MIDDELBURGSCHE COURANT. F 75. Maandag 1875. 29 Maart. Middelburg 27 Maart. adres 3,- 1.30 6.20 1.41 6.45 1.38 8.16 i.— 8.50 1.50 9.S f.28 10.8 .3 10.29 .18 10.36 .30,10.45 7.25 8.32 8.51 9.20 I 1-~ i 7.50 8.10 8.30 Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2<® Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen. De prijs per 3/m., franco is f 3.SO. Uit Neuzen wordt ons nader het volgende gemeld „De alhier te huis behoorende tjalk Drie Gebroeders, schipper M. de Bruijnevan Rupelmonde met steen enz. naar Sas van Gent bestemdis jl. Donderdag morgen te 8 urennabij Bathin het nauw van het vaarwater aldaaraangevaren door de Zweedsche stoomboot Phonix, van Antwerpen komende. De aanvaring was zoo hevig dat de tjalk slechts eenige minuten later in de diepte wegzonkzoodat de aan boord zijnde personenname lijk de schipperzijne vrouw vijf jonge kinderen en de knechtzich in allerijl in de sloep moesten begeven, om hun leven te behouden, terwijl men hoegenaamd niets heeft kunnen redden. De kapitein heeft hen aan boord der stoomboot over doen gaanhen van alle be- noodigdheden voorzienen hen later te Neuzen aan wal doen zetten. Daar niets was verzekerd en het schip verloren zal zijnis de schipper op eenmaal van zijn bestaan beroofd." Men schrijft ons uit Zierikzee „Nu de zoo pas door mij besproken nieuwe staatsblad- notarisplaats werkelijkik zou haast zeggen met stoom, vervuld ishebben uwe lezersvooral die in het arron dissement Zierikzee, recht op eenige toelichting, om de zonderlinge handeling van den minister van justitie beter te kunnen beoordeelente meer daartegen aller verwachtingRenesse onder de 26 gemeentenwaaruit ons arrondissement bestaatde eer te beurt vielaan gewezen te worden als standplaats voor den benoem den notaris mr. J. A. Bolle. „Tot recht verstand der zaakslaan we op de nieuwo notaris-residentie een vluchtigen blik. Renesse is, zoo als aardrijkskundige woordenboekmakers zouden na schrijven, een lief kerkdorp met 585 zielen, gelegen in het kanton Brouwershaven, dat, gelijk ik in mijn vorigen meldde, 9960 inwoners en thans 3 notarissen teltIn de nabijheid er van vindt men de iets grootere plaatsen Haamstede, Burgh, Eikerzee en de kleinere Noordwelle, Serooskerke en Ellemeet. Te Haamstede, een uur afstand van Renesse, resideert sinds 1827 de notaris de Kater. De gemeenten Zierikzee en Brouwers haven zijn drie uren van Renesse verwijderd, en te Brouwershaven woont sedert het laatst van 1867 een notaris. Vóór dien tijd was het eenige jaren open en alzoo in het kanton Brouwershaven slechts éen notaris. Nu lijkt het wel een pakhuis. „SchouwenDuiveland met een bevolkingscijfer van 22,944, heeft thans 6 notarissendie allen op Schouwen wonen. Duiveland met 5150 inwoners is zonder notaris „Renesse is eene nieuwe standplaats, die, geheel in strijd met de vroegere beloften, niet vooraf is kenbaar gemaakt; doch aan zulke inconsequentiën zijn we te gewoon om er langer bij stil te staan. „De oorzaak dezer vreemde manoeuvre is echter niet ver te zoeken. Reeds in het vorige jaar vroeg de con servatieve mr. C. van der Lek de Clercq ontslag als notarisonder voorwaarde dat zijn zoon hem zou ver vangen. Men weet dat er in het departement van justitie een afzonderlijk wetboekje isdat de erfopvol ging van het notarisambt regelt, even als de grondwet die van den koning. Door voldoening aan dit verzoek^ tegelijk met de benoeming van m'. Bolle (die voor libe raal doorgaat), heett men de eonciliante of schipper- politiek gevolgd en op de aanstelling van m'. J. C. van der Lek de Clercq in plaats van zijn vaderzonder aan andere candidaten gelegenheid tot mededinging te geven, een pleister gelegd. „Het geheel levert een prachtig figuur om van 't na- aar, als het dan nog niet vergeten is, de begrooting van justitie te illustreeren." Onze Haagsche correspondent schrijft ons het volgende: „Heden ochtend Donderdag den 25en Maart ontvang ik eerst een stuk van het verslag der kamer zitting van 19 dezer. Wat die staatsindustrie toch onovertrefbaar vlug werkt! En ik had, en waarschijn lijk velen met mij nu juist met buitengewone belang stelling naar de vellen uitgezienwaarin de beraadsla gingen over de aangenomen vestingbegrooting waren opgenomen. Wat er in de zitc van Vrijdag gespro ken is weten we uit de tamelijk wèl overeenkomende dagbladverslagen wel reedsmaar die verslagen kwamen niet overeen op éen hoofdpuntover eene enkele in de zitting gemaakte beweging, waaruit afge leid moest worden of de minister van oorlog heengaan of aanblijven zou. Op een gegeven oogenblik namelijk had de minister met het hoofd gekniktwanneer die hoofdknik gegeven was stond echter na de lezing der dagbladverslagen nog in het geheel niet vast. Van hoe kleine dingen kan de politiek toch al niet afhangen De heer van de Putte had namelijk gezegd, toen hij de aanneming van het amendement der commissie van rappor teurs ontried, dat het hier niet gold eene uitspraak over het vasthouden of afsnijden van des ministers levensdraad) want dat deze bij zijne tegenwoordige verhouding tot de kamer toch onmogelijk zou kunne.) blijven zitten. Nu had de minister van oorlog bij deze woorden door een hoofdknik een teeken van instemming gegeven; maar op welk oogenblik? Volgens het Haagsche Dag blad, aan welks kamerverslag de ex-commissaris, thans minister, Heemskerk in diezelfde zitting nog eene hulde wegens juistheid bracht, was het teeken gegeven na de eerste zinsnedevolgens de meeste andere dag bladen na de tweede. Heeft het Haagsche blad gelijk, dan zou de minister dus eenvoudig hebben te kenneó gegeven dat zijne portefeuille hierbij niet betrolj&en was; hebben de anderen gelijk,- dan meent hij te «fioe- ten aftreden. „Het officieele Bijblad nu geeft hoegenaamd geen lichtde hoofdknik is daarin in het geheel niet vermeld. Zelfs treft men er niet in aan het [de minister geeft een teeken van toestemming], dat nu en dan wel eens in het verslag voorkomt. Heeft men dit opzettelijk nagelaten om aan de goê gemeente het raadseltje wat moeilijker te maken? Bijna zou ik dit gaan denken; want door de lezing van het verslag wordt men niet wijzer aangaande de vermoe delijke handelwijze van den generaal Weitzel. Hij heeft gesproken van hetgeen hij tot uitvoering der vestingbegrooting zou kunnen doen uitvoeren in 1875 hij blijft. De minister van binnenlandsehe zaken heeft dus bij het amendement der commissie van rapporteurs in eene zeer geestige speech de kabinets-quaestie gesteld, de minister van oorlog zal dus in geen geval alleen aftreden. Mi ar daarentegen is noch de generaal Weit zel n 'ch de minister van binnenlandsehe zaken opge komen tegen de redevoeringen van den heer van de Putte en van de andere sprekers, die de aanstaande aftreding van den minister van oorlog als een feit beschouwden, de minister gaat dus. „Bij dit ja en neen leg ik het Bijblad, even weinig ingelicht als vóór de lezing, weer uit de handen, en vermeld u het geruchtdat ik echter niet controleeren kandat de generaal Weitzel inderdaad zal aftreden en zijne ambtgenooten dus weldra „op beroep zullen uitgaan." „Toen ik mijn brief begon meende ik spoedig uit het Bijblad licht te zullen ontvangen; ik heb daarop echter een ganschen dag moeten turen om vruchte loos naar dat doel te streven. Ziedaar de reden waarom ik mijn correspondentie eerst thans, Vrijdag, verzend." In het hoofdkiesdistrict Haarlem worden pogin gen aangewend tot het oprichten eener algemeene libe rale kiesvereeniging voor het geheele district. Den 13en April zullen afgevaardigden der verschillende kie- zersvereenigingen daartoe te Haarlem eene vergadering houden. Blijkens het financieel verslag der Hollandsche ijzeren spoorwegmaatschappij is het dividend over 1874 vastgesteld op f 65.90 per aandeel of ruim 6J pet. De reservekas heeft haar maximum nog niet bereikt, dewijl daaruit dit jaar de schade, uit eenige ernstige j spoorwegongelukken voortspruitende, moest betaald worden. Dat de exploitatie ondanks de ongekende I duurte van materialen en arbeidsloon toch nog het j genoemde dividend heeft opgeleverd, is toe te schrij- ven aan het steeds toenemend vervoer op de oude l lijnen en tevens een bewijs voor de productiviteit van het in exploitatie gebrachte gedeelte van den Ooster- j spoorweg. In de Staats courant van heden is opgenomen -de door den minister van binnenlandsehe zaken yastge) stelde instructie ter uitvoering van het reglement be treffende de samenstelling, het onderzoek en den ijk I der gasmeters, vastgesteld bij koninklijk besluit vanl2 September 1874 (Staatsblad n". 128). Benoemingen en besluiten. consulaten. Erkend en toegelaten als vice-consul van België te Batavia G. Suyckerbuyk. Onderwijs. Na afgenomen vergelijkend examen werd te Biervliet den 23,m dezer voor de vaeeerende betrekking van hoofdonderwijzer opgemaakt een zestal, bestaande uit de heeren1. C. N. De Beste, te Ingen 2. P. Verhage te Kortgene; 3. C. Kole, te Kloetinge; 4. G. A. Schenk, te Tiel; 5. Van der Waay, te Dordrecht en 6. P. E. Antonite Amsterdam. De twee eerstgenoemden zijn aldus geplaatst na lotingdaar beiden een gelijk aan tal punten behaalden. Kerknieuws. De heer Jvan Leeuwenpredikant bij de her vormde gemeente te Colijnsplaatviert morgen, Zondag, zijne 45jarige ambtsvervulling. Hij trad den 28** Maart 1830 te Vrouwepolder in diensten werd in 1846 in zijne tegenwoordige gemeente beroepen. Door de hervormde gemeente te Axel is toezegging van beroep gedaan aan den heer C. Diehl, predikant bij die gemeente te Chaam (Noord-Brabant.) Gemengde berichten. Het is ons gebleken niet overbodig te zijn bekend te maken dat de door den gemeenteraad alhier vastge stelde en bereids door ons medegedeelde artikelen der plaatselijkepolitie-verordening nog niet in werking zijn getreden. Daartoe moet de nieuwe verordening eerst nog in haar geheel vastgesteld, door gedepu teerde staten van Zeeland goedgekeurd en vervolgens afgekondigd worden. Onze mededeeling strekte alleen om onze lezers op de hoogte te houden hoeverre men met de vaststelling gevorderd is. Teneinde het verbouwen van scholen te Amster dam gemakkelijk en zonder overhaasting te doen plaats hebben, is aldaar een verplaatsbare houten school ge bouwd, waarin telkens tijdelijk school gehouden wordt, wanneer eene school in een of ander gedeelte der stad veranderd moet worden. Voor de herschepping eener school in de Zwanenburgerstraat zal dit gebouw het eerst dienen. Toen onlangs te Dresden aan de recruten de eed van trouw werd afgenomen deed zich het volgende kluchtige geval voor. In het formulier van den eed staan de woorden: „den keizer te land en te water trouw te zullen dienen." Een van de recruten, die het niet op water begrepen scheen te hebbenverklaarde niet te willen zweren, dat hij op het „water" trouw zou dienen. Men trachtte hem aan zijn verstand te brengendat dit slechts een formaliteit was en hij stak andermaal de beide voorste vingers omhoog; toen hij echter weder aan de woorden: „te water!' kwam, liet hij wederom den arm vallen en riep uit: „Neen te water wil ik niet; ik wil een goed landsoldaat zijn,, maar te water wil ik nietl" Toen men hem eindelijk herhaaldelijk had voorgehouden, dat het formulier ook

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 1