gevormd, tot het oprichten een er model-boerderij, speci aal bestemd voor de veredeling van den Nederlandschen veestapel en de ontwikkeling van het landbouwbedrijf, De Geldersche maatschappij van landbouw heeft zich bij adres tot den koning gericht om op de oprich ting eener rijks landbouwschool en op de afschaf fing der rechten op den overgang van vast goed en de hypotheken aan te dringen, alsmede tot de tweede kamer teneinde eene enquête over den veldarbeid van kinderen te doen instellen. De provinciale staten van Gelderland hebben be sloten, voorloopig voor den tijd van drie jaren een subsidie van f 1000 jaars te verleenen aan de Gelder sche maatschappij van landbouw, voor een reizend leeraar in de landbouwkunde. De heeren Landré Glinderman te Amsterdam hebben liier te lande ingevoerd de Engelsche aardap pelrooiers, die in den tijd van anderhalf uur het dag werk van twaalf man verrichten. In het Sluisch weekblad richt de heer G. A. Vor- sterman van Oijen een alleszins verdiende philippicca tot de landbouwers, naar aanleiding van hunne afwezig heid bij eene voordracht door den heer de Beucker uit Antwerpen in het gemeentehuis te Aardenburg. Op de vraag of de landbouwers dan in hun eigen oogen zoo knap zijndat zij meen en de boerderij al in de perfec tie te kennen? antwoordt de heer Vorsterman van Oijen: „'t Heeft er wel iets van; want ofschoon reeds jaren alhier woonachtigheb ik nog weinig of geen vooruit gang gezien." „Men klaagt er over zegt hij dat de pachten hoog zijn. Ik zeg u, dat de pachten niet te hoog zijndat ze nog veel h o o g e r kunnendat ze nog veel hoog er zullen worden, zoodra de eigenaars hun belang beter begrijpen en in kleinere perceelen verpachten, en ik zeg u tevens, dat gij nog niet op de hoogte zijt van 't geen den landbouw betreft. „Van wien zoudt gij 'took geleerd hebben? „Toen hij twaalf jaren waart, heeft men u uit de school thuis gehoudenom voor derden vierden of tienden knecht te spelen; twee winters zijt gij nog naar de avondschool gekomenwaar gij niets meer hebt geleerd omdat gij 't beetjedat gij wist's zomers ver geten had. „Nu van tienden knecht zijt gij derde, eindelijk eerste knecht geworden. Gij hebt gezien hoe of uw vader boerde en zoo kent gij 't ook. Die heeft het van zijn vader geleerd enz. Boeken over den landbouw hebt gij niet in uwe handen gehadgij hebt een boomgaard bij uwe hofstede en gij kent niet eens den naam der vruchten, die aan uwe boomen groeien; gij hebt vee, paarden en koeien, gij fungeert zelf voor kunstkalf, de heer de Beucker heeft het gezegd, en gij weet niet wat uwe dieren noodig hebben, om gezond te zijn. „Met andere woorden: „Gij zijt op uwe boerderij eene machine geworden; gij put uwen grond uit, en ware hij niet zoo buitengewoon vruchtbaar al lang was bet land van Cadzand den weg opgegaan van Palestina. „Gij pleegt den roofbouw: Gij haalt alles uit den grondwat gij maar eenigszins kunt en geeft hem niets in de plaats. „En gelooft gij mij niet, dat gij niet boeren kunt? „Ga naar den Biezenga naar Maldeghemdaar is de grond veel onvruchtbaarder dan bij u, daar geeft de grond geene vruchten zonder veel werk en veel be mesting en de oogsten staan er beter, veel beter dan in uwe kleigronden." En ten slotte zegt de schrijver„Waarlijk 't is hoog noodig dat gij de voordrachten bijwoont. „Nog eens: zaagt gij op tegen de moeite? „Die moeite was u ruimschoots beloond, want nuttige wenken, practiscbe wenken, heeft de beer de Beucker u gegeven en o. a. ook deze woorden gezegd, die ik u ten slotte ter overweging geef: „Niets is overtollig in de schepping, van niets is er te veeldan alleen van de soort menschendie men luiaards noemt." aardappelen aldaar zóo sterk ontwikkeltdat een groote hoeveelheid uit kelder en schuur naar den mesthoop wordt gebracht. Dr. Zaalberg te 's Gravenhage is plotseling onge steld geworden tengevolge van een zenuwbroertezoo dat Zondag morgen zijn collega Brijce voor het talrijke gehoor dat dp. Zaalberg was komen hooren den kansel beklom. Eenige dames waren onbeleefd genoeg om terstond de kerk te verlatendaar de heer Brijce een geheel andere richting dan dr. Zaalberg is toegedaan. Eergisteren liep over de daken der huizen in een der buurten van wijk B te Utrecht een vluchtende echt genoot, die door zijne wederhelft vervolgd werd. De vrouw werd ten slotte door de buren vastgehouden en de man daarop van het dak gehaald. Te Harlingen hebben 224 gasverbruikers aange drongen op vermindering van den gasprijs. De Engel sche ondernemers hebben daarop geantwoord, dat zij voornemens zijn met 1 Januari a. den prijs van 17 tot 15 cent per kubieken meter te verlagen. Tengevolge van den lagen waterstand in den IJscl begint in de aan die rivier gelegen plaaten ge brek aan drinkwater te komen. Te Zutfen heeft de burgemeester bij publicatie bekend laten maken, dat de stadspompen van 's morgens 9 tot 's avonds 8 uren gesloten zullen zijn. Ook op de Rijn en Maas is de waterstand zeer laag. Onlangs werd medegedeeld dat Z. M. de koning aan den beer Henri Wicniawski de boulons du I<oo bad geschonken. Volgens een correspondent van de Deven ter courant is dit een eerbewijs uit vroeger eeuwen, waaraan de bevoegdheid verbonden was een jachtcos- tuum van bruin met geel, en voorzien van gouden knoopen met een jachthoorn er op te dragen. Aan den begiftigde werd bet geheele kostuum vereerd, zooals zelfs nog onder de regeering van Willem II is voorgekomen. Aan dit costuum was o. a. het vrije jachtrecht verhonden op de vorstelijke domeinen van het Loo. Geen drager er van mocht door een bosch wachter, koddebeier of boe die jachtopzieners ook hee- ten mochten, geweerd worden. Thans bestaat het ca deau echter uitsluitend in het stel gouden knoopen met den jachthoorn er opzonder dat er eenig ander recht aan verbonden isdan dit aan rok en vest te dragen. Te Oosterbeek bij Arnhem is opgericht een comité der Maatschappij tot opvoeding van weezen in het huisgezin. In de St. Nicolaaskerk te Kampen is eene muur schildering ontdekt, die vermoedelijk uit de eerste helft der zeventiende eeuw dateert. Naar men verzekert moet heden op den spoorweg tusschen Luik en Leuven nabij laatstgenoemde stad een ongeluk hebben plaats gehadwaarbij verscheidene personen het leven hebben verlorenmen spreekt van in de 20 dooden. Den 13en October reed een sneltrein op den spoor weg van Cincinnati, toen de machinist plotseling ont dekte, dat de weg op eenigen afstand voor hem ingestort was. In plaats van, op lijfsbehoud bedacht, van de locomotief te springenijlde hij naar den ten der en slaagde er in den trein los te haken. De loco motief stortte met machinist en stoker in de diepte; beiden verloren het levenmaar de trein zelf stond stil voor den afgrond en de passagiers waren behouden. Uit eene statistiek van de staatsschulden der'ver schillende landen blijkt dat het bedrag daarvan, over ieder inwoner verdeeld, bedraagt: in Frankrijk per hoofd 250in Nederland ƒ230, in Engeland 200, in Portugal ƒ190, in Italië en Spanje 150 en in Griekenland ƒ140. De staatsschuld van het Duitsche rijk bedraagt 42 per hoofden terwijl Nederland bijna bovenaan staat, is Zwitserland, waar ieder inwo ner maar voor een schuldenlast van 5 in aanmerking komtbet laatst op de lijst. Gemengde berichten. Heden morgen is een jongeling, L. F. geheetentus schen de 16 en 18 jaren oud, aan het marinedok bij de tonnebrug te Vlissingen in het water gevallen en weldra levenloos er uitgehaald door de jongens van het nabij liggende wachtschip. Een persoon op de stoomboot Frieslandte Har lingen woonachtig, is in de Noordzee door een golf overboord geslagen en verdronken. Op de veemarkt te Zwolle waren Vrijdag jl. on geveer 1600 stuks vee aangevoerd, terwijl ongeveer 500 stuks op de stallen werden verhandeld. Wel een bewijs hoe aanzienlijk de veehandel aldaar isin alle richtingen vertrokken dan ook treinen met vee. Als middel om paarden uit een brandenden stal te geleiden wordt aanbevolen ze te zadelen of gedeel telijk op te tuigen. Als men dit gedaan heeft kan men de dieren gemakkelijk aan den toom wegvoeren. Uit Bath wordt gemeld, dat de ziekte onder de Thermometerstand. 9 Nov. 's av. 11 u. 45 gr. 10 'smorg. 7 u. 48 gr.'s midd. 1 u. 51 gr.'s av. 6 u. 48 gr. Staten-generaal. TWEEDE ELAHER. Zitting van Dinsdag 10 November. {Per telegraaf1) Over het amendement van de heeren Lenting c. s. strekkende om de begrooting te verhoogen met 600,000 tot afschaffing van de zoogenaamde Pantjensdienstcn hebben do minister van koloniën en talrijke sprekers het woord gevoerd. De heeren Godefroi, Rutgers en Stieltjes hebben het amendement krachtig bestreden en noemden het onvoor bereid, ontijdig, niet urgent en gevaarlijk in den tegen- woordigen politicken toestand van Indië. De minister van koloniën deelde mededat hij een aanschrijving tot het Indische gouvernement had gericht, om een grondig onderzoek in te stellen voor een nieuwe regeling, gegrond op de gewestelijke toestanden en met inachtneming van behoorlijke aequivalenten. Aan het slot van zijn rede stelde hij nogmaals de quaestie van vertrouwen, waartegen de heeren van Houten en Cre- mers protesteerden. Met den heer Jonckbloet adviseerde evenwel de heer Cremers in de gegeven omstandighedentot intrekking der motie. Ten slotte werd het amendement verworpen met 54 tegen 19 stemmen. Spoorweg- Java. Wij ontvingen de stukken betrekkelijk het wetsont werp tot verhooging der Indische begrooting voor 1875 ten behoeve van den aanleg van spoorwegen op Java. Die voordracht steunt op het beginsel van staatsaan- leg en tevens van staats-exploitatie. Door de aanneming van die beginselen meent de regeering een hinderpaal weg te nemen, die tot dusver de verwezenlijking van het plan van spoorwegaanleg op Java in den weg heeft gestaan. Ook door het dadelijk voorstellen van uitge breide plannen wil de minister geen andere moeilijk heden scheppen. Tegen de voordracht van een plan van spoorwegbouw, dat geheel Java omvat, bestaat niet alleen het bezwaar der onzekerheid waarin men verkeert ten aanzien van de kosten en de juiste rich tingen die te volgen zijnmaar ook het overwegend bezwaar van het gemis van het noodig groot aantal bekwame en ervaren technici. Alzoo met een algemeen plan voor oogen, omtrent welks uitvoerbaarheid in de onderdeelen nader onder zoek moet worden gedaan beginne men met het aan leggen eener lijnwaarvan de kosten met voldoende juistheid zijn te ramen, die stellig niet meer mate- rieele en persoonlijke krachten vordert dan ter beschik king staan van het gouvernementdie op zichzelf noodig en nuttig is en met voordeel geëxploiteerd kan worden en die daarenboven in elk geval in het alge meen plan past. Als algemeen plan van spoorwegaanleg op Java verdient, zegt de minister, dat hetwelk omschreven werd in het wetsontwerp van 1872 alleszins aanbeve ling. Het werd in dat wetsontwerp voorgedragen als de vrucht van een onderzoekwaarbij van alle beschik bare gegevens met oordeel gebruik was gemaakt en iu zijn hoofdstrekking door alle geraadpleegde autoriteiten iu Indië goedgekeurd. Het doel moet dus zijn om een verbinding tot stand te brengen tusschen de residentie Batavia en de vlakte van Bandong tusschen West- en Midden-Java (langs een weg, die nog van meet af aan moet worden opgespoord) tusschen Tjilatjap en de Vor stenlanden en tusschen deze en het oosterstrand van Java. In die richtingen zullen de noodige opnemingen verricht moeten worden, teneinde geleidelijk tot de vaststelling van gedetailleerde plannen te kunnen ge raken en door die opnemingen zal ook kunnen worden uitgemaakt welke zijtakken reeds dadelijk tegelijk met de hoofdlijnen dienen te worden aangelegd, om deze met hoofdpunten van verkeer en productie in verbin ding te brengen. De lijn, die, omdat zij aan alle zoo even gestelde vereischten voldoetdadelijk kan worden aangelegd, is die van Soerabaija naar Pasoeroean enMalang. Blij kens de aan de kamer overgelegde uitvoerige aanteke ningen van den ingenieur bij de openbare werken iu Indië, M. J. van Bosse, zal zulk een lijn, wanneer zij het door genoemden ingenieur aanbevolen tracé geheel volgt (hetgeen a priori niet stellig is uit te maken om dat de beslissing omtrent de détails der te volgen rich ting aan de Indische regeering moet verblijven) een lengte hebben van 115 kilometer en zullen de kosten van aanleg waarschijnlijk 10 millioen niet te boven gaan. Indien met alle kracht wordt gewerkt, zal de aanleg in vier jaren voltooid kunnen zijn. Onderwijl kunnen elders op Java, in de eerste plaats voor een lijn ter verbinding van de residentie Batavia met de vlakte van Bandong, opnemingen worden ver richt en de noodige gegevens verzameld worden om aan de wetgevende macht een voorstel te doen. Alzoo voortwerkende naar gelang van de financieele en per- soneele middelen waarover te beschikken valt, zalmen binnen een niet te lang tijdbestek kunnen voldoen aan de eischen van het staatsbelang ten opzichte van den spoorwegbouw op Java. Bij het wetsontwerp worden alzoo voor genoemde lijn en tot bedoelde opnemingen gelden aangevraagd. Hoe veel in het eerste jaar zal noodig zijnis nog niet met zekerheid te zeggenmaar in elk geval zijn de noodige middelen ruim te vinden in de batige sloten van vorige Indische diensten, die nog tot een bedrag van bijna 21£ millioen in 'slands kas aanwezig zullen zijn, na dat aan alle voorstellen, bij de staatsbegrooting en bij de Indische begrooting voor 1875 gedaan, zal zijn ge volg gigeven. Wordt voor uitzending van personeel en materieel op 350,000 en voor de werkzaamheden in Indië op 650,000 gerekenddan zal zeker in de behoefte voor 1875 ruim kunnen worden voorzien. Het wetsontwerp tot regeling van de voorwaarden tot verkrijging der afzonderlijke bevoegdheid tot uit oefening der tandheelkunst en van de uitoefening dier kunst, strekt om, onverminderd de bevoegdheid van artsen tot uitoefening der tandheelkunst, de bevoegd heid tot uitoefening dier kunst afzonderlijk toe te kennen tengevolge van een examen in de theorie en praktijk der tandheelkunst en in zoodanige andore vakken, als in een programma bij algemeenen maatregel van inwen dig bestuur zullen worden vastgesteld. Het beginsel van eenheid van bevoegdheid is, zegt de regeering, in 1865 te ver uitgestrekt, ten opzichte der tandheelkundigen. Voor zooveel bekend is, zijn er thans dan ook maar 2 artsen, die de tandheelkunde uitoefenen, en van de vroegere tandmeesters waren er op 31 December 1873 nog 60. Maar belangrijke vermin

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1874 | | pagina 2