T
M1DDELBURGSCHE
COURANT.
I
r 198.
Zaterdag
1875.
21 Augustus.
-
Middelburg 20 Augustus.
SK.
in
iERS.
u 1 p-
wasch
school.
AM.
30 u.
30
30
30
30
30
10.-
10.24
10.35
10.45
7.30
8.32
8.51
9.20
8.15
8 55
9.15
9.30
Dit Wad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2M Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m., franco is f 3.SO.
Omtrent den voortgang van de werkzaamheden aan
het droge dok alhier zijn wij in staat het volgende
mede te deelen.
Met het beheien voor het gedeelte nieuwe kaaimuur,
dat aan het landeinde van den Dam gemaakt moet
worden, is men bezig, waarbij gebruik gemaakt wordt
van een stoomheitoestel. Onder dat gedeelte kaaimuur
moeten circa 120 palen geslagen worden; de noodige
ontgraving om op die palen de houten fundeering te
kunnen betimmeren wordt tevens gedaan. Met een
kleinere gewone heistelling is men bezig een rij dam
planken langs de oude, blijvende kaaimuren te slaan.
Het achtergedeelte van de dokruimte werd geheel
droog gemaakt, terwijl in het voorgedeelte het water
tot op 1.50 M. A. P. werd afgelaten.
Met het metselen van de keermuren op de bestaande
kaaimuur om het dok wordt met kracht voortgegaan.
Circa 250 M3 metselwerk is daar reeds aan verwerkt.
Als een voordeel mag beschouwd worden het behoud
in die keermuur van de 7 stuks vroeger in de kaaimuur
bestaan hebbende trappen; ook in gevallen van brand
kan dat zijne nuttige zijde hebben.
Met het afbreken van de oude muren en de land-
hoofden van de oude Dambrug wordt voortgegaan, en
aan het beheien van de daar te maken nieuwe gedeel
ten kaaimuur zal spoedig met een tweede stoomhei
worden begonnen.
De gemaakte kistdam voor waterkeering van het
geheele werk blijkt aan de eischen goed te voldoen;
tot meerdere versterking daarvan wordt nog steeds
zeezand aangevoerd en aan de binnenzijde er tegen
gestort.
Tusschen het postkantoor te Vlissingen en het
spoorwegstationbenevens de aanlegplaatsen der stoom-
booten aldaar, zal een postrit, die achtmaal daags
moet loopen, in werking komen. De voorwaarden van
aanbesteding liggen ter lezing bij de directeuren der
postkantoren te Vlissingen en te Middelburg, en op
het bureau van den inspecteur der posterijen te Breda.
Gegadigden moeten hunne inschrijvingsbiljetten vóór
1 September inzenden aan den inspecteur der posterijen
te Breda.
In de heden namiddag gehouden zitting van den ge
meenteraad van Vlissingen zijn de geloofsbrieven
onderzocht van de bij de jongste verkiezing gekozen
raadsleden, de heeren Schraver en Kleijnhens, tot wier
toelating is besloten. Van den heer C. Mortier is wel
bericht ontvangen, dat ook hij de benoeming-tot raads
lid aanneemt, doch hij heeft nog geen geloofsbrieven
ingezonden.
Aan den heer C. Mortier is op zijn verzoek eervol
ontslag verleend uit zijne betrekking van waagmeester.
Voor die betrekking naren twee sollicitatiën ingekomen
van de heeren P. I. Mortier en J. P. Swenne. Eerst
genoemde is met 7 stemmen benoemd, terwijl op laatst
genoemde 3 stemmen waren uitgebracht.
Op het dubbeltal ter aanbieding aan den commissaris
des konings voor de benoeming van een lid in het
college van zetters zijn geplaatst de heeren Sehoonis
en Kalbfleisch.
Blijkens missive van den minister van financiën is
het verzoek tot agreatie van rijks-kommiezen als ge
meente-kommiezen bij de plaatselijke belastingen toe
gestaan.
Van den directeur der registratie en domeinen in
Zeeland is een brief ingekomen, betreffende eene te
sluiten overeenkomst omtrent wegen enz. op een deel
der vestinggronden te Vlissingennaar aanleiding
waarvan burgemeester en wethouders alsnu spoedig een
voorstel aan den raad zullen doen.
Een brief van de plaatselijke schoolcommissie, voor
stellen bevattende tot wijziging van het lager onderwijs,
is voor de leden ter inzage gelegd.
Met intrekking van een vroeger genomen besluit is
bepaald, dat het besluit tot het van gemeentewege
verstrekken van schoolboeken niet eerst zal ingaan met
1 Januari 1876, maar reeds met 16 Augustus 1875.
Op voorstel van den heer Verkuijl Quakkelaar is
besloten zich tot gedeputeerde staten van Zeeland te
wendenteneinde te verkrijgen dat de provinciale
stoombooten uit de Coinmercie-haven kunnen afvaren
en daar aanleggen, zonder dat de gemeente in de
daaraan verbonden kosten behoeft te dragen.
Van deze en de verder behandelde punten geven wij
m eeu volgend nommer een nader verslag.
In de zitting der tweede kamer van den 16en dezer
is o. a. ter griffie nedergelegd ter inzage voor de leden
een adres van mr. J. G. van. Deinse, advocaat te
Hulst, houdende bezwaren tegen het wetsontwerp,
waarbij de vijf zuidelijkste gemeenten van Zeeland met
eenige der noordelijkste gevoègd worden bij Bergen op
Zoom, als nieuw kiesdistrict. De adressant wijst op de
groote bezwaren van het verkeer tusschen de gemeenten
van het nieuw te vormen kiesdistrict onderlingop het
gemis van alle connexie der bedoelde zuidelijke gemeen
ten met de andere, terwijl zij daarentegen in geheel
andere en betere verhouding staan ten opzichte der
kiesdistricten Middelburg en Goes.
In dezelfde zitting werd ter griffie gedeponeerd een
adres van de vereeniging van officieren der schutterij
in Nederland, tot opheffing der plaatsvervanging en
nommerverwisseling bij de militie, dewijl zonder die
opheffing iedere poging om het gehalte der schutterij
wat hare tucht en weerbaarheid betreft, te verbeteren
verlamd wordt.
Het Sluisch weekblad noemt hst een groot gerief dat
de stoomboot, die des morgens te 6£ uur uit Breskens
naar Vlissingen vertrekt, in de nieuwe haven aldaar
aanlegt, dewijl men daar ongeveer tien minuten vóór
het vertrek van den trein aankomt en de reizigers naar
Holland enz. dus gelegenheid hebben om terstond aan
het havenstation in den spoortrein te gaan.
Generaal van Limburg Stirum heeft in verschillende
bladen andermaal eene krachtige oproeping geschreven
tot deelneming aan hetanti-dienstvervangingsbond.
Het bond telt nu reeds meer dan 2100 leden, waar
onder het conservatieve lid der eerste kamer jonkheer
C. Hartsen, de conservatieve leden der tweede kamer
de Casembroot, Kien en Kuyper, en een groot aantal
mannen, die zonen hebben welke nog weerplichtig moe
ten worden. De generaal eindigt met te herhalen
„Komt op als éen man, gij allen die een hart hebt
voor de verheffing van het volk tot dit overschoone
woord: Ieder Nederlander heeft de eervolle roeping,
persoonlijk met goed en bloed voor de verdediging van
het vaderland in te staan."
De minister van marine brengt in de Staats-cou-
rant van heden, met vermelding der voorwaarden, ter
kennis van belanghebbenden, dat, nog een vijftal plaat
sen wordt opengesteld voor jongelieden, die wenschen
om, in verband met het hooger onderwijs dat te Am
sterdam wordt gegeven, bij het garnizoens-hospitaal
aldaar te worden opgeleid tot officier van gezondheid
2' klasse bij de zeemacht.
De aan te nemen jongelingen moeten op den dag der
toelating (1 October) den vollen leeftijd van 17 jaren
hebben bereikt en niet onder zijn dan 19 jaren. Zij
moeten vrij zijn van lichaamsgebrekenwelke hen
ongeschikt maken voor den militairen dienst.
In het laatste gedeelte der maand Augustus zalnaar
men verneemt, de eerste kamer nog tot het houden
eener vergadering bijeengeroepen worden.
Bij de tweede kamer zijn aanhangig gebleven de
volgende wetsontwerpen
1° tot aanvulling van de wet op de consulaire rechts
macht;
2° tot het verleenen van vrijdom van grondbelasting
voor arbeiderswoningen
3° tot a intrekking vau de wet van 1849; b wijzi
ging van art. 84 enz. der rechterlijke organisatiec op
heffing van de provinciale gerechtshoven (te samen uit
makende de zoogenaamde justitiëele wetten)
4° tot wijziging van de wet van 1854, houdende
verandering in straffen, op sommige misdrijven ge
steld
5® tot wijziging van de proees-orde in cassatie;
6° tot wijziging van het burgerlijk wetboek met be
trekking tot de hypotheekrechten
7° tot regeling van den rechtstoestand der coöpera
tieve vereenigingen
8° tot regeling van de afzonderlijke bevoegdheid voor
de uitoefening van de tandheelkunde
9° tot regeling van het hooger onderwijs;
10° tot wijziging van de kiestabel;
11° tot aanleg van spoorwegen (met gelijk voorstel-
Kappeyne)
12° tot wijziging van de militiewet;
13® tot wijziging van de inkwartieringswet
14° tot wijziging van de onteigeningswet;
15° tot regeling van het bouwen op óf langs dijken
16° tot wijziging van de wet van 1851 omtrent de
bevordering enz. van officieren bij de landmacht;
17° gelijk voorstel van den heer de Eoo;
18° tot regeling van het onderwijs aan de militaire
academie.
Verder bleven nog liggen: 1° het voorstel-Gratama
c. s. betrekkelijk de jacht; 2® het gewijzigd reglement
op de stenographie3° het voorstel-Viruly betreffende
het reglement van orde4° de eonclusiën van het enquête
rapport in zake de koopvaardijvloot; 5° het enquête-
voorstel-Godetroi c. s. betrekkelijk den politiedienst op
de spoorwegen.
De kamer van koophandel te 's Gravenhage heeft
de aandacht van den minister van financiën gevestigd
op den invoer van kleine hoeveelheden zijde en
andere manufacturen uit het buitenland, die ten na-
deele van den binnenlandschen handel plaats heeft en
er op aangedrongen, dat voor deze aanvoeren niet min
der scherp dan voor aanvoeren van grooteren omvang
worde toegezien op de heffing van rechten, naar de
wezenlijke waarde der ingevoerde artikelen.
Over de exercitiën te 's Hertogenbosch bevat het
Sluisch weekblad den volgenden particulieren brief van
den 18en Augustus„De troep is (als naar gewoonte)
uitgerukt om 6 uren en om 1£ uur teruggekeerd. De
exercitiën hebben plaats gehad op de Cromvoortsche
heide (die zeer vlak is) ongeveer 2 uur van de stad.
„Overigens is er een gewonen manoeuvre uitgevoerd,
die de troepen tegenwoordig haast eiken dag maken,
met het oog op de a. oefeningen in de Peel en omdat
er 2 lichtingen miliciens meer onder de wapenen zijn.
„Vanéen bataljon zijn er 49 achtergebleven, daar
dit bataljon het verst geweest was en steeds had ge
marcheerd. In het geheel waren er 60 a 70 achter
blijvers, waarondèr 1 kapitein, 2 luitenants en 1 onder
officier.
„Een groot gedeelte van deze lui zijn na op de Vugli-
terheide eenige rust genomen te hebben stadwaarts
gekeerd. Enkelen zijn daar gebleven, die dan ook
's avonds met eene kar gehaald zijn. Van dezen zijn
er ongeveer 20 naar het hospitaal gegaan. (De meesten
waarschijnlijk met doorgeloopen voeten, denk ik). Twee
waren er nog al erg ziek. Van dooden is geen quaestie,
niettegenstaande mij den eersten dag verteld werd dat
er éen wasden volgenden dag ging het praatje door
de stad dat er drie dooden waren enz.
„Gelukkig is hier niets van waar. Overigens is er
niets gebeurd. Deze week heeft er eene dergelijke
manoeuvre plaats gehadmaar toen zijn ze nog wat
verder geweest en is er geen éen achtergebleven
waaruit volgt, dat de marsch toch niet zóo groot is
geweest, maar toen was het ook niet zoo warm als op
dien bewusten dag, want toen was de hitte haast on
uitstaanbaar en dan gepakt en gezakt op eene vlakke
heide, waar geen enkel frisch plaatsje is om eens te
rusten.
I
J
