l
MIDDELBURGSCHE
COURANT.
e. k.
F 201.
"Woensdag
1875.
25 Augustus.
L
>t,
Middelburg 24 Augustus.
te gebruiken
A. POUWER,
)Q getrokkenr
0,000
2000
IOOO
IOO
20
ÏO
trekken, met
00 300,000»
met een prijs
ren te Middel-
se bij A. M. E-
bij bestelling
egezonden.
g in de voor-
irsknecht»
ie benoodigd;
bode benoo-
OUTERSEN.
jdigdadres
1 als Meld-
adres Korte
I SCHROEF-
rrgens vroeg,
ddags.
RITE MER.
T E R D ATA.
tember.
erdam
id. 12,— u.
12,-
12,-
12,-
r. 8,—
9,30
9,30
10,30
10,30
10,30
10,30
id. 12,-
6.15
6.45
8.16
*8.50
*9.7
*9.47
*10.12
♦10.20
10.-
10.24
10.35
10.45
7.30
8.32
8.51
9.20
8.15
8.55
9.15
9.30
l)it Wad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2en Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m., franco is f 3.50.
De gemeenteraad van Vlissingen heeft heden na
middag eene buitengewone zitting gehouden, meer
speciaal belegd ter behandeling van de in de zitting
van jl. Vrijdag ingekomen missive van den directeur
der registratie en domeinen omtrent den verkoop van
gronden aan het verbindingskanaal aldaar. Op voorstel
van burgemeester en wethouders is besloten zich bereid te
verklaren tot de bestrating voor rekening der gemeente
van de wegen, die de bedoelde perceelen 1 tot 21 inslui
ten en ten noorden en ten westen van dien blok
vestinggrond bij het verbindingskanaal gelegen zijn
overigens zich te vereenigen met de door den minister
gestelde bepalingen omtrent den verkoop der gronden
en de daar te stichten gebouwen, en te bepalen dat
bet voetpad met hardsfeenen band voor de door de
koopers te maken gebouwen, 18 centimeter boven de
straat of den beganen grond verheven behoort te zijn.
Wat overigens betreft do namen aan de over te ne
men wegen te geven, is beslist dat men het vroegere
Waaigat wil noemen: Lampsensstraatde straat ten
noorden van den blok tot aan het terrein van de genie
de Ruijter-straatden weg van het eind der Dokkade
tot aan de kanaalbrug: Koningsweg, en den weg van
de kanaalbrug tot bij de ponton: Prins-Hendriks-weg.
Morgen geven wij van deze zitting bet gewone verslag.
Bij de gisteren plaats gegrepene verkiezing van een
lid voor den gemeenteraad te Goes, in p'aats ^an den
heer J. P. Boshoff, die voor zijne benoeming als zoo
danig bedankt heeft, is met 117 van de uitgebrachte
212 geldige stemmen verkozen d1-. C. A. van Renter-
ghem. Het getal kiezers bedraagt 407zoodat nauwe
lijks de helft is opgekomen.
De Arnhemsche courant bespreekt het „laatste woord"'
waarmede de heer G. A. V or sterman van Oijen
de staking van het sedert twee jaren door hem gere
digeerde weekblad „Vooruit" aankondigt. Moedeloos
geworden door de tweedrachtdie in ons land ten aan
zien van het onderwijs heerschtheeft de heer V. v. O.
besloten zich terng te trekken. „Het Nederlandsch
onderwijzersgenootschapzoo schrijft hijwil
zus, Volksonderwijs wil zoo, het Nut wil weer iets an
ders en de een overdrijft nog al meer dan de ander."
De Arnh. Ct. voegt hier het volgende bij
„De vrees, dat deze verdeeldheid oorzaak zal zijn
van veel tijds- en krachtsverspillingis niet ongegrond.
Waar men, vasthoudende aan zijne opvatting, het een
maal ingenomen standpunt niet wil verlaten, loopen wij
groot gevaar, dat het met een toekomstige wet op het
lager onderwijs zal gaan als met zoovele anderen wet
ten. De een is er tegen, omdat de leerplicht cr in is
opgenomen; de ander, omdat het lager onderwijs te
weinig aansluit bij het middelbaar; een derde omdat
het uitgebreid lager onderwijs is weggevallen (of be
houden); deze om art. x, gene om art. y en te mid
den van deze spraakverwarring staan de clericale par
tijen met hunne gemoedsbezwaren, onder een „non pos-
sumus" het veto uitsprekende over art. 23 Zie
daar wat ons allicht te wachten staat, indien men niet
tijdig genoeg het gevaar inziet.
„Van den heer Heemskerk behoeven wij eene wijzi
ging van de wet '57 in meer liberalen zin niet te ver
wachten. De minister kan zich gemakkelijk verschuilen
achter het twintigtal wettendie nog op het menu voor
de tweede kamer voorkomen.
„Met het oog op de aanstaande nieuwe zitting mag
er wel met ernst op gewezen wordendat er in afwach
ting van de latere wetswijziging, reeds die maatrege
len moeten genomen worden, over welker doelmatig
heid en noodzakelijkheid schier algemeens instemming
bestaat. Zij, die afkeerig zijn van zulke voorloopige
verbeteringengelieven eens de oogen te openen voor
de eischen der praktijk. „Ze mieux est souvent Vennemi
du bien
Deze aanbeveling is, gelooven wij aan het adres
van de leden der tweede kamer volkomen op hare
plaats. Had de kamer verleden jaar (zittingen van 9
en 10 December; de twee amendementen van den heer
Moens tot verhooging der toelagen voor kweekelingen
aan de kweekscholenen tot uitbreiding van het aan
tal kweekelingen niet verworpen er ware althans een
aanvang gemaakt met de voorziening in een der meest
algemeen erkende behoeften. Onder de tegenstemmers
bevond zich het liberale kamerlid de Jong en de in
specteur over het lager onderwijs in Noord-Brabant, de
heer Verhsijen. Bewijs genoeg hoe nadeelig de
verdeeldheid van gevoelens ten aanzien der onderdee-
len werkt
Het Handelsblad geeft eene-lange repliek, met inlas-
sching van het overbekende versje van de Génestet,
„Jan Rap", en de Standaard slaakt eene zielroerende
verzuchting naar aanleiding van de jongste spotprent
van de „Nederlandsche Spectator." Op die plaat
worden niets anders voorgesteld dan ecnige balkende
ezels en snaterende ganzen, zonder eenig bijschrift. In
verband tot het protestdat door schier alle dagbladen
aangeteekend is tegen de profane spotprent van het
vorige nommer, is de bedoeling duidelijk genoeg.
Veel aardiger en meer gevat vinden wij echter de
manier waarop het Haagsch dagblad met de tweede
plaat afrekent. Het schrijft het volgende
„De Spectator heeft schuld bekend; zij is daarin
zelfs verder gegaan dan we noodig was. Zelve het
onbetamelijkeonaesthetisefce en ijdele van haar telkens
herhaalde aan- en uit vallen «.Jegen al wat heilig, eer
biedwaardig en achtenswaardig is gevoelendeheeft zij
haar redactie voorgesteld onder de gedaante van een
troep balkende ezels en snaterende ganzen. Dat zij
geen bijschrift bij deze plaat voegde, is haar niet
kwalijk te nemen. Verootmoediging en schuldbelijdenis
hebben haar grenzenbovendien was toelichting over
bodig. Wij hopen nu maar, dat de Spectator zich
niet meer in de noodzakelijkheid zal brengen een der
gelijke, toch altijd minder aangename amende honorable
te moeten doen."
De oud luitenant-kolonel van het Indische leger de
Rochemont heeft aan de tweede kamer een adres
gericht, waarin hij de kamer verzocht hem recht te
laten wedervaren door hem in de gelegenheid te stellen
zich te verdedigen op de beschuldigingdoor twee
volksvertegenwoordigers, de heeren Fransen van de Putte
en Fabiustegen hem ingebracht als zou hij in zijn
boek „Loudon en Atehin" de zaken onjuist hebben
voorgesteld.
Wij onderstellen dat de adressant verlangt de volle
dige openbaarmaking van alle stukken, op de zaken
van Atehin betrekkelijk. Daardoor alleen toch kan
bewezen worden wie gelijk heeft, de heer de Roche
mont, die den gouverneur-generaal Loudon verdedigt,
of de generaal Verspijck, de oud-vicepresident Nieu-
wenhuyzen en zoovele anderen, die beweren dat hij
door onvolledige mededeeling van officieele stukken
den heer London ten onrechte op een voetstuk heeft
verheven.
Die volkomene openbaarheid is de wenschniet
slechts van den overste de Rochemont, maar zeker van
alle Nederlanders die verlangend zijn om ten opzichte
van den Atehin oorlog zich eindelijk een onpartijdig
oordeel te kunnen vormen.
Naar aanleiding van het door verschillende bladen
uit de Berlijnsche Volkszeitung overgenomene en ook
door ons lager in dit nommer medegedeelde bericht
omtrent het ronselen van soldaten in Duitschland voor
het Nederlandsch-Indische leger, verklaart het
Haagsche Dagblad door eene „alleszins vertrouwbare
inlichting" in staat gesteld te zijn te verzekeren dat
het geheele verhaal niets dan een sprookje is.
Het Handelsblad vestigt de aandacht op den over
vloed van geld, die op het oogenblik in Europa heerscht.
Door treurige ondervindingen van de laatste jaren wijs
geworden, wil het publiek zich niet wagen aan eenige
geldbelegging, die niet als bij uitstek solide bekend
staat, zooals Engelsche Consols, Nederlandsche werke
lijke schuld enz. Op deze groote voorzichtigheid zal
echter ongetwijfeld weder eene reactie van waaghalzerij
volgen.
„Zou de juiste middelweg nooit gevonden kunnen
worden? vraagt het Handelsblad
„Indien de Hollandsche spoorwegmaatschappij b. v.
eer dwaze geldbelegging weer alle aandacht vergt, in
dezen tijd van goedkoop geld eens een paar millioen
gulden leende, om een spoorweg van Amsterdam naar
Zandvoort aan te leggen, zou ze dan dit geld niet ver
krijg en
„Indien de staat eens op de Londensehe markt een
leening aanbracht tot vergrooting van Nederland met
de Zuiderzee provincie, zou ze dan voor 4 pet. het
noodige geld niet verkrijgen
De feestelijkheden te Maastricht ter gelegenheid
van het XIVe taal- en letterkundig congres hebben
gisteren een aanvang genomen. 61 Muziek- en zangver-
eenigingen zijn de stad binnengetrokken; verschillende
uitvoeringen hebben plaatsde geheele stad is met
vlaggen versierd en eene ontelbare volksmenigte is op
de been
Te Amersfoort werd Zondag jl. de 29e algemeene
vergadering gehouden der maatschappij „tot Nut der
Israëlieten".
Uit het verslag door den secretaris uitgebracht, bleek,
dat de toestand der maatschappij niet in alle opzichten
gunstig is te noemen.
Tot leden van het hoofdbestuur werden herkozen
de heeren mr. A. de Pinto, van 's Hage en mr. S. M. A.
du Mosch, van Utrecht, terwijl in plaats van de heeren
mr. E. van Lier van Amsterdam en m'. H. Tels van
Rotterdam, die hun mandaat hebben neergelegd, werden
benoemd de heeren A. Belinfante van Amsterdam en
dr. M. van Lier van Groningen. Het vooorstel der
afdeeling Groningen, strekkende hiertoe, dat de maat
schappij zich voortaan ook op staatkundig gebied zal
kunnen bewegen, werd in handen gesteld van het
hoofdbestuur. Als plaats der volgende vergadering
w erd aangewezen 's Gravenhage. De bijeenkomst werd
bijgewoond door leden der verschillende afdeelingen.
Benoemingen en besluiten
eereteekenen. Vergunning verleend aan den voor
den dienst in Indië bestemden soldaat E. Lichtenblau,
genaamd Reifensteinvan het koloniaal werfdepottot
het dragen van het IJzeren kruis, hem tijdens den
oorlog tegen Frankrijk, in 1870—71, toegekend.
posterijen. Eervol ontslag verleend, op verzoek,
aan C. A. Phaff, als surnumerair der posterijen.
belastingen. Benoemd tot ontvanger der directe
belastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen te
Baarle Nassau H. F. J. Ots, thans ontvanger te Waal
wijk c. a.
schutterijen. Verleend de rang van luitenant-kolonel
aan den majoor A. P. van Beusekom, kommandant
van het 9e bataljon rustende schutterij en voorzitter van
het bestuur van het bond van officieren der schutterij
in Noord-Brabant.
leger. Benoemd tot len luitenant bij het 3e regiment,
de 2e luitenant E. G. Winckel, van het korps; bij het
4e regiment, de 2e luitenant J. S. van Agthoven, van
het korpsbij het 6e regimentde 2' luitenant J'. W. L.
Verweyde, van het korps; en bij het instructie-bataljon,
de 2» luitenant J. J. G. baron van Voorst tot Voorst,
mede van het korps.
Kerknieuws.
Beroepen bij de Ned. Herv. gemeente te Amster
dam de heer dr. P. J. Hoedemakerpredikant te Rot
terdam.