballast. Graanmarkten enz. Oostburg 15 September. Heden was de markt van jarige tarwe en ook van verschillende nieuwe granen redelijk voorzien en er bestond voor de puikste quali- teiten eenige vraag. Zonder te verhoogen, bleven nog- tans de prijzen volkomen als voren, uitgezonderd de geringe soorten van graan, die men niet dan tot ver laagde prijzen kon verkoopen. Voor jarige tarwe is 9.25, 9 a 8 betaaldnieuwe 9 a 8rogge 7.25 a 7; jarige gerst ƒ7.25 a ƒ7; nieuwe Wintergcrst ƒ6.75, 6.50, 6.25 a 6nieuwe zomergerst 6.25, 6 a 5.50; nieuwe haver van 4.50 tot 3 naar deugd nieuwe paardenboonen f 8.50 a 8; erwten voetstoots 10 a 9.50kanariezaad 19 voor het beste en 15 voor geringere soorten geboden. Middelburg, 16 September. Uit Walcheren was de aanvoer van jarige tarwe niet groot. Van nieuwe tarwe en dito peulvruchten daarentegen ruim. Uit het overige gedeelte der provincie was weinig aangebracht. De

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 3