BUITENLAND.
I
Algemeen Overzicht.
de schouderen van den staat? Ook vreesde hij zeer,
dat de regeering misbruik zou maken van de nog niet
geregelde heerediensten ten behoeve van den spoorweg
bouw. Ten slotte achtte ook hij eene verbeterde com
municatie volstrekt onnoodig in de streek, welke zij
moet doorsnijden. Ditmaal moest de minister zich aan
Britgch Indië spiegelen, waar men is begonnen met
concessie en ëerst ntidat dit goed had gewerkt, vroeg
men zich af of de staat zelf kon optreden. Dat ge-
geschiedde eerst nadat een gezonde politiek in Britsch-
Indië was ingevoerd. Men wachte totdat men dat ook
van Nederlandsch-Indië kunne zeggen.
De heer Gratama verdedigde in 't breede het beginsel
van staatsexploitatie en het daarop gegronde regeerings-
ontwerp, dat een begin moet wezen voor een uitge
breider net gelijk men dit nu reeds verlangt.
De minister van koloniën betuigde zijne warme be
langstelling in de zaak van den spoorwegaanleg op Java.
Deze is nu reeds 55 jaren slepende. Kochussen schreef
reeds in 1846 dat het nut van spoorwegen op Java
door niemand kan bestreden worden. In 1847 waren
reeds de houten dwarsleggers aanbesteed, maar toen
veranderde weêr de zienswijze en sedert is de zaak
slepende gebleven. Van overhaasting kan dus geen
sprake zijn. Spoorwegen zijn noodig tot ontwikkeling
van het vervoer der landbouwproducten, tot spoedige
verplaatsing van troepen die zoodoende in een gezonde
streek kunnen gehuisvest worden. En wat het stelsel
betreft, particuliere aanleg kon niet geschieden zonder
staatshulp of rentegarantie. De staat doet dan middel
lijk wat hij even goed direct kan doen. De geschiede
nis der Nederlandsche spoorweg-maatschappij was geen
antecedent, waarop de tegenstanders van staatsaanleg
zich konden beroepen. Ook bewees de geschiedenis
van Britsch Indië dat particulieren duurder bouwen dan
de staat, die dan ook, veel geld en veel krediet heb
bende, veel beter over de noodige middelen kan be
schikken, ook wat personeel betreft. Wat de keuzo
der lijn betreft, zij is hierop gegrond dat het de ecnige
weg waswaarvoor voldoende gegevens aanwezig waren
en bovendien een wegdie loopt over eene streek welke
het meest dadelijk belang heeft om met de zeehavens
verbonden te worden.
De minister trachtte voorts nog enkele bezwaren te
wederleggen en zeide ten slotte, dat hij zich heeft
voorgesteld de binnenlanden van Java met de kust te
verbindendan zal langzamerhand alles tot stand komen
wat voor de spoorwegverbinding in Indië noodig is.
De kamer zal later over andere lijnen kunnen beslissen
en zij kon zich dus voorloopig bij dit ontwerp neder -
leggen.
De heeren Storm van 's Gravesande en Fabius deinsden
terug voor het leggen van nieuwe lasten welke voor
het bestuur in Indië uit staatsaanleg zullen voortsprui
ten bij al hetgeen nog op den staat drukt vooral ten
gevolge van den ongelukkigen oorlog met Atchin.
Evenals de heer Storm verklaarde ook de heer van
Na am en zich tegen staatsexploitatie. De beer Nier-
strasz sloot zich aan bij het bezwaardoor den heer
Mirandolle ontleend aan de vele openbare werken die
nog in het ongereede liggen, en betoogde ookdat het
publiek nut van de geprojecteerde lijn niet in verhou
ding stond tot do groote offers die zij zou vergen.
Sommige leden en de minister repliceerden nog. De
heer 's Jacob nam het daarbij warm op voor de Indi
sche spoorwegmaatschappij, aan wier energie hij hulde
bracht omdat hij haar door des ministers woorden
miskend achtte. De minister gaf, naar aanleiding
van eene vraag van den heer van Naamen, te kennen,
dat bij verwerping van het wetsontwerpverdere spoor
wegopnemingen eerst na verloop van tijd zouden kun
nen geschieden.
Nadat de algemeene beraadslagingen waren gesloten,
werden de beide artikelen goedgekeurd en werd het
wetsontwerp met 44 tegen 21 stemmen aangenomen.
Zitting ran Vrijdag 19 Februari.
{Per telegraaf
Na verwerping der conclusie van de meerderheid der
commissie over het rapport betreffende de koffie-cultuur,
met 42 tegen 26 stemmenging de kamer over tot
regeling van hare werkzaamheden.
In de volgende week zullen in de afdeelingen wor
den onderzocht de wetsontwerpen betreffende de orga
nisatie der militaire academie, de maatregelen tegen
de hondsdolheid, de herziening der kiestabel en liet
wetsvoorstel tot aanleg van spoorwegen. In de open
bare zittingen zullen worden behandeld, het wetsont
werp tot regeling der militaire pensioenen bij de zee
macht en in Maart dat op de politie op de spoorwegen.
Door de regeering werd medegedeeld, dat bij den
raad van state aanhangig is eene wijziging der begroo
ting voor het departement van oorlog in verband met
eene wijziging der begrooting voor het vestingstelsel.
Van de regeering is ingekomen een wetsontwerp tot
inkoop en amortisatie van staatsschuld.
Naar aanleiding van de wijziging, welke art. 1 van
het wetsontwerp houdende voorziening tegen hondsdol
heid heeft ondergaanheeft de commissie van rappor
teurs voor dat wetsontwerp besloten tot een tweede
sectie-onderzoek op dit punt.
Gemeenteraad Tan middelburg.
Zitting van heden, 19 Februari.
Voorzitter de heer Schorer.
Afwezig de heer van Hoek.
De notulen van het verhandelde in de zitting van
20 Januari wórden na voorlezing goedgekeurd.
Voor kennisgeving wordt aangenomen de mededee-
ling van den voorzitterdat de heer van Hoek bericht
heeft ingezonden van verhindering tot het bijwonen
dezer zitting, uithoofde van ongesteldheid.
Evenzoo worden voor kennisgeving aangenomen drie
missives van gedeputeerde staten, houdende goedkeu
ring van raadsbesluiten.
Wordt gelezen een adres van den heer W. Alberts
alhier, namens zijn nader te noemen principalen, hou
dende verzoek om burgemeester en wethouders te mach
tigen met hem in onderhandeling te treden over den
aankoop ter bebouwing van een gedeelte van het ter
rein bij de loskade.
Zonder beraadslaging wordt dit verzoek ingewilligd,
en het stuk mitsdien in handen van burgemeester en
wethouders gesteld.
Voorts geschiedt voorlezing van een adres van A. Pij-
peling, te Zierikzee, die te kennen geeft dat hij zijne
boeierschuit heeft verkocht aan A. van der Ilueht al
daar en hij wenscht op te houden beurtschipper tus-
schen Middelburg en Zierikzee te zijn. Hij verzoekt
mitsdien eervol ontslag als zoodanig en ontheffing van
zijn borgtocht van f 500.
Burgemeester en wethouders stellen voor, het ge
vraagd eervol ontslag te verleenen en hen te machtigen
om over de vervulling der vacatnre met het gemeente
bestuur van Zierikzee in overleg te treden.
Dienovereenkomstig wordt zonder hoofdelijke stem
ming besloten.
Nog is ingekomen een adres van den heer A. den
Boer, in zijne betrekking van voorzitter van het bestuur
der Nijverheids-vereeniging alhierdie te kennen geeft,
dat bij dat bestuur het voornemen bestaat om de in
het vorige jaar als proef ondernomen steenbakkerij op
meer uitgebreide schaal voort te zettendoch het daar
toe van belang is dat de vennootschap eenige zekerheid
verkrijge dat voor die onderneming een eenigszins uit
gebreid terrein beschikbaar kan gesteld worden. Het
bestuur is bereid het aan den adressant verhuurde perceel,
waarvan verleden jaar een gedeelte tot proefneming be
schikbaar werd gesteld, ter grootte van 7 hectaren
49 centiaren, voor 28 jaren te huren tegen den thans loo
penden huurprijs van 860. Adressant verzoekt daarom
dat bedoeld perceel aan de Nijverheids-vereeniging
in gebruik moge worden afgestaan, met bevoegdheid
daaruit klei te mogen vergraven en verbruiken tot het
vervaardigen van steen-, onder uitkeering aan de ge
meente van een prijs van 20 cent per kubieken meter.
Op voorstel van burgemeester en wethouders is hun
opgedragen om, alvorens een definitief besluit omtrent
dit adres te nemendoor drie deskundigen een onder
zoek te doen instellen naar den toestand der gronden
in quaestie en daarvan rapport in te wachten.
De zitting gaat over in eene met gesloten deuren.
Na de hervatting der openbare werkzaamheden
wordt de schuttersraad van de dienstdoende schutterij
alhier op zijn verzoek gemachtigd, om op zijne be
grooting van 1874 van art. 10 at te schrijven 66.73
en daarvan over te schrijven 15.76 op art. 15 en
50.97 op art. 18.
De in duplo ingezonden rekeningen van de wissel
bank over 1874 worden zonder beraadslaging goed
gekeurd.
Van de kamer van koophandel en fabrieken alhier is
eerie missive ingekomen houdende verzoek om alsnog
eene som van 64.18 ter harer beschikking testellen
tot dekking van het kwaad slot op de voorloopige re
kening der kamer over 1874.
Zonder beraadslaging wordt besloten, dit verzoek in
te willigen.
Van dezelfde instelling is eene aanbeveling ingeko
men ter vervulling der vacature in de commissie tot
het examineeren van varensliedenontstaan door het
overlijden van den heer A. H. G. Fokker. Daarop zijn
geplaatst de heeren B. A. Fokker en M. C. Jeras,
scheepsreeders alhier.
De benoeming wordt tot een volgende zitting aange
houden.
Van den heer J. J. P. Hector, te Vlissingen, is
bericht ingekomen dat hij afziet van zijne in de vorige
zitting besproken aanvraag, daar deze overbodig is
geworden, aangezien hij het petroleum-magazijn der
heeren van Uije c°. heeft gekocht.
Deze mededeeling wordt voor kennisgeving aange
nomen.
Daar de heer P. J. van de Sande heeft bedankt voor
zijne benoeming tot hulponderwijzer aan school C
(hoofdonderwijzer de heer van Sluijs), stellen burgemees
ter en wethouders voorden heer L. H. Dormaar, thans
hulponderwijzer op de school G (hoofdonderwijzer de
heer de Man)met 1 Maart a. in gelijke betrekking
over te plaatsen naar school C. Vertrouwende dat daar
tegen geen bezwaar zou bestaan, hebben zij spoeds
halve reeds eene oproeping van sollicitanten gedaan
voor de openvallende betrekking op school G.
Zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel goed
gekeurd.
De voorzitter deelt mede dat het gisteren 25 jaren
geleden is dat de heer J. W. de Raad als gemeente
ambtenaar alhier werd aangesteld en burgemeester en
wethouders hem ter belooning van zijn ijver en wel
willendheid den titel van griffier hebben verleend.
Deze mededeeling wordt voor kennisgeving aange
nomen.
Hetzelfde is het geval met de volgende mededeelin-
gen van den voorzitter
a dat de verkoop van boomen en hakhout 576.45
heeft opgebracht
b dat van een onbekende f 30 is ingekomen als te
min betaalden hoofdelijken omslag;
c dat de boeken en kas van den gemeente-ontvanger
door burgemeester en wethouders opgenomen en in
orde bevonden zijn, zijnde in kas 24,627.98)
d dat a. Maandag in druk verkrijgbaar zal zijn het
kohier der plaatselijke directe belasting op de inkom
sten over 1875, hetwelk dan tevens afgekondigd en ter
inzage gelegd zal worden,
De zitting wordt gesloten.
Het vermoedendat de discussiën over het wets
ontwerp betreffende het beheer van de eigendommen
der katholieke gemeenten in den Pruisischen landdag
een scherp karakter zouden aannemen is reeds beves
tigd. Terstond bij de opening der algemeene beraad
slagingen nam de ultramontaansclie afgevaardigde
Reichensperger het woord, om het wetsontwerp te
bestrijden, dat hij als een ongehoorde aanval op de
zelfstandigheid der katholieke kerk qualificeerde. De
geheele nieuwe kerkelijke wetgeving, waardoor het
stelsel van absolute staatsmacht werd in toepassing
gebracht, achtte hij hoogst verderfelijk en eene de vrijheid
doodende tyrannie, zooals zelfs door den Italiaanschen
staatsman Bonghi, die op hetzelfde standpunt staat
als de minister Falk, was erkend. Het thans aan
hangige wetsontwerp ging echter nog verder dan de
andere kerkelijke wettendaar het de kerkelijke
organisatie aan de bisschoppen ontneemt en aan het
staatsgezag overdraagt, waardoor de kerk zou worden
gedemocratiseerd en art. 15 van de constitutie zou wor
den geschonden. Hij hoopte daarom dat de kamer het
wetsontwerp zou verwerpen, gedachtig aan het spreek
woord: eendracht maakt macht, tweedracht verdeelt.
De liberaal Windthorst begroette het wetsontwerp
met ingenomenheid omdat het de katholieke geestelijk
heid zou noodzaken zijn negatieve houding op te geven
en de weldaden die het aan de katholieke gemeenten
zou schenken haar niet mogen worden onthoudenter
wijl het eene onwaarheid was, dat het ten doel zou
hebben de katholieke kerk te vervolgen. Wat betreft
de uitspraak van Bonghi, deze kan niet als een auto
riteit gelden omdat hij als een warm vriend van Frank
rijk er belang bij heeft de tweedracht in Duitschland
te bevorderen. Het wetsontwerp heeft werkelijk ten
doel de katholieke kerk te democratiseerendoch dit
is geen argument er tegenmaar wel er vóór, daar de
katholieke kerk het steeds als een van haar krachtigste
levensbeginselen heeft beschouwd dat zij op democrati
sche grondslagen rust, en ten aanzien van sommige
bepalingen zou men door eene commissie van 14 leden
waarschijnlijk het best tot overeenstemming kunnen
komen.
Met dit denkbeeld kon de minister Falk zich wel
vereenigen, die vervolgens den heer Reichensperger
bestreed en een loopje nam met diens citatenzoodat
de kamer herhaaldelijk in lachen uitbarstte. Hij be
toogde voorts, dat het tegenwoordige wetsontwerp een
noodzakelijk en consequent gevolg van de Meiwetten
was, een onmisbaar complement, en hij sprak hierbij
eene overtuiging uitreeds vroeger door ons aangevoerd
als een motief waarom wellicht de wet op het burgerlijk
huwelijk niet vroeger was tot stand gebracht. „Ik ben
er stellig van overtuigdzeide hijdat de wet op het
burgerlijk huwelijk nog niet zou zijn ingevoerd mdien
niet de ervaringen tengevolge van de Meiwetten opge
daan voor hare aanneming hadden gepleit." Na uit
voerig te hebben betoogd dat het aanhangige wetsont
werp volgens de grondwet volkomen geoorloofd is, stelde
hij in het licht dat het voornamelijk ten doe! heeft de
rechtspersoonlijkheid der katholieke gemeenten ten
aanzien van het beheer over hare goederen te rege
len, waaraan zij groote behoefte hebben, wat hij
door bijzonderheden aantoonde. Zelfs deelde hij eenige
gevallen mede van geestelijken die zich aan de be
zittingen van hunne gemeente hadden vergrepen, aan
feitelijken diefstal zich hadden schuldig gemaakt; zoo
dat het duidelijk genoeg bleek hoe noodzakelijk het
was de administratie der kerkelijke goederen aan de
geestelijken te ontnemen en bij wettelijke collegiën
over te brengen. Op verlangen van den katholieken
afgevaardigde Windthorst noemde de minister ook de
namen van de overtreders. Nadat nog verschillende
sprekers het woord hadden gevoerd is het wetsontwerp
in handen van eene commissie van 21 leden gesteld.
Aan de tusschenkomst der regeering, of liever aan
den vurigen wensch van MacMahon, dat het gouver
nement zal worden geconstitueerd, zal Frankrijk mis
schien te danken hebben, dat nog overeenstemming
worde verkregen ten aanzien van het wetsontwerp tot
instelling van een senaat. De vertegenwoordigers van
het linker- en rechter-centrum en van den groep La-
vergne-Wallon zijn het eens geworden over eene rege
ling volgens welke door de kamer van afgevaardigden
75 onafzetbare senatoren voor hun leven zouden worden
aangesteld, terwijl de 225 overige door de generale raden,
enz., zouden worden verkozen en wel voor ieder depar
tement 2. De bepaling omtrent de benoeming van 75
senatoren voor hun leven vond echter al dadelijk oppo
sitie bij de linkerzijde en de uiterste linkerzijde, en het
schijnt dat daarom Mac-Mahon heeft besloten om ook
daarvan afstand te doen. In de vergadering der con-
stitutioneele commissie werd althans gisteren door den
minister medegedeeld, dat de regeering zich vereenigt
met de verkiezing van alle leden van den senaat dooi
de generale- en arrondissementsraden en de afgevaar
digden aan de gemeenteraden-, zonder de bepaling dat
de verkiezing moet plaats hebben uit de hoogstaange
slagenen de regeering zal de bepaling omtrent de be
noeming van een derde der leden door den president
der republiek niet steunen.
Na deze verklaring der regeering, tengevolge van de
discussiën in de verschillende partij-groepen afgelegd,
bestaat cr alle kans dat weldra een wetsontwerp zal
worden samengesteldhetwelk op eene meerderheid zal
kunnen rekenen; de constitutioneele commissie heeft
dan ook terstond hare zitting tot heden verdaagd en
zal misschien morgen reeds een rapport uitbrengen,
waarvoor de urgentie zal worden gevraagd zoodat bet
Maandag in behandeling zal komen. Voor zooveel de