MARi.ME. Eervol uit den zeedienst ontslagen, op ver
zoek, de lc luitenant bij het korps mariniers H. J. Jolles.
Onderwijs.
Behalve de reeds vroeger genoemde vreemde geleer
den, die aan de Leidsche feesten zullen deelnemen, heb
ben zich nog aangemeld de hoogleeraren Kahnis en Bruhns
uit LeipzigGrohe uit Greifswald, J. B. Stark en Kuno
Fischer uit Heidelberg, waarmede het getal der gasten
uit het Duitsche rijk tot 26 gestegen is. In het geheel
komen er, met de twaalf hoogleeraren der Nederlandsche
universiteiten, 77 vreemdelingen, wier behoorlijke huis
vesting bp de gegoede ingezetenen van Leiden reeds
verzekerd is.
lïftrïne ea leger.
Zr. M". stoomschepen Cornells Dirks, kommandant
van Goens, en Prinses Marie, kommandant de Jos-
selin de Jong, zijn den 22™ December van het vorige
jaar te Paramaribo aangekomen.
Kunstule nws.
De navolgende jeugdige kunstenaars worden gedurende
het jaar 1875 door Z. M. den koning uit zijne par
ticuliere middelen gesubsidieerdde heeren E. van
der Meer, P. P. Windt, M. Boks, Fred. J.Du Chastel,
P. Haaxman en mej. Hermine van der Haaste'sHage
P. A. Schipperuste BotterdamH. Boss, te Groningen
N. Harder, W. J. Oppenoorth, N. Steffelaar, S. Kool,
W. SteelinkH. B. KoekkoekJ.' H. Wijsmuller en
mej. L. Charlotte van der Keilen, te Amsterdam.
Landbouw.
Aan het Duitsche ministerie van landbouw is men
ijverig bezig met het beramen van maatregelen om de
invoering van den Amerikaanschen aardappelkever
te voorkomen. Aan de verschillende maatschappijen
van landbouw zgn verscheidene exemplaren eener ver
handeling over dit insect en zgn schadelijke uitwer
king verzonden. Ook zal gezorgd worden dat aan de
schependie uit Amerika naar Duitsche havens ver
trekken, beschrg vingen en teekeningen van den kever
zullen verstrekt worden teneinde de passagiers zooveel
mogelijk tegen den gevaarlijken gast te waarschuwen
en hen tot zijne uitroeiing aan te sporen.
Gemengde berichten.
Een Engelsche schooner, die te Velzen eement
gelost had, is den 28™ dezer door het Noordzeekanaal
rechtstreeks naar zee gegaanhetgeen, in strijd met
vroeger daaromtrent gegevene berichtende eerste maal
is dat zoo iets plaats vindt.
Voor eenigen tijd liep het ongeloofelijk gerucht
dat in sommige streken van Noord-Holland wolven
ronddoolden. Een veehouder te Watergraafsmeer heeft
thans de ongegrondheid van dit praatje bewezen door
twee groote honden neer te schieten, die des nachts
de schapen aanvielen en verscheurden.
Een landbouwer te Molenaarsgraat (Zuid-Holland)
schgnt bijzondere aantrekkelgkheid voor de dieven
zijner buurt te bezitten. Voor een jaar of wat ontstal
men hem f 700in Augustus van het vorige jaar tien
zilveren en drie gouden medailles der Maatschappij van
landbouwwaarbij van buitenbraak gebruik werd ge
maakt, en nu weder zijn de dieven in zijn slaapvertrek
doorgedrongen, hebben uit zijn broekzak den sleutel
zijner secretaire genomen, en daaruit ontvreemd ruim
f 1000 aan bankpapier en een zak met meer dan f 100
aan zilvergeld.
Een detachement van 37 militairen onder bevel
van een 1™ luitenant is in de streek van Westerwolde
(Groningen) gedetacheerd, om de leidijken langs de
Pruisische grenzen te bewaken en te voorkomen dat
deze door de Duitsche grensbewoners doorgestoken
worden om het overtollige water van hun landerijen te
doen afioopen.
De commissaris des konings in Friesland heeft de
gemeentebesturen in die provincie aangeschreven dat
niet dan in gevallen van volstrekte noodzakelijkheid de
lotingen voor de nationale militie gehouden mogen
worden in herbergen. Een minder geschikte plaats
voor de loting, die toch al zooveel aanleiding tot dron
kenschap geeft, schijnt dan ook nauwelijks denkbaar.
Nabij Sittard zgn bij het uithalen van kiezel
eenige Komeinsche graf-urnen te voorschijn gekomen,
waaronder een van blauwachtig glasgevuld met been
deren. Verschillende koperen voorwerpen werden daar
bij gevonden, als een groote speld, twee fraaie hand
vatsels een paar achtkantige ringen en een holle plaat,
voorstellende een leeuwenkop met een ringetje in den
muil.
De beroemde Engelsche geschiedschrgver Carlyle
is door de koningin benoemd tot kommandeur der Bath-
orde en de dienter Tennyson in den adelstand verheven
met den titel van baronet. Of de in alle werelddeelen
bekende-naam der beide schrijvers door deze onder
scheidingen iets winnen zal, schijnt twijfelachtig.
Verkoopingen en aanbestedingen.
Ter provinciale griffie van Zeeland liggen ter lezing
de voorwaardenwaarop door het departement van
binnenlandsche zaken (staatsspoorwegen) op den llen
Februari a. zal worden aanbesteed het fundeeren en
opbouwen van twee pijlers en het maken van eenige
verdere werken binnen Botterdam.
Thennoineterstand.
28 Jan. 's av. 11 u. 45 gr.
29 'smorg. 7u.47gr.'smidd. 1 u.48gr.'sav.6u.47gr.
Polderbestuur van Walcheren.
Buitengewone algemeene vergadering van Zaterdag 30 Januari.
Voorzitter de heer D. A. Dronkers.
Afwezig de heeren Verhage en Vis, de laatste met
kennisgeving.
In de eerste plaats geschiedt voorlezing van het
koninklijk besluit van 19 September 1874waarbg de
heer D. A. Dronkers tot voorzitter van het polderbe
stuur van Walcheren benoemd is.
Vervolgens neemt de voorzitter het woord en zegt
in hoofdzaak het volgende
Mijne heeren! Het zij mij vergund bij mijn eerste
optreden als voorzitter in deze vergadering een kort
woord vooraf te doen gaan, een woord van dank en
een woord van aanbeveling; een woord van dank voor
het vertrouwen in mij gesteld, een wcord van aanbe
veling in uwe verdere welwillendheid. Ik heb niet
geaarzeld de betrekking van voorzitter aan te nemen.
Ik deed dit omdat mij daardoor een zeer aangename
werkkring geopend werd; ik deed het in de hoop
daardoor in de gelegenheid te zullen gesteld worden
iets tot nut van den polder Walcheren toe te brengen
en alzoo eenigermate te kunnen aanvullen het verlies
dat de polder door den dood van mijn voorganger ge
leden heeft. Ik ontveins mij niet de zwaarte mijner
taak en de groote verantwoording die op mij rust,
doch ik zal al het mogelijke aanwenden om alle mijne
verplichtingen met de uiterste nauwgezetheid na te
komen. Daartoe heb ik echter twee zaken noodig:
uwe medewerking en uw vertrouwen. Verleen mij de
eerstevereer mij met het andere. Ik geef de verze
kering mijnerzijds al het mogelgke te zullen doen om
mij uw vertrouwen ten volle waardig te maken.
De heer van Berlekom beantwoordt als voorzitter van
het college van commissarissen van het polderbestuur
de toespraak van den voorzitter. De voordracht, zeide
hijheeft den heer Dronkers het bewijs geleverddat
commissarissen er op gesteld zijn hem tot hun hoofd
te hebben. Wij danken hem voor zijne toespraak en
geven hem de verzekering dat wij onzerzijds alles zul
len aanwenden om zijne zware taak zooveel mogelijk
te vergemakkelijken.
Voor kennisgeving wordt aangenomen de mededee-
ling van den voorzitterdat de heer Vis bericht heeft
ingezonden verhinderd te zijn tot het bijwonen dezer
vergadering.
Daarna is aan de orde het onderzoek der geloofs
brieven van de opnieuw gekozen commissarissen J. de
Visser, C. Volkers, P. Boone, D. Eooze en m'. A. M.
Becius, alsmede van den voor de eerste maal gekozen
commissaris J. Mesu. De heeren Loeff, Liebert. en de
Nood werden met dat onderzoek belast. Bg haar te
rugkeer bracht de commissie bij monde van den heer
Loeff rapport uit, waaruit bleek dat de stukken in
orde zijn bevonden, zoodat tot toelating der genoemde
heeren besloten wordt. De voorzitter wenschte de her
benoemde commissarissen geluk met het vernieuwde
blijk van het vertrouwen der ingelanden en beval hun
de belangen van den polder bij voortduring aan. De
heer Mesu werd vervolgens ter vergadering binnenge
leid, legde de voorgeschreven eeden af en nam, na
gelukwensch van den voorzitterzitting.
Daar de duinen aan het strand der Noordwatering
voor Domburg in den laatsten tijd en voornamelijk
door den stormvloed van 9 December 1874 weder aan
zienlijk hebben geleden en het daarom wenschelijk is
tot voorkoming van verderen achteruitgang dier duinen
en tot verzekering van den polder de noodige voorzie
ning te nemenstelt het dagelijksch bestuur, bij schrif
telijk gemotiveerd voorstel, het volgende voor:
1° de bestaande, doch beschadigde steenglooiing tus-
schen de strandpalen 32 en 35 der Noordwatering te
doen herstellenen voorts het duin tusschen de strand
palen 29 en 33 over eene lengte van ongeveer 300 M.
te verdedigen door middel van drie paalreien met
rijspakwerk, bezwaard door gesorteerden Doornikschen
steen
2° tot bestrijding der onkosten dezer werken: a te
heffen over den dienst 1875 een buitengewoon d ij lc
g e s c b o t van f 1 per hectare, gevende over de aan-
slagbare oppervlakte des polders de som van 16,914,
met bepaling tevens dat dit dijkgeschot zal worden
ingevorderd in vier termijnenvervallende 1 Mei, 1 Juli,
1 October en 20 December 1875en b het dagelijksch
bestuur te machtigen om tegen den minst te bedingen
intrest en zoodra daaraan zal blijken behoefte te bestaan,
tijdelijk de noodige gelden op te nemen, teneinde te
voorzien in de dan nog ontbrekende som van f 21,138.01,
makende samen het voor de voorziening vereischte be
drag van 38,052.01;
3° te bepalen dat de bedoelde werken zoo spoedig
mogelijk zullen worden uitgevoerd en zulks bij antici
patie op de in April a. vast te stellen polderbegrooting
voor 1875, en
4° aan het dagelijksch bestuur op te dragen afschrift
van het besluit, met bijvoeging van situatieteekening
en begrootingtoe te zenden aan gedeputeerde staten
dezer provincie, met verzoek de noodige machtiging
voor de uitvoering der sub 1° vermelde werken
bij de regeering aan te vragen, en die, voor zooveel
het dijkgeschot en de tijdelijke geldopneming sub 2'
aangaat, aan dat bestuur te verleenen.
De heer van Berlekom vroeg, of het niet wensche-
lijker zou zijn geweest de gelden voor dit buitenge
woon werk ook in eens door een buitengewoon
dijkgeschot te vinden. Het komt hem voor dat ieder
jaar zijn eigen lasten moet dragen. Hij deed hierom
trent echter geen voorstel, tenware blijken mocht dat
zijn gevoelen ook door andere leden gedeeld wordt.
De voorzitter antwoordde, dat het dagelijksch be
stuur met den voorgestelden maatregel ten aanzien der
21,000 beoogt te beproeven of die som het volgende
jaar zal kunnen gevonden worden. Mislukt dit, dan
zal het gemakkelijker zijn die kosten in twee jaren
dan in éen jaar te dekken.
Daar niemand blijk geelt van instemming met de
zienswijze van den heer van Berlekomverklaart ge
noemde heer geen voorstel te zullen doen.
Het voorstel van het dagelijksch bestuur wordt alsnu
in stemming gebracht en met algemeene stemmen aan
genomen, en het opgemaaktf concept-besluit zonder hoof
delijke stemming goedgekeurd.
Op voorstel van het dagelijksch bestuur wordt be
sloten den eersten termijn van invordering van het
gewoon en buitengewoon dijkgeschot te stellen op 1 Mei
in plaats van op 1 April a.
Aan het dagelijksch bestuur wordt voorts machtiging
verleend, om een uitgaat van 7039.02 voor storm
schade af te schrijven op den post voor onvoorziene uit
gaven nadat dit artikel bij wijze van af- en overschrij
ving met de bestaande overschotten op de artt. 1, 34
en 49 zal zijn verhoogd.
De voorzitter legt over het afgekondigde door de
provinciale staten ;n Zeeland gewijzigde reglement van
den polder Walcheren.
Ten slotte deelt hij mode dat twee brieven zijn in
gekomen van den heer Charles G. J. Pioterse te 's Gra-
venhage, betreffende dan aanleg van een tramway
over de wegen van den polder van Middelburg naar
Domburg. Het dagelijksch bestuur kon hieromtrent
thans nog geene mededeelingen doenals zgnde die
afhankelijk van nadere onderhandelingen met den heer
Pieterse.
Verder niets meer aan de orde zgnde, wordt de ver
gadering gesloten.
Gemeenteraad van Goes.
Zitting van Donderdag 28 Januari.
Voorzitter mr. Blaaubeen. Afwezig, de heeren Cal-
lenfels, van Beuterghem, den Boer en Quist.
De notulen der zitting van den 30tn December 1874
worden goedgekeurd, waarna de voorzitter mededeelt,
dat de Ganzenpoortsingel voor het verkeer met rij- en
voertuigen zal worden afgesloten tijdens de werkzaam
heden voor de bestratingdat de plannen tot reorgani
satie der burger avondschool en tot oprichting eener
meisjesschool voor middelbaar onderwijs, met al de
ingekomen rapporten thans berustende zijn bij den heer
inspecteur van het middelbaar onderwijs, en dat tot
lijkdrager en adsietent-lij kdrager zijn benoemd A. de
Lange en H. van Boven.
Als ingekomen stukken worden ter tafel gebracht,
goedkeuring van het raadsbesluit tot af- en overschrij
ving op de begrooting voor 1874 tot voldoening van
het aandeel in de kwade posten der rijksbelastingen;
aanmerking op art. 10 der bestendigde verordening op
de invordering van den hoofdelijken omslag (waarom
deze verordening is herzien en aan de financieele com
missie gezonden tot onderzoek en rapport); jaarverslag
der gezondheidscommissie en bericht der herbenoeming
van haren president en secretarisgelijk bericht van
de commissie van toezicht op het middelbaar onderwijs;
en de rekening met rapport der nieuwjaarscommissie,
welke laatste stukken onder dankbetuiging aan de
commissie, voor kennisgeving worden aangenomen.
Op het vroeger aangehouden adres van C. J. van
Sluys en E. L. van Mervennee, wordtovereenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders besloten:
a afwijzend te beschikken op het verzoek om den weg
voor hunne woningen te verbeteren, als zgnde deze