De ambachtslieden te Almelo hebben den arbeid
weder hervat op de belofte dat de patroons heden hunne
werkgevers zouden bijeenroepen en ook van deze
betaling in Hollandsch geld verlangen.
Naar aanleiding der sedert eenige dagen in de
buitenlandsche bladen geloopen hebbende geruchten
omtrent een nota, door de Duitsehe regeering tot
de Nederlandsche gericht over de in Limburg verblijf
houdende uitgewekene Duitsehe Jezuiëten, schrijft een
correspondent van de Indépendance beige dat daarvan
niets waar is. De Nederlandsche regeering heeft alleen
mededeeling gekregen van de nota, den 3en Februari
door het kabinet van Berlijn tot België gericht.
Onze Haagsche correspondent schrijft ons
het volgende:
„De benoeming van den minister van oorlog heeft
de meesten verrast; wel wist men dat de regeering
aan het zoeken naar een opvolger voor den generaal
Weitzel was, maar men meende dat dit zoeken niet
verder ging dan de manier waarop een oud vrijer eene
vrouw zoekt. Wanneer men tot zijne vrienden zegt:
als ge bij toeval eens eene goede partij voor mij tegen
't lijf loopt, waarschuw mij dan, dan zoekt men niet
hard, en nu vernam ik juist Zaterdag nog van een
vriend van het ministerie, dat de ministers niet zeer
hard zochten en, zooals hij er bijvoegde, ook wel nie
mand vinden zouden, die in de tegenwoordige omstan
digheden de portefeuille van oorlog onder den arm zou
willen nemen. Nu blijkt de man toch gevonden te
zijneene felicitatie is 't waardvooral voor den gene
raal Weitzel.
„En wie is nu de kolonel Enderlein vraagt ge, maar
antwoord krijgt ge niet veel. Ik heb alleen vernomen
dat de nieuwe minister van oorlog nog een betrekkelijk
jong man is, even in de vijftig, die zeer gelukkig
gediend heeft, zoodat hij niet alleen de jongste is van
de beide kolonels der genie, maar in alle luitenant
kolonels en vele majoors van dat wapen ouderen van
dagen heeft. Deze staat van-dienst-bij zonderheden
zijn echter het eenige wat ik van den kolonel te weten
heb kunnen komen. Dat er thans een min algemeen
bekend minister van oorlog optreedt is natuurlijk, en
misschien wel zeer wenschelijk. Natuurlijk omdat we
zoo zoetjes aan alle bij het groote publiek gunstig be
kende generaals en hoofdofficierenvoor zoover ze lust
in de betrekking haddenhebben zien afbreken en dus
de minder bekende overschieten. De benoeming van
een dezer laatsten kan daarenboven misschien de beste
resultaten hebben. Is het in de kindersprookjes niet
altoos de vermomde en onbekende prins die de prinses
uit de macht van den toovenaar verlost? en zien we
in 't leven niet dagelijks de hard werkende en met
volharding begaafde mannen dingen volbrengendie
door het genie, door de krachtigste misbaarlijkheid
gesteund, ongedaan worden gelaten?
„We hebben nu al driemaalja viermaal zelfsvan
een nieuw optredend minister van oorlog hooren ge
tuigen dat dit nu eigenlijk the right man in the right
place was; de manier waarop die ophef gelogenstraft is
heeft mij ongeloovig gemaakt ten aanzien der „aange
wezen mannen". Volgens eene gezonde kansrekening,
indien er ooit eene gezonde kansrekening kan be
staan moet men 't nu eens aan de niet-aangewezen
hoofdofficieren in handen geven. Wie weet of die ons
niet helpen zullen.
„Of de regeering ons nu nog nader verrassen zal,
bij voorbeeld met spoorwegvoorstellenmet een plan
tot herziening van het belastingstelsel, enz. zal te be
zien staan. Met het oog op de verkiezingen kan men
het eerste verwachten, maar het tweede niet. Zoo de
heer van der Heim althans niet lijnrecht is gaan staan
tegenover het standpunt dat hij in zijne onhandige
brochure van 1871 heeft ingenomenzal hij geen andere
dan uiterst impopulaire belasting-voorstellen kunnen
doen. Met deze onderwerpen houdt men zich echter
thans hier minder bezig; maar de verwachting is zeer
gespannen over het met de eerste mail verwachte boek
van den overste de Rochemont, Loudon's adjudant en
ame damnée, waarin de binnenkant van Loudon's beheer
en vooral de inwendige geschiedenis van de eerste
expeditie naar Atchin wordt verhaald. Naar ik ver
neem moet in dit verweerschrift voor den afgetreden
gouverneur-generaal er vooral op gewezen worden dat
hij niets in de zaak van Atchin ondernomen heeft
zonder alvorens met de telegraaf instructies in den
Haag gevraagd en instructies uit den Haag gekregen
te hebben. Is dit zoo, dan moet veel van Loudon'a
rekening worden weggeschraptmaar vraag ikhad
Loudon dan wel het recht zich zoo verbolgen te too-
nen over het regeeren van Indië op het Plein, dat men
aan van Goltstein verwijt? Hoe dit zij, vanGoltstein
of zijne raadslieden gevoelen zeiven dat dit punt eigen
lijk de hoofdzaak is voor eene koloniale mogendheid.
Sedert eenigen tijd is dan ook een Indisch ambtenaar
met verlof naar Loudon afgevaardigd, om aldaar de
verhouding tusschen de regeering van het moederland
en het bestuur van Britsch-Indië te bestudeeren."
Eienoemlngen en besluiten.
ridderorden. Benoemd tot ridder der orde van den
Nederlandschen leeuw Mehemed pacha Radoslé, schout
bij nacht der Egyptische marine.
notarissen. Benoemd tot notaris binnen het arrondis
sement 's Gravenhageter standplaats de gemeente
's GravenhageH. W. F. Ligtenberg thans notaris te
Rotterdamtot notaris binnen het arrondissement Rot
terdam ter standplaats de gemeente RotterdamH. II.
Thooft, candidaat-notaris aldaar.
posterijen. Benoemd tot directeur van het postkan
toor te HellevoetsluisH. Helling, thans directeur van
het post- en telegraafkantoor te de Rijp; en tot direc
teur van het postkantoor te 's HertogenboschTh. Hoijer,
thans directeur van het post- en telegraafkantoor te
Doesburg.
betastingen. Benoemd tot onvanger der directe belas
tingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen te Does
burg c. a. L. R. van Sandickthans ontvanger der di
recte belastingen en accijns^» te Hoogeveen c. a.
algemeene rekenkamer. Benoemd tot adjunct-commies
bij de algemeene rekenkamer jhr. mr. H. M. J. van
Ascli van Wijek.
leger. Op pensioen gesteld de kolonel M. W. G. de
Mankommandant van het regiment veld-artillerie,
ten bedrage van 1800 'sjaars; de luitenant-kolonel
L. S. R. Sesseler, directeur der artillerie stapel- en
constructie-magazijnen ten bedrage van 1500 's jaars,
met toekenning van den rang van kolonelen de majoor
G. N. Ninabervan het 3e regiment vesting-artillerie,
ten bedrage van f 1300 's jaars.
Benoemd bij liet wapen der artillerie, tot len luite
nant (naar ouderdom van rang)de 2" luitenants J. R.
de Wolff en J. M. K. Bisdom, van het wapen, thans
tijdelijk gedetacheerd respectievelijk bij de landmacht
in West-Indië en bij het Nederlandsch-Iudische leger;
bij den staf van het wapentot luitenant-koloneldirec
teur der artillerie stapel- en constructie magazijnen, de
majoor P. II. J. A. de Booyvan het 2C regiment
vesting-artillerietot len luitenantmagazijnmeester der
artillerie 2e klasse, de 2C 'luitenant J. Scheppers maga
zijnmeester der artillerie 3- klasse te Wierickerschans
bij het regiment veld-artillerie, tot majoor, de kapitein
G. G. A. Schwartz, van het korps; tot len luitenant
(naar ouderdom van rang)de 2e luitenant J. C. Fabius,
mede van het korps; bij het le regiment vesting-artil
lerie tot kapitein 2' klasye (naar ouderdom van rang),
de le luitenant H. Nieuwenhuys, van het 2e regiment
vesting-artillerie; tot 1™ luitenant (naar ouderdom van
rang), de 2e luitenant J, E. P. H. van Panhuys, van
het korpsbij het 2« regiment vesting-artillerietot
kolonel en kommandant van het korps, de luitenant
kolonel J. H. Frankamp, van het 3' regiment vesting
artillerie; tot majoor, de kapitein F. M. Oollard, van
het korps; tot kapitein van de2e klasse (naar ouderdom
van rang), de len luitenant J. G. U. Schochvan het
regiment veld-artillerietot len luitenant (naar ouderdom
van rang)de 2e luitenant C. R. van Steenisvan het
korps; bij het 3e regiment vestingartillerie, tot luite
nant-kolonel, de majoor C. J. Orsoy van Veeren, van
het regiment veld-artillerie; tot majoor, de kapitein
R. C. van Onselenvan het korpstot kapitein 2' klasse
(naar ouderdom van rang), de le luitenant P. H. C.
Engelenbergvan het regiment veld artillerietot l"1
luitenant (naar ouderdom van rang), de 2° luitenant
A. S. van Oldenborghvan het korpsbij het regiment
rijdende artillerietot luitenant-kolonelde majoor F. F.
Steenberghevan het korps; tot lcn luitenant (naar
ouderdom van rang), de 2e luitenant jhr. W. J. P. van
den Bosch, van het korps.
Benoemd tot kommandant van het regiment veld-ar
tillerie en in verband daarmede bij dat korps in zijn
rang overgeplaatst de kolonel K. H. van Diepenbrugge.
Onderwijs.
Bij beschikking van den minister van koloniën van
26 dezer is de hoofdonderwijzer J. W. H. Muller
gesteld ter beschikking van den gouverneur-generaal
van Nederlandsch-Indië om te worden benoemd tot
onderwijzer 3e klasse voor den dienst daar te lande.
Kerknieuws.
Het drietal, opgemaakt voor de vacature bij de
Nederduitsche hervormde gemeente te Amsterdam,
voortdurende door het bedanken van den heer J. P. Non
hebei, bestaat uit de heeren P. Bartstra, C. J. Brijceen
C. Renier, resp. predikanten te Klundert, 'sHage en
Bergschenhoek.
Marine en leger.
Naar aanleiding van 's konings besluit van 25 dezer
worden Zr. M'. ramschepen Stier en Guinea, liggende
te Willemsoorden de monitors Adder, Tijger en Hei-
ligerlee, liggende de eerste te Amsterdam en de twee
laatsten te Hellevoetsluis, met den 16cn Mei a.in dienst
gesteld en het bevel daarover opgedragen respectivelijk
aan de kapitein-luitenants ter zee A. Rietveld en E. F.
Hanoi von Cronenthall en aan de luitenants ter zee
le klasse F. Luteijn, J. M. L. A. P. Wirix en jhr.
J. A. Roëll.
Volgens een bij het departement van marine ont
vangen telegram is Zr. M'. scliroefstoomschip Curagao,
onder bevel van den kapitein ter zee J. A. Vander-
velde, den 25en dezer te San Francisco (Californië)
aangekomen. Aan boord was alles wel.
De luitenants ter zee 28 klasse W. C. A.
Ziegenhirt von Rosenthal en J. Schouw Santvoort, laatst
behoord hebbende tot het eskader in Oost Indië en van
daar den 20en dezer in Nederland teruggekeerd, worden
met dien datum op nonactiviteit gesteld.
Kunstnieuws.
Mevrouw Kleine-Gartman ondervond Donderdag
avond bij haar optreden te Utrecht in de titelrol van
het treurspel „Maria Stuart" weder in ruime mate be
tuigingen van bijval en sympathie. Bij deze gelegen
heid deelt het Utr. Dagblad eenige bijzonderheden uit
het leven der gevierde kunstenares mede. Maria Jo
hanna Gartman is den 31e" December 1818 te Amsterdam
geboren. Hare ouders waren in ondergeschikte betrek
kingen aaD den stadsschouwburg verbonden, doch haar
grootvader van moederszijde was de beroemde Jelger-
huiseen der degelijkstezoo niet der grootste kun
stenaars, die ooit ons tooneel betreden hebben. In het
begin bestond er geen plan haar voor het tooneel op
te leiden, maar ontving zij onderricht eerst in het schil
deren later in het dansen. Op haar negende jaar trad
zij echter met haar zusje op in een stuk dat gegeven
werd ten voordeele harer moederdie inmiddels weduwe
geworden was. Na dien tijd was zij achtereenvolgens
aan verschillende theaters verbonden. Als treurspeel
ster trad zij meer bepaald op in 1863 en de heer
Tjasinlc moedigde haar voornamelijk aan om in dat vak
verder te gaan. Zij vierde in 1863 haar dertigjarige
loopbaan op het tooneel.
Mevrouw Kleine is op 18jarigen leeftijd gehuwd met
den violist Kleine, die even oud was als zij zelve. Het
groote Amsterdamsche tooneel heeft zij wegens oneenig-
heden met de directie verlatenen sedert twee jaren
speelt zij op het theater van van Lier, onder direetie
van Stumpff en Yeltman. Zij werd, om van ontel
bare andere blijken van waardeering niet te gewagen,
in 1868 tot eerelid der maatschappij Arti et Amcitiae
benoemd en in 1872 door Z. M. den koning met de
gouden medaille van verdiensten begiftigd.
Gemengde berichten.
Maandag begaf een 70jarig man zich in beschon
ken toestand van Goes naar Wolfaartsdijk. Hij is onder
weg in het water geraakt en verdronken.
Op de paardenmarkt van gisteren werden te Goes
aangevoerd 148 stukswaarvan 7 veulens48 paarden
en 3 hengsten niet ter mededinging waren. C. Dijl,
van Waarde, was de grootste aanvoerder met 21 stuks;
Leunis van Rooijenvan Westkapelle de verst wonende
aanvoerder. Er werden 15 a 20 stuks paarden ver
kocht, tegen middelmatigen prijs. Algemeen bemerkte
men dat de afstammelingen van den hengst Nelson
geprezen werden en daar de landbouwers hiervan
overtuigd schijnen, verwacht men dan ook mettertijd
verbeteringen van het ras.
De oudste notaris van Nederland is op dit oogenblik
de heer J. A. Gerlach jr. te Heusden. Hij zal den
26,n Mei a. het zestigjarig gedenkfeest zijner ambts
vervulling aldaar vieren.
In de jongste dagen hebben in de omstreken van
Haarlem weder de gewone jaarlijksche veilingen van
hyacinthen-bloembollen plaats gehad, welke hebben
doen zienhoe deze tak van nijverheid steeds in om
vang toeneemt. Van de gewone handelssoorten brach
ten de gunstig bekende „Homerus", „Grand Vainqueur",
„Baron van Tuyll", „la Tour d'Auvergne" en andere
zeer hooge prijzen op. Op verscheidene dezer veilingen
werd voor de aanzienlijke som van 18,000 (per dag)
verkocht. Ook werden dit jaar vele nieuwe, nog niet
in den handel voorkomende soorten (conquesten) ten
verkoop aangebodenwaarvan vele op de jaarlijksche
tentoonstellingen in Engeland zijn bekroond geworden.
De hoogste prijs in deze nieuwere verscheidenheden
werd besteed voor eene witte hyacinth, „Anna",welke
per stuk bijna 10 gulden opbracht.
Een Duitsch dagbladschrijver der ultramontaan-
sche partijde heer Blumhoudt tegenwoordig voor
drachten te Amsterdam over den in Duitschland gevoerd
wordenden kerkelijken strijd. Hij is gedwongen geweest,
met achterlating van zijn gezin, zijn vaderland te ver
laten. Gelijk van iemand onder die omstandigheden te
verwachten was, droeg zijne eerste toespraak, die
Maandag avond gehouden werd, een veel te partijdig
karakter om overeenkomstig de waarheid te kunnen
zijn. Hij noemde o. a. de oud-katholieken: „torpedo's,
mijnengelegd om de alleen zaligmakende kerk te
doen springen." De spreker vergat bij deze woorden