BIJVOEGSEL
IHIDDELBURGSCHECOUIUMT
b. Lokaalhuur, verteering
O.
op
10.-
10.24-
10.35
10.45
"15
52
51
20
15
55
15
30
VAN DE
van Vrijdag 16 Juli 1875. N° 167.
Middelburg 15 Juli.
Het programma der 24e algemeene vergadering van
de Vereeniging tot bevordering van fabriek- en hand-
werksnijverheid in Nederlandwelke in de volgende
maand alhier gehouden zal worden is samengesteld als
volgd.
Woensdag 11 Augustus. Voormiddags 9 uren. Aan
vang der vergadering in een der lokalen van het Schut
tershof „de Edele Handboog" (ingang Vlasmarkt).
Namiddag. 2 uren. Per spoortrein naar Vlissingen tot
bezichtiging der havenwerken aldaar.
Namiddag 6 uren. Table d'hote op de bovenzaal
van de Sociëteit „St. Joris" op de Balans a 2.50 met
een halve flesch wijn.
Namiddag 8 uren. Concert in den tuin van het
Schuttershof „de Edele Handboog," aangeboden dooi
de Confrérie van St. Sebastiaan, aan het hoofdbestuur,
de afgevaardigden en de leden van de afdeeling, allen
met hunne damesop vertoon van hun bewijs van lid
maatschap.
Donderdag 12 Augustus. Voormiddag 9 uren. Voort
zetting der vergadering in hetzelfde lokaal.
Namiddag 3 uren. Rijtoer naar de badplaats Dom
burg.
NB. Van het Schuttershof zal worden afgereden.
Namiddag 6 uren. Officieel diner in het badhotel
te Domburg, ad 4 het couvertbuiten den wijn. Onder
deze kosten zijn ook die van het rijtuig begrepen.
Aan de afgevaardigden wordt vrije toegang verleend
tot de provinciale bibliotheek, verschillende beziens
waardige verzamelingen en tot de sociëteiten St. Joris,
de Vriendschap, de Vergenoeging en deBuitensoeiëteit
alhier.
Aan het verslag der kamer van koophandel en
fabrieken te Middelburg omtrent den staat van han
del, scheepvaart en nijverheid in deze gemeente over
het jaar 1874 ontleenen wij hot volgende
De kamer werd door de welwillendheid van een der
ingezetenen in staat gesteld eene zeer nauw
keurige en volledige berekening mede te deelen van
hetgeen betaald is door 2 zeilschepen van verschillend
charter, bij aankomst en bij vertrek uit deze gemeente,
benevens door twee stoombooten.
De kamer aarzelt geen oogenblik deze volledige
onkost-rekening te publiceerenovertuigd als zij is dat
deze berekeningen de aandacht zullen treffen van allen
die belang hebben bij de scheepvaart, en tot de con
clusie zullen leiden dat voor schepen van groot charter
steeds, voor die van klein charter gedurende de win
termaanden de Walchersche havens groote voordeelen
opleveren.
Éen strenge winter, wanneer overal elders het binnen
vallen onmogelijk is, zou van Vlissingen en Middelburg
de voortreffelijkheid bewijzen; de schepen toch kunnen
hier en daar ten allen tijde binnenvallen en hun
lading opslaan of in de spoorwagons lossen.
I. Onkost-rekening van een bark groot 755 ton.
Te Middelburg uit zee binnengekomen November 1874,
van Middelburg naar zee vertrokken Januari 1875.
2.65
18.—
121.01
212.40
336.26
i Begeleiding ambtenaren2.75
Twee booten met volk36.
Kanaal- en schutgeld228.21
Sleeploon van de Wielingen naar Middelburg 271.40
Loodsgeld
740.04
Inklaring
Boot met volk van Vlissingen naar Middelburg
Kanaal- en schutgeld
Sleeploon van de Wielingen naar Middelburg
Loodsgeld uit zee naar Middelburg 3)
Vuur-, ton- en bakengeld155.21
12.—
22.38
9.25
8.60
36.—
Havenmeestersloon te Middelburg
Zeeverklaring en copie
Afmonstering equipage:
o. Waterschout
Waakloon 24 dagen a 1.50
Lossing van 400 last lading s)schoonhouden
van het schip, neerhalen van stengen enz.
bij aanneming300.—
Huur van plankentelegrammen en porto 's21.05
Per acte van afrekening15.
Kanaal- en schutgeld f 0.01 per ton 7.55
Loodsgeld35.
Sleeploon80.
Vuur-, ton- en bakengeld24.75j
180 last ballast225.
Boot met volk 12.50
Vuur-, ton- en bakengeld285.21
Havenmeestersloon14.
Scheepsverklaring22.35
Afmonstering equipage18.50
Weegloon 260 last koffie15.
Telegrammen, porto's enz21.30
Lossing van 998 last lading748.50
Waker gedurende 30 dagen45.
Uitgaande
374 last ballast467.50
32 leggers drinkwater48.
Bewaking ambtenaren 4.90
Loodsgeld van Middelburg naar Vlissingen. f 4.80
Loodsgeld van Vlissingen naar zee 33.80
Uitklaring2.50
Schutgeld 14.46
Boothuur12.50
Vuur-, ton- en bakengeld. 21.58^
Sleeploon naar Ostende167.
Onkosten bij de sluizen, telegrammen enz. 3.75
III. Steamer, groot 509 ton, gelost te Middelburg:
Per inklaringf
Per uitklaring
Fiatten vóór- en na zonsondergang
Bewaking ambtenaren
Loodsgeld inkomend
Loodsgeld uitgaand
Kanaal- en sluisgeld 'n en uit
Vuur-, ton- en bakengeld
Havenmeestersloon Middelburg
IV. Steamer, groot 828 ton, gelost te Vlissingen:
Per in- en uitklaringf 5.
Loodsgeld inkomende
Loodsgeld van reede naar dok
Loodsgeld van dok naar zee
Vuur-, ton- en bakengeld in en uit
Haven- en sluisgeld164.99
Akte van afrekening 3.
Het groote voordeel dat de havens van Walcheren
aanbieden is ontegenzeggolijk dat men ten allen tijde,
ook bij felle vorstbij hevigen stormbij peil laag
water, met de diepstgaande schepen, dadelijk veilig
ten anker kan komen op de reede of zonder lichten
aan de loskade kan meeren.
Schepen die gedeeltelijk hier lossen kunnen door
het kanaal langs Veere door de Zandkreelt naar Hol
land varen; al wat door het Hellegat kan, kan binnen
door Middelburg bereiken of van daar naar Holland
vertrekken. Kleinere zeeschepen maken dikwijls van
gunstigen wind gebruik om het kanaal af te zeilen tot
Veere, en van daar door de Roompot zee te kiezen,
zoodat voor deze vaartuigen twee gelegenheden bestaan
om naar zee te komen.
3.50
3.—
1.50
3.50
48.98
17.68
58.41
53.56
10.—
75.60
8.22
19.97
82.60
II. Zeeschip groot 1425
Middelburg 12 Februari:
Inklaring
tonbinnengekomen te
2.50
Kanaalgeld naar Middelburg 0.15 en schutgeld 0.01
per ton.
Het sleeploon varieert van 12 tot 25 jg voor schepen
van 8002000 ton; het totaal gebrek aan concurrentie is
oorzaak van dit veel te hooge tarief.
Hieronder is nog begrepen het distantiegeld, eene onbil
lijkheid die thans opgeheven is.
He equipage is dadelijk bij aankomst bedankt.
De lading van het schip was bestemd voor Rotterdam,
de lichtervrachten van Middelburg naar Rotterdam varieeren
tusschen 2.25 en 2.75 per last, gemiddeld 2.50.
6) Hierbij is te voegen het commissieloon; dit wordt ver.
schillend berekend, nu eens tegen een vaste som, dan weder
over de uitschottendit loon is hier over 't algemeen niet hoo-
ger dan elders.
Beide booten waren met steenkolen geladen. De lossings-
kosten daarvan bedragen 0.721 per ton uit een boot aan wal
0.98 per ton uit een boot in een andere boot en behoorlijk in de
kolenhokken verwerkt. Hiervan is 0 50 per ton voor reke
ning van de lossende boot, terwijl het overige voor rekening
komt van den ontvanger.
De commissie bedraagt in den regel 2J pet. van de
bruto vracht.
Landbouw.
Door de heeren M. Locker de Bruijue te Noordwelle,
C. Groeneveld de Kater te Noordgouwe, en Joh. Klompe
te Dreischor is een adres gericht aan het hoofdbestuur
der Maatschappij tot bevordering van landbouw en
veeteelt in Zeeland, van den volgenden inhoud.
„De ondergeteekenden hebben de eer zich tot uwe
commissie te wenden met een huns inziens zeer belang
rijke zaak, betrekkelijk den bloei en den vooruitgang
van den landbouw in onze provincie.
„Het behoeft niet aan uwe commissie te worden her
innerd, hoezeer in den jongsten tijd de behoefte aan
wetenschappelijke kennis van den landbouw meer en
meer wordt gevoeld, en hoe op verschillende wijzen
pogingen worden aangewend om aan die behoefte te
voldoen. Daartoe strekken onderscheidene werken over
den wetenschappelijken landbouwde voorlezingen door
wetenschappelijk gevormde mannen van 'tvak, en ook
de regeering is niet achtergebleven, maar heeft de hand
aan het werk geslagen om te komen tot de uitvoering
van het gedeelte der wet op het middelbaar onderwijs
dat de oprichting van landbouwscholen voorschrijft of
bevorderlijk zijn moet.
„Gewis zouden inzonderheid goede landbouwscholen
krachtig kunnen medewerken tot vorming van een jong
wetenschappelijk gevormd geslacht van landbouwers,
waaraan de Nederland sche landbouwer zoozeer behoefte
heeft om op den duur de mededinging van onze nabu
ren en zelfs van alle oorden der wereld vol te houden.
„Het is echter bekend op hoeveel en op welke ern
stige bezwaren de oprichting van landbouwscholen tot
dusver is gestuit. Ook van een landbouwschool te
Zierikzee schijnt vooreerst nog niets te zullen komen.
De ondergeteekenden ontveinzen zich ook niet den
twijfel of 't rechte tijdstip om met grondige hoop op
goeden uitslag, tot het stichten van een landbouw
school in Zeeland over te gaan, nog wel gekomen is
te achten. Ofschoon zij persoonlijk en velen met hen
de hooge waarde van den wetenschappelijken landbouw
dagelijks meer inzien en erkennen, blijven toch nog-
vele landbouwers niet vrij van eene zekere ingenomen
heid daartegen en dit wel hoofdzakelijk, zoo niet uit
sluitend, wegens gemis aan genoegzame kennismaking
met hetgeen de landbouwwetenschap is en ten doel
heeft. Daarom komt het den onderget. voor, dat eerst de
grond eenigszins voldoende toebereid moet worden,
waarop later misschien een eigenlijke en bij belanghebben
den gewilde en vertrouwde landbouwschool zou kunnen
worden gesticht. Zulk een voorbereiding zou reeds
aangevangen dienen te worden op de gewone dorps
school, waartoe natuurlijk ook bij de onderwijzers dier
school eene zekere mate van élémentaire kennis ver-
eischt zou worden.
„Ook de landbouwers zelf kunnen eene dergelijke voor
bereiding, opwekking en leiding ontvangen. Met groote
voldoening kan er in dit opzicht worden gewezen op
de groote en steeds klimmende belangstelling met welke
de voordrachten van mannen als de heeren de Beucker
en Corten in deze streken telkens worden bijgewoond
en aangehoord. Het ontstaan van landbouw-sociëteiten
te Noordwellealsmede te Noordgouwe en te Dreischor
is wel grootendeels een goed gevolg van de opwekking
daartoe, die is uitgegaan van de genoemde ijverige
en verdienstelijke mannen.
„Maar 't is met ernstige bezwaren verbonden om
zulke landbouwvoordrachten zoo geregeld en zoo me
nigvuldig te doen plaats hebben als toch vereischf,
wordt om daarvan meer directe practische resultaten
te mogen verwachten Wenschelijk ware het dat in deze
provincie een landbouwleeraar gevestigd was, die als
wandel-leeraar zijn zorgen voortdurend aan de belangen
van onze landbouwers kon wijden.
„Het is om deze redenen dat de ondergeteekenden het
hoofdbestuur der Maatschappij tot bevordering van
landbouw en veeteelt in Zeeland bij deze verzoeken
het initiatief te willen nemen tot het aanstellen van
een wandel-leeraar voor de provincie Zeelandof om al
die stappen te doen die tot het aanstellen van zoodanig
wetenschappelijk gevormd man als wandel-leeraar zul
len kunnen leiden.
„Zij twijfelen niet of heeren provinciale staten van
Zeeland en de hooge regeering zullen gezind worden
bevonden de verwezenlijking van dit denkbeeld te
steunen en te bevorderen door geldelijke subsidiën.
„Bekend met uwe belangstelling in al wat den bloei
van den Zeeuwschen landbouw kan bevorderen achten
ondergeteekenden het niet noodig hier nog iets bij te
voegen, tot betoog van het groote nut dat van den
arbeid eens bekwamen wandel-leeraars voor de provincie
Zeeland met grond kan worden verwacht, en zij hou
den zich verzekerd dat het hoofdbestuur dit hun denk
beeld met ingenomenheid zal begroeten en tot een punt
van ernstige overweging zal maken.
„Noordwelle 3 Juli 1875."
Onze Schouwen-Duivelandsche correspondent, die ons
van dit adres mededeeling doet, voegt daarbij de vol
gende opmerkingen:
„Dit adres is heden in het hotel „de Weerd" te
Zierikzee ter teekening gelegd.
„Burgemeester en wethouders geven daarvan heden
kennis en noodigen alle landbouwers uit, door onder-
teekening van hunne instemming blijk te geven.
„Ik hoop dat alle besturen, waar het ter teekening
is gelegddit goede voorbeeld zullen volgen.
„Na hetgeen ik pas over de noodzakelijkheid van een
landbouwleeraar voor Zeeland gezegd heb, is het on-
noodig er eene opwekking tot onderteekening bij te
voegen.
„Ieder landbouwer die mee wil doen in den goeden
strijd voor verbetering van bestaanin den strijd van
vooruitgang, zal zich zeker haasten er zijn naam op
te plaatsen."