- ting van gymnastiek-toestellen op straat geen uitvoe ring was gegeven, uithoofde der daartegen gerezen bedenkingen en ter voorkoming van ongelukken, voor welke het bestuur de verantwoordelijkheid niet op zich wilde nemen. Ten aanzien der prijzen en premiën van de bloemen tentoonstelling werd de wenschelijkheid uitgesproken om zoowel prijzen in geld als voorwerpen van smaak daartoe te bestemmen. Alles zal echter afhangen van de te ondervinden medewerking. Naar aanleiding van een ingekomen brief gaf het bestuur het voornemen te kennen, om wanneer het eerste schip in het alhier in aanbouw zijnde droge dok gelaten wordt, die voor Middelburg zoo heuglijke ge beurtenis feestelijk te vieren. Een tweede brief, blijkbaar van een man uit de min dere volksklasse afkomstig, had betrekking op de middelen tot veredeling van het kermisvermaak. Na eenige bespreking werd besloten tot het gemeentebe stuur het verzoek te richten, datgene van de kermis te verwijderen wat het daglicht niet zien maghet aan tal draaimolens te beperken, het zingen van zedelooze liederen te verbinden enz. In de bestaande vacaturen in het bestuur werd voor zien. Gekozen werden, in de plaats van jhr. mr. A. van Reigersberg Versluijs, de heer P. D. Koning; in de plaats van den heer J. van Sluijs, do heer H. J. Domenie, en ter vervanging van den heer G. Knol, die als lid van het bestuur bedankt heeft, de heer J. C. M. Dhont. In den loop dezer vergadering werd nogmaals de wenschelijkheid uitgesproken, reeds in het verslag be toogd, dat de vereeniging meer ondersteuning, vooral geldelijkemoge vinden. Wordt daaraan niet voldaan, dan zal de vereeniging bezwijken, niet uit gebrek aan werk, niet door gemis van belangstelling van dc zijde des publieksmaar door geldgebrek. Het ledental moet aanmerkelijk toenemenwil men op den ingesla gen weg kunnen voortgaan. Velen, wier middelen hun zeer goed zouden toelaten de niet aanzienlijke contributie als lid der vereeniging te betalen, gaan daartoe niet over; maar maken niettemin gebruik van de voor het volk bestemdeen voor een onbeduidenden entrée-prijs toegankelijk gestelde volksbijeenkomsten. Wil de vereeniging voortgaan met het bevorderen van het volksgezang en met de aankweeking van bloe men onder het volk, die twee nuttige middelen tot volksveredelingdan is de ondersteuning van velen noodig en dan moet niemand zich onttrekken, die ook maar liefde heeft voor éen der middelendoor welke de vereeniging het volk zoekt vooruit te brengen op den weg van ontwikkeling en beschaving. Zonder een fonds, uit de contributiën der leden af komstig, is langer voortwerken voor de vereeniging onmogelijk. Het bestuur zou dat betreuren, niet voor zich zelf, maar in het belang der honderden, voor wie een goed woord, eene blijmoedige stemming, een nuttig doorgebrachte avond van invloed kunnen zijn op hart en wandel. Ook voor de toezending van geld of voorwerpen, bestemd voor prijzen bij de bloemen-tentoonstelling, gelijk reeds door twee dames gedaan is, houdt het bestuur zich aanbevolen. Wij voegen onze wensehen bij die, door het bestuur der vereeniging uitgesproken „Uit het volkvoor het volk" heeft zich gedurende zijn tienjarig bestaan een goeden naam zoo in als buiten de stad onzer inwoning waardig gemaakt. De lijst der werkzaamheden, gedu rende dat tijdvak verricht, welke bij het jaarverslag gevoegd is, strekt daarvan ten bewijze. Moge dan met het tweede tiental jaren dat zij intreedtvoor de ver eeniging een nieuw tijdperk van bloei aanvangen, zich uiten in verhoogde belangstelling van allen die de zaak van volksbeschaving en verlichting ter harte gaat! De Staats-courant van heden bevat de wetten van 3 dezertot afschaffing van het vuur-, ton- en baken geld, en nadere regeling der meting van zeeschepen; en van 5 dezer betrekkelijk het nemen van maatregelen tegen overbrenging van den Colorado-kever. 1875, tot onteigening van eigendommen ten behoeve van den aanleg van een spoorweg van Arnhem naar Nijmegen; 5° die van den 3«n Juni 1875, betrekkelijk den kosteloozen afstand aan de provincie Groningen van die gedeelten der tot de opgeheven vesting Gro ningen behoorende gronden en wateren en der nabij die vesting gelegen spoorweggrondendie zij noodig heeft voor den aanleg van twee kanalen; en 6° die van den 6en Juni 1875tot nadere tijdelijke voorziening omtrent het Nederlandsche muntwezen. Eergisteren is door Z. M. den Koning in een bij zonder gehoor ontvangen d'. J. ïtojasteneinde zijne geloofsbrieven te overhandigen als buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister van de Vereenigde staten van Venezuela. In de Staats-courant van gisteren worden de volgende wetten afgekondigd1° de wet van den 2en Juni 1875, tot vaststelling van uitgaven wegens door het departe ment van oorlog gedane verstrekkingen, dienst 1875; 2° die van den 2en Juni 1875, houdende bepalingen betreffende de veeartsenij kundige politie ten opzichte van paarden van het leger, in verband met de wet van 20 Juli 1870 (Staatsblad n° 131); 3° die van den 2in Juni 1875, tot regeling van het toezicht bij het oprichten van inrichtingenwelke gevaarschade of hinder kunnen veroorzaken 4° die van den 3'° Juni licht, zijn omgang door de geïllumineerde straten te doen. Al dien tijd bewogen de sierlijke figuren der gecostumeerden zich tusschen de dichte drommen der toeschouwers, die onder de tonen der muziek bijna aan houdend op het feestterrein verzameld bleven. De Leidsche feesten. II. Bij tienduizenden, door niet minder dan 144 treinen, behalve de andere reisgelegenheden, aangevoerd en terug gebracht, waren gisteren de bezoekers in de sleutelstad te zamen gekomenonder hen verschillende vorstelijke personenH. M. de koninginde prins en prinses von Wied, en de prinsen Frederik en Hendrik. Het weder was ditmaal zoo gunstig als men verlangen kon. Na eene matinée musicale op het feestterreinwerd om streeks half drie het hoofdmoment der feesten, de histo rische optocht, mede op de Ruïne in orde gesteld. De optocht, bestaande uit een 300tal personen, waarvan ruim 80 te paard, stelde voor: „de Leidsche hooge- school, afgebeeld in de beroemdste en merkwaardigste mannen, die sedert hare stichting hun naam aan den haven hebben verbonden." Natuurlijk gaf deze alge- meene omschrijving aanleiding tot de meest uiteenloo- pende groepen en figuren. Welk voornaam persoon der geschiedenis kon, gedurende de roemrijke eeuwen van haar bestaan; niet geacht worden zijn naam aan onze oudste academie verbonden te hebben Schitterend en schilderachtig in hooge mate was de aanblik van den sierlijken stoet. Ons bepalende tot de voornaamste of meest uitkomende figuren vermelden wij naar hunne volgorde in den optocht: den eersten cura tor der academie jhr. Johan van der Does, voorgesteld door zijn naamgenoot, den heer van der Does de Wil- lebois; de burgemeester vanderWerff; den gouverneur van Ylissingen, te paard; heer Jan van Duivenvoorde kapitein der vrijbuitersMamix van Sint Aldegonde, door den heer v. d. Staal van Piershil voorgesteld; Willem de Zwijger, in een eenvoudig zwart kleed, met gele en pensee strepen, en dichtgeplooiden halskraag, voor wien de heer van der Vlugt fungeerde, met een schitterend gevolg. Spoedig na den prins volgde een allegorische wagen, Victoria voorstellende, welke de Leidsche stedemaagd kroqnt en Minerva, de godin der wijsheid, tot baar voertgevolgd door een praalwagen, bekleed met rood fluweel en gouden franjes, door leeuwekoppen opgehouden, en getrokken door zes paar den. De twee laatste curatoren in den stoet waren Jacob Cats en Pieter Paulus, eerstgenoemde mede door een naamgenoot, den heer V. Cats, voorgesteld. Voorts een lange rij geleerden j de beroemdste namen der Euro- peesche wetenschapVossius, Hooft, Hugo de Groot, Boerhave, Gomarus, Arminius, Voetius, Hemsterhuis) Ruhnkeniusdaarna prins Maurits, voor wien de heer Lindeman fungeerde, Frederik Hendrik (de heer Polak Daniels), Willem Frederik, Hendrik, Maurits, (de heer Fransen van de Putte), Justinus, Philips, allen graven van Nassau; Frederik V, koning van Bohemen, Wil lem II van Oranje; Cosmo de Medicis, groothertog van Toskanende hertog van Parma (de heer van der Feen)Willem III, koning van Engelandde keurvorst van Brandenburg; Cromwellprins Eugeniusvan Savoye; Czaar Peter de groote met zijn minister Meuzikoff; de hertog van Mantua; de gebroeders de Witt, Descartes, Milton (de heer Carp)Voltaire dejburgemeesters Tulp en Six; Sadia en Zaadas, leeraren in het Hebreeuwsch; Willem Boreel, door den president van het studenten- korpsden heer Kappeijne van de Coppello voorgesteld, wien overal waar hij zich vertoonde, te midden der toejuichingen welke den geheelen stoet vergezelden, eene buitengewone begroeting werd gebracht. Onnoodig te zeggen dat deze vluchtige opnoeming slechts een zeer onvolledig denkbeeld geeft van al de beroemdheden in naam, rang of geleerdheid, in den schitterenden stoet voorgesteld. Een kolossaal Minerva- beeld, door groen omgeven, werd op een triomfwagen voortgetrokken, terwijl een tropee van een vijf en twintigtal vreemde vlaggen in de nabijheid van de godin der wijsheid, de deelneming der verschillende beschaafde volken der wereld verkondigde. H. M. de koningin en de andere vorstelijke personen zagen uit de stadsgehoorzaal en de concertzaal den stoet voorbijtrekken. Bij het voorbijgaan van Willem den Zwijger bracht de koningin, opstaande, den grooten voorzaat des konings haar groet. Toen H. M. zich naar het feestterrein begaf, ontmoette zij op het Rapen burg andermaal den stoetdie front voor haar maakte en door de vorstelijke personen, stapvoets voorbijrijdende, nogmaals in oogenschouw genomen werd. Des middags te 6 uren werd de optocht ontbonden om 's avonds omstreeks halftien andermaalbij fakkel Herknleuws. Uit Axel wordt ons medegedeeld dat het besluit van den kerkeraad der hervormde gemeente aldaar, naar het schijnt met 5 tegen 2 stemmen genomen, om geen gevolg te geven aan de toezegging van beroep welke aan den heer C. Diehlpredikant te Chaam gedaan is, bij vele leden der gemeente ontevredenheid heeft opgewekt. De heer J.W. Beversen, predikant te Dordrecht, heeft bedankt voor het op hem uitgebracht beroep bij de Evang.-Luthersche gemeente te 's Hage. Marine en leger. Daar voorshands nog geen gevolg zal worden gegeven aan het besluit tot oprichting eener Indische brigade, en dus ook tot den bouw der kazerne daarvoor te Haarlem nog niet zal worden overgegaan, heeft de minister van oorlog aangeboden, op het door den ge meenteraad van Haarlem daartoe beschikbaar gestelde terrein een kazerne te bouwen voor een paar bataljons infanterie. Daar men van een paar bataljons infanterie voor de gemeente niet even groote voordeelen verwacht als van de Indische brigadeheeft de raad op voorstel van burgemeester en wethouders besloten, tot het bouwen eener infanterie-kazerne wel grond te willen verkoopen of ten gebruike geven, maar op andere voorwaarden dan voor de Indische brigade waren gesteld. Het daar- yoor gedane aanbod van kosteloozen afstand vervalt, indien in 1876 daarvan niet voor de Indische brigade gebruik is gemaakt. Landbouw. De commissie, benoemd op het 28' Nederlandsch landbouwcongresgehouden te Zierikzee, bestaande uit de heeren dr. L. Mulder, dr. J. M. van Bemmelen en E. van den Boschter zake van het aldaar verhan delde over proefstations voor den landbouw in Neder land heeft besloten aan het 28e congres te Heerenveen (te houden 28 Juni—1 Juli) te adviseerenovereenkom stig het gevoelen van prof. Salverda, inspecteur van het landbouwonderwijs, dat het eerste proefstation te Wageningen worde opgericht en daardoor worde voor zien in het gemis eener instelling, die andere landen sinds lang bezitten. De commissie heeft aan verschil lende personen een circulaire gericht om ondersteuning van haar voorstel te verzoeken. de mengde berichten. Volgens een te Vlissingen verspreid gerucht be vond zich aan boord van het heden naar Antwerpen gepasseerde stoomschip Switserland, komende van New- Yorlc, de persoon van Carl Vogt, een bekend Duitsch misdadiger, door vier politie-beambten begeleid. Gisteren nacht is te Zierikzee weder poging tot dief stal gedaan. In den Hem vond des morgens de barbier Jongmans zijne achterdeur opengebroken. Uit de voet stappen bleekdat de dief zich op de daarnaast gele gen erven van de heeren Boogaart en Kloek heeft be vonden. Hij heeft echter van daar niets medegenomen, terwijl Jongmans slechts een paar kousen vermist. Het maritiem museum der Nederlandsche Yacht- club te Rotterdam bestaat thans een jaar en werd ge durende 1874 door ruim 3000 personen bezocht. Het doel van het museum is: eene blijvende tentoonstelling te openen van modellen, stalen en monsters, afkomstig van binnen- en buitenlandsche scheepsbouwmeesters en fabrikanten; zoomede eene verzameling modellen, in historische volgorde, op den scheepsbouw betrekkelijk, en eene maritieme bibliotheek, vergezeld van plaat werken teekeningen en kaarten. Uit 's Heerenberg wordt gemeld dat de vorst van Hohenzollern-Sigmaringendie aldaar uitgestrekte bezit tingen heeft, niet genegen is om een gedeelte zijner goederen te verkoopen waardoornaar men vermoedt, het voornemen van verschillende Duitsche geestelijke orden om zich aldaar te vestigen verijdeld zal worden. Te Amsterdam is aangekomen de heer Burgers, president der Zuid-Afrikaansche republiek. Hij werd aan het station opgewacht door de commissiedie zich tot zijne ontvangst heeft gevormden naar het Amstel- hotel geleid, waar hij zijn intrek heeft genomen. Te Goudschalkoord heeft een treffend ongeluk plaats gehad. Vier mannen waren aan het werk met de handhei voor het stoombootenhoofd. De plank waarop zij stonden, brak bij den tweeden paal. Zij vielen allen van een kleine hoogte, maar een van hen kwam terecht op den kant van een daarbij liggende aak en schijnt zich zoodanig bezeerd te hebben, dat er geen leven meer in hem was te bespeuren. Hel! honde A. den de v< marin bested suikei partei wordt rijkstt spoor staatsl 15 Juq 16 HetJ gader| den, moestl regeeij den invloe die ontruil rijk's ten aq vrije perkt weinig hoogel Gis! behaa Het Ferry I te ve worp el interef stel Bardol het aJ mede f den amend minstf den ij het r| aan overg Bij cretar heeft daan, rechte kercer partij* staam de ve anderi schijn van d zitting In slissin hangij door voorgi de sti genom had

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 2