MIDDEL BURG SCI IF. r 138. Zaterdag 1875. COURANT. 12 Juni. Middelburg 11 Juni, Na de Nederlaag. ode, 100 3 10.— 10.24 10.35 10.45 Rit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2en l'aasen- en Pinksterdag en een der Kerstdagen. De prijs per 3/m., franco is f 3.50. .15 ,.40 1.15 1.30 Wat gisteren morgen, indien iemand liet voor speld had, met een ongeloovig schouderophalen ware beantwoord, was gisteren avond eene waar heid geworden. Het kiesdistrict Middelburgsedert jaren aan de liberale zaak getrouw, in de tweede kamer vertegenwoordigd door een man, wiens be kwaamheden, wiens onvermoeide ijver voor de Zeeuwsche belangen inzonderheid, zijne herkiezing tot een feit schenen te maken waarvan de zeker heid door de zorg voor het welzijn van vaderland en provincie gelijkelijk gewaarborgd moest wezen, het kiesdistrict Middelburg lieeft den 8en Juni zijn eigen belangen verloochend en voor den heer Tak van Poortvliet een man in de plaats gesteld, wien menalthans indien men zich afvraagt wat op wet gevend gebied van hem te wachten- iseene onbe kende grootheid mag noemen. De beteekenis van dit treurige en beschamende feit is niet gering enofschoon het waarschijnlijk in Nederland niet zulk een diepen indruk zal te weeg brengengeen andere, doch in omgekeerden zin, dan de schitterende overwinning door de libe rale partij te Amsterdam behaald. Daar heeft men twee mannen van gematigd conservatieve beginse len, wier bekwaamheid door niemand ontkend werd en die door niemand van heulen met de kerkelijke partijen verdacht werden, laten vallen, dewijl zij als te lauw en te weifelend bekend waren om van hen een beslist optreden tegen die partijen te kunnen verwachten. Omgekeerd heeft de meerderheid dei- kiezers in Middelburg een man afgewezen wiens talenten en ijver door allen, ook door een aantal achtenswaardige conservatieven openlijk erkend werden, alleen omdat zijn trouw aan wat men tegen woordig de „liberalistische" begrippen gelieft te noemen, hoven allen twijfel verheven was. In het eene geval de zegepraal der beginselen van ver lichting en vooruitgang, gelijk die door de meest toongevende volken van onzen tijd worden gehul digd; in het andere geval de overwinning der reac tie, de terugtred tot hetgeen onherroepelijk voorbij is, de omhelzing van denkbeelden die, strijdende met den geest onzer eeuw, de volken bij welke zij overheerschend zijn tot stilstand, straks tot tegen spoed en ondergang zullen doemen. Of al de kiezers die Dinsdag hun stem op den heer de Jonge uitgebracht hebben, zich van deze waarheden rekenschap geven? Helaas, men weet het wel heter. Men had slechts de strooibiljetten, circulaires en advertentiën te lezen, met welke het land als overstroomd werd, om zich een denkbeeld te maken van de argumenten die gebruikt zouden worden in het vertrouwelijk gesprek, toen men, een dag of wat vóór de verkiezing, de zendelingen van het conservatief-clericale monsterverbond op alle wegen van het platteland zag rondgaan, ten einde de kiezers te bewerken. Wat ons daarvan ter oore is gekomen is te laag en te schandelijk om er openlijk melding van te maken. Het is trouwens volkomen onnoodig. Eene partij die er niet tegen opziet om in openlijke gedrukte stukken hare tegenstanders verdacht te maken, gedeeltelijk door tastbare onwaarheden, gedeeltelijk door een schermen met groote woorden, te algemeen om iets te heteekenen, doch uitnemend geschikt als wapen om de groote massa op te zweepen, zulk eene partij zal niet kunnen ontkomen aan de schande dat sommige barer zendelingen, in 't duister werkende, tot leugen en laster hunne toevlucht nemen. Dat tegenover al dit werken en woelen de libe rale partij niet gedaan heeft wat zij kon en moest doen, schijnt onbetwistbaar. Men waande zich van de overwinning al te zeker Dat "in het tegen woordig tijdperk van overgang, waarin Zeeland zich bevindt, de Zeeuwsche kiezers den wakkeren schild wacht, die te 's Hage voor hunne belangen waakte, zouden terugroepen, scheen te ongerijmd om er zich tegen te wapenen Men heeft, tegenover den stort vloed van oproepingen die van de andere zijde uitgingen, slechts, zoo wij ons niet vergissen, èene enkele, hoogst kalme circulaire van de kiesvereeni- ging „de Grondwet" te Middelburg verspreid. In sommige kleine plaatselijke bladen toonden de advertentiën tot aanbeveling van den heer de Jonge de overwegende meerderheid Van persoonlijk ge sprek, van poging tot mondelinge overtuiging dei- kiezers is, meenen wij, geen sprake geweest. Men vergelijke daarmede eens de ontzaglijke, niets ont ziende moeite en opoffering, welke de tegenpartij zich getroost heeft en vrage zich dan af, of bij deze verkiezing de liberalen zich niets te verwijten hebben gehad, of de talrijke opkomst der kiezers niet voor een groot deel aan de tegenpartij ten bate is gekomen en of bij wat meer inspanning van onzen kant ook niet het vijftigtal bijeen te brengen ware geweest, dat aan het aftredende lid de her kiezing zou verzekerd hefteen? Dit alles is thans voorhij en moest slechts herinnerd worden om tot waarschuwing voor het vervolg te strek ken. Voor het oogenhlik hebben wij de uitspraak dei- stembus met hoe diepe treurigheid zij ons ook vervullen moge, te eerbiedigen. Overigens kunnen wij ons troosten met de gedachte dat al het kabaal, waarmede liet „volk van Nederland" tot den strijd tegen het liberalisme is opgehitstin de practijk ook ditmaal weder niet het minste gevolg zal heb ben. Tegenover de Middelburgsche nederlaag en die te Haarlemmermeerwaar de heer Rutgers van Rozenburg viel, staat de zegepraal in de hoofd stad waar de liberale beginselen, jaren lang wei felend, den geheelen verwarden hoop van tegen standers thans verre achter zich hebben gelaten. Overigens hebben nergens de liberalen een enkelen zetel verloren. Bij de vier herstemmingen hebban zij niets te verliezen. Wil het ministerie uit de verkiezingen lessen voor de practijk trekken, dan zal het genoodzaakt wezen de uitgebrachte stemmen niet slechts te tellen maar ook te wegen En in dat geval wegen de stemmen van de kiezers der hoofdstad ongetwijfeld op tegen menige meer derheid van stem-machineszooals ze in Limburg en Brabant, en ook, wij schamen ons het te moeten zeggen, in Zeeland gevonden worden. De stand der partijen in de tweede kamer wordt dns door den uitslag der verkiezingen niet merk baar gewijzigd. De bonte verzameling anti-liberalen die zich daar sedert eenige jaren gevormd heeft, biedt aan een ministerie geen steun hoegenaamd. Hoeals het op wetten maken of regeeren aankomt, dr. Kuyper of onze nieuwe afgevaardigdede heer de Jongezich zullen verstaan met mannen als een Kerens de Wylre, een Arnoldts of een Haffmans, blijft even raadselachtig als de vraag hoe die twee fractiën het ieder afzonderlijk zullen moeten vinden met hun dritte im Bundehet bijna onzichtbaar geworden hoopje conservatieven, een Wintgens, een Insinger of een Kien. Sterk in het verslaan der liberalen, bekwaam tot het tegenhouden van den vooruitgang, blijft het monsterverbond even mach teloos als te voren zoodra liet er op aankomt den rugwaartschen marsch te ordenen, tot Welken men zicli tegenover de kiezers verbonden heeft. De tweede kamer blijft onveranderd de gedrags lijn der regeering zal waarschijnlijk geen wijziging- ondergaan; steeds zal het een op en neder houden blijven tusschen de twee, bijna tegen elkander op wegende richtingen Onze politieke atmosfeer blijft onzuiver als voor de verkiezingen. Maar wanneer de belangen onzer provincie weder ter sprake komen, zullen wij de stem van den kundigen Middel- burgschen afgevaardigde in de kamer missen en in plaats van op zijne zakelijke en invloedrijke adviezen zal de kamer onthaald worden op de eeuwige „land- bauwschuren" van den heer Saaijmans "Vader, of misschien op zendingfeest-lierinneringen van onzen nieuwen vertegenwoordiger. Als straks de. jeugdige stoomvaart op Engeland, waarvan gisteren beheerste, prachtige vaartuig zich aan onze kade Vertoonde, behoefte zal liehhen aan de belangstelling of de ondersteuning der regeering, dan zullen die niet meer kunnen worden ingeroepen door den man, wiens nimmer rustende arbeid in het tot stand komen der onderneming een allergewichtigst, zoo niet het gewichtigste deel genomen heeft. Arm Zee land! Was de onderlinge verdeeldheid der tegen partij ons niet een waarborg dat van hun plannen tot achteruitgang vooreerst toch niets terecht zal komen, wij voegden er met nog meer overtuiging dan thans reeds hij Arm vaderland Met deze zelfde woorden eindigt ookin een inge zonden stuk van heden, mr. O. A. Fokker, een man die jaren lang met eere het district Middel burg heeft vertegenwoordigd en op wiens even vurige als welsprekende ontboezeming wij ten slotte de aandacht onzer lezers vestigen. De genoodigden die gisteren met Z. K. II. prins Hendrik en gevolg bij den commissaris des konings alhier het diner gebruikten, waren de heeren van Deinse en van der Bilt als leden van gedeputoerde statende burgemeesters van Middelburg en Vlissingen; de eerst aanwezend ingenieur bij de staatsspoorwegen te Vlis singen de hoofdingenieur van den waterstaat in Zeeland de directeur der registratie en domeinen in Zeelandde heeren mr. J. P. R. Tak van Poortvliet, m'. G. A. Fokker, G. J. Sprenger en F. Wibaut als commissa rissen, en Ramann als directeur der Kon. Ned. stoom vaartmaatschappij; de heer Insinger, voorzitter dei- kamer van koophandel en fabrieken te Amsterdam! de heer Hoijer, provinciale inspecteur der directe belas tingen in- en uitgaande rechten en aecijnsen in deze provincie; en de heer J. Luteijn, agent der Nederland- sehe bank. Inmiddels was in het Schuttershof de Edele handboog het eerste zomerconcert van de confrérie van St. Sebas- tiaan door het muziekkorps der Middelburgsche schut terij, onder leiding van den luitenant-directeur A. de Jong, aangevangen. Velen, ook van elders, waren daar vereenigd en verbeidden onder het genot van de muziek de komst van prins Hendrik, tot wiens ontvangst in en buiten de groote zaal eene eereplaats was ingericht, omgeven door coniferen en bloemen, die, met de daar- tusschen gegroepeerde beelden van de vier jaargetijden en het smaakvolle ameublement, een zeer aangenaam effect maakten. Boven den ingang der zaal herinnerde het aangebrachte opschrift„Stoomvaart Vlissingen-En- geland" bovendien aan het feest van den dag. Toen de prins te ongeveer half tien ttur verscheen werd hij in de voorzaal opgewacht door het bestuur en de leden van de confrérie van St. Sebastiaan. De commissaris des konings stelde den heer mr. G. N. de Stoppelaar als deken aan Z. K. H. voor, waarna de heer de Stoppelaar eene korte doch hartelijke toe

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 1