M1DDELBURGSCHE COURANT. r 141. Woensdag 1875. 16 Juni. V ;eut- rnis- en leven nfor- Ireau Idigd fat- acht. pame /AN Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2ett Paascn- en Pinksteraag en een der Kerstdagen. De prijs per B/na., franco is f 3.50. Middelburg 15 Juni. De gemeenteraad van Vlissingen heeft in zijne heden namiddag gehouden zitting besloten, burgemees ter en wethouders, onder nadere goedkeuring van ge deputeerde staten van Zeeland, te machtigen om met de Ylissingsche handelsbank, gevestigd te Vlissingen, eene leening aan te gaan tot een nominaal bedrag van f 66,000, rentende 4j pet. 'sjaars. Tot hulponderwijzer op de school van den hoofd onderwijzer W. van Kamer is benoemd de eenige sollicitant, de heer C. J. Claassen, thans hulponderwijzer te Hulst. De uitgever van het Sluisch. Weekblad, de heer J. Schansman, bericht dat hij wegens zijn vertrek uit Sluis met het einde der loopende maand voornemens is de uitgave van genoemd blad te staken en roept hen, die genegen mochten zijn het recht van uitgave van hem over te nemen, daartoe op. 't Is te hopen dat de uitgave van dit kleine blad, dat steeds tot ondersteuning der liberale beginselen en tot verspreiding van nuttige en leerzame begrippen onder den landbouwersstand krachtig is werkzaam ge weest, voortgezet en in andere, geschikte handen over gebracht moge worden. Voor zooveel noodig, moedigen wij daartoe alle voorstanders van de liberale zaak en van volksverlichting in onze provincie aan. In den laatsten tijd is maar al te zeer gebleken dat wij geen onzer wapenen kunnen missen. De kleine pers is, vooral op het plattelandeen der krachtigste middelen van overtuiging en overreding. Het voorstel van den heer Viruly Verbrugge en zeven andere leden der tweede kamer om aan den voor zitter de macht toe te kennen omzoodra hij van oordeel is dat het aan de orde zijnde onderwerp ge noegzaam is toegelichtde beraadslagingen te sluiten, heeft, gelijk trouwens te verwachten was, bij de kamer geen gunstig gehoor gevonden. Vijf maanden heeft het geduurd alvorens de commissie van rapporteurs den 26™ Mei jl. haar verslagdat slechts éene bladzijde van het bijblad inneemt, vaststelde. Met onderwerpen waarmede men ingenomen is, wordt gewoonlijk meer haast gemaakt. Vooral de cijfers, die de voorstellers bij hun voorstel voegdenhebben een onpleizierigen indruk op de kamer gemaakt. Uit die statistieke opgaven, zoo wordt in het verslag gezegd, blijkt wel dat er in de kamer veel, maar niet dat er te veel gesproken wordt. Het wordt volstrekt niet als vreemd of afkeurenswaard beschouwd dat ledendie van een onderwerp eene bij zondere studie hebben gemaakt, „zich telkenmale en bij herhaling laten hooren". Het gebruik is in onze tweede kamer nu eenmaal, dat aan de algemeene be schouwingen over een of andere quaestie ieder deel neemt, die daarin genoegzaam belang stelt, „waarvan herha ling van het reeds vroeger gezegde dikwijls een onver mijdelijk gevolg is." Min of meer naïef klinkt de opmerking der commissie ^an rapporteurs, dat de door de voorstellers medege deelde cijfers „voet kunnen geven aan het buitenaf volstrekt niet ongewone beweren dat de kamer haren fijd aan noodeloos debat verspilt." Wij gelooven dat ieder, die door zijne betrekking tot eene eenigszins ge regelde lectuur van het bijblad verplicht is, de com- missie zal kunnen verzekeren dat hij de cijfers van de heeren Viruly c. niet noodig had om eene zeer stel lige overtuiging ten aanzien der volstrekte nutteloos heid van menige redevoering in de tweede kamer te bezitten. Dut echter de kolossale statistieke cijfers meer indruk op het groote publiek gemaakt hebben, is onbetwistbaar. Wij zien er echter zooveel kwaad niet in dat men ook „buitenaf' eens leert oordeelen over den woordenregen, die steeds in het Haagsche Binnenhof aan 't stroomen is. Misschien ook gelooft men „buitenaf" niet dat een herhaling van hetgeen eenmaal gezegd is, in eene vergadering van ernstige, meerendeels wetenschappelijke mannen zoo geheel „onvermijdelijk" is. De commissie is echter niet van meening dat het iets baten zal de politie over de breedsprakigheid der kamerleden aan den voorzitter op te dragen, en in dit opzicht deelen wij haar gevoelen volkomen. Eene wil lekeurige macht kan men aan den president niet toe kennen en zoodra er hooger beroep op zijne uitspraak wordt toegelaten, beteekent deze niets. Het eenige wat de commissie ter bekorting van het debat doelma tig acht, is te bepalen dat over een voorstel tot slui ting der beraadslagingendat nu reeds zoowel van den voorzitter als van een der leden van de kamer kan uitgaan, niet meer gediscussieerd, maar eenvoudig bij stemming beslist zal worden. Hierdoor zullen dan althans de redevoeringen over het staken der redevoe ringen voorkomen worden. Alleen zal de voorzitter, alvorens het voorstel aan stemming te onderwerpen, verplicht zijn de ministers te vragen of zij nog het woord wenschen te voeren. In dien zin heeft de commissie van rapporteurs een voorstel gedaan. Wij hopen dat de kamer, als zij weder bijeenkomt, tot dezen kleinen stap ten goede zal overgaan en voorts dat nu en danbij enkele gelegen heden de cijfers van de heeren Viruly Verbrugge c. s. nog eens voortgezet zullen worden. Alleen door deze contröle „buiten af' kan, gelooven wij, de kamer tot de noodige zelfbeperking zedelijk verplicht wordendie het politie-toezicht van haar eigen voorzitter overbodig zal maken. De gemeenteraad van Bergen op zoom heeft be sloten maatregelen te nemén om zoo mogelijk eene wijziging in de dienstregeling der spoortreinen van Vlissingen naar Roozendaal te verkrijgenspeciaal om aan de eerste en laatste treinen ook wagons der 3e klasse toe te voegenhetgeen de gemeenteraad in het belang van den kleinhandel zeer wenschelijk acht. Ook te Kruiningen en in andere gemeenten heeft de gemeen teraad tot soortgelijke stappen besloten. Z. K. H. prins Hendrik heeft volgens het Utrechtsch Dagblad, het verlangen te kennen gegeven om ver schoond te blijven van het ontvangen van blijken van hulde bij gelegenheid van zijn 25jarig stadhouderschap over het groothertogdom Luxemburg, welk feest den 24en October a. gevierd zal worden. Te Rotterdam werd gisteren de eerste algemeene vergadering gehouden van officieren van seherpschut- terskorpsen in Nederland, welke vereeniging 4eere-, 42 werkende en 8 adviseerende leden telt. Op de ver gadering werd besloten eene medaille te doen graveeren om als prijs te dienen bij schietwedstrijden. Voorts werd de wensch naar eenheid van uniform tusschen de verscuillende korpsen uitgesproken en het bestuur ge machtigd, met eene commissie uit de leden tot berei king van dit doel met de kommandanten der korpsen in overleg te treden. Na afloop der vergadering werd een schietwedstrijd gehoudenwaarbij de zeven prijzen door officieren der scherpschutterskorpsen te RotterdamSchiedam en 'sHage, door een officier der schutterij te Schiedam en door een kapitein van het regiment grenadiers behaald werden. Aan het diner, dat vervolgens in Adlers hotel ge houden werd, namen ook Z. K. H. prins Hendrik en de burgemeester van Rotterdam deel. In antwoord op een feestdronk van den majoor van Stolkkommandant van het Rotterdamsche scherpschutterskorps, betuigde de prins zijn belangstelling voor de scherpschuttersver- eenigingen en bracht hij tevens de gewichtige diensten in herinnering, door leger en zeemacht in Indië in den laatsten tijd bewezen. Op voorstel van den heer van Stolk werd besloten dien heilwensch naar Indië over te seinen. De minister van financiën brengt in de Staats-eou- rant van heden ter kennis van belanghebbendendat omstreeks de maand September a. te 's Gravenhage een vergelijkend onderzoek zal plaats hebben van candida- ten naar de betrekking van aspirant-landmeter bij het kadaster, waartoe twintig plaatsen ter vervulling wor den opengesteld. De candidaten behooren zich vóór 1 Juli a. bij een op zegel geschreven request tot den minister te wenden. Na dien tijd inkomende verzoekenworden buiten aan merking gelaten. Het programma waarnaar het examen zal worden afgenomen, de vereischten om daartoe te worden toe gelaten en de bescheiden welke bij het verzoek om toelating moeten worden overgelegd, zijn omschreven in het koninklijk besluit van den 10™ November 1874, n° 9, opgenomen in de Staats-courant van den 21en No vember 1874, n° 276. De Leidsche Tfeesten. De feesten der studenten en oud-studenten, door den hoogleeraar Beets in zijne feestrede zoojuist gekenschetst als „een feest des harten en der vriendschapna het teest der wetenschapeen feest der persoonlijkena dat der historische herinnering", werden gisteren morgen te half elf ingeleid door de aanbieding van een vaandel, dat door de Leidsche dames aan het studentenkorps geschonken werd. Mejuffrouw Polanojongste dochter van den hoogleeraar, hield daarbij eene hartelijke toe spraak die door den president van het korps den heer Kappeyne van de Cappello, met warmte beantwoord werd- Met eene uitvoeringdoor de Leidsche zangver - eeniging, van eene gelegenheids-eömpositie van Richard Hol en van Weber's Jubel-ouverture door het orkest, onder leiding van den heer Wetrenswerd deze eerste plechtigheid besloten. Het vaandel is van blauw zijden fluweel, met zilve ren franje en galons omzet. Op het fluweel zijn in zilver geborduurd vijf pijlen bijeengehouden door een fluweelen bandwaarop in zilveren lettersVirtus. Concordia, Fides. Bovenaan leest menAcad. Lugd. Bat. De twee jaartallen 1575—1875 zijn van onder aangebracht. Op den stok bevindt zich een in zilver gedreven Minervabeeldterwijl aan de banier de vij faculteits-kleuren zijn aangebracht. Bij dit kostbare vaandel was nog gevoegd een album van blauw fluweelmet zilver gemonteerdbevattende de namen der geefsters. In de concertzaal op de Breestraat heette te éen uur de heer Kappeijne in eene welsprekende redevoering de reünisten welkom. Hij schilderde hoe de oud studenten, die eenmaal in de academiestad geleefd en haar lief gekregen hadden, veel veranderd zouden zien wat de vormen betreftdoch het studentenleven in zijn innerlijke beteekenis nog hetzelfde zouden vinden als in hunne jeugd. Veranderd was de vormdoch behouden bleef de geest, „die geest, welke een Klik spaan bezieldetoen hij de onvergetelijke studenten typen schreef; die een Hildebrand leidde, waar hij het jonge Holland zijne zangen toezong; die geest eindelijk, die ons den eernaam verwierf van Spes patriae Op deze uit het hart gevloeide toespraakantwoordde de heer Gevers Deynoot, president der reünie, waarna men in optochtonder de tonen van het Iö Vivat, zich naar het feestlokaal begaf, waar Z. K. H. prins Fre- derik zich bij de feestvierenden voegde. Het feestlokaal bestaat uit een kolossaal houten ge bouw 94 meter lang en 35 meter breedterwijl de groote zaal 70 bij 35 meter telt. Het gebouw kan 5000 personen bevattenmaakt door zijne afmetingen en sobere doch nette versieringen een goeden indruk en zal bij het aanstaande muziekfeestte Rotterdam weder ge bruikt worden. Het overig gedeelte van de Ruïne, waar het gebouw was opgericht, was voor feestviering en ontvangst der gasten in de open lucht bestemd; doch tengevolge van het storm- en regenachtige weder is dit gedeelte van het programma, overeenkomstig oud-IIollandsch gebruik, tot dusverre „in het water gevallen." Gelukkig doet de Junizon voor den optocht van heden iets beters verwachten. In het feestlokaal hield de boogleeraar Beéts eene

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 1