Advertentiên. BUITENLAND. ImtMaferidta. Prijzen van Effecten. 97 44 Algemeen Overzicht. giitpïnpn:. eene wisseling van denkbeelden te dien aanzien uitgenoodigd. Het schijnt dus dat de Duitsche regeering niet ge neigd is om toe te geven, doch vasthoudt aan haar denkbeeld om eene wijziging in de strafwetgeving te bewerkenook in die van het eigen land. Bij gele genheid der interpellatie van lord Russell in de gisteren gehouden zitting van het Engelsche hoogerhuis deelde lord Derby mededat hij juist kennis had gekregen van de tweede Duitsche nota, doch nog geen gelegen heid had gehad haar voldoende te lezen. De Duitsche gezant had hem echter verzekerd, dat zij in den meest vriendschappelijken zin was gesteld. Ditzelfde was hem van andere zijde gemeld en hij had in de nota ook nog niets kunnen merken wat tot een andere opvatting aanleiding zou kunnen geven. Tot nogtoe was ten aanzien van deze quaestie geen uitnoodiging tot Enge land gericht, maar indien dit mocht gebeuren, dan zou zij waarschijnlijk aan alle mogendheden worden ge zonden, die de onafhankelijkheid van België hebben gewaarborgd. Hij achtte het daarom voorbarig en niet politiek zoo men thans reeds eene opinie wilde uitspreken, te meer daar Engeland nog niet voldoende bekend is met sommige plaats gehad hebbende feiten. Daarenboven was hij van meening dat men te veel gewicht aan dit incident hecht, en verklaarde hij stel lig overtuigd te zijn, dat men zonder eenige onrust den afloop er van kan verbeiden. De Engelsche regeering stelt prijs op het behoud van den vrede en op de onafhankelijkheid van België, en is gelukkig temogen gelooven, dat noch de een noch de andere in gevaar verkeeren. In antwoord op de aangekondigde interpellatie van den heer O'Reilly erkende Disraëli dat in Januari 1874 von Bismarck werkelijk Engeland had uitgenoodigd hem te ondersteunen in eenige vertoogen die hij tot de Belgische regeering wilde richten omtrent eene samen zweering zooals de rijkskanselier het noemde tusschen priesters en uitgeweken Duitsche geestelijken in België en de katholieken in Duitschland. Deze uit noodiging was door middel van den Engelschen gezant te Berlijn overgebracht. In een gesprek met den Duit- schen gezant te Londen had lord Granville daarop geantwoorddatvolgens den wensch van Enge land tusschen Duitschland en België geen oorzaak tot verschil zou bestaandat de Belgische regeering zich altijd uiterst voorzichtig had getoond in haar betrek kingen met het buitenland en zich steeds bereid had getoond iedere oorzaak tot klachten voor de naburige mogendheden te vermijden. Lord Granville had de hoop uitgesproken dat von Bismarck België niet zou dwingen meer te doen dan in een katholiek land moge lijk was. De tegenwoordige Engelsche regeering heeft geen uitnoodiging in gelijken zin ontvangen. Behalve de geruststellende verzekeringen van lord Derby kannen wij hier nog bijvoegen, dat volgens ver zekering der Indépendance beigedie daaromtrent inlichtingen heeft ingewonnen, bij de Belgische regee ring geen nota's van Rusland en Oostenrijk zijn ont vangen tot ondersteuning der eischen van Duitschland, wat door de National Zeitung en de Kölnische Zeitung was bevestigd. Het was gisteren in de beide Engelsche huizen een dag van interpellatiën. Behalve de reeds genoemden toch was in het hoogerhuis ook nog eene interpellatie van lord Strafheden aan de orde, betreffende de quaes tie der handelstraktaten met de Donau-vorstendommen. Lord Derby betoogde, dat men wel de handelwijze van Oostenrijkom zoodanige traktaten te sluiten zonder dat genoemde vorstendommen de autorisatie der Porte had den verkregen, kan kritiseerenmaar dat eene discus sie over dit onderwerp liever moest worden uitgesteld totdat alle daarop betrekking hebbende stukken aan de kamer zouden zijn overgelegd. Oostenrijk had ove rigens nooit de bedoeling gehad de traktaten te schen den, integendeel het had altijd zijne verplichtingen je gens de Porte erkend, maar het tegenwoordige geschil betrof alleen een verschil van zienswijze omtrent de interpretatie der traktaten, zooals reeds meermalen is voorgekomen. Hij geloofde dat de Porte hare goedkeu ring niet zou hebben geweigerd indien deze was ge vraagd en verklaarde ook ten aanzien van deze quaes tie overtuigd te zijn dat zij geen gevaar voor den Europeeschen vrede oplevert ja zelfs geen aanleiding zal geven tot ernstige verwikkelingen. Gisteren is het wetsontwerp tot wijziging der grond wet in de Pruisische kamer van afgevaardigden in derde lezing aangenomen met 275 tegen 90 stemmen, zonder dat daarin eenige wijziging is gebracht. Bij de eerste lezing is echter door aanneming, met groote meerder heid van stemmen, van een amendement van deheeren Virchow c. s.de tweede zinsnede van het eenig arti kel vervallen, zoodat het thans slechts luidt: „Dearti kelen 1516 en 18 der constitutie van 31 Januari 1850 zijn opgeheven." De tweede zinsnede, luidende: „De rechtstoestand der evangelische en katholieke kerken, zoowel als van de andere godsdienstige vereenigingen wordt geregeld door de wetten van den staat" is nu weggelaten, zoodat het grondwettig bestaan der kerk genootschappen geheel is weggecijferd en zij evenals alle andere vereenigingen en maatschappijen onderwor pen zijn aan de wetten die men zal goedvinden voor hen te maken. In Frankrijk worden groote toebereidselen gemaakt voor de verkiezing van senatoren. Reeds zijn verschei dene candidaten gesteld, en de strijd zal voornamelijk tusschen Bonapartisten en republikeinen worden gevoerd. het barkschip Walcheren, gezagvoerder Larsen, in ballast bestemd naar de Oostzee. Heden is van Yeere vertrokken het Nederlandsch barkschip Jacobus Anthoniegezagvoerder D. T. Visser, in ballast naar Riga. GrasBmarkteo enz. Goes, 20 April. Tarwe 20 cent lager verkocht. Overige artikelen schaars en vorige weekprijs betaald. Rotterdam, 20 April. Ter markt van heden waren aangevoerd 1266 runderen, 123 vette, 165 nuchtere kal veren, 92 schapen, 343 varkens en 158 biggen. Run deren 1' qual. 86, 2' qual. 62; kalveren 1" qual. 100, 2 qual. 80; schapen 75 cent. Vlissingen, 20 April. Boter 0.95 a 1.05 per kilogram. Amsterdam20 April. Nederland. Certific. Werkelijke schuld. 2J pet. 62£- dito dito dito dito dito dito Aand. Handelmaatschappij dito exploitatie Ned. Staatssp. Loten stad Rotterdam. dito dito Amsterdam. België. Certificaten bij Rothschild Frankrijk. Inschrijvingen dito 3 4 4* 3 3 74 132i 1021 90 871 21 pet. 571 3 Rusland. Obligatiën 1798/1816 5 101* Certific. Inscr. 5e serie. 5 n Oblig. Hope C°. 1855 6e serie 5 tf 88A dito 1000 1864 5 V 1001 dito L. 100 1872 5 9744 dito L. 100 1873 5 n 971 5 f 317 Loten 1866 5 V Oblig.Hope C°.Leening 1860 4± pet. 931 Certific. dito 4 771 Inscript.Stieglitz &C°. 2e a4L. 4 V Obligatiën 186769 4 n 821 Certificaten 6 V 514 Aand. Spoorw. Gr. Maatsch. 5 f 255 41 pet. 861 4 Aand. Kiew-Brest 5 w 1444 dito Baltische spoorweg 3 n 132 Oblig. spoorweg Poti-Tiflis 5 pet. 100 dito dito Jelez-Griasi. 5 1 233 dito dito Jelez Orel 5 pet. dito dito Charkow Azow 5 n Polen. Schatkistobligatiën 4 r> 804 Aand. Warschau-Bromberg 4 f 631 dito dito Weenen. 5 n 1464 Oostenrijk. Oblig.metal.in zilver Jan./Juli. 5 pet. 6414 dito dito April/Oet. 5 Ti 651 dito in papier Mei Nov. 5 V 601 dit dito Febr./Aug. 5 V 611 Aand. Nation, bank 3 f 9941 5 ri 594 Y) 144 Hongarije. Schatkistbiljetten 6 pet. Oblig. Theiss spoorweg 5 n 72 Italië. Certific. Amsterdam 5 r> Oblig. Z.-Ital. spoorweg 3 f 961 Spanje. Obligatiën Buifenl 3 pet, 214 dito Binnenlandsche 3 If 174 Portugal. Obligatiën 3 V 471 Turkije. Inschrijving Alg. schuld 5 n 41A Obligatiën 1869 6 f 130 Egypte. Obl. 1868 7 pet. 801 dito 1873 7 n 751 Amerika. Obl. Vereenigde Staten 1904 5 961 dito dito dito 1882 6 n 954 dito dito dito 1885 6 r> 981 Hlin. Cert. Amsterdam Oblig. Illinois Redemtion. Oblig. Central Pacific Brazilië. Certific. Chic. N. W. 7 Oblig. Madison Ext. 7 dito Winona-St. Peter 7 dito N. W. Union. 7 dito Union Pae. Hoofdl. 6 Obl.St.Paul&Pac.Spw.lesec. 7 dito dito dito 2esec. 7 Obl. 1863 41 dito 1865 5 46A 751 71 811 29 151 89 951 Prijzen van coupons. Amsterdam, 20 April. Metall. 21.771; dito zilver 22.571; Div- Eng. per 11.521; Eng. Portugal per 11.55Amerikaansche dollars (in goud) 2.36. Amsterdam, 19 April. Metall. ƒ21.80; dito zilver 22.60; Div. Eng. per 11.55; Eng. Russen per ƒ11.55; Eng. Portugal per ƒ11.55; Frans 46.Belg. ƒ46.05Pruis ƒ56.40; Hamb. Russen 301 Russen in Z. R. 31J; Poolsche per fl. Ameri kaansche dollars 2.36papier 2.04. Verkoopingen en aanbestedingen. Gisteren is te Veere te koop aangeboden: 1° Eene broodbakkerij met ruim woonhuis en tuin op de Kade aldaar, wijk C n° 99. 2° Een pakhuis daarnevenswijk C n° 98. Samen verkocht voor 1800. Thermometerstand. 17 Apr. 's av. 11 u. 45 gr. 19 'smorg.7u.47gr. 'smidd. lu. 63 gr. 'sav. 6u. 66 gr. Hamer van koophandel en fabrieken van middelburg. Vergadering van heden 19 April. Voorzitter de heer Sprenger. Afwezig: met kennisgeving de heer de Stoppelaar en zonder kennisgeving de heeren Borsius den Bouw meester, Luteijn en Boddaert. Na mededeeling eener missive van den heer mr. E. Fokker, waarin hij kennis geeft dat hij de betrekking van secretaris der kamer aanneemtmet een beroep op de welwillendheid der leden, werd genoemde heer als zoodanig geïnstalleerd. De voorzitter sprak zijn ver trouwen uitdat de heer Fokker de door hem begeerde en verkregen betrekking met ijver en belangstelling zal waarnemen. Hij uitte den wensch dat de benoemde vele jaren nuttig werkzaam zal mogen zijnen voegde daarbij de verzekering van de goede gezindheid der leden en ook van hem als voorzitter, om htm waar noodig behulpzaam te zijn; persoonlijk rekende hij op de welwillendheid van den heer Fokker, die hem zijne betrekking van voorzitter veel kan vergemakkelijken, en beval zich daartoe bij hem aan. Na de lezing der notulen van de vorige vergadering werd mededeeling gedaan van verschillende ingekomen stukken waaronder een geschenk van den heer mr. J. P. R. Tak van Poortvliet, bestaande in een exemplaar van het gedrukt verslag omtrent den afloop der enquête betreffende de Nederlandsche koopvaardijvloot. Hier voor zal aan genoemden heer dank worden betuigd. Het Pruisiseh-Belgisch conflict begint langzamerhand vervelend te worden, maar het is te belangrijk en te gewichtig om niet alle phasen die het doorloopt met aandacht te volgen. De toestand van Nederland toch heeft zoowel wat betreft zijne verhouding tot de bui- tenlandsche mogendheden, als ten aanzien van zijn constitutioneele instellingen en wetgeving zooveel over eenkomst met dien van België, dat hetgeen thans met dat land geschiedt ook ons iederen dag kan te beurt vallen en ons tot leering kan verstrekken. De Kölnische Zeitung deelt thans een uittreksel mede van de tweede nota door de Duitsche regeering tot België gericht en die door graaf Perponcher is opge steld. In hoeverre de Kölnische Zeitung juist is inge licht zal weldra blijken als de Belgische regeering den inhoud van deze nieuwe nota bekend maakt. Volgens het Keulsche orgaan geeft de Duitsche regeering haar leedwezen te kennen over het weigerend antwoord van België, en hoewel zij erkent, dat België het best kan beoordeelen welke parlementaire bezwaren zich tegen de invoering van den door Duitschland in zijn eerste nota verlangden maatregel verzetten, gelooft zij te vens, dat België overtuigd is van de noodzakelijkheid om vóór alles recht te doen wedervaren aan de objec tieve noodzakelijkheid van dien maatregelterwijl het onderzoek naar de bezwaren aan de invoering verbon den slechts in de tweede plaats in aanmerking komen. Voorts wordt betoogd, dat de vragen op welke wijze iedere staat de plichten moet vervullen die hem door het volkenrecht worden opgelegd; welke de middelen zijn die hij moet aangrijpen om de onderdanen van naburige staten tegen eene verstoring van den vrede te beschermenen welke maatregelen moeten worden genomen om eene verkoeling in de vriendschappelijke betrekkingèn tusschen de natiën te voorkomen, niet alleen belangrijk zijn voor België, maar in dezelfde mate voor alle natiën, die het als hun plicht beschou wen om den vrede te handhaven en de goede betrek kingen tusschen de naburige landen te beschermen. Voor ieder tijdvak moeten deze vragen worden opge lost in overeenstemming met de behoeften van het oogenblik en rekenschap houdende met de midde len waarover men kan beschikken, om de veiligheid van den staat tegen een buitenlandsche handeling te beschermen. In den tegenwoordigen tijd is het niet meer, zooals vroeger, voldoende, om zich tot zuiver relatieve internationale verplichtingen voor iedere mogendheid op zich zelve te bepalen. te hebben gewezen op de ontwikkeling van de communicatie-middelen en de daaruit voortvloeiende solidariteit van belangen, alsook op de in gelijke mate toenemende gelegenheid tot het plegen van vijandige handelingen tegen den vrede, komt de Duitsche regee ring tot de conclusie, dat iedere staat den terugslag der verstoring van een regelmatigen toestand moet gevoelen. Indien het waar isdat verschillende bezwa ren zich verzetten tegen de invoering van maatregelen om dergelijke verstoring te voorkomen, dan kan mis schien die taak gemakkelijk worden gemaakt door eene vriendschappelijke wisseling van denkbeelden. De Duitsche regeering erkent, dat ook in de Duitsche wetgeving gelijke leemten bestaan als in de Belgische, doch tot nogtoe is te dien aanzien van geen enkele buitenlandsche mogendheid eenige klacht ontvan gen. Ten slotte wordt in vriendschappelijke bewoor dingen de hoop uitgedruktdat het verzoek van Duitschland een welwillend gehoor zal vinden en tot Heden middag vertrokken uit de haven van Vlissin- gen naar zee: het brikschip Clemens Florentinus, gezagvoerder I. van Eijk; het schoonerschip Francois, gezagvoerder C. Rijke, beiden in ballast naar Rigaen Getrouwd: JOHANNES ODEM, Wedr. van Jannetje van der Bent, en JOHANNA ROELOFS. Vlissingen, 20 April 1875.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 3