De eerste kamer der staten-generaal heeft heden hare werkzaamheden hervat. Het nieuw benoemde lid voor de provincie Drenthe, mr. H. J. Karaten, heeft zitting genomen. Verschillende stukken zijn ingekomen waaronder de laatstelijk door de tweede kamer aangenomen wetsont werpen. Blijkens het verslag van den toestand van bet kroon domein gedurende het jaar 1874 werden in dat jaar o. a. afgekocht de volgende tienden In het rentambt Tholen, zes tiendblokken onder de gemeenten Tholen, Sint Maartensdijk, Poortvliet en Scherpenissegezamenlijk ten bedrage van f 1980.68. In het rentambt Goes, vier blokken onder de ge meente Rilland voor f 11,972.60 en een blok onder de gemeente Colijnsplaat voor f 2348.30. In het rentambt Zierikzeetwee blokken onder Dui- vendijke, voor f 1008.80. Bovendien had onteigening van het tiendrecht plaats ten behoeve van den aanleg van staatsspoorwegen op eenige perceelen grond onder de gemeenten Arnemuiden, Oost- en West-Souburg en Sint Laurens, gezamenlijk ten bedrage van 4108.251. Onder de gemeente Colijnsplaat had een verkoop van boomen, ter voorkoming van achteruitgang wegens ouderdom plaats, zonder afstand van grond, voor de som van 2523.60. In een ingezonden stuk in de Nieuwe Rotterdam- sche courant wordt o. a. gewezen op de groote voor- deelen welke uit den binnen kort te openen stoomboot- dienst van Vlissingen op Engeland voor geheel Nederland zullen voortvloeien. De schrijver verheugt zich daarover, maar hoopt dat deze onderneming een spoorslag zal zijn om de Rotterdammers te bewe gen handen aan 't werk te slaan tot het bekomen van een spoorweg van Rotterdam naar den Hoek van Hol land. Hij gelooft dat er reizigers genoeg tusschen En geland en Noord-Europa zijn om beide lijnen, zoowel die van Vlissingen als die van Rotterdam uitgaande, te voeden. Ten bewijze hiervan voert hij aan dat het aantal reizigers tusschen Rotterdam en Harwich van 5921 in 1864 tot ver boven 20,000 in 1874 klom. Die tusschen Antwerpen en Harwich klommen van 1766 tot 11,693. Hij verlangt verder een hotel aan den Hoek van Hollandinrichtingen aldaar om eene badplaats te doen ontstaan, die voor de bewoners van Rotterdam den dienst zal doen van Ramsgate en Margate voor die van Londen, benevens eene rechtstreeksche spoorweg- lijn van den Hoek naar 's Hage. Met die gegevens toegerust, gelooft hij dat Rotterdam gerust den door voer naar de Oostelijke provinciën en naar Midden- Duitschland aan Vlissingen kan overlaten. De bijeenkomst tot bespreking van het openbaar en bijzonder onderwijs te Amsterdam is bepaald op aan staanden Zaterdag in het lokaal de Keizerskroon. Gisteren heeft onder den toeloop eener ontelbare menigte te Amsterdam de onthulling van het gedenk- teeken op het graf van d'. Meijboom plaats gehad. Door den heer Schults werd een rede gehoudendie namens de familie van den overledenen door m'. Tyde- man beantwoord werd. Op het kerkhof werd een koraalgezang aangeheven. De indruk der plechtigheid was treffend. Het gedenkteeken bestaat uit eene obelisk van ar duinsteen die een wit marmeren urn draagt en met toepasselijke zinnebeelden en inschriften versierd is. De Staatscourant van 28 en 29 dezer bevat het koninklijk besluit van den 24el1 dezer tot wijziging van het bij koninklijk besluit van 12 Mei 1863 (Staatsblad n°. 58) vastgesteld algemeen reglement voor de spoor wegdiensten. De N. Rotterdamsche Ct. herhaalt het voor eenigen tijd door de Arnhemsche courant vermelde gerucht dat de commissarissen des konings in Utrecht en Gro ningen zullen aftreden en dat voor die betrekkingen in aanmerking komen de heeren van Kuyk en Schimmel- penninck. *Men schrijft ons uit Rotterdam: „Mocht het te eeniger tijd komen tot eene herziening der schoolwet in den geest der Vereeniging tot bevor dering van het volksonderwijsdan mag wel terdege worden gelet op het feit, dat in sommige groote ge meenten van ons land nog altijd de wet, die nu acht tien jaren oud is, niet volledig is uitgevoerd. Zou men het gelooven kunnen, dat bijvoorbeeld te Rotter dam nog altijd kinderen van onderwijs verstoken zijn, niet omdat de ouders onverschillig zijn, maar omdat zij op de scholen geen plaats kunnen krijgen? Dit treurige feit is geconstateerd in het jongste verslag der Rotterdamsche afdeeling van het Schoolverbond. De commissie van bezoek dezer afdeeling werkt zeer ge brekkig, omdat zij niet talrijk genoeg is. Zij spoort lang niet alle gevallen van schoolverzuim opmaar van de kinderen, waarvan het haar bekend werd dat ze niet school gingenwas bij meer dan een derde de reden: wachten op plaatsing. Gelukkig dat het getal kinderendie tengevolge der wet op den kinderarbeid van fabrieken ontslagen werdenhier zeer gering was in het geheel maar 17 waar had men anders met hen moeten blijven? „Vraagt men, waar het aan toe te schrijven, dat in eene gemeente als Rotterdam kinderen van onderwijs verstoken blijven door de schuld van het gemeentebe stuur, dan moet het antwoord zijn: karigheid of wil men het liever anders noemen bezorgdheid voor de financiën. Onze schoolcommissie en onze raadscom missie voor het onderwijs hebben voortdurend te wor stelen met financieele bezwarendie tegen harewaarlijk niet overdreven, eischen worden opgeworpen. Nog dezer dagen werd in den gemeenteraad slag geleverd. Na eene zeer langdurige onderhandeling over do oprich ting van nieuwe scholen, was de wethouder voor hot onderwijs met voorstellen voor den dag gekomendie de strekking hadden om in de bestaande behoefte slechts gedeeltelijk en dan nog gebrekkig te voorzien. De voorstellen der genoemde commissiën werden ter zijde gesteld en het dagelijksch bestuur ging zijn eigen weg. Men moet dit was het argument met den financieelen toestand te rade gaan; in andere omstan digheden een zeer verstandig argument, maar zeker niet als er in dringende behoeften van het onderwijs voorzien moet worden; als kinderen van het volk, die leeren willen en wier ouders niet onverschillig zijn, afgewezen moeten wordenomdat de scholen reeds overbevolkt zijn. „Dat zulke toestanden mogelijk zijn in de voornaamste gemeenten van het rijk is eene waarschuwing ombij eventueele herziening der schoolwet, zorg te dragen, dat er niet enkel bepalingen in de wet worden geschre ven, maar dat ook zekerheid gegeven worde voor de uitvoering dier bepalingen. In 1857 heeft de wetgever voorzeker niet verwachtdat zelfs in machtige gemeen ten het nog zooveel bezwaren zou inhebben de gelegen heid te verschaffen om onderwijs te ontvangen." Benoemingen en besluiten. ridderorden. Vergunning verleend aan dr. J. C. G. Boot secretaris van de koninklijke academie van we tenschappen te Amsterdam, tot het aannemen en dragen der versierselen van officier der orde van de Kroon van Italië, hem door Z. M. den koning van Italië ge schonken. Alsnog benoemd, ter zake van de tweede expeditie tegen het rijk van Atchin, tot ridders 4e klasse van de militaire Willemsorde de 1' luitenant der infanterie van het leger in Nederlandsch Indie C. C. F. J. Hirsch- mannen dat wel bijzonder wegens diens gedrag bij de operatiën tegen Kelapang Doeaden 15en Februari 1874. rechterljke macht. Benoemd tot griffier bij het kan tongerecht te Sluis S. G. van Weideren baron Rengers, te Vlissingen. staatscommissies Ingetrokken, op verzoek, de be noeming van dr. S. S. Rosenstein, hoogleeraar te Lei den, tot lid der commissie, gedurende den tijd van een jaar, ingegaan 1 Augustus 1874, belast met het afne men der geneeskundige examens, volgens art. 5 der wet van 1 Juni 186-5 (Staatsblad n° 59)enmet in trekking zijner benoeming tot plaatsvervangend lid, benoemd tot lid en vice-president der genoemde commis sie dr. J. P. T. van der Lithhoogleeraar te Utrecht. militie. Ingetrokken, op verzoek, de benoeming van dén gepensioneerden kolonel J. W. G. Pels Rijcken tot militie-commissaris in het 1' district der provincie Gel derlanden tot militie-commissaris in dat district, met ingang van 1 April a.benoemd do luitenant-kolonel E. W. C. C. Storm de Grave, provinciaal adjudant in Utrecht. marine. Bevorderd, met ingang van 1 April a., tot kapitein-luitenant ter zee, de luitenants ter zee der le klasse G. Bijl de Vroe en J. Spanjaard; tot luite nant ter zee le klasse, de luitenants ter zee 2e klasse R. D. Crommelin en H. van Broekhuyzen; en tot lui tenant ter zee 2e klasse, de adelborsten le klasse A. A- Sweep, H. J. Ferguson, M. Smits en H. G. J. Wol- terbeek. leger. Benoemd bij het personeel van den genees kundigen dienst der landmacht in Nederlandsch Indië tot officier van gezondheid 2" klasse J. G. E. Machits. Kerknieuws. Bedankt voor het beroep naar Vlissingen door den heer Magendansthans predikant bij de Nederduit- sche hervormde gemeente te SlijkEwijk. Gisteren voormiddag hield de heer F. W. NT. Hu- genholtz, predikant te Zierikzee, in de Nieuwekerk aldaar zijne afscheidsrede naar aanleiding van Hebr. 12vers 1 en 2a. De plechtigheid werd verhoogd door het kerkelijk koor, dat onder directie van den heer D. H. Ezerman, op de melodie van „Gottes Rath und scheiden" van F. Mendelssohn Bartholdy bij het einde der godsdienstoefening den predikant een afscheidsgroet toezong. De gemeente liet daarop volgen Gez. 224, vers 1 en 5. Eene buitengewoon talrijke schare, ook van elders, was opgekomen. Den 11 April a. zal de heer Hugenholtz te Sand- poort zijne intreerede houden. Koloniën. Aan het mailnieuws, loopende tot 18 Februari, ontleénen wij het volgende: In Atchin werd met het nemen der rondom Kotta Radja gelegene versterkingen voortgegaan. Het krach tig optreden van kolonel Pel had op de vijandige be volking diepen indruk teweeggebracht. Niettemin blijft de vijand zich krachtig verdedigen. Inzonderheid doet hij zijn best om het op een uur afstands van den kraton gelegene Longbattah te heroveren of de gemeenschap tusschen die twee punten moeilijk te maken. De in Nederland medegedeelde berichten omtrent klachten der Engelsche kooplieden te Singapore of Pinang over de voortduring der blokkade schijnen óf overdreven óf van daar gevestigde Arabieren of Atchi- neezen afkomstig te zijn. De schadedoor de modder-overstrooming in Kedirie aan de inlandsche bevolking toegebracht, wordt op millioenen begroot. De ellende was groot, doch de particuliere liefdadigheid deed veel. Men hoopte op hulp der regeering. Den 29en April zal het landbouwcongres te Djokjo- karta geopend worden. Te Soerabaija was het derde eeuwfeest der Leidsche hoogeschool door een diner van oud-studenten herdacht. Het door eenige redacteurs van dagbladen ingediende verzoek om gratie voor den heer van Daalen is door den gouverneur-generaal van de hand gewezen. Gemengde berichten. Zekere Frans Boone heeft dezer dagen de gemeente Oostkapelle van een lastigen gast ontdaan, door het schieten van een moer-otter, die sedert lang de visch- rijkste vijvers op de daaronder gelegen buitenplaatsen onveilig maaktevoornamelijk was de goudvoren zijn geliefkoosd voedsel. Behalve dit dier, waarop reeds vroeger herhaaldelijk jacht was gemaakt, heeft de genoemde Boone in een hol nog twee jonge otters gevangen en dadelijk gedood. De te 's Gravenliage aangewende pogingen tot het bekomen der noodige gelden voor de oprichting van een gebouw voor het schildersgenootschap Pulchri Studio zijn, niettegenstaande de rente der geldleening door Z. M. den koning verzekerd was, mislukt. Men hoopt nu op bijdragen uit andere steden. Op de Almelosche weverijspinnerij en ververij zullen met 1 April de arbeidsloonen in Nederlandsche munt worden uitbetaald, waartegen de arbeiders zich echter eene korting van ruim 3 pet. moeten getroosten. Nabij Breda en nabij den Bosch hebben zich weder gevallen van hondsdolheid voorgedaan. Bij het laatstbedoelde geval werden verscheidene andere hon den en runderen alsook een paard gebeten, terwijl verhaald werd dat ook twee kinderen gewond zouden zijn. De gebetenc of door dolheid aangetaste dieren zijn afgemaakt en het vastleggen der honden is geboden. De arbeiders te Assen hebben aan de ingezetenen kennis gegeven dat het dagloon door hen met 10 cent verhoogd wordt. De Harmonie „Door het volk, voor het volk" te Breda heeft den titel van koninklijke muziekvereeni- ging verkregen, en bij die gelegenheid aan den bur gemeester der gemeente en aan haar eigen bestuurs leden serenades met fakkellicht gebracht. De heeren Kalis en Schramaannemers te Slie- drecht, hebben voor f 1,529,000 de voltooiing der af sluiting van het Reitdiep bij de Zoutkamp willen aan nemen. Daar echter hunne voorwaarden te bezwarend voor de provincie waren, is door gedeputeerde staten van Groningen tot eene herbesteding besloten. Het stoomschip Groningen heeft den 27en dezer van Suez zijne reis naar Oost-In dië voortgezet. Burgerlijke stand. (Yan 2228 Maart.) Middelburg. Ondertrouwd: C. J. Engelse, jm. 23 j., met A. Louwerse, jd. 25 j. J. van Overbeek, jm. 27 j., met M. Francoijs, jd. 26 j. Bevallen: J. F. Heijliger, geb. de Krijger, z. G. Voets, geb. Fanoij, d. G. J. Hendrikse, geb. Guiot, z. B. B. de Jong, geb. Leupen, z. C. Ouwerkerk, geb. van Geelen, z. A. P. J. Entink, geb- van de Putte, z. A. Tuijnman, geb. Bierens, z. I. S. van Hennekeler, geb. Henrij, d. Overleden: U. de Vries, weduwe van M. Emans, 64j. K. Schrijver, z. 15 m. J. de Vos, z. 2 m. M. Davidse, weduwe van C. Flipse, 55 j. P. Seumers, man van A. M. Boenders, 73 j. A. C. Bos, weduwe van J. F. Schellens, 65 j. E. S. Boes, vrouw van A. van de Velde, 33 j. C. Oerlemans, man van J. Schuppens, 69 j. F. P. Hubregtse, z. 3 j. W. N. Wondergem, z. 16 d. J. L. Einders, z. 10 m. S. Huijse, weduwe van C. Brandt, 67 j. H. F. van der Leijé, z. 15 j. C. C. Vervenne, d. 1 j. A. van Benthem Jutting, z. 2 m. S. P. de Vroome, z. 11 d.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 2