MIDDELBURGSCHE
COURANT.
r 193.
laandag
1875.
16 Augustus.
Middelburg 14 Augustus.
Dit Wad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2ea Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m., franco is f 3.50.
In de afdeelingen van de tweede kamer zijn gisteren
onderzocht de wetsontwerpen tot het doen van verstrek
kingen aan het dep. van marinetot bekrachtiging van
kredieten geopend boven de Indische begrooting voor
1875 ten behoeve der zeemacht in de wateren van
Atchin, en tot aanleg van staatsspoorwegen.
Onder de stukken bij de tweede kamer der staten-
generaal ingekomen en in handen gesteld van de com
missie voor de verzoekschriftenbehoort ook een adres
van den gemeenteraad, van Neuzen, tot verplaatsing
van de binnen die gemeente aanwezige buskruit-maga-
zijnen.
In de Staats-courant van heden is opgenomen het aan
den minister van binnenlandsche zaken uitgebracht
verslag van de commissievan 1 Augustus 1874 tot
31 Juli 1875 belast met het afnemen van het eerste
natuurkundig examen, vermeld in art. 2 der wet
van 8 Juli 1874 (Staatsblad n° 97)en van het na
tuurkundig examenvoor hulp-apothekervermeld in
art. 5 dier wet.
Bij ministerieele beschikking van 12 dezer is aan
P. de Baat en cie., te Sliedreehttot wederopzegging,
vergunning verleend voor een stoomsleepdienst in
de provinciën Noord-Brabant, Gelderland, Zuid-Holland,
Noord-Holland, Zeeland, Utrecht, Overijsel en Limburg.
Door den minister van financiën zijn bevorderd tot
landmeter 2e klasse bij het kadasterde land
meters 3e klasse J. W. van Buren Lensink te
HoornD. Vonk te LeeuwardenW. A. M. Kalkman
te ZierikzeeD. O. Verhaar te Deventer en J. J. L.
Teychiné te Breda.
Volgens het Ilaagsche Dagblad zal op de staatsbe-
grooting voor 1876 eene som van drie en een half
millioen gulden ter uitvoering der vestingwet worden
uitgetrokken.
De gemeenteraad van Rotterdam heeft zich bij
adres tot de 2e kamer gewendmet verzoek om hare
medewerking te onthouden aan alle maatregelen waar
door de Eijnspoorwegmaatschappij ontheven zou worden
van hare verplichting tot aansluiting te Rotterdam, en
om daarentegen te bewerken dat die aansluiting in het
algemeen staats- of handelsbelang zoo spoedig mogelijk
tot stand kome.
Blijkens het verslag der maatschappij tot opvoeding
van weezen in het huisgezin, ontving die maatschappij
sedert hare oprichting op den 19'" Mei 1874 tot heden
/"3197, benevens eenige giften tot het vormen vaneen
fonds ter ondersteuning van weduwen.
Onder de leden of begunstigers bevinden zich ver
scheidene wees- en armvoogdenhetgeen bewijst dat
deze de maatschappij niet als een lastige mededingster,
maar als eene welkome hulp beschouwen, net aantal
personen die zich voor pleegouders hebben aangemeld,
is aanzienlijk; ofschoon men aanvankelijk het denkbeeld
van pleegouders, die hunne taak zonder geldelijke ver
goeding op zich zouden nemenals een herschenschim
meende te moeten beschouwen, hebben zich niettemin
reeds eenige personen met dat doel aangemeld. Tien
weezen zijn thans op verschillende plaatsen tegen ver
goeding besteed en omtrent allen wordt de verzekering
gegeven dat zij zich in hunne nieuwe omgeving geluk
kig voelen. Mede arbeiders bezit de maatschappij reeds
te Amsterdam, Arum, Assen, Asten, Bergum, Breda,
Brummen, Delden, Deventer, Dokkum, Dordrecht, Etten,
Groningen, Harlingen Kimswerd, Knijpe, Leeuwarden,
Ried, Utrecht, Wier, Ijlst, Zaandam, Zutfen, Zwolle en
ook in de comité's Oosterbeek, Nijmegen, Rotterdam en
Overmaasche dorpen.
Ofschoon onze Haagsche correspondent mans genoeg
is om voor zich zelf op te komen en ook om het
stilzwijgen te bewaren over opmerkingendie hij
het de moeite niet waardig acht te beantwoorden,
willen wij echter aanteekenen dat het Haagsche Dagblad
hem heden ten onrechte van het schrijven van onwaar
heid beschuldigd heeft. (Da uitdrukking die het blad
gebruiktis platter en getuigt van grooter gebrek aan
opvoedingdoch dat is geen excuus voor ons om haar
te herhalen).
Onze correspondent heeft niet geschreven dat de
minister Heemskerk met zijne bekende circulaire aan
burgemeesters en andere ambtenaren is opgetreden
„nadat de uitslag der verkiezing in Zutfen bekend
was." Met zijn a posteriori bedoelde bij klaarblijkelijk
nadat de schuldige daad de aanbeveling van den heer
Tak van Poortvliet door ambtenaren-kiezers in Zutfen,
gepleegd was. Dat de minister werkelijk die daad op
het oog hadbewijst zijne circulaire zelve. Hij wijst
daarin toch op het feit dat „voor de verkiezing die
heden te Zutfen plaats moet hebben de bemoeiing Van
ambtenaren op ruime schaal heeft plaats gehad bij
eene advertentie enz."
Dat de minister met zijne circulaire ten doel had
„ambtenaren te- beteugelen, die der regeering onaan
gename candidaten durfden aanbevelen", staat wel is
waar niet met zoovele woorden in de circulaire te lezen.
Maar diezelfde onhandige verwijzing naar eene advertentie
tot aanbeveling van een liberalen candidaatdat noemen
speciaal van „burgemeesters en schoolopzieners", welke
beide qualiteiten onder de advertentie eenige plaatsen inna
men, terwijl bovendien de heer van Tets, schoolopziener
in het vierde district, tevens secretaris is der centrale
kiesvereeniging te Zutfen, dat alles geeft niet, zooals
het Dagblad schrijft, een „glimp van waarschijnlijk
heid", maar wettigt volkomen de uitspraak dat de cir
culaire gericht was aan „burgemeesters en schoolopzie
ners, die de verkiezing van aan de regeering ongeval
lige candidaten bevorderen."
Henocmlngen en besluiten.
polderbesturen. Benoemd tot gezworen in den Boe
renbroodspolder F. J. Hallingse; Thoornpolder L. de
Looff; Westerban Schouwen M. do Bakker.
Onderwijs.
Aan den gemeenteraaad van Leiden is voorgesteld
de bezoldiging van de leeraars aan de gemeente-instel -
lingen van hooger- en middelbaar onderwijs na twee
jaren dienst met 10 pet. en na vier jaren dienst nog
maals met een gelijk bedrag te verhoogen.
Tot leeraar in moderne talen en de wiskunde aan
het gymnasium te Dockum is benoemd de heer
C. H. Otter, le hulponderw. te Arum.
Kerknieuw*.
De heer A. J. Th. Jonker, candidaat voor deu
predikdienst, heeft ook voor het beroep naar 's He eren-
hoek bedankt.
Gemengde berichten.
Het rumoer op de Vischmarkt te Utrecht is afge-
loopen, waartoe de regen waarschijnlijk het zijne wel
heelt bijgedragen. Het Utrechtsch Dagblad houdt al zijne
mededeelingen tegenover „de Tijd" staande. De bak
kersknecht die met dc dochter van zijn meester wilde
trouwenis niet 40 maar 35 jaren oud. Hij is eerst
voornemens geweest tot de Roomsche kerk over te gaan,
doch de pastoor der parochie had daartoe de hand niet wil
len leenen en hem gezegd, dat hij het huwelijk der bak
kersdochter met iemand geheel buiten haar stand niet
wilde bevorderen. Een ander geestelijke, een in alle
opzichten achtenswaardig man, had hem goeden raad
en onderricht opgeven. Na deze toelichtingen sommeert
het Utr. Dbl. „de Tijd" een enkele onwaarheid te noemen,
waaraan het zich in zijne berichten zou hebben schul
dig gemaakt.
De bliksem is Donderdag in het dak der Luther-
sche kerk te Bergen-op Zoom geslagen en heeft een
groot gedeelte van toren en dak vrij ernstig beschadigd.
Donderdag morgen heeft eene juffrouw te Haar
lem, vermoedelijk uithoofde van godsdienstige bezwaren,
getracht zich te verdrinken. Zij werd met moeite gered.
Een klerk der Nederlandsche Stoombootmaat
schappij had gisteren te Rotterdam het ongeluk in de
Maas te vallen. Op het oogenblik van zijn val had
hij een zakje met 125 in de hand. Toen men eenige
oogenblikken later er in slaagde hem uit het water te
halen, hield hij het zakje met geld nog altijd stevig
omklemd.
Het buitengoed Alexandrië, nabij Almelo is aan
gekocht ten behoeve van het Duitsche geestelijke ge
sticht „de goede Herder" uit Munster, welks leden een
toevlucht in Nederland zoeken. Het personeel bestaat
uit ongeveer driehonderd personen.
De Italiaansche gezant te 's Hagede heer Ber-
tinatti, heeft na de fabrieken te Enschedé ook de
tapijtenfabriek te Deventer en vervolgens de bloembol-
lenkweekerij van den heer Krelagé te Haarlem bezocht.
Te 'sGravenhage is aangekomen en in het hotel
den Ouden Doelen afgestapt de schilder Raden Saleh,
met familie, een Javaan van vorstelijken bloede, bekend
door zijne schilderstukken, welke meest tijgergevechten
of andere dieren-tafereelen uit de keerkringsgewesten
voorstellen en zoowel in Nederlandsche schilderijen-
verzamelingen als in het museum te Parijs eene plaats
bekleeden. Raden Saleh, die thans reeds een bejaard
man isheeft in zijne jeugd reeds eenige jaren in Eu
ropa doorgebracht. Onder de verhalen die omtrent hem
in omloop zijnen deze zijn niet weinige, doch wij
staan voor de waarheid er van niet in, behoort ook
dat hij de type is geweest, naar welke Eugène Sue
de figuur van prins Djalma in den roman „De wande
lende jood" geschapen heeft.
Naar aanleiding van een onlangs gemeld bericht
dat een gezin te Voorburg ziek zou geworden ziju ten
gevolge van het eten van bot, heeft de geneesheer dr.
Berguin aldaar aan den botboer, Lustig genaamd, een
attest afgegevenwaarin hij verklaart dat 's mans bot
„springlevend en gezond" was eu hem van de vergif
tiging niets gebleken was.
De Italiaansche matroos Luigi Canale, die door
het provinciaal gerechtshof van Zuid-Holland wegens
verwonding tot zes .maanden gevangenisstraf veroor
deeld is, heeft bij koninklijk besluit kwijtschelding van
zijn verderen straftijd verkregen.
Aan de gemeente en het dagelijkseh bestuur van
Amsterdam zijn medailles in brons en zilver aangeboden,
ter herinnering aan het door het Port. Israël, kerkge
nootschap gevierde feest.
Te Amsterdam zal weldra worden aanbesteed de
verbouwing van het tegenwoordige stadhuis. Eene som
van f 60,000 is bestemd voor de verbetering der ge
meente-bureaux, zoodat de gemeenteraad er op schijnt
te rekenen, dat van het plan om het thans als konink
lijk paleis gebruikt wordende prachtige gebouw weder
als vroeger, voor stadhuis in te richten, vooreerst althans
niets komen zal.
De Yolks-Zeitung meldt thans weder, dat het plan
omtrent de reis van den Duitschen keizer naar Italië
nog niet is vastgesteld. Wel verlangt de keizer zeer
er uitvoering aan te gevenmaar of dit zal geschieden
zal afhangen van het advies der geneesheeren. Men
verzekert dat casu quo prins Bismarck en graaf Moltke
tot het gevolg zullen behooren.
Op de PruisischRussische grenzen houden de
Russische grenswachters er groote honden op na om
hen in het opsporen en bestrijden van smokkelaars
behulpzaam te zijn. Nu hebben ter verweering de smok
kelaars ook zulke honden aangeschaft. Deze dieren,
die niet op liefkozingen zijn afgericht, leveren een groot
gevaar op voor de schoolkinderen die zich naar de
dorpen begevenook is het al geschied dat zij op ver
keerde personen werden aangehitst, zoodat bij de Rus
sische regeering over deze aangelegenheid reeds is
geklaagd.
Omtrent den stand van den vrouwenarbeid in