guitfirlani
Rochefort's Lanteme in zijn bezit had, die hij ver-
spreidde.
Eene vrij belangrijke rechtszaak houdt tegenwoor
dig de gemoederen in Brussel bezig. Het betreft een
diefstal van diamanten ter waarde van 200,000 franken.
De eigenaar, een te Parijs woonachtig Engelschman,
had het taschjewaarin de diamanten bevat warenbij
een makelaar in edelgesteenten voor eenige oogenblikken
ter bewaring gegeven. Toen hij het terug verlangde,
was het niet meer te vinden.
Een dag of veertien geleden werd bij het gerecht te
Brussel aangifte gedaan dat eene daar woonachtige
20jarige dame van slechte reputatie, de beminde van
den makelaar, de diamanten verborgen hield. Daar de
aanwijzing zeer duidelijk en categorisch was, werd de
dame in hechtenis genomen en eene huiszoeking bij haar
gedaan, doch hoewel duidelijk bleek dat zij in zeer
nauwe betrekking stond tot den makelaarwaren onder
hare juweelen de ontvreemde niet te vinden.
De rechter van instructie wilde onder deze omstan
digheden de beschuldigde niet langer in hechtenis
houdendoch de procureur-generaal verzette zich tegen
hare loslating en het hof van appèl besliste dat er
geen voldoende termen bestonden om haar uit liet
arrest te ontslaan.
Op grond van de vóór korten tijd aangenomen wet
op de voorloopige gevangenschap, deed zij nu echter
zelve door haar advocaat hare invrijheidstellingeischen
en ditmaal werd de eiscli toegewezen, zoodat de be
klaagde, na tien dagen in arrest te hebben doorge
bracht, naar hare woning kon terugkeeren.
Intusschen wordt de vervolging nog niet opgegeven
en is de beklaagde opnieuw opgeroepen om voor den
rechter van instructie gehoord te worden.
Te Parijs is eene groote bende dieven ontdekt,
die hun handwerk gemeenschappelijk dreven. Zij on
derscheidden zich door het dragen van groene dassen.
Dagelijks worden nog nieuwe leden van dit boe venge
zelschap aangehouden.
De werkplaats van een Fransch dagblad, de
Republique du Midi van Montpellieris door den bliksem
tijdelijk onbruikbaar geraakt. Een schoorsteen is op
het glazen dak nedergestort en heeft verscheidene werk
lieden verwond. De letterkasten zijn gedeeltelijk vernield,
gedeeltelijk met steenen gevuld en door elkander ge
worpen; verscheidene ramen zijn gebroken, zoodat op
het oogenblik met het drukken niet kan worden voort
gegaan.
Verfcooplngen en aanbestedingen.
Burgemeester en wethouders van Middelburg hebben
heden namiddag op het raadhuis alhier in het openbaar
aanbesteed
1° Het maken van drie stel nieuwe galmborden in
den Abdijtoren. De drie ingekomen biljetten waren
van de volgende hier wonende inschrijvers: C. Pelle
voor f 1037.50, J. Sonius voor f 994 en W. van Pagó
voor f 970. Aan laatstgenoemden is het werk voor-
loopig gegund.
2° Het maken van eenige timmerwerken voor het
aan te leggen pontveer bij de loskade. Hiervoor waren
vijf biljetten ingeleverdzijnde van de hier wonende
inschrijvers W. P. van Pagé voor f 480, J. Sonius voor
294.87, P. J. van Puffelen voor 289, C. L. van Sorge
voor 270 en C. Pelle, wien de uitvoering voorloopig
is toegewezen, voor f 244.06.
3° Het veranderen en herstellen van het kantoor bij
de Koopmansbeurs. Ingeleverd waren vier biljetten van
de volgende hier wonende inschrijvers: J. A. Goethals
voor f 470P. J. van Puffelen voor 395C. L. van
Sorge voor f 349 en W. van Uije J.Jz. voor 289. Het
werk is voorloopig aan den minsten inschrijver gegund.
Voor de bediening van het pontveerdie mede heden
zou aanbesteed worden, zijn geen biljetten ingekomen.
Burgerlijke stand.
(Van 29 Augustus.)
Middelbtjbg. Ondertrouwd: A. Hendrikse, jm. 21 j.,
met J. P. Ai'ense, jd. 21 j. W. J. Petiet, jm. 23 j., met
A. J. Eiff, jd. 23 j.
Bevallen: M. Janssens, geb. van Reen, d. K. Snij
ders, geb. Vermeule, z. S. J. Gooijen, geb. Siermans,
d. J. Meijler, geb. Ansems, z. P. C. Antheunisse, geb.
Heeres, z. C. A. Vermeulen, geb. van Driel, z. C. van
de Woestijne, geb. Schreijenberg, z. J. C. de Graaf,
geb. Kuijt, d. A. C. Corné, geb. Lugte, d. F. M.
Machielse, geb. Baars, d. P. Mervel, geb. van Zaaien,
d. M. J. Burgers, geb. Antheunissen, d. W. J. den
Broeder, geb. Brukerz. M. M. van Aartsen, geb. de
Bruijne, z. J. J. Jacobse, geb. van Tuijl, z. (levenl.)
M. van Veen, geb. Flink, z. J. Joosse, geb. van Leer-
sem, d.
Overleden: P. C. Halffman, d. 24 j. P. de Voogd, d.
3 m. A. J. Verloop, d. 13 j. H. D. von Brucken Fock, m.
56 j. (op Riga Kaltbad). J. P. J. de Greeuw, z. 4 m.
A. M. Dekker, d. 7 m. P. W. Valk, d. 2 m. J. J. van
Tuijl, vrouw van A. Jacobse, 36 j. H. van Helleman,
d. 6 m. C. H. Ooms, d. 18 d. J. Bom, man van H. E.
de Brakke, 63 j. H. C. de Vroom, vrouw van J. A.
Hameij, 28 j.
(Van 18 Augustus.)
Vlissingen. Bevallen: J. M. Engels, geb. Ketting,
d. J. L. Broek, geb. Pollet, d. A. M. Teileman, geb.
Abeelen, d. A. C. Geijsen, geb. Pacilly, z. C. Tormo,
geb. Adamse, d. J. J. van Ochten, geb. van der Star,
d. M. Stroo, geb. Louwerse, d. R. Leemans, geb. van
Driel, d8. (tweel.) P. de Konink, geb. Meeuwse, d.
Overleden: F. J. A. Limonard, wed®, van M. Brou
wers, 60 j. R. W. Blanken, wed®, van A. Q. F.
Schmoutziguer, 74 j. C. D. van der Pijl, z. 6 m. J. Schar-
pentier, z. 11 m. D. Goedgeluk, vrouw van J. van
Wijk, 29 j. C. A. Baeijs, z. 3 j. J. J. de Vlieger, z»
3 m. C. L. Dert, man van W. F. Huisman, 55 j. P. van
der Vliet, man van M. L. Louta, 69 j. M. van Beek,
z. 3 w. H. van Ballegojen, z. 4 j. W. C. Klausing, d.
22 m. G. J. M. de Vlieger, z. 4 w.
Goes. Gehuwd: C. Remijn, wedr. van M. Remijnsen,
30 j., met J. Wondergem, jd. 28 j. J. Wessels, jm.
30 j., met A. den Herder, jd. 20 j. N. Gelok, jm. 33 j.,
met J. van Buijsse, jd. 24 j.
Overleden: J. de Winter, z. 22 j.
Zierikzee. Gehuwd: P. Lakeman, jm. 28 j., met
J. Leunis, jd. 21 j. C. Deurloo, wedr. 47 j., met J. M.
Boogaert, jd. 35 j.
Bevallen: M. Verbeke, geb. Corzilius, z. M. J. Schorer,
geb. van der Lek de Clercq, z. W. Kandel, geb. Smit,
z. A. M. Geerards, geb. van Oost, z. M. Gilden, geb.
Verseput, z.
Overleden: M. Berrevoets, d. 6 w. C. Westplaate,
man van L. van Nieuwland, 67 j. J. J. Missel, d. 7 m.
R. W. van Citters, z. 3 w. (te Scheveningen). A. van
de Polder, z. 3 m. F. Duson, z. bijna 17 m. J. van
Klooster, vrouw van P. Maijs, 26 j. K. K. Duson, z.
10 w. A. P. Lijbaart, d. 30 j. (te Noordgouwc).
Thermometerstand.
8 Aug.'s av. 11 u. 62 gr.
9 n 'smorg. 7u. 61 gr. 'smidd. lu. 65gr. 'sav. 11 u. 59 gr.
10 'smorg. 7u.61gr.'8midd.lu.69gr.'sav.6u.67gr.
Algemeen overzicht.
De Times bevat een zeer uitvoerig overzicht van de
nota met welke de Fransclie minister van buitenland-
sche zaken de door de Spaansclie regeering aangeheven
klachten over de ondersteuning, die de Carlisten in
Frankrijk ondervinden, beantwoord heeft. „Hetbelang
van Frankrijk zelf, schrijft de hertog Decazes, brengt
mede dat de vrede zoo spoedig mogelijk in Spanje her
steld worde; het is dus eepe, ongerijmdheid te beweren
dat de Fransche regeering niet geneigd zou zijn om tot
dat doel mede te werken. Indien het evenwel toch ge
beurt dat de Carlisten de grenzen overtrekken, of in
dien zij langs dien weg hun krijgsvoorraad ontvangen,
dan moet de schuld daarvan niet geweten worden aan
de medeplichtigheid der Fransche autoriteiten, maar
aan die der Spaansche, welke hun best doen om de
troepen verwijderd te houden van de punten waar hunne
tegenwoordigheid het meest vereischt zou worden.
Diezelfde opmerking geldt voor den aankoop van wape
nen of ammunitie. Als de opstandelingen Krupp-kanon-
nen bezittenis het de schuld van de Spaansche regee
ring, die door haar oorlogschepen beter toezicht op de
kusten behoorde uit te oefenen."
Zooveel schijnt na alles wat thans over deze quaes-
tie bekend geworden is, zeker dat de Fransche regee
ring zelve moeilijk van bepaalde ondersteuning der
Carlisten beschuldigd kan worden. Maar de Spaansche
bevolking aan den eenen en de Fransche aan den an
deren kant der Pyreneëen zijn beide Carlistisch gezind.
Het eene oogenblik zijn het dus de Spaansche, het
andere oogenblik zijn het de Fransche autoriteiten, die
oorzaak zijn dat. don Carlos een nieuwen toevoer van
krijgsvoorraad ontvangt of dat zijn troepen zich op
Fransch grondgebied bergen. Wilde de Fransche re
geering dit beletten, zoo zoude zij eigenlijk een posten
keten op den geheelen bergrug moeten stellentot haar
ambtenaren in de grensprovinciën uitsluitend anti-Car-
listen benoemen en alzoo feitelijk tegen deze laatsten
partij kiezen. Dit heeft zij tot dusverre niet gedaan
en het is duidelijk dat niemand bij machte zal zijn
om haar er toe te dwingen. Wat de marine aangaat,
zal de Spaansche regeering wel haar goede redenen
hebben om hare zeeofficieren niet in de onmiddellijke
tegenwoordigheid van don Carlos te brengen.
Te minder kan de Fransche regeering tot eene be
paalde anti-Carlistische politiek overgaan, dewijl het
meer en meer twijfelachtig wordt op welke partij het
septennaat eigenlijk rekenen kan en zij het dus niet
wagen kan er eene enkele van zich te vervreemden.
Zoo kiest, bij gelegenheid der aanstaande verkiezing
in het departement Calvadoshet orgaan van den her
tog de Broglie, le Francais, partij voor den heer
Leprovost de Launayden candidaat der Bonapartisten.
De zuiver legitimisten beweren daarentegen dat zij, liever
nog dan hunne stemmen op den gewezen prefect van
het keizerrijk uit te brengen, de verkiezing van den
heer Aubert, candidaat der republikeinen, zouden be
vorderen.
Ook een Parijsch correspondent- van de Indépendance
een blad dat om dfe degelijkheid en het gezag zijner
Fransche medearbeiders bekend' is wijst op de
Bonapartistisehe neigingen, die zich' bij'dó reekterzijde,
eigenlijk bij de partij van den heer de Broglie, open
baren. Hij schrijft dat de zedelijke verbastering die in
Frankrijk reedfc begonen is onder de Juli-monarchie,
die met tiendubbele kracht heeft voortgewoekerd onder
het keizerrijkthans onder de leden der nationale ver
gadering zóo diepe wortelen heeft geschotendat er in
de geheele rechterzijde misschien slechts zeven of acht
te vinden zullen zijn, die volkomen buiten staat geacht
moeten worden om in eene herstelling van het keizer
rijk te berusten. Die stemming welke zich in de rech
terzijde openbaart, wordt in. eene geheele klasse der
bevolking gevonden. Het is de klasse der. gegoeden,,
die welke sedert de groote omwenteling in.de Fransche
maatschappij den boventoon voerten er alleen op uit
is om hare rijkdommen te behouden, er van te genieten
en nieuwe te verwerven. Tot dien prijs wil zij zich
gaarne voor een César buigen.
Dezelfde briefschrijver vertrouwt intusschen dat de
kracht die in de groote meerderheid van het Fransche
volk zelf huisvestgeholpen door het gezond vorstand
en de bekwaamheid der republikeinen, het gevaar zal
bezweren en de republiek als den blij venden staatsvorm
van Frankrijk zal bevestigen.
Wij helpen 'them wenschenmaar twijfelen er aan..
Ons vertrouwen op de Fransche republikeinen is- zoo
groot niet. Indien onder de rechterzijde zulk een groot
aantal gevonden worden, die voor belooningen en rijk
dommen veil zijn, gelooven wij niet dat de onwankel
bare trouw der geheele linkerzijde aan de republiek,
boven iederen twijfel verheven is. En het Fransche
volk zelf is door de 85 jaren van omwenteling, die als
een storm over den Franschen bodem zijn heengegaan,
geen enkel aanhechtingspunt met het verleden,overeind
latende en alle kiemen voor de toekomst naar alle zij
den heen verspreidende, zoo onverschillig omtrent zijn
regeeringsvorm geworden, dat het geneigdi is zich te
buigen voor ieder die het rust dat is stoffelijke
welvaart en het ongestoord genot daarvan bezorgt..
Het is een der kwalen van onzen tijd, dat bij: de
schaarsclite van nieuws die dikwijls in de politieke
wereld heerscht en bij de gewoonte die het publiek
heeft aangenomen om zich met zulk nieuws bezig te-
houden, de onbeduidendste zaken dikwijls worden uit
gezet tot quaestiën van belang. Van dien aard is de
zeker op zich zelf vrij onbeteekenende vraag of het
Fransch® oorlogsfregat l'Orénoque voor Civita-Yecchia
gestationeerd zal blijven of niet. Alleen het gepraat
en geschrijf daarover heeft aan de zaak eenig belang
gegeven. Men ziet in dat wachtschip, ter beschikking
liggende van den paus en in de nabijheid zijner woon
plaats, een overblijfsel van de vroegere bezetting van
Rome. Voor de legitimisten is de vlag der Orénoque
eene bescherming van het Vatieaan, voor de Italianen
is zij eene inmenging in Italië's eigen zakeneene offi-
cieele verklaring van de Fransche regeering dat zij de
verbintenissen die Italië tegenover den paus op zich
genomen heeft niet vertrouwt en dezen laatste in de
gelegenheid wil stellen, ieder oogenblik zijne „gevan
genis" te verlaten en de Fransche gastvrijheid in te
roepen. Had het schip zulk eene beteekenis niet ge
kregen, wat ter wereld zou eenvoudiger zijn voor de
Fransche regeeringdan het fregat een andere ligplaats
aan te wijzen, of voor de Italiaansche er zich niet
om te bekommeren of een Fransch oorlogschip op een
harer reeden geankerd ligt? Thans echter wordt er
eene staatszaak van gemaakt en de Fransche legitimis-
tische bladen vermelden met evenveel ophef dat er
een stoomschip met eenige overgeplaatst wordende
officieren en eenige mondbehoeften naar de Orénoque
gezonden isals dat de Italiaansche organen mededeelen
dat de hertog Decaze den Italiaanschen gezant verze
kerd heeft dat de stationeering der Orénoque voor
Civita-Vecchia haar langsten tijd geduurd zal hebben.
De Italiaansche regeering gaat voort met het arres
teeren van leden van geheime genootschappendie
voornamelijk in de provinciën van den voormaligen
Kerkelijken staat schijnen te huisvesten. Nabij Imola
zijn weder een veertigtal lieden gevangen genomen,
die de telegraafdraden hadden afgesneden en behoorlijk
van wapenen en ammunitie waren voorzien. Aldaar
zijn ook alle revolutionaire vereenigingen ontbonden.
Het waar karakter der beweging is echter tot dusverre
nog niet met juistheid bekend.
De Duitsche rijksregeering deelt in haar officieel orgaan
een wetsontwerp tot regeling van het bankwezen mede,
dat in de eerstvolgende zitting van den rijksdag in
behandeling zal komen. Het ontwerp draagt geheel het
karakter van den toestand van overgang, waarin het
rijk zich nog bevindt. Er zijn in Duitschland een
groot aantal bankinrichtingenwier bestaan officieel