Staat van schepente Vlissingen binnengekomen met GO en meer centimeters diepgang, gedurende de eerste helft van XS75. z. w. r 19 >111 Mi „Waar dus de werklieden verbetering van hun lot alléén in loonsverhooging zoeken, zullen zij zich zeker teleurgesteld gevoelen, en voornamelijk zij, die daar van het goede gebruik niet weten te maken. „Waar zij naar andere middelen willen omzien, als daar zijn: ernstige strijd, ook hunnerzijds, tegen het toenemend misbruik van sterken drank, poging tot meerdere bekwaming in hun vak, medewerking aan den bloei van het onderwijs voor den jeugdigen hand werksman, pogingen tot vermeerdering van geschikte woningen, daar kan het niet anders, of de goede resul taten zullen niet uitblijven. Waar de werklieden dien weg op willen en de hulp der patroons daartoe wenschen, daar zullen wij volgaarne aan hunne zijde staan, daar willen wij naar ons vermogen krachten, tijd en geld daaraan wijdengelijk wij hun ook reeds hebben aan geboden. Ruim een jaar geleden hebben wij door het voorstel tot 't oprichten eener vereeniging, waarin zoowel werkman als patroon en werkgever plaats kon nemen, geen ander doel gehad, dan die vereeniging in hoofdzaak dienstbaar te maken aan de belangen dei- werklieden. Samenwerking en onderling vertrouwen hadden wij tot grondslag gelegd. De gezellen, wien wij ons plan hebben blootgelegd, hebben evenwel onze bedoelingen uit een verkeerd oogpunt gezien. „Door enkelen verkeerd begrepenzijn ze zooveel mogelijk tegengewerkt. In eene bijeenkomst met onge veer 100 werklieden, verklaarden slechts een drietal zich bereid tot medewerking. Wij zijn daardoor even wel niet afgeschrikt en zullen gaarne de proef herhalen, indien eenige meerdere goedgezinde werklieden zich daartoe bij ons willen aansluiten. Wij twijfelen dan ook niet, of de steun van het publiek zal ons, waar wij die noodig hebben, niet ontbreken." Landbouw. Een inzender in de N. R. Ct. voert de volgende gronden aan om op de spoedige behandeling en zoo mogelijk aanneming van het wetsvoorstel der heeren Gratama c. s. tot afschaffing der bijzondere bescherming, tot dusverre verleend aan de jacht en het jachtbedrijf, aan te dringen. „Dat het „wild" zich zoowel met het gras als met de verschillende graansoorten voedt, is bekend; doch wellicht niet algemeen bekend is, dat tamme zoowel als wilde eenden zich op de korenvelden neêrzetten, en zich daar niet alleen met het beste graan voeden, maar tevens een groot gedeelte vernielen. Vervolgens ziet men musschen, spreeuwen, kraai m enz. hun voor beeld volgen en daar gezamenlijk ten koste van den landbouwer in hun levensonderhoud voorzien. Ook des winters komen er eene groote menigte wilde ganzeD, welke zich bij voorkeur op de roggevelden zetten. Dan volgt nog, dat gedurende den zaaitijd der verschillende graansoorten een menigte vogels er hun werk van maken, om niet alleen het pas gezaaide graan te eten, maar het bovendien nog als het reeds met aarde is bedekt, uit den grond te halen en daardoor ook het naastbij gelegene, dat reeds ontkiemd is, onvruchtbaar maken. „En wat kan de landbouwer tegen dit alles doen? Niets anders dan, na bekomen consent van den commis saris des konings, het „schadelijk gevogelte verdrijven of doen verdrijven door middel van pistoolschoten." Men mag dus alleen het schadelijk gevogelte (het „wild" niet eens) verdrijven. En wat baat dit? De land bouwer die dan nog eenig voordeel van deze „buiten gewone machtiging" zou willen trekken, is genoodzaakt een persoon van een pistool en een grooten voorraad buskruit te voorzieiy^n hem vervolgens van het rijp worden der granen W tot aan het tijdstip dat alles is ingeoogst, in dienst te houden, alleen om te schieten. En kan dan zulk een persoon, bij een uitgestrektheid van somwijlen 80 of meer hectaren, het schadelijk ge vogelte overal verdrijven? „Alleen dit zou na verloop van tijd kunnen baten, als alle landbouwers het schadelijk gevogelte, benevens het „wild", mochten dooden. „Eenige landbouwers, eigenaars zijnde, kunnen nog voor een korten tijd hieraan gevolg geven doortegen betaling van p. m. f 20, een akte te nemen, doch de meeste pachters zijn ook hier nog van verstoken, daar hun landheer óf zelf het genoegen der jacht wil genie ten, óf het jachtrecht aan den meestbiedende verpacht. „En hoe lang duurt het dat een aktehouder zich van zijn recht kan bedienen om het „wild" alsmede het schadelijk gevogelte te dooden? Gewoonlijk slechts vier maanden van het jaar, en dan nog wel als juist de oogst binnen is. „Ten overvloede heeft men nog het ongerief en nadeel tevens, dat de meeste jagers zich niet ontzien door het opgeschoten koolzaad (het lievehngsverblijf van den haas) te jagen, en een aantal planten roekeloos vertrappen en vernielen, alles ten nadeele van den boer." Gemengde berichten. Uit de Rijnprovinciën wordt gemeld, dat reeds meer dan twintig geestelijken aan de legeering hebben verklaard de kerkelijk politieke wetten te erkennen. Te Keulen heerscht een groote spanning onder de bevolking over de quaestie of het zal gelukken om de groote keizersklok op den duur voor het gebruik ge schikt te maken. Er is een nieuwe klepel vervaardigd en men hoopt dat de klok nu geluid zal kunnen worden. Tusschen de weduwe van Michelet en zijn schoon zoon is een proces gevoerd over de quaestie waar Michelet begravqMmoest worden. De schoonzoon beriep zich op een te tt^Sres den len Februari 1872 gemaakt testament, waarin Michelet hid bepaald „dat hij op het naastbijgelegen kerkhof moest worden begraven." Hij liet daarom het lijk op het kerkhof van Hyóres ter aarde bestellen. De weduwe echter betoogde krachtens een later te Parijs gepasseerd testament en het in zijne geschriften uitgedrukte verlangen, dat wijlen haar echtg.noot had bedoeld te Parijs te worden begraven. Op grond daarvan eischte zij het lijk op om het in Parijs een graf te geven. Het gerechtshof voor burgerlijke geschillen te Parijs heeft de weduwe in het gelijk gesteld en bepaald, dat, daar Michelet in de Rue d'Assas had gewoond, hij op het kerkhof van Montpernasse als het naastbijgelegene moest worden ter aarde besteld. De dichter Andersen heeft tot zijn universeele erfgenaam eene familie benoemd, die hem gedurende zijn geheele leven krachtig heeft gesteund en geholpen. Behalve eenige andere kleine legaten heeft hij 11,000 rijksdaalders aan de armenschool van het armenhuis te Odensee vermaakt, waarin hij als knaap onderwijs heeft genotenonder bepaling dat de renten gebruikt zullen worden om den vlijtigsten leerling gedurende zijn schooltijd te ondersteunen. De groote koninklijke bibliotheek in Kopenhagen krijgt het groote album van dichters dat zich in de nalatenschap bevindtbenevens twee andere in fluweel gebonden albums en vier exem plaren van Dickens werken met eigenhandige opdracht van den schrijver aan Andersen. Zijn door mevrouw Jerichau geschilderd portret moet in de portret ver za meling van Deensche mannen worden geplaatst. Onder de merkwaardigste erfenis-processen mag zeker het proces-Thierry genoemd worden, dat dezer dagen te Parijs gevoerd is, en over eene erfenis van 100 millioen franken loopt, welke ruim 200jaren oud is- In 167G stierf te Weenen zekere Jean Thierry, uit Champagne geboortigdie als schoenmakersjongen zijn land verlaten had en later door een rijk koopman te Brescia als zoon en eenig erfgenaam aangenomen was. Thierry had zijn nalatenschap, die uit verschillende goederen op Corfu, te Venetië en elders, en uit eenige millioenen in de bank van Venetië bestondgelegateerd aan zijne bloedverwanten in Champagne en Lotharingen. Deze bloedverwanten moesten echter opgespoord wor den door het Fransche ministerie van buitenlandsche zaken en dit was in die dagen niet bijzonder vlug. In plaats der efgenamen wisten daarentegen drie ambte naren van het ministeriedoor middel van valsche stuk ken, zich voor rechthebbenden te doen doorgaan. Toen zij 300,000 kronen ontvangen hadden werd het bedrog echter ontdekt. De falsarissen wisten zich door de vlucht te redden, doch het gouvernement der repu bliek Venetië, door de ondervinding voorzichtig gewor den was in het vervolg met het loslaten van den schat niet zeer vrijgevig. In 1782 was de zaak nog hangende en waren er reeds 364 verschillende erfgenamen, die van de eene Fran sche rechtbank naar de andere gezonden werden. In 1797 hief Napoleon de republiek Venetië op en nam bij die gelegenheid de millioenen van Thierry eenvou dig in beslag. In 1866 en 1868 werd het Fransche domeinbestuur opgeroepen om den schat terug te geven door zekere mevrouw Cotton, als afstammeling der Lothariugsche Thierry's, bij welke zich later mevrouw Lhuillier, ge boren Séguin voegde, die voorgaf van de Thierry's in Champagne af te stammen. Deze beide erfgenamen treden op uit naam der andere afst-mmelingenwier aantal eenige honderden bedraagt. Het domeinbestuur beweerde echter van de erfenis niets te weten. Dc rechtbank besliste den len Mei 1870 dat de erf genamen zich tot den staat en niet tot het domeinbe stuur hadden te wenden. Den 8tn dezer is echter weder uitspraak gedaan, waarbij het gerechsthof over- wo og: „dat, wanneer de gelden van Jean Thierry afkomstig, in 1797 door den generaal Bonaparte uit de schatkist te Venetië genomen zijn, zulks geschied is tengevolge eener militaire bezetting dier stad door een Fransch leger, naar aanleiding van staatkundige gebeurtenissen, hoedanige handeling, op welke wijze men haar ook beschouwen mogenimmer als eene soort van overeen komst gelden kan, waarover de beslissing van burger lijke rechtbanken kan ingeroepen worden." Op deze gronden verklaarde het hof zich onbevoegd, zoodat de erfgenamen waarschijnlijk weder tot eene volgende rechterlijke instantie zullen moeten overgaan om hunne aanspraken op de schatten van hun voorzaat te doen gelden. Verkooplngcn en aanbestedingen. Ter provinciale griffie van Zeeland liggen ter lezing dé voorwaarden waarop door den schout bij nacht, directeur en kommandant der marine te Amsterdam op den 26en Augustus a. zal worden aanbesteed het ver richten van eenige onderhoudswerken op 's rijks werf en aan 's rijks lijnbaan en het herstellen en vergrooten van het gebouw bevattende de bureaux en teeken kamer van scheepsbouw op 's rijks werf te Amsterdam. SOORT van SCHEPEN. NAAM VAN: Diepgang van het schip in decimeters. Door welk zeegat binnengekomen. Het schip passeerde den buitendrempel der schutsluis Weerkundige waarnemingen op het Observatorium te Vlissingen, omstreeks den tijd dat het schip den drempel passeerde. I den gezag- 9 het Schip. yoerder Datum. Uur. Weersgesteldheid. Waterstand betrekkelijk A.P. WindriehtiDg. (rechtwijzend) Winddruk op den M1 (K. G.) Nederlandsche fregat bark stoomschip idem fregat idem idem idem idem Engelseh idem Nederlandsch idem idem Willem Poolman Copernicus W. A. Scholten Tromp Philips van Marnix 's Gravenhage Mary Java Utrecht King of Algeria Laurens Koster Ottolina Peters Husselman Hus Harms Mulder de Vries Pijl Bakker Z wee de Smith Hulshof Ouwehand 66 60 60 60 70 72 68 65 73 83 62 67 Wielingen n ■n n n V V •n V n n 6 Januari 14 id. 21 id. 8 Februari 13 id. 27 id. 30 Maart 5 April 5 id. 1 Mei 7 id. 20 id. 11 u. 30' v. m. 4 u. 30' n. m. 11 u. 30' 1 u. 45' 4 u. 45' 4 u. 15' 5u. 11 u. 15' v. m. 2 u. 40' n. m. niet geschut. 3 u. 25' n. m. 0 u. 25' licht bewolkt betrokken, regenachtig bewolkt, buiig goed weer betrokken lucht helder weêr bewolkte lucht bestendig en vochtig licht bewolkt idem bewolkt, regenbuien idem 1.70 M A. P. 1.30 2.10 2.05 1.35 1.35 0.90 1-90 1-00 1-00 1-70 Z. Z. W. idem N. W. N. O. 0. Z. O. Oost. N. W. idem O. Z. O. w. Z. W. idem 4 4 21 34 1 1 12 1 19 26 12 3 14 17 12 GEDRUKT BIJ DE GEBROEDERS ABRAHAMS TE MIDDELBURG. Vil Afschafin beweerd- ten opzicht Integendeel lederen de lyker werk zullen beic zullen alle de banden en bij de ciens afgu Zien wij zullen. He miliciens ui welgesteld de beste ja voor hun zooveel mo| henvoor volgende ruimte van en zooveel waar de mi Minder een bevoegdheid te wonen het gewonj ruwste en onderhands anderen te Wat de voorrechter van eenig standpunt volkomen ieder zijne| opofferingen heid in den krijgsdienstl lijk als mi| ning zich zwaar zijn| minimum noodige behooren anderen tel mijdelijk n< die, hetzij; kregen ont van het sol] van den vatbare ofl ning nu is den. In armenscholl der rijken, hun dienstl zich tot v( oefening v: de kindere medewerkiij hunindie| ling in de en in de weven, zek

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 6