MIDDELBURGSCHE Woensdag 1875, COURANT. 13 Januari. r 11. Middelburg 12 Januari. 1 I" Dit blad verschijnt dagelijks met nitzondering. van den Zondag, den 2en Faasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen. De prijs.per 3/m., franco is f 350. Dat de ligging van Vlissingen als een der aange wezen uitgangspunten voor een belangrijk deel van het Europeesch transito-verkeerook in het buitenland waardeering begint te vinden, blijkt o. a. uit een hoofd artikel in n° 103 van de Zeitung des Vereins Deutscher Eisenbahn-Verwaltungen, te Leipzig den 30sn Decem ber jl. uitgekomen. In dat opstel, „Vlissingen's Eisen- bahnverbindungen und die linksrheinischen Steinkohlen" getiteld, wordt in de eerste plaats de aandacht geves tigd op den weldra aan te vangen bouw der spoorweg- lijn Goch-Wesel. Wij wezen er reeds vóór eenigen tijd op dat door de voltooiing dier lijn, in verband met die van eenige nog in aanbouw zijnde tusschen-lijnen, de bijna rechtlijnige verbinding van Vlissingenover Breda, Boxtel, Wesel, Munster en Osnabrück, met Bremen en Hamburg tot stand zal zijn gekomen. Als bewijs voor de gunstige vooruitzichtenwelke zich voor den Noord-Brabantsch-Duitschen spoorweg zullen openen wanneer het gedeelte Goch-Wesel gereed zal zijn, wordt in het opstel van het Duitsche weekblad gewezen op de aanmerkelijke verkorting, welke de afstand van de Duitsche grenzen tot aan de eindpunten in het Westen ondergaan zaltengevolge waarvan „niet slechts Rotterdam ernstig op het verleggen van een gedeelte zijner betrekkingen bedacht moet zijn, maar ook in gezaghebbende kringen in België de vraag gerezen is of het niet wenschelijk zou zijnook Antwerpen recht streeks over Tilburg oi Boxtel met Wesel te verbinden." Wat de ontzaglijke immensebeteekenis van Vlissin gen betreft, brengt de Zeitung het bekende geschrift van den heer Mulvany, te Dusseldorf, in herinnering. „Men vindt daar, vlak tegenover de monding der Theems, eene altijd van ijs bevrijde, voor schepen van iederen diepgang steeds toegankelijke reede, alsmede voortref felijke ijzeren wegen, zoools men ze voor het verder internationaal personen- en goederen verkeer tusschen Westelijk en Oostelijk Europa niet beter verlangen kan. „Door den bouw van het gedeelte GochWezel wordt de afstand tusschen Vlissingen en Wesel zoodanig ver kort, dat tusschen de Noordzee en den Rijn geen ver dere verkorting mogelijk schijnt." De kortste afstanden, welke nagenoeg alle over de lijn BoxtelGochWezel loopen en andere lijnen in kortheid aanmerkelijk achter zich laten, zullen dan bedragen: van Vlissingen naar Wesel 230 kilomter, naar Bremen 486, naar Hamburg 599, naar Berlijn 753, naar Cassel 519 kilometer. Tot verdere aanprijzing der nieuwe route Vlissingen Wezel wordt voorts gewezen op de groote verzen ding van steenkolen, welke als een gevolg der ontdekte toegangen tot de RijnWestphaalsche steenkolenbed- dingen op den linker Rijnoever, ontstaan zal. Alleen aan den op het oogenblik bestaanden stilstand van bijna alle ondernemingszuchtis het toe te schrijven dat van die, volgens het weekblad hoogst belangrijke, ontdekking nog niet meer gebruik werd gemaakt. Doch wanneer daarin eenmaal de gewenschte verandering komt, dan zal de opnieuw en in kolossale verhouding vermeerderde vraag naar transportmiddelan aan de lijn Goch—Wezel, die ook met de Nederlandsche steden en spoorweglijnen de kortste verbinding oplevert, ten goede komen. „De transito-route Wesel—Vlissingenzoo besluit het Weekbladschijnt dientengevolge in de toekomst eene zeer belangrijke plaats te zullen innemen, temeer omdat zij zonder concurrentie wezen zal dewijl geen ver korting van den afstand meer mogelijk zal zijn, en deze spoorweg de voortreffelijkste haven der Noordzee tot eindpunt zal bezitten. Dat Engelsche en Nederlandsche stoomvaarmaatschappijen, in 't bij zonder ook de koninklijke stoombootmaatschappij te Amsterdam, er zeer op bedacht zijn, behalve de reeds bestaande, ook nog andere groote liniën van stoom schepen op Vlissingen te openen, is bekend. Zoodoende zal Ket mogelijk worden, door middel van pakketbooten en sneltreinen over VlissingenBoxtelWesel, bij de gebruikelijke snelheid van vaart, de posten en passa giers in het vervolg in 16 uren van Londen naar Ham burg en in 18 uren naar Berlijn en Dresden over te voerenterwijl met de op dit oogenblik bestaande ver bindingen bijna het dubbele van dien tijd daartoe noodig is. 'De besparing van tijd: en geld is alzoo zeer belangrijk. „Uit het een en ander volgt dat de nieuwe ijzeren wegen naar de Noordzee, namelijk naar Vlissingen, zoo wel als de ontdekking der nieuwe steenkolenbeddingen op den linker-Rijnoever voor het algemeen verkeer in de toekomst van uiterst groot gewicht zijn en nog gedu rende geruimen tijd de opmerkzaamheid van allen, die in het verkeer belang stellen of daarbij betrokken zijn, tot zich zullen trekken." Tot zoover het Duitsche tijdschrift. Voegen wij hier nog bij dat ook de heer J. D. Veegens in het Januari- nommer van de Gids, naar aanleiding der reeds vroeger door ons behandelde brochure van den kapitein-luitenant ter zee Halverhout („Jansen's Brug over den Oceaan") opnieuw eene poging doet om de bestaande onverschil ligheid ten opzichte van Vlissingen in Nederland te doen ophouden, en in 't bijzonder er op aandringt dat binnen de grenzen van ons eigen land gedaan worde wat mogelijk is om den afstand, per spoor, van Vlis singen tot de Duitsche spoorweglijnen nog korter te maken. Eindelijk, wat betreft de plannen tot verbinding van Vlissingen met Engeland, waarop in het Duitsche tijdschrift gedoeld wordt, vernemen wij dat twee kapi tale stoomschepen voor den maildienst bestemd, reeds in Engeland zijn aangekocht. Dit alles zijn bemoedi gende teekenen van levendie aanduiden dat de langste tijd der verwaarlooziug van de Nederlandsche belangen, die in de groote werken fe V'wsingen belichaamd zijn, voorbij is. In de Staats courant van Zondag en Maandag 10 en 11 dezer is opgenomen het aan den minister van kolo niën uitgebracht verslag der commissie, belast met het afnemen van het examen vermeld in art, 1 van het koninklijk besluit van 12 Februari 1874, Staats blad n° 19, houdende vaststelling van een tijdelijken maatregel van voorziening betreffende de bonoembaar- heid tot rechterlijk ambtenaar in Nederlandsch-Indië. Het te Goes opgemaakte adres aan den koning in zake het standbeeld voor Thorbecke blijft tot heden ter onderteekening liggen bij de boekhandelaars F. Kleeuwens en zoon en zal morgen worden opgezonden. Het draagt reeds een aantal handteekeningen. Bij de voordracht, door mejuffrouw S. Baart Zater dag jl. in het lokaal van de Loge te 's Gravenhage gehouden, waren volgens het Vaderland slechts een vijfentwintigtal personen tegenwoordig. Het oordeel der beide Haagsche bladen, het Dagblad zoowel als het Vaderland, over den inhoud en over de voordracht der beide stukjes onzer staddenoote, is ongunstig. De regeering heeft bij de tweede kamer ingediend wetsontwerpenstrekkende 1° tot bekrachtiging van den onderhandschen ver koop van fret voormalig kerkgebouw te Veere aan de Nederlandsch hervormde gemeente aldaar, voor een koopprijs van f 1403. Na de opheffing der vesting Veere heeft de hervormde gemeente den wederafstand van haar laatstelijk in 1832 aan de militaire admi nistratie voor bovengemelde som afgestaan kerkgebouw verzocht. Aanvankelijk was het plan in de akte eene reserve op te nemen betreffende de beschikbaarhouding van de voormalige kazerne tot militair magazijn; maar de minister van oorlog heeft daarvan afgezien 2° tot bepaling, dat zij die vóór 1° Mei 1875 als veearts gepatenteerd zijn zonder een diploma als veearts te bezitten, tot de uitoefening der veeartse- nijkunst bevoegd blijven tot den le» Januari 1877; 3° tot regeling van het toezicht bij het oprichten van inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder kun nen veroorzaken. Dat ontwerp vindt zijn aanleiding in de noodzakelijkheid tot opheffing van de belemme ringen, die het koninklijk besluit van 31 Januari 1824 aan de oprichting van openbare slachthuizen 'abattoirs in den weg legt en sluit zich tegelijk aan bij de vroe gere ontwerpen tot regeling van het toezicht bij het oprichten van fabriekenmagazijnen of bewaarplaatsen enz., welke schade, gevaar of hinder kunnen veroor zaken. De gisteren reeds aangekondigde brief van den ge pensioneerden generaal-majoor jonkheer B. van Mer- len aan generaal van Swieten is heden in het Vader land geplaatst. De gepensioneerde generaal acht zich verplicht, tegen de beschuldigingen van anti-vader landsliefde en partijzucht op te komen, die zijn ambt genoot inbrengt tegen hen, die met zijne leiding van den oorlog op Atchin niet ingenomen zijn. De heer van Merlen behoort ook onder dezen en hij grondt zijne afkeuring op drie feiten: 1° het niet dadelijk, bij den aanvang der tweede expeditiemet onze geheele macht optreden tegen den vijand; 2° het halt houden na ieder voordeel en den vijand met proclamatiënin plaats van met puntkogels en bajonetten vervolgen; 3° het niet nemen van weerwraak over de door onze troepen gele den nederlaag op den 16en April. De schrijver is daarom teleurgesteld in de verwachtingen, die hij ten opzichte van generaal van Swieten koesterde en beschouwt de tweede expeditie als slechts ten halve gelukt. Wat de beschuldiging van partijzucht betreft, meent hij dat deze, indien zij bij de beoordeeling der tweede expe ditie bestaan heeft, den generaal eer voor- dan nadee* lig geweest is, dewijl zij hem zooveel adressen van hulde uit verschillende oorden des lands, zelfs uit kleine dorpen, heeft bezorgd. Tusschen Java en Rotterdam zal omstreeks Maart eene nieuwe verbindingmet stoomschepen onder Engel sche vlag in het leven geroepen worden. De schepen zijn reeds in aanbouw en naderen hun voltooiing. Wanneer men te Rotterdam eene wandeling doet door de laatst aangelegde nieuwe straten in het Wes telijk deel der stad, dan ontmoet men in elkanders onmiddellijke nabijheid een viertal kolossale gebouwen, namelijk de hoogere burgerschool voor jongens de ge lijknamige inrichting voor meisjes, die juist gereed gekomen is, het nog in aanbouw zijnde nieuwe gebouw voor de bureaux en werkplaatsen der Nieuwe Rotter- damsche courant, en in diezelfde buurt (het toeval, geen sympathie waarschijnlijkbracht do gebouwen zoo na bij elkander) de katholieke kerk, gewijd aan de aanbidding van het Heilige Hart van Jezusmet bij- behoorende gebouwen. De tweede der genoemde inrichtingen, de hoogere burgerschool voor meisjes, een waar paleis voor het onderwijsvan een monumentaal uiterlijk en van een toren met slaand uurwerk voorzien, is gisteren voor het eerst in gebruik genomen. Aan eene beschrijving daarvanvoorkomende in de Nieuwe Rotterdamsche courant van heden, ontleenen wij het volgende. Het gebouw bevat drie verdiepingen en eene kelder verdieping, met 21 vertrekken voor het onderwijs, be nevens eene wachthamer voor de docenten, eene tee kenzaal en eene modelkamer. Vijf vertrekken zijn voor namelijk voor het onderwijs in de natuur- en schei kunde ingericht. Op een terrein achter het hoofdgebouw, van duizend vierkante meters uitgebreidheid, is een afzonderlijk gebouw voor gymnastiek, met eene kleed kamer en eene oefenzaalwelke van alle noodige toe stellen voorzien is. Het geheele gebouw is met gas verlicht, van water uit de waterleiding voorzien, en wordt door gewone kachels verwarmd. Voor lueht- verversching zijn ruime kanalenaangebracht die, naarmate der behoeftedoor middel van schuiven en kleppen geopend of gesloten kunnen worden. In het hoofdgebouw bevinden zich woningen voor de directrice en voor den concierge. Het geheele werk

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1875 | | pagina 1